14.07.2013 Views

Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief

Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief

Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Brabantse Omwenteling beken<strong>de</strong> Maelcamp zich bij <strong>de</strong> Statisten. Dit<br />

werd hem verweten in een schimpschrift (Vervolg <strong>van</strong> 't Staeten Sot-huys). Na <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> Franse inval (1794) trok Charles Robert Maelcamp met zijn gezin naar<br />

Ne<strong>de</strong>rland. Zijn drieëntwintigjarige zoon Jean Baptiste Désiré overleed ongehuwd<br />

tij<strong>de</strong>ns het verblijf <strong>van</strong> <strong>de</strong> familie te Delft in 1795.<br />

Charles Robert Maelcamp keer<strong>de</strong> evenwel vrij spoedig terug naar Gent: zo<br />

vermeed hij als 'émigré' te wor<strong>de</strong>n opgetekend en kon hij opnieuw in bezit komen<br />

<strong>van</strong> zijn aanzienlijk vermogen. Het Franse bestuur noteer<strong>de</strong> hem als "marquis, dont<br />

il se fait gloire" en "ennemi <strong>de</strong> la République, paisible par peur".<br />

In 1805 werd markies Maelcamp benoemd <strong>tot</strong> burgemeester <strong>van</strong> Oosterzele. In<br />

<strong>de</strong>ze gemeente bezat hij een kasteel, met als bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n een 'cabinet <strong>van</strong><br />

natuerkun<strong>de</strong>' en een 'stoof <strong>van</strong> kruy<strong>de</strong>n' (warme serre). Na zijn overlij<strong>de</strong>n in 1807<br />

werd hij als burgemeester <strong>van</strong> Oosterzele opgevolgd door graaf Jean Baptiste d'Hane<br />

<strong>de</strong> Steenhuyse*.<br />

Het prachtige herenhuis aan <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rschel<strong>de</strong> werd aangekocht door <strong>de</strong> Franse<br />

ambtenaar Pierre Louis Vidal, die er met zijn gezin ging wonen. De gruwelijke<br />

voorvallen die zich in <strong>de</strong>ze familie voor<strong>de</strong><strong>de</strong>n, verklaren waarom <strong>de</strong> woning <strong>van</strong><br />

Charles Robert Maelcamp geduren<strong>de</strong> een heel stuk <strong>van</strong> <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw te Gent als 'het<br />

spookhuis' bekend was.<br />

Het gaat om "eene legen<strong>de</strong> die indruk genoeg gemaakt had om vreesachtige<br />

lie<strong>de</strong>n, bij avond of ten ontij<strong>de</strong> daar voorbijgaan<strong>de</strong>, eene huivering over het lijf te<br />

jagen" (Frans De Potter). Pierre Louis Vidal en zijn echtgenote Marie Henriette<br />

Ba<strong>de</strong>t had<strong>de</strong>n twee dochters. Louise, geboren in 1799, huw<strong>de</strong> een Frans officier, en<br />

over haar weet men ver<strong>de</strong>r niets. Virginie Louise Vidal, geboren in 1802, huw<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

te Gent gevestig<strong>de</strong> advocaat Félix Thomas Méaulle, een zoon <strong>van</strong> <strong>de</strong> Fransman Jean<br />

Nicolas Méaulle (1757-1826) die te Gent eerst 'conseiller <strong>de</strong> Préfecture' was en in<br />

1812 'Procureur Impérial' werd. Na het overlij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs Vidal kwam het<br />

gezin Méaulle in het herenhuis 'Maelcamp' wonen. Daar overleed aan een<br />

kwijnen<strong>de</strong> ziekte, in 1850, hun 21-jarige dochter Angélique. Het lichaam werd niet<br />

ten grave gedragen. De ou<strong>de</strong>rs lieten het balsemen en neerleggen in een luxueuze<br />

doodkist met een glazen <strong>de</strong>ksel. De doodkist werd geplaatst in een salon op <strong>de</strong> eerste<br />

verdieping dat als rouwkapel werd ingericht. Het huispersoneel werd afgedankt.<br />

Mevr. Méaulle ("door het droevig voorval eenigzins in <strong>de</strong> hersenen gekrenkt")<br />

bewoon<strong>de</strong> voortaan het huis alleen met haar do<strong>de</strong> dochter, terwijl haar echtgenoot<br />

beroepshalve te Parijs moest verblijven. De moe<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ed alsof haar dochter nog<br />

steeds leef<strong>de</strong>, kocht voeding voor haar, enz. Frans De Potter schrijft: "Nooit zag men<br />

iemand het huis buiten- of binnengaan, maar ie<strong>de</strong>ren dag, op hetzelf<strong>de</strong> uur, bracht<br />

een ou<strong>de</strong> be<strong>de</strong>laar er eenige spijzen uit eene restauratie, welke door eene vrouw met<br />

grijswor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> haren, en in 't wit gekleed, aan <strong>de</strong> nauwelijks één voet verre geopen<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>ur ont<strong>van</strong>gen wer<strong>de</strong>n". Dit duur<strong>de</strong> zo meer dan tien jaar. Het dansen<strong>de</strong> licht <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> kaarsen in <strong>de</strong> rouwkapel en <strong>de</strong> hele sfeer rond <strong>de</strong> woning bezorg<strong>de</strong>n haar <strong>de</strong><br />

benaming 'spookhuis'.<br />

MAELCAMP <strong>de</strong> SCHOONBERGHE - 351

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!