CONTEXT

Balk˜\type{f} is een variatie op˜\type{e}. Deze balk kan
worden gebruikt bij grote aantallen subpagina’s. Er worden
minder blokjes gebruikt, waarbij de gevoeligheid evenredig
minder is. Overigens wordt bij variant˜\type{e} automatisch
overgegaan op˜\type{f} als de breedte van de blokjes onder de
ingestelde afstand komt.
Overigens zijn de laatst genoemde balken alleen te
realiseren wanneer het subnummermechanisme actief is:
\startvoorbeeld
\starttypen
\stelsubpaginanummerin[wijze=perhoofdstuk,status=start]
\stoptypen
\stopvoorbeeld
\popinteraction
←−− \paragraaf{Terugblik}
\index{nummeren+teksten}
\index{registers+interactie}
\index{interactie+registers}
Het gedrag van enkele elders beschreven commando’s kan
worden afgestemd op interactie. Zo kan bij het commando
\naar{\tex{doornummeren}}[doornummeren] worden opgegeven
of er een koppeling ligt met een ander item. We kunnen
bijvoorbeeld vragen aan antwoorden koppelen. Klikken op een
vraag resulteert in springen naar het antwoord en andersom.
De nummers moeten wel synchroon lopen, dat wil zeggen dat na
iedere vraag een antwoord moet staan. Eventueel kunnen de
antwoorden in blokken worden geplaatst en later worden
opgeroepen. Vergeet daarbij zonodig niet te resetten.
Ook bij \naar{registers}[registers] is een instelling
beschikbaar: \type{symbool}. Omdat paginanummers in een
interactieve tekst weinig betekenis hebben, kunnen we de
nummers vervangen door een alternatieve aanduiding (letters,
cijfers, balkjes of dots).
Een bijzondere optie bij registers is het koppelen van
Sources
inhoud
definities
index
commando’s
sources
CONTEXT Cont-18 779 ◭ ◭ ◮ ◮
inleiding
documenten
vlakverdeling
layout
typografie
kleurgebruik
afbreken
onderdelen
verwijzingen
beschrijvingen
lijnen
blokken
figuren
tabellen
formules
files
interactie
commandos
diversen
positioneren
instellingen
opmerkingen