ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
281<br />
8.2. Sectie beleid grootstedelijke gebieden<br />
8.2.1. Naam<br />
Met het oog op de uitvoering van bovengenoemde opdrachten heeft het deputaatschap uit haar midden<br />
een afzonderlijke sectie benoemd. De naam van deze sectie is: sectie beleid grootstedelijke gebieden<br />
van deputaten evangelisatie (afgekort sectie BGG). Hiermee is aangegeven dat de sectie de kerken in de<br />
grootstedelijke gebieden met raad en daad wil steunen. Hoewel gezien de situatie van de kerken in de<br />
grootstedelijke gebieden gesproken kan worden van problematiek, wil de sectie het accent vooral leggen<br />
op het ontwikkelen van beleid met het oog op de toekomst. Dat is in de naam weergegeven.<br />
8.2.2. Samenstelling<br />
Leden van de sectie zijn de broeders die met het oog op de uitvoering van de opdracht voor de grote steden<br />
door de generale synode zijn benoemd: di. P.J. den Hertog, A.P. van Langevelde en br. L. Mak; vanuit<br />
het deputaatschap werden aanvankelijk di. E.J. van der Linde en J.J. Lof aan de sectie toegevoegd. Ook<br />
de beide consulenten participeren in de sectie.<br />
Omdat vanuit de praktijk gebleken is, dat de meeste verzoeken om hulp van kerken uit het Westen van het<br />
land komen, heeft om praktische reden ds. E.B. Renkema de plaats van ds. Van der Linde ingenomen.<br />
Omdat ds. Den Hertog om gezondheidsredenen zich (tijdelijk) moest terugtrekken, is ds. H. de Bruijne<br />
als secundus ingeschakeld.<br />
8.2.3. Taakverdeling en vergaderingen<br />
Voorzitter van de sectie is ds. A.P. van Langevelde, secretaris is ds. J.J. Lof, notulist is br. L. Mak.<br />
De sectie heeft geen eigen penningmeester. Er is goed overleg met de penningmeester van deputaten.<br />
De sectie vergadert zo vaak als nodig is. Veel informatie wordt uitgewisseld per e-mail. In bijzondere<br />
gevallen wordt een vergadering van (een vertegenwoordiging van) de sectie met een vertegenwoordiging<br />
van kerkenraden van hulpvragende kerken belegd.<br />
8.2.4. Verhouding met deputaatschap<br />
Alle deputaten dragen verantwoordelijkheid voor al het werk van het deputaatschap, zodat het gehele<br />
deputaatschap ook verantwoordelijk is voor het werk ten behoeve van de grootstedelijke gebieden.<br />
Dit betekent niet dat alle deputaten bij elke besluitvorming van de sectie betrokken moeten zijn. Met name<br />
de uitvoering van het beleid is onder duidelijke voorwaarden gedelegeerd aan de sectie. Het adres voor<br />
correspondentie betreffende beleid grootstedelijke gebieden is de secretaris van de sectie. De sectie<br />
doet regelmatig verslag van haar werkzaamheden.<br />
Wanneer van een kerk in de grootstedelijke gebieden een verzoek om steun komt, wordt eerst gekeken<br />
naar de aard van het verzoek. Wanneer het gaat om steun aan een evangelisatieproject, wordt het door<br />
het deputaatschap in behandeling genomen. Wanneer het een verzoek om steun betreft dat specifi ek te<br />
maken heeft met het kerk-zijn in de grote stad, wordt het primair door de sectie in behandeling genomen.<br />
8.3. Benoeming consulent<br />
De synode van 2001 heeft deputaten opdracht gegeven een medewerker voor 40 à 50% te benoemen<br />
voor het werk in de grootstedelijke gebieden. In paragraaf 3.1 is de uitvoering van deze opdracht gerapporteerd.<br />
Deputaten hebben dr. S. Paas benoemd tot consulent grootstedelijke gebieden voor 0,3 fte.<br />
Naast hem is voor 0,2 fte. br. A. Dingemanse werkzaam in deze taak.<br />
De beide consulenten werken op goede wijze met elkaar en met de leden van de sectie samen<br />
8.4. Ontwikkelen van deskundigheid<br />
De sectie heeft veel waardering voor het werk van het deputaatschap problematiek grote steden. Ze<br />
heeft dankbaar kennis genomen van het rapport ‘Vitaal 2000’ en het rapport ‘Goed nieuws voor de stad’.<br />
Verder is kennis genomen van de scripties van dr. S.J. Wierda, ‘Naar binnen en naar buiten’ en ‘Gezonden<br />
met perspectief’.<br />
De consulenten hebben bijgedragen aan bezinning op dit terrein door artikelen in Doorgeven en andere<br />
bladen, waaronder een studiebundel van een congres over multicultureel kerk-zijn in Den Haag (november<br />
2002) en een nog te verschijnen studiebundel van de TUA.<br />
Op 16 april <strong>2004</strong> vond een studiedag plaats over ‘kerk-zijn in de stad’ in Amsterdam, die mede werd<br />
georganiseerd door de sectie BGG.<br />
8.5. Visie en werkwijze<br />
8.5.1. Visie<br />
De sectie heeft de vaste overtuiging dat we als kerken present moeten zijn in de grote steden van ons<br />
land. Daar waar het hart van de samenleving klopt, waar handel, cultuur, overheid en kunsten hun centrum<br />
vinden, moet ook de kerk aanwezig zijn, om het Evangelie van Christus te tonen in woorden en<br />
daden. Het versterken van onze gemeenten in de stad en het stichten van nieuwe gemeenten verdient<br />
alle aandacht.<br />
De sectie heeft zich diepgaand bezig gehouden met de vraag vanuit welke visie zij de kerken in de<br />
grootstedelijke gebieden zal adviseren en bijstaan. Het rapport ‘Vitaal 2000’ legt sterk de nadruk op het<br />
missionaire aspect, terwijl de oorspronkelijke hulpvraag uit de particuliere synode van het Westen meer<br />
een pastorale spits had. Dit aspect is door de generale synode van 2001 opnieuw benadrukt. De sectie is<br />
ervan overtuigd dat het missionaire aspect wezenlijk is, maar dat niet alle problemen met een missionair<br />
antwoord opgelost worden. De vijf aspecten die in het besluit van de generale synode van 1998 genoemd<br />
worden, de pastorale, missionaire, diaconale, fi nanciële en kerkordelijke aspecten, zullen op evenwichtige<br />
wijze aandacht moeten krijgen.<br />
De sectie werkt vanuit de visie dat elke echte oplossing voor de gemeente die hulp vraagt gezocht moet<br />
worden in de gemeente zelf en niet van buitenaf aangedragen kan worden. Elke echte oplossing is ingrijpend,<br />
vraagt om samenwerking met andere kerken en vraagt om bereidheid om missionair en diaconaal<br />
op een bijbels-relevante wijze kerk te zijn. Financiële en personele ondersteuning kunnen bijdragen aan<br />
een oplossing, maar zijn zelf die oplossing niet.