Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief
Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief
sommes prêtres dans l'église et, hors de là, amis et compagnons de tous les hommes". In 1829 werd Jan Frans van de Velde (1779-1838) bisschop van Gent. De regering van koning Willem I had nochtans de benoeming van kanunnik de Meulenaere voorgedragen. Deze was evenwel onaanvaardbaar voor de ultramontaanse strekking, die integendeel wenste dat kanunnik Ambroise Goethals bisschop werd. Om de rust binnen het bisdom te handhaven werd de voorkeur gegeven aan de buitenstaander van de Velde. In november 1836 werd Mgr. van de Velde zwaar ziek en hij droeg het bestuur van het bisdom op aan twee vicarissen-generaal, de kanunniken Guillaume de Smet en L. Sonneville. Wanneer het 'Grand Orient de Belgique' op 28 oktober 1837 te Gent de loge La Fidélité inhuldigde, schreven de twee vicarissen-generaal reeds op 14 november 1837 een brief aan de aartsbisschop Mgr. Engelbert Sterckx (1792- 1867) waarin zij van deze oprichting kennis gaven: "... toutes les personnes bien pensantes en ont été profondément affligées en cette circonstance, et nous avons cru qu'il était de notre devoir de réagir: nous n'avons cependant encore rien fait, nous avons voulu savoir auparavant si peut-être Votre Grandeur ne jugera pas le mal assez grand et assez universel pour que l'Episcopat belge donne une instruction, ou fasse une démarche qui arrête ce mal, qui va se propager de plus en plus, que peutêtre comme sous le gouvernement hollandais on finira par exiger qu'on soit francmaçon pour obtenir un emploi". De aartsbisschop redigeerde onmiddellijk een ontwerp van herderlijke brief die hij aan de Belgische bisschoppen voorlegde. De definitieve tekst werd in januari 1838 bekendgemaakt en had tot gevolg dat talrijke katholieken de loges verlieten en de loges zich in de toekomst vrij antiklerikaal gingen opstellen. Na de Belgische onafhankelijkheid in 1830 verloren de Meulenaere en de liberaal-katholieken die hem steunden veel invloed. Maximilien Macaire de Meulenaere overleed in 1834. Gedurende meer dan zestig jaar was hij (onder vijf bisschoppen) direct betrokken bij het bestuur van het bisdom. Hij liet een erfenis na van 2.263.870, 95 goudfrank, een voor die tijd fabuleus bedrag. Een ten voeten uit geschilderd portret van kanunnik Maximilien Macaire de Meulenaere werd omstreeks 1810 gemaakt door de Gentse katoennijveraar en kunstschilder Pierre van Huffel (1769-1844), voorzitter van de 'Société des Beaux- Arts' (vanaf 1816: Koninklijke Maatschappij voor Schone Kunsten en Letteren) en van de Academie (zie onder het lemma Haeck). Een portretgravure van kanunnik M.M. de Meulenaere wordt bewaard in de bibliotheek van de universiteit Gent; zij is afgedrukt op blz. 282 van M. Cloet ed., Het bisdom Gent 1559-1991. Kanunnik Maximilien Macaire was de milde schenker van: - een van de grauwschilderingen ('grisailles') van de vermaarde Gentse kunstschilder Pieter Norbert van Reijsschoot, die zich bevinden boven de zitbanken in het koor van de Sint-Baafskathedraal. Het schilderij (dat het familiewapen de de MEULENAERE, Maximilien - 387
Meulenaere voert) stelt de joden voor die in de woestijn het hemelse manna in ontvangst nemen. - een reliquarium "bevattende eenen doorn uit de kroon van Jezus, allerbevalligst geëmailleerd en gedreven" (Frans De Potter) dat hij in 1818 aan de Sint- Michielskerk schonk. De doorn was lang in het bezit geweest van de koninklijke familie van Schotland, daarna van de jezuïeten te Gent. Na de opheffing van de orde in 1773 kwam de relikwie in het bezit van de Gentse bisschop Mgr. van Eersel die haar bij testament overmaakte aan zijn secretaris Maximilien Macaire de Meulenaere. MEUNIER (? - ?) a/ Félicité Bienfaisante (1785) b/ - c/ - d/ fabrikant van gazen e/ Gent f/ - g/ 258 Dit lid is misschien (een zoon van) Simon Joseph Meunier, geboren te Valenciennes in 1718, die op 21 mei 1759 te Gent in het Poortersboek werd ingeschreven. MEYER, Jan Thomas (1707-1771) a/ Constante Union (1771) b/ Erelid c/ - d/ stadsdrukker, uitgever van de Gazette van Gend e/ Gent, 'op d'Hoog-poorte, in 't Gekroond Sweird' f/ Sint-Jorisgilde (1737), Sint-Sebastiaansgilde (vóór 1779); contribuant Academie (1770) g/ 13, 41, 54d, 54e, 85, 97, 113, 114, 322, 367, 386, 598, 612, 632, 698, 756, 774, 868, 886, 888, 908, 953, 972, 994, 1020, 1021 Jan Thomas Meyer was de in 1707 te Gent geboren zoon van de Nederlander Cornelis Meyer en Catharina Herinckx. Cornelis Meyer vestigde zich in 1704 te Gent als boekhandelaar 'op de Burghstraete by de PP. Discalcen'. In 1709 werd hij bovendien drukker, in het 'Gekroond Sweird' in de Hoogpoort (met een achterpoort in de Onderstraat). De (in 1620 opgerichte) drukkerij had hij overgenomen van zijn aangetrouwde oom Jan van den Kerchove. Gedurende enige jaren was hij overigens als drukker geassocieerd met andere verwanten van drukker van den Kerchove, met name de broers en zuster Meeuwe (Henri, Nicolas François, François Jean en Marie). 388 - MEUNIER / MEYER, Jan
- Page 23 and 24: Admirez, devinez et reconnaissez de
- Page 25 and 26: (v) Flore (1775-1849) met baron Rab
- Page 27 and 28: In zijn (gedeeltelijke) genealogie
- Page 29 and 30: van LOO, Christophel (1751-1825) a/
- Page 31 and 32: g/ 13, 19, 35, 41, 50.13, 52, 83, 8
- Page 33 and 34: aristocratische) Staten van Vlaande
- Page 35 and 36: De familie Maelcamp was afkomstig u
- Page 37 and 38: e/ Gent, Bisschopstraat (= Gouverne
- Page 39 and 40: MAHY, Honoré Egide (? - ?) a/ Fél
- Page 41 and 42: - Baudouin Joseph Manilius (1745-17
- Page 43 and 44: MARCHAND, Paul Louis (1745-1834) a/
- Page 45 and 46: Men weet niet welke opleiding Jacqu
- Page 47 and 48: Hij is waarschijnlijk de Mechelynck
- Page 49 and 50: die een bewogen leven kende. Hij we
- Page 51 and 52: Wanneer Jean Charles Mechelynck de
- Page 53 and 54: Uit het echtpaar Mechelynck-Delehay
- Page 55 and 56: de MEULENAERE, Pierre Georges (1751
- Page 57 and 58: P[rovinciale] etc., entièrement co
- Page 59 and 60: ambt behouden tot 1793, zij het dat
- Page 61 and 62: militaire commandant van Gent en Oo
- Page 63 and 64: constitutiebrief van markies de Gag
- Page 65 and 66: Dioecesis Gandavensis) opdat hij de
- Page 67 and 68: aan een dreigende deportatie. De ja
- Page 69 and 70: Avonds werd een toneelvoorstelling
- Page 71 and 72: en discipel van Mgr. de Broglie voo
- Page 73: het Hof van Assisen te Brussel tot
- Page 77 and 78: Reeds in 1749 poogde Jan Thomas Mey
- Page 79 and 80: (i) Jean François Meyer, geboren i
- Page 81 and 82: In 1798 werd Jacques Guillaume Meye
- Page 83 and 84: licentiaat in de rechten, die tot 1
- Page 85 and 86: Monclergeon was waarschijnlijk een
- Page 87 and 88: Hij was waarschijnlijk verwant (de
- Page 89 and 90: stad betaalde de kosten van de doop
- Page 91 and 92: eaux-arts sont cultivés avec trop
- Page 93 and 94: een bepaald tijdstip ook militair c
- Page 95 and 96: meester van Brussel. Charles Joseph
- Page 97 and 98: Hij was alleszins de grootste koper
- Page 99 and 100: Goesin II (1722-1787) en Anna Maria
- Page 101 and 102: tot 1869 liberaal gemeenteraadslid
- Page 103 and 104: van de Intendantie te Brugge, maar
- Page 105 and 106: door een schilderij op koper door z
- Page 107 and 108: Gentenaar Constant van Hoobrouck d'
- Page 109 and 110: In 1765 was François van Outroy pa
- Page 111 and 112: PAREZ, Charles Joseph (1723- ?) a/
- Page 113 and 114: Het neringhuis aan de Kraanlei (bij
- Page 115 and 116: Jacob Ferdinand huwde Isabelle Cath
- Page 117 and 118: Door een misverstand wordt Desidera
- Page 119 and 120: eeuw werd gebouwd op de grondvesten
- Page 121 and 122: Van het heuglijk experiment van Bla
- Page 123 and 124: Spaanse dienst. Hun kleindochter Ro
Meulenaere voert) stelt <strong>de</strong> jo<strong>de</strong>n voor die in <strong>de</strong> woestijn het hemelse manna in<br />
ont<strong>van</strong>gst nemen.<br />
- een reliquarium "bevatten<strong>de</strong> eenen doorn uit <strong>de</strong> kroon <strong>van</strong> Jezus, allerbevalligst<br />
geëmailleerd en gedreven" (Frans De Potter) dat hij in 1818 aan <strong>de</strong> Sint-<br />
Michielskerk schonk. De doorn was lang in het bezit geweest <strong>van</strong> <strong>de</strong> koninklijke<br />
familie <strong>van</strong> Schotland, daarna <strong>van</strong> <strong>de</strong> jezuïeten te Gent. Na <strong>de</strong> opheffing <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
or<strong>de</strong> in 1773 kwam <strong>de</strong> relikwie in het bezit <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Gentse</strong> bisschop Mgr. <strong>van</strong><br />
Eersel die haar bij testament overmaakte aan zijn secretaris Maximilien Macaire<br />
<strong>de</strong> Meulenaere.<br />
MEUNIER (? - ?)<br />
a/ Félicité Bienfaisante (1785)<br />
b/ -<br />
c/ -<br />
d/ fabrikant <strong>van</strong> gazen<br />
e/ Gent<br />
f/ -<br />
g/ 258<br />
Dit lid is misschien (een zoon <strong>van</strong>) Simon Joseph Meunier, geboren te Valenciennes<br />
in 1718, die op 21 mei 1759 te Gent in het Poortersboek werd ingeschreven.<br />
MEYER, Jan Thomas (1707-1771)<br />
a/ Constante Union (1771)<br />
b/ Erelid<br />
c/ -<br />
d/ stadsdrukker, uitgever <strong>van</strong> <strong>de</strong> Gazette <strong>van</strong> Gend<br />
e/ Gent, 'op d'Hoog-poorte, in 't Gekroond Sweird'<br />
f/ Sint-Jorisgil<strong>de</strong> (1737), Sint-Sebastiaansgil<strong>de</strong> (vóór 1779); contribuant Aca<strong>de</strong>mie<br />
(1770)<br />
g/ 13, 41, 54d, 54e, 85, 97, 113, 114, 322, 367, 386, 598, 612, 632, 698, 756, 774,<br />
868, 886, 888, 908, 953, 972, 994, 1020, 1021<br />
Jan Thomas Meyer was <strong>de</strong> in 1707 te Gent geboren zoon <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r<br />
Cornelis Meyer en Catharina Herinckx. Cornelis Meyer vestig<strong>de</strong> zich in 1704 te<br />
Gent als boekhan<strong>de</strong>laar 'op <strong>de</strong> Burghstraete by <strong>de</strong> PP. Discalcen'. In 1709 werd hij<br />
bovendien drukker, in het 'Gekroond Sweird' in <strong>de</strong> Hoogpoort (met een achterpoort<br />
in <strong>de</strong> On<strong>de</strong>rstraat). De (in 1620 opgerichte) drukkerij had hij overgenomen <strong>van</strong> zijn<br />
aangetrouw<strong>de</strong> oom Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Kerchove. Geduren<strong>de</strong> enige jaren was hij overigens<br />
als drukker geassocieerd met an<strong>de</strong>re verwanten <strong>van</strong> drukker <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Kerchove, met<br />
name <strong>de</strong> broers en zuster Meeuwe (Henri, Nicolas François, François Jean en<br />
Marie).<br />
388 - MEUNIER / MEYER, Jan