Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief

Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief

liberaalarchief.be
from liberaalarchief.be More from this publisher
14.07.2013 Views

aan de regering te vragen dat de weduwe verder de inkomsten van het ambt zou mogen ontvangen. Na het overlijden van burggraaf Hubert François de Nieulant bleef het ambt van hoogbaljuw gedurende zeven jaar vacant. Dit toont aan dat de regering geen groot belang hechtte aan dit ambt. Hoe dan ook, in 1774 werd de ambitieuze Vilain XIIII, die reeds voorschepen en voorzitter van de Staten van Vlaanderen was, zelf tot hoogbaljuw benoemd.. Zoon Charles Désiré de Nieulant was lid van de adelstand van het graafschap Vlaanderen. In die hoedanigheid legde hij de eed van trouw af aan de keizers Jozef II (1781) en Leopold II (1791) bij hun inhuldiging als graaf van Vlaanderen. Hij liet zich aanspreken als 'burggraaf de Nieulant de Pottelsberghe, heer van Ruddervoorde'. Charles Désiré de Nieulant was schepen van Gedeele van 1780 tot 1785. Voor de benoeming tot dit ambt werd hij bij de landvoogd voorgedragen door de bisschop Mgr. Ferdinand de Lobkowitz en de zittende schepenen van de Keure. In 1785 werd hij voor één jaar benoemd tot leenman van de kasselrij van de Oudburg. Waarschijnlijk was deze benoeming bedoeld als compensatie voor het verloren schepenambt. Charles Désiré de Nieulant huwde in 1783 de zestienjarige gravin Marie Charlotte de Lichtervelde (1767-1853). Zij was een dochter van graaf Charles Joseph de Lichtervelde en zijn eerste echtgenote Marie Josèphe de Lens, die in 1767 in het kraambed overleed na de geboorte van Marie Charlotte. Marie Josèphe de Lens was een zus van graaf Robert Alexandre de Lens d'Oyghem*. In 1769 hertrouwde graaf Charles Joseph de Lichtervelde met Albertine Theodore de Cassina, gravin van Wonsheim, waarvan twee broers lid werden van La Discrète Impériale te Aalst (zie ook onder de lemma's Bara en de Plotho d'Inghelmunster, François Antoine). Charles Désiré de Nieulant was een actief lid van de Sint-Sebastiaansgilde. Van 1780 tot 1790 was hij er zonder onderbreking 'proviseerder'. Onder het Frans Bewind bleef burggraaf Charles Désiré de Nieulant op de achtergrond. Men weet alleen dat hij (onder meer met graaf Joseph Sébastien della Faille*) aan amateurtoneel deed en dat hij graag poëzie schreef. Mogelijkerwijs was hij de 'chevalier de Nieulant' die in 1788 de auteur was van twee te Gent gespeelde toneelstukken, onder meer Le Mariage d'Aglaé (F. Moreau ed., Dictionnaire des lettres françaises - 18de siècle). In 1803 publiceerde hij de dichtbundel Roses et bluets. Van 1803 tot 1806 was hij overigens redactielid van de Annuaire poétique de Gand. Deze Annuaire publiceerde vooral elegieën, romances, liederen, gelegenheidscoupletten, stances, epigrammen en zelfs vaudeville-stukjes en verscheen na de tweede jaargang (1806) niet meer. Het Journal du Commerce van 1 oktober 1803 kondigde het eerste nummer van dit jaarboek vrij dubbelzinnig aan: "L'éditeur de ce recueil a pensé qu'il pourrait plaire aux habitants d'un département où tous les de NIEULANT de POTTELSBERGHE - 403

eaux-arts sont cultivés avec trop de succès pour que la poésie, qui est leur soeur, n'y retrouve pas aussi un culte et des autels qu'elle y eut autrefois. Ces autels sont de gazon; ce culte est simple comme eux; et ses prêtres se livrent à des accents proportionnés à la faiblesse de leurs voix. Aussi comptent-ils sur l'indulgence du public, et c'est le seul encouragement qu'ils osent attendre de lui". Bij zijn oversten te Parijs rapporteerde de hoffelijke Préfet Guillaume Charles Faipoult: "Il en est [gedichten] dans le nombre qu'on pourrait aisément rapprocher de celles de nos plus aimables poètes". Wanneer enige jaren later (in 1808) te Gent een 'Société des Beaux-Arts' tot stand kwam, waren er 'klassen' voor de architectuur, de schilderkunst, de beeldhouwkunst, de graveerkunst en het tekenen - maar niet voor de letteren, hoewel de veelschrijver Norbert Cornelissen (1769-1849) een van de eerste leden van de vereniging was. Dit bedroefde talrijke Franstalige amateurdichters en in 1814 richtte de 'Société' ook een klasse van de letteren op, nadat er in 1812 reeds een voor muziek was bijgekomen.. Over de financiële situatie van Charles Désiré de Nieulant bestaan vrij tegenstrijdige inlichtingen. Voor het 'emprunt forcé' van 1795 deelde de Franse bezetter hem in bij de bescheiden 4de klasse (op 16), samen met bijv. de kleermaker Jean Duvivier* en de slotenmaker Henri Hisette*. Anderzijds maakte hij in 1807 en 1812 deel uit van de honderd meest belaste stadsgenoten. Onder het Nederlands Bewind werd Charles Désiré de Nieulant kamerheer van koning Willem I en in 1816-1817 lid van het Ridderschap in de Provinciale Staten. Hij overleed in 1822. Enkele broers en zussen van Charles Désiré de Nieulant weerhouden de aandacht. - Françoise Charlotte (1749-1772) huwde graaf (later markies) Charles Robert Jean Maelcamp de Schoonberghe*, lid van La Bienfaisante. - Jeanne Charlotte (1751-1837) huwde de zevenentwintig jaar oudere Mathieu Jacques Maelcamp (1724-1793), heer van Balsberghe, die een broer was van generaal baron Jean Baptiste Maelcamp*, heer van Vlienderbeeke. Een 'detail': het netto-actief van de nalatenschap van Jeanne Charlotte in 1837 bedroeg meer dan één miljoen goudfranken. - François Xavier (geboren in 1757) werd reeds op zesjarige leeftijd 'page' van keizerin Maria Theresia. Op vrij jonge leeftijd werd hij ambtenaar bij de regering te Brussel. Hij was in 1787 een van de secretarissen van de nieuw opgerichte Algemene Regeringsraad. Gedurende enige tijd was hij tevens secretaris van de landvoogden aartshertogin Maria Christina en prins Albert Casimir von Sachsen- Teschen. Tijdens de Brabantse Omwenteling poogde hij herhaaldelijk burggraaf Edouard Walckiers (zie onder het lemma Villiot) en andere vooraanstaande Vonckisten met de Oostenrijkse kroon te verzoenen. In 1793 werd hij 'chevalier de justice' in het Ordine di Santo Stefano van Toscanië. 404 - de NIEULANT de POTTELSBERGHE

eaux-arts sont cultivés avec trop <strong>de</strong> succès pour que la poésie, qui est leur soeur, n'y<br />

retrouve pas aussi un culte et <strong>de</strong>s autels qu'elle y eut autrefois. Ces autels sont <strong>de</strong><br />

gazon; ce culte est simple comme eux; et ses prêtres se livrent à <strong>de</strong>s accents<br />

proportionnés à la faiblesse <strong>de</strong> leurs voix. Aussi comptent-ils sur l'indulgence du<br />

public, et c'est le seul encouragement qu'ils osent attendre <strong>de</strong> lui".<br />

Bij zijn oversten te Parijs rapporteer<strong>de</strong> <strong>de</strong> hoffelijke Préfet Guillaume Charles<br />

Faipoult: "Il en est [gedichten] dans le nombre qu'on pourrait aisément rapprocher<br />

<strong>de</strong> celles <strong>de</strong> nos plus aimables poètes".<br />

Wanneer enige jaren later (in 1808) te Gent een 'Société <strong>de</strong>s Beaux-Arts' <strong>tot</strong><br />

stand kwam, waren er 'klassen' voor <strong>de</strong> architectuur, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst, <strong>de</strong> beeldhouwkunst,<br />

<strong>de</strong> graveerkunst en het tekenen - maar niet voor <strong>de</strong> letteren, hoewel <strong>de</strong><br />

veelschrijver Norbert Cornelissen (1769-1849) een <strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

vereniging was. Dit bedroef<strong>de</strong> talrijke Franstalige amateurdichters en in 1814<br />

richtte <strong>de</strong> 'Société' ook een klasse <strong>van</strong> <strong>de</strong> letteren op, nadat er in 1812 reeds een<br />

voor muziek was bijgekomen..<br />

Over <strong>de</strong> financiële situatie <strong>van</strong> Charles Désiré <strong>de</strong> Nieulant bestaan vrij tegenstrijdige<br />

inlichtingen. Voor het 'emprunt forcé' <strong>van</strong> 1795 <strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> Franse bezetter<br />

hem in bij <strong>de</strong> beschei<strong>de</strong>n 4<strong>de</strong> klasse (op 16), samen met bijv. <strong>de</strong> kleermaker Jean<br />

Duvivier* en <strong>de</strong> slotenmaker Henri Hisette*. An<strong>de</strong>rzijds maakte hij in 1807 en 1812<br />

<strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> <strong>de</strong> hon<strong>de</strong>rd meest belaste stadsgenoten.<br />

On<strong>de</strong>r het Ne<strong>de</strong>rlands Bewind werd Charles Désiré <strong>de</strong> Nieulant kamerheer <strong>van</strong><br />

koning Willem I en in 1816-1817 lid <strong>van</strong> het Rid<strong>de</strong>rschap in <strong>de</strong> Provinciale Staten.<br />

Hij overleed in 1822.<br />

Enkele broers en zussen <strong>van</strong> Charles Désiré <strong>de</strong> Nieulant weerhou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> aandacht.<br />

- Françoise Charlotte (1749-1772) huw<strong>de</strong> graaf (later markies) Charles Robert<br />

Jean Maelcamp <strong>de</strong> Schoonberghe*, lid <strong>van</strong> La Bienfaisante.<br />

- Jeanne Charlotte (1751-1837) huw<strong>de</strong> <strong>de</strong> zevenentwintig jaar ou<strong>de</strong>re Mathieu<br />

Jacques Maelcamp (1724-1793), heer <strong>van</strong> Balsberghe, die een broer was <strong>van</strong><br />

generaal baron Jean Baptiste Maelcamp*, heer <strong>van</strong> Vlien<strong>de</strong>rbeeke. Een '<strong>de</strong>tail':<br />

het netto-actief <strong>van</strong> <strong>de</strong> nalatenschap <strong>van</strong> Jeanne Charlotte in 1837 bedroeg meer<br />

dan één miljoen goudfranken.<br />

- François Xavier (geboren in 1757) werd reeds op zesjarige leeftijd 'page' <strong>van</strong><br />

keizerin Maria Theresia. Op vrij jonge leeftijd werd hij ambtenaar bij <strong>de</strong> regering<br />

te Brussel. Hij was in 1787 een <strong>van</strong> <strong>de</strong> secretarissen <strong>van</strong> <strong>de</strong> nieuw opgerichte<br />

Algemene Regeringsraad. Geduren<strong>de</strong> enige tijd was hij tevens secretaris <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

landvoog<strong>de</strong>n aartshertogin Maria Christina en prins Albert Casimir von Sachsen-<br />

Teschen. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Brabantse Omwenteling poog<strong>de</strong> hij herhaal<strong>de</strong>lijk burggraaf<br />

Edouard Walckiers (zie on<strong>de</strong>r het lemma Villiot) en an<strong>de</strong>re vooraanstaan<strong>de</strong><br />

Vonckisten met <strong>de</strong> Oostenrijkse kroon te verzoenen. In 1793 werd hij 'chevalier<br />

<strong>de</strong> justice' in het Ordine di Santo Stefano <strong>van</strong> Toscanië.<br />

404 - <strong>de</strong> NIEULANT <strong>de</strong> POTTELSBERGHE

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!