De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
DE RAZZIA IN DE BUITENWIJKEN 81<br />
<strong>De</strong> Duitsers kwamen inderdaad aan de deur, maar niet naar binnen. Het rammeien<br />
op de deur, gepaard gaande met het geroep <strong>van</strong> „Schweinhunde”, deed V. besluiten<br />
zich met zijn buurman te melden op het Marconiplein.<br />
Ook kwam het voor, dat vrouwen meenden het best te handelen, door hun man aan<br />
te raden te vertrekken. F. bijv. had geen schuilplaats. Daar zijn vrouw bang was voor<br />
represailles, besloot hij, zich maar te melden.1 V. uit Spangen vertelde, dat mannen,<br />
die beneden hem woonden en zich eerst verborgen hadden in een kolenkist, zich<br />
gingen melden, omdat hun vrouwen angstig werden.2 <strong>De</strong>rgelijke ervaringen had ook<br />
een arts uit Kralingen, die op straat was. Hij vertelt:<br />
„In mijn buurt was een jongen, die voor zijn huis ging staan. Tegen zijn moeder werd gezegd,<br />
dat ze gek was dit goed te vinden. Zij was echter bang, dat hij anders doodgeschoten<br />
zou worden” .3<br />
Hetzelfde dachten ook de ouders, die hun twee zoons aanraadden te vertrekken.<br />
„Daarna hebben de ouders echter uit wanhoop over deze daad de hele tocht met hun<br />
kinderen meegelopen” .4<br />
We zien dus: angst voor het onbekende lot <strong>van</strong> vrouw en kinderen, angst voor eigen<br />
lijfsbehoud, angst <strong>van</strong> de huisgenoten, voor de man en de zoon, wanneer zij zich<br />
niet gingen melden, deed velen het huis verlaten. Zeker waren het niet de enige factoren<br />
die deze „vrijwillige” daad bepaalden. Er waren nog andere, zo de angst voor verraad.<br />
Vier-en-een-half jaar oorlog hadden het kaf <strong>van</strong> het koren gescheiden. Men wist, wie<br />
in zijn buurt politiek onbetrouwbaar was en bleef daarvoor op zijn hoede.5 Maar de<br />
angst voor verraad had nog een ander karakter, voortkomende uit andere oorzaken.<br />
<strong>De</strong> verstikkende greep der Duitsers rond een bepaalde buurt en de onbekendheid<br />
met het Duitse optreden in andere wijken brachten soms ondragelijke spanningen<br />
teweeg. Stonden er immers geen dreigementen in het Bevel der Duitsers? En hadden<br />
zij vroeger niet reeds de stad verwoest, gijzelaars doodgeschoten, de havens vernield<br />
en duizenden dakloos gemaakt? Hadden zij niet als razenden in het wilde weg geschoten<br />
en huizen in brand gestoken? Waren de Duitsers soms niet tot alles in staat?<br />
<strong>De</strong> angsten waardoor velen — en zeker vele vrouwen — overmeesterd werden, uitten<br />
zich hier en daar op zulk een gevaarlijke wijze, dat vele mannen uit angst voor verraad<br />
zich gingen melden.<br />
S., die in Vreewijk woonde en zich ternauwernood aan de <strong>razzia</strong> had kunnen onttrekken,<br />
deelt hieromtrent de volgende ervaringen mede:<br />
„Men durfde niet te zeggen, dat men thuis bleef en als men het deed, waren er altijd, die<br />
vroegen waar Jansen of Pietersen. . . wel was. <strong>De</strong> toon waarop deze gesprekken door de<br />
vrouwen gevoerd werd was meestal dan wel aanleiding voor de vrouw, wier man o f zoon<br />
nog thuis was, om aan te dringen op vertrek. Ze” (d.w.z. „D e mensen” - R. v. O.) „vertelden<br />
1 Verslag <strong>van</strong> de bespreking met C. F., blz. 2.<br />
2 Een bovenbuurman daarentegen bleef rustig in zijn kolenkist zitten en bleef vrij. Verslag <strong>van</strong> de<br />
bespreking met A. A. V., blz. 12.<br />
3 Verslag <strong>van</strong> de bespreking met S., blz. 4.<br />
4 Verslag <strong>van</strong> de bespreking met P. K., blz. 4.<br />
5 Vragenlijst, ingevuld door L. R.