De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
De razzia van Rotterdam. 10-11 november 1944 - KNAW
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
DE VOORBEREIDING VAN DE RAZZIA 55<br />
zouden zijn. Dit blijkt uit de dienststukken, die betrekking hebben op de voorbereiding<br />
<strong>van</strong> de vorderingsacties uit die tijd. Het vindt zijn bevestiging in een artikel in de<br />
Nieuwe <strong>Rotterdam</strong>sche Courant <strong>van</strong> 27 <strong>De</strong>cember <strong>1944</strong>. In deze <strong>van</strong> „bevoegde<br />
zijde” geïnspireerde beschouwing werd ten aanzien <strong>van</strong> de <strong>Rotterdam</strong>se <strong>razzia</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>10</strong> en <strong>11</strong> November opgemerkt:<br />
„D e <strong>van</strong> Londen uit gepoogde organisatie <strong>van</strong> de verzetsbeweging.. . , komt in strijd met<br />
de capitulatieovereenkomst. <strong>De</strong> bedoeling daar<strong>van</strong> is, ten dele dat reeds thans de bezettende<br />
macht in het land zelf actief verzet wordt bereid, anderdeels betekent de illegale organisatie<br />
de voorbereiding voor een toekomstige oproeping <strong>van</strong> Nederlandse mannen voor de militaire<br />
dienst. Als voorbeeld wordt erop gewezen dat bij de opmars in België, Engelse en Amerikaanse<br />
tanks niet door eigen infanterie, maar door de in het voorste gelid geplaatste verzetsorganisaties<br />
begeleid werden.<br />
Om deze redenen is de bezetter er in het Westen des lands mee begonnen de weerbare<br />
bevolking uit deze ruimte te verwijderen, temeer daar de militaire toestand tijdelijk de<br />
mogelijkheid openliet, dat deze ruimte in de militaire gebeurtenissen zou worden betrokken,<br />
wat na de voorbeelden <strong>van</strong> Frankrijk en België naar alle waarschijnlijkheid zou hebben<br />
betekend, dat de in aanmerking komende lichtingen voor rechtstreekse militaire doeleinden<br />
aan de geallieerde zijde en tegen Duitsland zouden zijn gebruikt.” 1<br />
DE VOORBEREIDING VAN DE RAZZIA<br />
In het bovenstaande zagen wij, dat het plan <strong>van</strong> het OKW om de mannelijke bevolking<br />
uit de militair bedreigde gebieden te verwijderen, gekoppeld werd aan de<br />
opdracht <strong>van</strong> Goebbels om een zo groot mogelijk aantal arbeiders bij de Duitse<br />
oorlogsindustrie in te lijven. Voor de voorbereiding en de uitvoering hier<strong>van</strong> werd —<br />
nadat inmiddels Garmer en waarschijnlijk ook reeds Liese in Nederland aangekomen<br />
waren — op <strong>11</strong> October <strong>1944</strong> door het OKW een telegram gezonden aan het Aus-<br />
wartige Amt, aan de Reichsminister für Rüstung und Kriegsproduktion (Speer), de<br />
Reichsminister für Ernahrung und Landwirtschaft (Backe) en de Reichsführer-SS<br />
(Himmler). Medegedeeld werd, dat het OKW de wegvoering overwoog <strong>van</strong> de weerbare<br />
bevolking uit Nederland. Na ingewonnen informaties bij Seyss-Inquart was gebleken,<br />
dat alleen reeds in het kustgebied tot de lijn Hilversum—Utrecht— ’s-Her-<br />
togenbosch het aantal mannen 600.000 bedroeg. Van de Nederlandse politie, zo ging<br />
het telegram verder, was geen steun te verwachten; integendeel moest met lijdelijk<br />
verzet rekening gehouden worden. Tenslotte vroeg het OKW aan de genoemde<br />
ministers en Himmler om hun standpunt ten aanzien <strong>van</strong> deze kwestie kenbaar te<br />
maken.2<br />
Terwijl het OKW de reacties <strong>van</strong> de ministers en Himmler afwachtte,3 werden in<br />
Nederland de eerste besprekingen over deze wegvoering reeds gehouden. Op 15 October<br />
vond in Hilversum onder leiding <strong>van</strong> Christiansen een vergadering plaats, waar<br />
1 Nieuwe <strong>Rotterdam</strong>sche Courant, 27 <strong>De</strong>cember <strong>1944</strong>.<br />
2 Zie bijlage 2.<br />
3 Hoe deze reacties waren is niet bekend, met uitzondering <strong>van</strong> het Auswdrtige Amt. Zie hiervoor<br />
bijlage 4.