Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief
Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief
Hoofdstuk III. Leden van de Gentse loges tot 1786 ... - Liberaal Archief
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
en zij wer<strong>de</strong>n (via hun dochter Sophia Desi<strong>de</strong>ria De Vigne) <strong>de</strong> overgrootou<strong>de</strong>rs<br />
aan moe<strong>de</strong>rszij<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> kunstschil<strong>de</strong>r Albert Servaes.<br />
Jan Adriaens broer, <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieschil<strong>de</strong>r Ignatius De Vigne (1767-1840) en zijn<br />
echtgenote Marie Albertine <strong>van</strong> Troostenberghe waren <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs <strong>van</strong>:<br />
- <strong>de</strong> kunstschil<strong>de</strong>rs Felix (1806-1862) en Edouard (1808-1866) De Vigne;<br />
- <strong>de</strong> beeldhouwer Pieter De Vigne (1812-1877);<br />
- <strong>de</strong> pianist, violist en guitarist Alexan<strong>de</strong>r De Vigne (1814-1869).<br />
Pieter bleef beter gekend als De Vigne-Quyo, wegens zijn huwelijk met Malvina<br />
Quyo, wiens naam hij aan <strong>de</strong> zijne toevoeg<strong>de</strong>. Hun dochter Emma De Vigne huw<strong>de</strong><br />
haar neef Julius Octaaf De Vigne (1844-1908), een zoon <strong>van</strong> Félix.<br />
Julius De Vigne werd advocaat en letterkundige. Van 1876 <strong>tot</strong> 1907 was hij<br />
liberaal gemeenteraadslid te Gent en schepen <strong>van</strong> financiën (<strong>van</strong> 1888 <strong>tot</strong> 1907). Hij<br />
was tevens liberaal volksvertegenwoordiger (<strong>van</strong> 1878 <strong>tot</strong> 1886 en <strong>van</strong> 1900 <strong>tot</strong> zijn<br />
overlij<strong>de</strong>n). Julius De Vigne was bestuurslid <strong>van</strong> het Willemsfonds, voorzitter <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> Vlaamsche Liberale Vereniging, secretaris <strong>van</strong> Het Vlaamsche Volk, voorzitter<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> Vlaamse conferentie aan <strong>de</strong> balie te Gent, en stafhou<strong>de</strong>r <strong>van</strong> die balie. Hij<br />
hoor<strong>de</strong> in 1893 bij <strong>de</strong> oprichters <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij voor geschied- en oudheidkun<strong>de</strong><br />
<strong>van</strong> Gent.<br />
Jean Baptiste Rousseau jr. was een neef <strong>van</strong> twee an<strong>de</strong>re <strong>Gentse</strong> vrijmetselaars,<br />
die eveneens tabakshan<strong>de</strong>laren waren:<br />
(i) Joseph Constantin <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Schueren (geboren in 1782), die vrijmetselaar werd<br />
in een loge te Liverpool en zich in 1804 bij La Félicité Bienfaisante liet affiliëren;<br />
(ii) Louis Charles <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Schueren (1789-1813) die in 1811 lid werd <strong>van</strong> Les Vrais<br />
Amis. De gebroe<strong>de</strong>rs <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Schueren waren zonen <strong>van</strong> <strong>de</strong> tabakshan<strong>de</strong>laar Egi<strong>de</strong><br />
Norbert <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Schueren en Jossine Christiaens. In 1789 bezat Egi<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong>r<br />
Schueren een watermolen aan <strong>de</strong> Visserij (zoals on<strong>de</strong>r meer ook Louis 't Kint*) voor<br />
zijn 'fabrique <strong>van</strong> tabacq'.<br />
Jean Baptiste Rousseau (jr.) bekleed<strong>de</strong> het ambt <strong>van</strong> Re<strong>de</strong>naar tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> plechtige<br />
installatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> nieuwe loge Le Septentrion op 4 oktober 1812. Bij <strong>de</strong> oprichting<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> loge in 1811 was als Re<strong>de</strong>naar verkozen Lievin Jean <strong>van</strong> <strong>de</strong> Weghe (<strong>1786</strong>-<br />
1812), ambtenaar in <strong>de</strong> 'Préfecture'. Deze overleed evenwel plots in <strong>de</strong> lente <strong>van</strong><br />
1812. In <strong>de</strong> <strong>Gentse</strong> universiteitsbibliotheek wordt een exemplaar bewaard <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
Pompe funèbre du T C F <strong>van</strong> <strong>de</strong> Weghe, die zijn loge inrichtte op 20 mei 1812.<br />
Jean Baptiste Rousseau, die toen Adjunct-Re<strong>de</strong>naar was, sprak een gevoelige<br />
maçonnieke lijkre<strong>de</strong> uit. Hij werd verkozen om <strong>van</strong> <strong>de</strong> Weghe als Re<strong>de</strong>naar op te<br />
volgen. Ook tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> installatieplechtigheid <strong>van</strong> oktober 1812 hield Jean Baptiste<br />
een opgemerkte toespraak. Zij werd afgedrukt in het Précis <strong>de</strong> l'Installation <strong>de</strong> la R<br />
L du Septentrion à l'O <strong>de</strong> Gand dat eveneens in <strong>de</strong> <strong>Gentse</strong> universiteitsbibliotheek<br />
wordt bewaard. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> bedoel<strong>de</strong> plechtigheid werd een 'cantique' gezongen, op<br />
muziek <strong>van</strong> Antonius Franciscus De Vigne, <strong>de</strong> toekomstige zwager <strong>van</strong> Jean<br />
Baptiste Rousseau.<br />
470 - ROUSSEAU