De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
84 DE RAZZIA IN DE BUITENWIJKEN<br />
gelijk. Een moeder, — die ’s morgens vroeg een attest bij een dokter had gehaald —<br />
vermeldde, dat haar zoon, mede op grond <strong>van</strong> een oud t.b.c.-bewijs <strong>van</strong> haar dochter,<br />
thuis kon blijven.1 Een ander, die zijn vrouw een bewijs bij een dokter liet halen, had<br />
eveneens het geluk niet te worden weggevoerd.2<br />
Het verschillende optreden der Duitsers blijkt ook uit hun houding ten opzichte<br />
<strong>van</strong> de politie. Een hoofdagent uit Schiedam rapporteerde, dat zijn collega, die in<br />
dezelfde straat woonde, thuis kon blijven, maar dat hij zelf moest vertrekken. <strong>De</strong> soldaat,<br />
die huiszoeking kwam verrichten, „wist niets <strong>van</strong> vrijstelling voor de politie”.3<br />
Is uit het laatste voorbeeld af te leiden, dat de Duitse soldaten niet volledig waren ge-<br />
instrueerd, hetzelfde blijkt uit de inlichtingen, die zij verstrekten aan de <strong>Rotterdam</strong>mers<br />
omtrent de plaats en de tijdsduur <strong>van</strong> de tewerkstelling. Zo had L. <strong>van</strong> een soldaat<br />
gehoord, dat gewerkt moest worden in de omgeving <strong>van</strong> de stad en dat het<br />
slechts één dag zou duren. Hij bleef dan ook wachten op de soldaat, en nam niets<br />
mee in de veronderstelling ’s avonds weer thuis te zijn.4<br />
Een ander daarentegen kreeg na informatie bij een Duitser ten antwoord dat men<br />
naar Duitsland zou worden gestuurd. Op de vraag <strong>van</strong> de <strong>Rotterdam</strong>mer of men dan<br />
soms zou moeten lopen, repliceerde de soldaat dat het transport per trein zou geschieden.5<br />
Onafhankelijk <strong>van</strong> deze informatie was — we wezen er reeds op — bij velen de<br />
gedachte gerezen, dat in de buurt of in elk geval in Nederland gewerkt moest worden<br />
en wel voor kortere tijd. Talrijke uitspraken <strong>van</strong> weggevoerde <strong>Rotterdam</strong>mers wijzen<br />
hierop.6 Vandaar ook, dat velen geen risico namen.<br />
„Ik zag op dit moment het nut er niet <strong>van</strong> in” — zo verklaarde E. —■ „om mij aan de<br />
vordering te onttrekken, te meer daar er ons verteld werd, dat wij voor circa zes weken te<br />
werk gesteld zouden worden aan de IJssellinie. 7<br />
E. wachtte dan ook af, tot hij bevel kreeg te vertrekken.<br />
Het is welhaast overbodig er op te wijzen, dat de bovengenoemde factoren, n.1.<br />
de dreiging met represailles, het lokmiddel der vrijstellingspapieren en de suggestie<br />
<strong>van</strong> tewerkstelling dichtbij of althans in Nederland ook in het contact met de buren<br />
ter sprake kwamen. F. schrijft in zijn dagboek:<br />
„Na een „conferentie” met mijn buurman L., die ik via het balcon bereik, komen wij tot<br />
de slotsom, dat vluchten uitgesloten is en verstoppertje spelen wel heel erg riskant. Wij<br />
1 Brief <strong>van</strong> Mevrouw P. W. S. <strong>van</strong> W. <strong>Rotterdam</strong>, Juni 1948.<br />
2 Aantekeningen <strong>van</strong> W. W. H. C., geen datum.<br />
3 Rapport <strong>van</strong> de hoofdagent <strong>van</strong> politie L. S. Schiedam, 3 Juni 1949.<br />
4 „Later” — zo vertelt L. — „heb ik <strong>van</strong> andere mensen gehoord, dat dit praatje meer op Charlois<br />
verspreid is. Ook is gezegd: werkzaamheden verrichten op Waalhaven, een kwestie <strong>van</strong> een dag<br />
of een paar dagen” . Verslag <strong>van</strong> de bespreking met G. L., blz. 4 en 5.<br />
5 Verslag <strong>van</strong> de bespreking met H. L. L., blz. 3.<br />
6 a. Bijlage bij de vragenlijst, ingevuld door J. R.;<br />
b. Dagboek <strong>van</strong> N. V.;<br />
c. Dagboek <strong>van</strong> P. J. K.;<br />
d. Verslag <strong>van</strong> de bespreking met F. G. M., blz. 2.<br />
7 Bijlage bij de vragenlijst, ingevuld door L. E.