Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA
Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA
25. Ad repotia pisculenta inter nos, externo nemine, nisi qui operam huic collegio navant, ut sunt ministri, Isaacus van Endhoven, Steenbergen etc. Sub linea aequinoctiali -eferebat Brouwerus, experientia doctus, nulla est umbra, cum sol supra caput umbram pedibus calcandam praebet. [27-1-1620] 27. Gecocht van Trip 10 ijsere stucken tot 17 gld. het hondert. Een Engelsman ontrent 45 jaeren oudt, wesende crancksinnich ende daeromme van het jacht geseth, heeft sichselfs den voorleden nacht omgebracht. Isaac le Maire was doende, seeckere insinuatie aen de Compaignie pretenderende, seecker achterwesen van de rekeninge der vloten van Hemskerck ende Warwyck, voor de Verenichde Compaignie gevallen. Waerover hij nochtans de voorgaende particuliere bewinthebberen als Del Beecque ende andere heeft te vorderen, ende niet de Vereenichde Oost-Indische Sociëteyt, die in geen voorgaende profijten noch scaden getreden sijn. Een in den dienst van de Compaignie gevangen sijnde geweest, eyschte sijne maentgelden, ende oock die ten tijde van sijne gevanckenisse verlopen waren. De bewinthebberen excipieerden, daertoe niet gehouden te sijn, d’wijle sij geenen dienst van hem hadden gehadt. Doch alsoo resolutie genomen was, van sulcke te sullen betalen tot 15 maenden ende niet vorder, presenteerden hetselve. Hij niet tevreeden sijnde, roept de bewinthebberen voor het Hoff van Hollant, ende de saecke nu sijnde tot het versoecken van namptissement, scrijven de advocaten aldaer bij haere missiven, die d’actoris’ huysfrou brengt, dat haer geraedsaem dunckt, te accorderen d’wijle men het nampt niet en soude connen ontgaen, ende de resolutie van de bewinthebberen, na date van het aennemen actoris’ genomen, hem niet en conde prejudiceren. Hebben daerover goetgevonden, met de vrou in accoord te comen, die bij haer man mette Engelsche schepen na Indiën gegaen sijnde, geauthoriseert was, mits dat sij soude het aengeleyde proces afdoen, etc. Waertoe de Compaignie te meer geporret worden, ommedat alle die in de Mannillas gevangen sijn geweest, gelijcke saecke hebben, die men met het voorgaende proces een voet soude geven. De schepen die naer Indiën geseylt sijn, hebben meest 22 of 26 stucken geschut, uuytgenomen de jachten. [30-1-1620] 30. Pro re Gallicana laborandum, ut testimonia et instrumenta in rem nostram conquirantur, malignus nempe et dolosus in ea nobis adversarius, qui validis videtur sustentaculis inviti. Voor stiermans te scrijven, ende te sien na geschut, dat de jachten wel mochten 16 stucken opnemen, soo de Engelsche veel meer versien sijn, doch al met ijser, overmits geene dan conincxschepen metale moge voeren. De overseylinge, bij het schip gedaen, wert bij de reeders des overseylden schips begroot tot 1.600 gld., waertoe gecommitteert sijn te handelen ... [31-1-1620] 31 januarii. Over Rotterdam ontfangen scrijvens van den Governeur-Generael Laurens Reael, uuyt het schip - gescreven, den 16. januarii 1620, in de Canael noortwarts ontrent de Sorlinges, inhoudende hoe dat hij ontrent voor vijff maenden uuyt Jacatra was geseylt, sonder getuct ofte eenige verversinge ingenomen te hebben. Waerover hij van provisie qualicken voorsien was. Ende versocht daerover, dat men hem wilde jegen senden eenige verversinge met convoy, nadien het volck van sijn schip seer kittelorich was. Daerbij voegende in fine, dat de saecken in Indiën wel stonden, als hij naerder soude scrijven. 20
Sijn volck was ten deele seer moetwillich, gelijck wij hier aen verscheyde gesien hebben, hetwelck hem hadde doen scrijven om convoy. Denselven dach tijdinge gecregen, dat het schip daechs tevooren voorbij de Wijck was gepasseert, ende aldaer eenige verversinge van visch hadde ontfangen, voorts na Tessel seylende. Deselve tijt is Brouwer derwarts gesonden. Is dien dach het schip in Tessel gearriveert. Februarius [2-2-1620] De stucken sijn den 2. februarii overgesonden met de ladinge, dat se op’t Spaens ofte Italiaens cargo noemen, als volcht: 275.930 lb. geharpten peper, te weeten: 182.253 lb. priamanschen 91.169 lb. jambyschen 2.508 lb. bantamschen 275.930 peper ====== 90.951 lb. nagelen 1.852 catty rouwe sijde in 9 cassen 534 ½ catty draeckenbloet 336 ½ caraten diamanten 43 bezar stenen, wegende 17 oncen 5.523 catty camphur in 11 cassen In rou geëstimeert ontrent vijff tonnen gouts. Jamby is een plaetse, gelegen in Sumatra op een schone riviere, die in de gemeene caerten onbekent, maer in de caerten van de Compaignie, met de penne gemaect, uuytgedruct staet. Bantam is meer als bekent, dan Priamay en hebbe ick noch niet gevonden. (Is meede in Sumatra gelegen). 21 Dese plaetsen sijn vermaert om het peper-gewas, Scaliger statuit, piperi rotundi 3 species a regionibus: Indicum, Taprobanicum, Aethiopicum. (3 - .-- . , nr. 148). 22 Catti mensurae genus est, invenio nempe een catti peper tot 270 lb., ofte 5 sacken. (Journ. 1595). 23 Drakenbloet, in’t Latijn Sanguis draconis genoempt, officinis bekent est succus vel lacruma arboris Indicae, de qua sic Monardus in .- (caput 38): 24 ‘Magna est arbor cortice satis tenui, et qui (aequi) facile incidi potest. Ea vulnerata, liquor ille effluit, quem sanguinem draconis in lachryma dicunt, ab eo differens, quem sanguinem in pane vocant, quod in panes seu massas istic cogatur, quemadmodum resina in castella.’ Facultates in medica re non contemnendae ei attribuuntur: contra profluvium alvi, contra sanguinem et capitis defluxiones, ginginas etiam a putrefactione liberat, et dentes stabilit. Et color eius pictoribus est maxime expetitus. Rationem nominis adfert Monardus, quod fructus eius arboris dracunculum representat. Vide Clusium in . ad Monardum, et 3- librum 4, capitulum ad finem, ubi purius et defecatum gummi genus esse videtur annude. 21 In de marge. 22 In de marge. 23 In de marge. 24 In de marge. 21
- Page 1 and 2: Aantekeningen van Arnoldus Bucheliu
- Page 3 and 4: 3r Geschiedenis van de 5v Buchel be
- Page 5 and 6: Indiën, soo vaste als eylanden aen
- Page 7 and 8: Ex libro Athanasii Kircheri, cui ti
- Page 9 and 10: Waerover ick doen op mijn beraet be
- Page 11 and 12: [10-11-1619] In novembri, na den ou
- Page 13 and 14: subject maecken dienaengaende de ov
- Page 15 and 16: orgermeester, hadde ’tselve voorg
- Page 17 and 18: 6. Egbert Jansz During, wesende gec
- Page 19: verstaende, die bij corte wegen end
- Page 23 and 24: Item, dat noch vijff schepen na de
- Page 25 and 26: achten, ende de andere op 10 gelijc
- Page 27 and 28: Een François presenteerden sijnen
- Page 29 and 30: De governeur Reael, sieck van het p
- Page 31 and 32: Ick vynde seecker accoord tusschen
- Page 33 and 34: Worden gecommitteert borgemeester W
- Page 35 and 36: Vlacq gecommitteert om met de instr
- Page 37 and 38: Op de verclaringe bij joffrou Anna
- Page 39 and 40: Werden goetgevonden, dat men het 47
- Page 41 and 42: Waertoe gebracht sijnde, is het see
- Page 43 and 44: Men soude oock connen versoecken, o
- Page 45 and 46: Toegeleyt voor de groote schepen, d
- Page 47 and 48: [juni 1620] In junio, den … is de
- Page 49 and 50: hondert dusent guldenstotte aequipa
- Page 51 and 52: ende - - verovert onder Sunda de
- Page 53 and 54: Hiervoor hebbe ic de situatie van h
- Page 55 and 56: ebus collocandis idoneum, vendidiss
- Page 57 and 58: goet gevonden werden. Dat het een l
- Page 59 and 60: goetgevonden, hiervan een poinct va
- Page 61 and 62: Voort voor sijnen getrouwen dienst,
- Page 63 and 64: Dat men diegeene die het fort Polew
- Page 65 and 66: was Jan Wedden, nam uuyt Hollandia
- Page 67 and 68: handelinge, die mogelick waer te be
- Page 69 and 70: November [2-11-1620] 2. Is het volc
25. Ad repotia pisculenta inter nos, externo nemine, nisi qui operam huic collegio na<strong>van</strong>t, ut<br />
sunt ministri, Isaacus <strong>van</strong> Endhoven, Steenbergen etc.<br />
Sub linea aequinoctiali -eferebat Brouwerus, experientia doctus, nulla est umbra, cum sol<br />
supra caput umbram pedibus calcandam praebet.<br />
[27-1-1620]<br />
27. Gecocht <strong>van</strong> Trip 10 ijsere stucken tot 17 gld. het hondert.<br />
Een Engelsman ontrent 45 jaeren oudt, wesende crancksinnich ende daeromme <strong>van</strong> het jacht<br />
geseth, heeft sichselfs den voorleden nacht omgebracht.<br />
Isaac le Maire was doende, seeckere insinuatie aen de Compaignie pretenderende, seecker<br />
achterwesen <strong>van</strong> de rekeninge der vloten <strong>van</strong> Hemskerck ende Warwyck, voor de Verenichde<br />
Compaignie gevallen. Waer<strong>over</strong> hij nochtans de voorgaende particuliere bewinthebberen als<br />
Del Beecque ende andere heeft te vorderen, ende niet de Vereenichde Oost-Indische<br />
Sociëteyt, die in geen voorgaende profijten noch scaden getreden sijn.<br />
Een in den dienst <strong>van</strong> de Compaignie ge<strong>van</strong>gen sijnde geweest, eyschte sijne maentgelden,<br />
ende oock die ten tijde <strong>van</strong> sijne ge<strong>van</strong>ckenisse verlopen waren. De bewinthebberen<br />
excipieerden, daertoe niet gehouden te sijn, d’wijle sij geenen dienst <strong>van</strong> hem hadden gehadt.<br />
Doch alsoo resolutie genomen was, <strong>van</strong> sulcke te sullen betalen tot 15 maenden ende niet<br />
vorder, presenteerden hetselve. Hij niet tevreeden sijnde, roept de bewinthebberen voor het<br />
Hoff <strong>van</strong> Hollant, ende de saecke nu sijnde tot het versoecken <strong>van</strong> namptissement, scrijven de<br />
advocaten aldaer bij haere missiven, die d’actoris’ huysfrou brengt, dat haer geraedsaem<br />
dunckt, te accorderen d’wijle men het<br />
<br />
nampt niet en soude connen ontgaen, ende de resolutie <strong>van</strong> de bewinthebberen, na date <strong>van</strong><br />
het aennemen actoris’ genomen, hem niet en conde prejudiceren. Hebben daer<strong>over</strong><br />
goetgevonden, met de vrou in accoord te comen, die bij haer man mette Engelsche schepen na<br />
Indiën gegaen sijnde, geauthoriseert was, mits dat sij soude het aengeleyde proces afdoen, etc.<br />
Waertoe de Compaignie te meer geporret worden, ommedat alle die in de Mannillas ge<strong>van</strong>gen<br />
sijn geweest, gelijcke saecke hebben, die men met het voorgaende proces een voet soude<br />
geven.<br />
De schepen die naer Indiën geseylt sijn, hebben meest 22 of 26 stucken geschut, uuytgenomen<br />
de jachten.<br />
[30-1-1620]<br />
30. Pro re Gallicana laborandum, ut testimonia et instrumenta in rem nostram conquirantur,<br />
malignus nempe et dolosus in ea nobis adversarius, qui validis videtur sustentaculis inviti.<br />
Voor stiermans te scrijven, ende te sien na geschut, dat de jachten wel mochten 16 stucken<br />
opnemen, soo de Engelsche veel meer versien sijn, doch al met ijser, <strong>over</strong>mits geene dan<br />
conincxschepen metale moge voeren.<br />
De <strong>over</strong>seylinge, bij het schip gedaen, wert bij de reeders des <strong>over</strong>seylden schips<br />
begroot tot 1.600 gld., waertoe gecommitteert sijn te handelen ...<br />
[31-1-1620]<br />
31 januarii. Over Rotterdam ontfangen scrijvens <strong>van</strong> den G<strong>over</strong>neur-Generael Laurens Reael,<br />
uuyt het schip - gescreven, den 16. januarii 1620, in de Canael noortwarts ontrent<br />
de Sorlinges, inhoudende hoe dat hij ontrent voor vijff maenden uuyt Jacatra was geseylt,<br />
sonder getuct ofte eenige verversinge ingenomen te hebben. Waer<strong>over</strong> hij <strong>van</strong> provisie<br />
qualicken voorsien was. Ende versocht daer<strong>over</strong>, dat men hem wilde jegen senden eenige<br />
verversinge met convoy, nadien het volck <strong>van</strong> sijn schip seer kittelorich was. Daerbij<br />
voegende in fine, dat de saecken in Indiën wel stonden, als hij naerder soude scrijven.<br />
20