Bronchoscopie onder narcose - Wilhelmina Kinderziekenhuis

Bronchoscopie onder narcose - Wilhelmina Kinderziekenhuis Bronchoscopie onder narcose - Wilhelmina Kinderziekenhuis

<strong>Wilhelmina</strong> <strong>Kinderziekenhuis</strong><br />

Kijkje in je longen<br />

<strong>Bronchoscopie</strong> <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong>


Onder ouders verstaan wij ook verzorger(s), pleeg- of<br />

adoptieouder(s)<br />

U kunt wijzigingen of aanvullingen op deze informatie<br />

door geven per E-mail: patienteninformatieWKZ@umcutrecht.nl<br />

Wat staat er in deze folder<br />

Inleiding voor ouders 3<br />

Informatie voor jongeren vanaf 12 jaar 4<br />

<strong>Bronchoscopie</strong> 6<br />

Tips 19<br />

Wil je meer weten? 21<br />

Voor ouders: voorbereiding en begeleiding 22<br />

1


Inleiding voor ouders<br />

Een <strong>onder</strong>zoek in een ziekenhuis kan een ingrijpende gebeurtenis<br />

zijn. Uw kind voelt zich misschien niet goed of heeft zelfs pijn. Het<br />

krijgt te maken met verschillende behandelaars en hoort allerlei<br />

medische termen. Wij vinden het belangrijk u en uw kind hierbij<br />

goed te begeleiden.<br />

Deze folder is bedoeld om uw kind voor te bereiden op het <strong>onder</strong>zoek.<br />

Maar ook om ú te informeren over wat er gaat gebeuren.<br />

Begrijpelijke informatie is nodig. Het geeft vaak meer zekerheid en<br />

vertrouwen.<br />

Een deel van de voorlichting gebeurt in het ziekenhuis. De arts<br />

vertelt:<br />

• Waarom uw kind dit <strong>onder</strong>zoek krijgt<br />

• Hoe we dit <strong>onder</strong>zoek doen<br />

Thuis stellen kinderen meestal meer vragen dan in het ziekenhuis.<br />

Uw kind vertrouwt u. Daarom kunt u het beste uitleggen wat er<br />

gaat gebeuren. U weet welke informatie uw kind begrijpt en kan<br />

verwerken. Deze folder helpt u bij de voorbereiding.<br />

Lees de folder eerst zelf. U kunt de tekst daarna voorlezen of in uw<br />

eigen woorden navertellen. Of uw kind leest de tekst zelfstandig.<br />

Bespreek daarna samen of alles duidelijk is. Als u korte vragen stelt<br />

over de tekst, kunt u nagaan of uw kind de informatie begrepen<br />

heeft.<br />

Achterin deze folder staat hoe u uw kind kunt voorbereiden en<br />

begeleiden bij het <strong>onder</strong>zoek<br />

2 3


4<br />

Informatie voor jongeren vanaf 12 jaar<br />

Een <strong>onder</strong>zoek in het ziekenhuis kan vervelend zijn. Je krijgt te<br />

maken met verschillende artsen, assistenten en verpleegkundigen.<br />

Je hoort ook allerlei medische termen. Wij willen je zo<br />

goed mogelijk voorbereiden op het <strong>onder</strong>zoek. Lees daarom<br />

deze folder goed door. Als je weet wat er gaat gebeuren, ben je<br />

meestal minder zenuwachtig. Je ouders lezen deze folder ook.<br />

Vraag of ze kunnen uitleggen wat je niet snapt.<br />

Wie beslist: jij, je ouders of samen?<br />

Wat is het beste voor je als je ziek bent? Wie beslist dat eigenlijk?<br />

Moet er rekening gehouden worden met jouw mening?<br />

Dat staat in een speciale wet: de Wet op de Geneeskundige<br />

Behandelings Overeenkomst (WGBO).<br />

Ben je ouder dan 12 jaar<br />

Dan moet de dokter ook aan jou vragen of je het goed vindt wat<br />

hij gaat doen. Jij en je ouders moeten allebei toestemming<br />

geven. Maar als jij het niet eens bent met je ouders? Hoe gaat<br />

het dan? Ook dat staat in deze wet. Lees er meer over op<br />

www.jadokterneedokter.nl<br />

Ben je ouder dan 16 jaar<br />

Dan beslis je zelf. Dan is alleen jouw toestemming nodig.<br />

Maar moet de arts dan wel informatie over de behandeling<br />

geven aan je ouders? Lees er meer over op<br />

www.jadokterneedokter.nl<br />

Tips<br />

Neem iemand mee naar het ziekenhuis. Je vader, moeder of<br />

iemand anders die je vertrouwt.<br />

Praat met je ouders, broers, zussen, vrienden en vriendinnen<br />

over wat er gaat gebeuren in het ziekenhuis.<br />

Schrijf je vragen op, dan vergeet je ze niet. Bij je volgende<br />

bezoek aan het ziekenhuis kun je ze stellen.<br />

Wil je meer weten?<br />

www.hetwkz.nl<br />

www.umcutrecht.nl<br />

www.opeigenbenen.nu<br />

www.ikvoelpijn.nl<br />

5


<strong>Bronchoscopie</strong><br />

Je komt in ons ziekenhuis voor een bronchoscopie. Dat is een<br />

kijk<strong>onder</strong>zoek van je luchtwegen.<br />

De dokter gebruikt hiervoor een speciale doorzichtige buis (of een<br />

slang) met daaraan een lampje en een kleine camera. Dat noemen<br />

we een scoop.<br />

Broncho­scopie bestaat uit twee woorden:<br />

6<br />

broncho komt van bronchiën, dat betekent luchtwegen<br />

scopie betekent kijk<strong>onder</strong>zoek<br />

Tijdens een bronchoscopie kan de dokter:<br />

kijken in je luchtwegen en zien of er afwijkingen aan je<br />

luchtwegen zijn<br />

een stukje weefsel afnemen voor <strong>onder</strong>zoek, dat noemen we<br />

een biopt<br />

slijm wegzuigen om bijvoorbeeld te kweken (kijken of er<br />

bacteriën inzitten)<br />

je longen spoelen om te kijken of er bacteriën in het spoelsel<br />

zitten. Dit noemen we een BAL (broncho alveolaire lavage)<br />

na een verslikking met bijvoorbeeld een nootje, legoblokje<br />

of kraal dit verwijderen<br />

De dokter vertelt van tevoren wat hij tijdens de bronchoscopie bij<br />

jou gaat doen.<br />

Van de bronchoscopie zelf merk je niks, want je bent <strong>onder</strong><br />

<strong>narcose</strong>. Narcose wil zeggen dat je gaat “slapen” met behulp van<br />

medicijnen. Je voelt dan helemaal niets meer.<br />

De bronchoscopie duurt meestal ongeveer 40 minuten, maar dat<br />

hangt af van wat de dokter allemaal tegenkomt tijdens het kijken.<br />

Je vader, moeder, of iemand anders die je graag bij je hebt, mogen<br />

de hele dag bij je blijven, ook op de operatiekamer totdat je gaat<br />

“slapen”. Alleen niet tijdens de bronchoscopie. Maar dat merk je<br />

niet, omdat je dan <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong> bent.<br />

Een geplande bronchoscopie gebeurt meestal tijdens een dag­<br />

opname. Dat betekent dat je enkele uren voor de bronchoscopie<br />

naar het ziekenhuis komt, en dezelfde dag weer naar huis mag. Je<br />

hoeft dus ’s nachts niet te blijven slapen. Meestal kun je enkele<br />

uren na de bronchoscopie weer naar huis. Als dat niet zo is, vertelt<br />

de dokter dat aan jullie.<br />

Soms is er wat meer spoed, bijvoorbeeld bij een verslikking. Dan<br />

kan een bronchoscopie op elk moment van de dag of soms ‘s<br />

nachts plaatsvinden.<br />

Als je naar het ziekenhuis komt, ga je meestal naar afdeling<br />

Eekhoorn of naar de afdeling dagbehandeling.<br />

Op de dag van de opname melden jullie je bij de opnamebalie.<br />

Locatie WKZ 1e verdieping. Met de ronde lift omhoog, dan ben je<br />

er gelijk.<br />

7


Je longen<br />

Ademen met je longen<br />

Iedereen heeft twee longen: ze zitten in je borst naast je hart.<br />

Daarmee haal je adem. Je krijgt lucht binnen. In lucht zit zuurstof.<br />

Zuurstof heb je nodig om te kunnen leven. Je lichaam verbruikt de<br />

zuurstof en maakt er dan koolzuurgas van. De lucht komt binnen<br />

door je neus en mond en gaat door een grote buis en kleinere<br />

takjes naar je longen. Die grote buis noemen we de luchtpijp. De<br />

kleine takjes noemen we luchtwegen (bronchiën).<br />

Je longen lijken wel een omgekeerde boom, de luchtpijp is de<br />

stam. Op de tekening kun je dat goed zien. Onder aan de luchtpijp<br />

zie je twee takken. Aan elke tak zit een long met verdere vertakkingen<br />

van de luchtwegen. Een long heeft aan het uiteinde van de<br />

takjes longblaasjes. Rondom elk longblaasje zit een héél dun vliesje<br />

met bloedvaatjes. Hier stroomt je bloed doorheen.<br />

8<br />

In je bloed zitten verschillende bloedcellen. De rode bloedcellen in<br />

je bloed nemen zuurstof uit je longen op. Ze brengen de zuurstof<br />

dan verder naar de rest van je lichaam. Rode bloedcellen halen ook<br />

koolzuurgas op in je lichaam. Ze geven het koolzuurgas weer terug<br />

aan je longen. Dit koolzuurgas blaas je uit als je uitademt. Je neus,<br />

mond, luchtpijp en longen samen noemen we je luchtwegen.<br />

Hoe werkt een bronchoscoop?<br />

Bij een bronchoscopie gebruikt de dokter een bronchoscoop.<br />

Dat is een speciale doorzichtige buis of een soepele slang. Aan het<br />

uiteinde zit een klein lampje en een minicamera. De camera geeft<br />

beelden door aan een beeldscherm. De dokter kan dan de binnenkant<br />

van je luchtwegen op het beeldscherm zien. Hij kan ook foto’s<br />

maken van de beelden die hij ziet.<br />

De buisbronchoscoop is van binnen hol. De dokter kan door deze<br />

opening andere slangetjes of buisjes naar binnen schuiven.<br />

Bijvoorbeeld om slijm weg te zuigen, om met een pakkertje iets<br />

weg te halen of om een hapje longweefsel (biopt) te kunnen<br />

nemen. Een biopt is niet groter dan een korrel hagelslag. Het biopt<br />

<strong>onder</strong>zoeken we later in het laboratorium.<br />

Ook kan de dokter door de holle buis of via een zijkanaaltje van<br />

de slang wat water in je longen laten lopen en het direct weer<br />

opzuigen. Het water <strong>onder</strong>zoeken we later in het laboratorium.<br />

We kijken dan bijvoorbeeld of er bacteriën in zitten.<br />

Tijdens de <strong>narcose</strong> komt er lucht door de bronchoscoop om je te<br />

helpen met ademhalen.<br />

9


Vóór de bronchoscopie<br />

Een tijdje vóór de bronchoscopie, heb je een afspraak op de POSpoli.<br />

POS­poli is de afkorting van: Pre Operatief Spreekuur. Dat<br />

betekent: het spreekuur vóór een <strong>onder</strong>zoek, behandeling of<br />

operatie <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong>.<br />

Narcose wil zeggen dat je gaat “slapen” met behulp van medicijnen.<br />

Je voelt dan niks van de bronchoscopie. We noemen dit wel<br />

slapen maar het is geen gewone slaap. Als je <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong> bent<br />

kun je niet uit jezelf wakker worden.<br />

De anesthesioloog is de dokter die jou de slaapmedicijnen geeft.<br />

Hij zorgt voor jou als je <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong> bent en hij zorgt ervoor dat<br />

je weer wakker wordt als de bronchoscopie klaar is. We noemen<br />

hem ook wel de slaapdokter.<br />

De POS­poli is in het WKZ op de 1e verdieping bij receptie 8.<br />

Op de POS­poli heb je, samen met je ouders een gesprek met de<br />

POS­verpleegkundige of met de slaapdokter.<br />

Wat gebeurt er op de POS­poli?<br />

10<br />

Ze willen van alles weten over je gezondheid. Bijvoorbeeld:<br />

• welke ziektes je hebt gehad<br />

• of je koorts hebt<br />

• of je verkouden bent<br />

Soms meten ze je gewicht, je lengte, je bloeddruk of je<br />

hartslag. Dit doet geen pijn.<br />

Ze bespreken met jou en je ouders:<br />

• hoe het gaat als je <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong> gaat<br />

• hoe jij het beste de <strong>narcose</strong> kunt krijgen:<br />

­ met een prik<br />

­ of met een kapje<br />

­ wat jou kan helpen als je pijn hebt of bang bent<br />

Als je tegen de <strong>narcose</strong> op ziet, zeg het dan tegen de POSverpleegkundige<br />

of de slaapdokter!<br />

Op de POS­poli krijg je een folder over de <strong>narcose</strong>. Dan kun je<br />

nog eens nalezen wat er is verteld.<br />

11


12<br />

Voor ouders<br />

• Gebruikt uw kind bloedverdunningsmiddelen? Dan kan het<br />

zijn dat uw kind deze al voor de bronchoscopie niet meer<br />

mag nemen. Overleg dit voor de opnamedag al met de arts.<br />

• Gebruikt uw kind insuline? Dan raden we u aan om met<br />

de arts te overleggen. Misschien is het beter de dosis aan<br />

te passen.<br />

• Is uw kind allergisch, bijvoorbeeld voor latex? Meld dit<br />

dan altijd.<br />

• (Kinder)aspirine® is een pijnstiller die het bloed verdunt.<br />

Daardoor is er meer kans op nabloedingen. Geef uw kind<br />

daarom minstens twee weken voor de operatie geen (kinder)<br />

aspirine®. Als uw kind een pijnstiller nodig heeft, kunt u wel<br />

(kinder)paracetamol geven.<br />

• Kort voor de <strong>narcose</strong> mag uw kind geen vaccinatie krijgen.<br />

We houden de volgende periode aan:<br />

­ twee dagen voor de <strong>narcose</strong> geen DKTP­ en<br />

meningo kokken­vaccinatie<br />

­ twee weken voor de <strong>narcose</strong> geen BMR­vaccinatie<br />

Je komt naar de polikliniek en meldt je bij receptie 5. Als je<br />

aan de beurt bent, ga je naar de longfunctiekamer.<br />

Er mag de hele tijd iemand bij je blijven. Je vader, moeder, of<br />

iemand anders die je graag bij je hebt.<br />

De operatiedag<br />

In de folder “Narcose” lees je hoe het gaat als je <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong> gaat. Je<br />

leest daar ook hoe het gaat op de dag dat we de bronchoscopie doen.<br />

Voor alle duidelijkheid vertellen we het hier nog een keer in het kort:<br />

Thuis<br />

Je mag ’s ochtends niet meer eten en drinken. Dat heet<br />

nuchter zijn.<br />

Op de verpleegafdeling<br />

Je komt op de verpleegafdeling en krijgt een bed.<br />

De verpleegkundige stelt nog wat vragen aan jou en je ouders.<br />

Als je wilt kun je de voorbereidingsspullen nog een keer<br />

bekijken.<br />

Je krijgt een operatiejasje aan en een naambandje om.<br />

Misschien krijg je een drankje, pilletje of zetpil.<br />

Als je astma hebt, moet je misschien nog een pufje nemen.<br />

Als je aan de beurt bent, ga je in bed of bij je ouder op de arm.<br />

Jullie gaan samen naar de wachtruimte (holding) bij de<br />

operatiekamer.<br />

13


In de holding<br />

14<br />

Eén van je ouders en de pedagogisch medewerker of verpleegkundige<br />

doen een schort aan, blauwe ‘slofjes’ over de<br />

schoenen en zetten een speciale muts op.<br />

De medewerkers van de operatiekamer (met een groen pak<br />

en een muts) komen jullie ophalen. Meestal stellen ze nog<br />

wat vragen aan jou en je ouders.<br />

Ze nemen jou, één van je ouders en de pedagogisch medewerker<br />

of verpleegkundige mee naar de operatiekamer.<br />

In de operatiekamer<br />

Je gaat op de operatietafel liggen.<br />

Je krijgt een plakker met daarin een klein lampje op je<br />

vinger of teen geplakt.<br />

Je krijgt drie monitor­stickers op je borst geplakt.<br />

Je krijgt de <strong>narcose</strong> met een kapje of een prik.<br />

Als je slaapt, gaat je vader of moeder terug naar de<br />

afdeling.<br />

De kinderlongdokter (of een dokter die daarvoor leert) doet<br />

de bronchoscopie.<br />

In de uitslaapkamer<br />

Je ligt weer in je eigen bed als je wakker wordt.<br />

Eén van je ouders mag bij je komen zitten.<br />

Je hebt nog steeds de monitor­stickers en het lampje op je<br />

vinger.<br />

Je hebt een infuus in je hand.<br />

Als je goed wakker bent, rijden ze je met bed en al weer<br />

naar de afdeling<br />

Boris (8 jaar): ‘Gek dat de dokter<br />

zomaar in mijn longen kan kijken.<br />

Voor de <strong>narcose</strong> wilde ik een<br />

prikje. Ik kreeg zalf op mijn hand,<br />

dat hielp goed. Ik viel snel in slaap<br />

en kon niet eens tot tien tellen!’<br />

15


Terug op de afdeling<br />

16<br />

Na de bronchoscopie<br />

Als je weer op de afdeling bent, mag je rustig in je bed<br />

blijven liggen. De verpleegkundige komt regelmatig bij je<br />

kijken.<br />

Misschien voel je je niet zo lekker, ben je misselijk of heb je<br />

ergens pijn. Zeg het tegen je vader of moeder of tegen de<br />

verpleegkundige als er iets is. Ze kunnen er dan rekening<br />

mee houden of je extra medicijnen geven.<br />

Hoe het bij jou zal gaan? Dat is moeilijk van tevoren te<br />

zeggen.<br />

Je mag pas weer drinken als de verdoving in je keel is<br />

uitgewerkt.<br />

De dokter komt vertellen hoe het gegaan is.<br />

Voor ouders<br />

Naar huis<br />

• Ga niet met uw kind op de fiets.<br />

• Bent u met de auto? Zorg dan dat u met z’n tweeën bent.<br />

Uw kind kan misselijk worden en overgeven. Dan is het lastig<br />

om zowel op uw kind als op het verkeer te letten.<br />

• U kunt ook een taxi bespreken.<br />

De uitslag<br />

De uitslag krijg je van de dokter die de bronchoscopie aanvraagt. Dat<br />

gebeurt meestal al kort na de ingreep, maar kan ook tijdens de<br />

eerstvolgende afspraak. De dokter bespreekt dan met jou en je ouders<br />

wat hij tijdens de scopie gezien heeft. Ook vertelt hij wat er uit het<br />

<strong>onder</strong>zoek van het afgenomen slijm, spoelsel of weefsel is gekomen.<br />

Bijwerkingen<br />

Mogelijke bijwerkingen van de <strong>narcose</strong><br />

Door de slaapmedicijnen kun je wat misselijk zijn of moet je overgeven.<br />

Je kunt hiervoor medicijnen krijgen van de verpleegkundige<br />

in de uitslaapkamer of op de afdeling.<br />

Soms kan het even duren voordat je je weer helemaal de oude voelt.<br />

Dit is normaal.<br />

Mogelijke bijwerkingen van de bronchoscopie<br />

Om in je longen te kunnen kijken, schuift de dokter de bronchoscoop<br />

via je mond en je keel naar je longen. Hierdoor kan je<br />

naderhand:<br />

keelpijn hebben<br />

hoesten<br />

schor zijn<br />

17


Dat gaat na een poosje weer over.<br />

Als de dokter ook een stukje weefsel heeft weggenomen (biopt),<br />

kan het zijn dat je wat bloed ophoest.<br />

Als de dokter je longen gespoeld heeft, kun je ’s avonds koorts<br />

krijgen. Ook kan ademhalen dan een beetje pijnlijk zijn. Je mag<br />

dan iets innemen tegen de pijn.<br />

Al deze bijwerkingen zijn na één of twee dagen weer weg.<br />

Mogelijke complicaties van de <strong>narcose</strong><br />

Ernstige complicaties door de <strong>narcose</strong> komen tegenwoordig nog<br />

maar heel weinig voor.<br />

Mogelijke complicaties van de bronchoscopie<br />

Zelfs wanneer een kijk<strong>onder</strong>zoek helemaal goed is gedaan (“volgens<br />

het boekje”), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen<br />

noemen we complicaties.<br />

Ook bij een bronchoscopie gaan de dingen soms anders dan de<br />

bedoeling is. Gelukkig gebeurt dit niet zo vaak.<br />

Wat kun jij merken van een complicatie?<br />

Als de dokter een stukje weefsel heeft weggenomen (biopt), kan<br />

het zijn dat er een bloeding ontstaat. Meestal is het niet ernstig en<br />

hoeven we er iets aan te doen.<br />

Als er complicaties zijn, blijf je langer in het ziekenhuis.<br />

18<br />

Complicaties<br />

Tips<br />

Neem iemand mee naar het <strong>onder</strong>zoek. Hij of zij kan je helpen als<br />

je bang bent of pijn hebt. Hier<strong>onder</strong> staan meer tips. Bespreek van<br />

tevoren wat jij graag wilt.<br />

Doe je ogen dicht en probeer aan iets leuks te denken.<br />

Probeer van tevoren zoveel mogelijk te ontspannen: doe<br />

samen een ontspanningsoefening. Bijvoorbeeld afwisselend<br />

spieren aanspannen en ontspannen. De pedagogisch medewerker<br />

kan je daarbij helpen.<br />

Neem iets mee om je af te leiden. Bijvoorbeeld een knuffel,<br />

boek, bellenblaas of je MP3­speler.<br />

Bedenk met je ouder een verhaal of maak vakantieplannen.<br />

Rustig ademhalen kan helpen als je bang bent of pijn hebt.<br />

Diep inademen door je neus, tot drie tellen en dan weer<br />

uitblazen.<br />

19


20<br />

Misschien vind je het fijn om een hand vast te houden. Of<br />

om je te laten masseren of zachtjes op je huid te laten<br />

kriebelen.<br />

Heb je een Pijnpaspoort*? Laat dan zien hoe jij het graag<br />

wilt.<br />

Heb je geen Pijnpaspoort*? Bedenk dan van tevoren wat jij<br />

wilt. Bijvoorbeeld met een kapje of een prikje <strong>onder</strong> <strong>narcose</strong><br />

gaan. Bedenk ook alvast wat jou dan helpt. Bijvoorbeeld<br />

kijken/niet kijken. Of tellen.<br />

Heb je ergens last van? Heb je pijn? Of lig je bijvoorbeeld<br />

niet goed? Vertel dit dan altijd. Dan kijken we wat we daar<br />

aan kunnen doen.<br />

Als je iets wilt weten of iets niet snapt, mag je het altijd<br />

vragen.<br />

* Het Pijnpaspoort is een klein boekje waarin je kunt opschrijven wat jou helpt als je<br />

pijn hebt of bang bent. Je laat het aan de mensen in het ziekenhuis zien als je dat<br />

nodig vindt, bijvoorbeeld voordat je een prik krijgt. Zij kunnen dan rekening<br />

houden met jouw wensen, z<strong>onder</strong> dat je het steeds weer hoeft te zeggen. De<br />

pedagogisch medewerker kan je hier meer over vertellen.<br />

Wil je meer weten?<br />

Kijk dan op:<br />

www.hetwkz.nl<br />

www.umcutrecht.nl<br />

www.kindenziekenhuis.nl<br />

www.jadokterneedokter.nl<br />

Heb je nog vragen?<br />

Schrijf ze op, dan kun je ze niet vergeten. Je kunt ze stellen<br />

als je in het ziekenhuis bent.<br />

Voor vragen over bronchoscopie kun je bellen met de<br />

afdeling kinderlongziekten, telefoonnummer 088 75 547 57<br />

Voor andere vragen of advies kun je bellen met een pedagogisch<br />

medewerker via het secretariaat Pedagogische Zorg:<br />

• op maandag, dinsdag en d<strong>onder</strong>dag van 9.00 tot 10.00 uur<br />

• telefoonnummer 088 75 542 24<br />

Je ouders kunnen deze nummers ook bellen.<br />

21


Voor ouders: voorbereiding en begeleiding<br />

Hoe kunt u uw kind voorbereiden<br />

Hier<strong>onder</strong> staan algemene adviezen. U kunt zelf inschatten wat bij<br />

uw kind past.<br />

• Kies een rustig moment voor de voorbereiding. Bijvoorbeeld niet<br />

vlak voor het slapen gaan. Zorg dat er tijd is voor uw kind om<br />

vragen te stellen.<br />

• Begin bij jonge kinderen niet te vroeg met voorbereiden. Ze<br />

hebben een ander tijdsbesef dan volwassenen. Jonge kinderen<br />

leven in het ‘hier en nu’. Een paar dagen van tevoren is meestal<br />

vroeg genoeg. Zorg wel dat er voldoende tijd is om er nog eens<br />

op terug te komen. Herhaling is belangrijk. Bij oudere kinderen<br />

kunt u wat eerder beginnen.<br />

• Laat uw kind de informatie navertellen aan uzelf of aan anderen.<br />

Zo merkt u of alles begrepen is.<br />

Wat vertelt u en hoe<br />

• Kies woorden die uw kind begrijpt, vertel zo eenvoudig mogelijk.<br />

Sluit aan bij zijn/haar belevingswereld.<br />

• Vraag wat uw kind al weet over het <strong>onder</strong>zoek.<br />

22<br />

• Leg geen nadruk op nare dingen, maar vertel er wel eerlijk over.<br />

• Vertel alleen over wat uw kind bewust meemaakt tijdens het<br />

<strong>onder</strong>zoek. Dus over alles wat het ziet, voelt, hoort, ruikt en<br />

proeft.<br />

Hoe kunt u uw kind begeleiden<br />

Ga met uw kind mee naar het <strong>onder</strong>zoek. Of vraag een ander<br />

vertrouwd persoon om mee te gaan. Dat geeft steun en veiligheid.<br />

U kunt voor afleiding zorgen. Bespreek thuis al hoe u dat het beste<br />

kunt doen.<br />

Neem lievelingsspeelgoed, een knuffel en/of een (voorlees)boek<br />

mee.<br />

U mag verwachten dat we tijdens het <strong>onder</strong>zoek duidelijk vertellen<br />

wat er gebeurt. Stel gerust vragen als u of uw kind iets niet<br />

begrijpt.<br />

Een goede voorbereiding zorgt voor minder spanning en onverwachte<br />

situaties. Toch kan uw kind zich anders gedragen dan u<br />

verwacht of gewend bent. Uw kind kan stil worden, of juist druk,<br />

of huilerig. Thuis of tijdens het <strong>onder</strong>zoek. Geef hier aandacht aan<br />

en maak het bespreekbaar. Uw kind voelt zich daardoor gesteund.<br />

23


Schrijf hier je aantekeningen<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

----------------------------------------------------------------------------------------------<br />

24<br />

Colofon<br />

Divisie Kinderen<br />

Functie-afdeling Longziekten, locatie WKZ<br />

© juni 2012, UMC Utrecht<br />

KITE 04.009


UMC Utrecht<br />

Locatie WKZ<br />

Lundlaan 6<br />

3584 EA Utrecht<br />

Tel 088 75 555 55<br />

www.umcutrecht.nl<br />

www.hetwkz.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!