Bestand (1.6 MB) - VVOG
Bestand (1.6 MB) - VVOG
Bestand (1.6 MB) - VVOG
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
250<br />
Vergelijking van foetale en maternale concentraties van immunoglobulines<br />
wijst er op dat de menselijke placenta een<br />
specifiek transportmechanisme voor IgG’s ontwikkelt. Er is een<br />
sterke afname van de maternale IgG-concentratie gedurende<br />
de evolutie van de zwangerschap, terwijl de foetale serumconcentratie<br />
van IgG’s net toeneemt. Bij de geboorte heeft het<br />
kind dan meer IgG’s in het serum dan de moeder (24).<br />
De neonatale Fc-receptor voor IgG’s is verantwoordelijk voor<br />
het transcytose van IgG’s door het syncytiotrofoblast. Deze receptor<br />
bindt enkel IgG’s en geen IgM’s, IgA’s of IgE’s. In dalende<br />
volgorde bindt de receptor IgG1’s, IgG4’s, IgG3’s en IgG2’s (25).<br />
TNFa-remming bij zwangere proefdieren<br />
Injectie van anti-TNFa bij zwangere muizen resulteert in een<br />
ernstige maar voorbijgaande groeiretardatie. De concentratie<br />
van groeihormoon blijft daarbij normaal. Wel is er een afname<br />
van de concentratie van IGF-1 (insulinegelijkende groeifactor 1)<br />
en een uitgesproken atrofie van de thymus, milt en lymfeknopen.<br />
Knock-outmuizen die geen TNFa aanmaken, vertonen geen<br />
afwijkingen qua geslacht, afmetingen van de jongen en gewichtstoename<br />
na geboorte. Er is geen verschil in de populaties<br />
van lymfocyten, granulocyten of monocyten. Wel is er een afname<br />
van de respons op T-celafhankelijke antigeenimmunisatie<br />
en is er een hoge vatbaarheid voor infecties met Candida albicans.<br />
De door lipopolysaccharide geïnduceerde cytokinerespons<br />
blijft normaal, behalve voor de activiteit van koloniestimulerende<br />
factoren.<br />
Bij zwangere of lacterende makaken is er geen invloed van de<br />
TNF-remmer golimumab (25 en 50mg/kg) op de populaties van<br />
T- en B-lymfocyten. Ook is er geen verzwakte immuunrespons<br />
na experimentele blootstelling aan antigenen. Verder is geen<br />
significante verandering qua vertraagde overgevoeligheidsreacties<br />
(26).<br />
Conclusie<br />
Vincent Geenen vat afrondend samen dat tegengestelde<br />
immunomodulerende effecten van testosteron en oestro-<br />
GUNAIKEIA ■ VOL 15 Nr 7 ■ 2010<br />
genen de prevalentie van veel auto-immune ziekten bij<br />
vrouwen beïnvloeden. De hoge verhouding van progesteron<br />
op oestrogeen en de hoge hCG-concentraties in<br />
het eerste trimester zorgen voor een negatieve immunomodulatie.<br />
De foetomaternele tolerantie wordt vooral<br />
in stand gehouden door lokale immunosuppressieve mechanismen.<br />
Er zijn nieuwe paracriene effecten van hCG<br />
vastgesteld, die een rol spelen bij implantatie, foetale tolerantie<br />
en angiogenese in de placenta. Na de twintigste<br />
zwangerschapsweek vindt er actieve transcytose plaats<br />
van IgG’s door de placenta.<br />
Zwangerschap en inflammatoire<br />
darmziekten<br />
De kans op een nieuwe ziekte-episode van een inflammatoire<br />
darmziekte tijdens de zwangerschap bedraagt<br />
ongeveer 26 à 34 procent, waardoor die ongeveer even<br />
groot lijkt als buiten de zwangerschap, al zijn er ook wat<br />
argumenten om aan te nemen dat de ziekteactiviteit iets<br />
geringer is gedurende de zwangerschap, aldus Séverine<br />
Vermeire (UZ Leuven) (27).<br />
Uit een meta-analyse van twaalf studies bij in totaal 3.907<br />
vrouwen blijkt de inflammatoire darmziekten het risico van<br />
problemen in de zwangerschap doen toenemen. De kans<br />
op prematuriteit is 1,9 keer groter. De ziekte van Crohn<br />
verhoogt de kans op een geboortegewicht van minder dan<br />
2.500 gram met een factor 2,1. Het risico van keizersnede<br />
is 1,5 keer groter. Colitis ulcerosa verhoogt de incidentie<br />
van congenitale afwijkingen 2,4 keer (28).<br />
Om die redenen is behalen van remissie aangewezen<br />
voorafgaand aan conceptie. Bij de meeste patiënten zullen<br />
hiervoor geneesmiddelen nodig zijn, ook tijdens de zwangerschap.<br />
Het behoud van remissie met medische therapie<br />
is van groter belang dan de mogelijke risico’s van bijwerkingen<br />
voor de zwangerschap. De voordelen en risico’s<br />
van de behandeling dienen in elk geval met de patiënte<br />
besproken te worden.<br />
Tabel 1: Veiligheid van immunomodulerende geneesmiddelen in de zwangerschap volgens de FDA-categorieën.<br />
Geneesmiddel FDA-categorie Aanbevelingen<br />
Aminosalicylaten B Geen hoger risico<br />
Foliumzuursuppletie met sulfasalazine<br />
Metronidazol B Geen geboortedefecten<br />
Eén populatiegebaseerde case-control study stelde vast dat zuigelingen van in de<br />
tweede en derde zwangerschapsmaand aan metronidazol blootgestelde vrouwen vaker<br />
een gespleten lip met of zonder gespleten verhemelte hadden<br />
TNF-remmers B Geen transfer in de eerste twee trimesters<br />
Corticosteroïden C Gebruik tijdens het eerste trimester is geassocieerd met toegenomen risico van<br />
gehemeltespleet bij de pasgeborene<br />
Verhoogd risico van bijnierinsufficiëntie<br />
Cyclosporine C Lijkt geen belangrijk teratogeen effect te hebben<br />
Chinolonen C Dienen vermeden te worden wegens potentieel hoger risico van artropathie<br />
Azathioprine D Deze middelen kunnen voortgezet worden om remissie te behouden tijdens de<br />
zwangerschap<br />
Methotrexaat X Contra-indicatie in de zwangerschap<br />
Thalidomide X Contra-indicatie in de zwangerschap