31.05.2013 Views

Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA

Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA

Aantekeningen van Arnoldus Buchelius over zijn ... - gahetNA

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

dat hetselve grootelicx streckten tot achterdeel <strong>van</strong> deselve Compaignie. Waer<strong>over</strong><br />

doleancea.. gecomen sijnde aen de heeren Staten. Is hun noch geordonneert gelijcke somme in<br />

te scrijven, pro rata elcx in sijn particulier. Ende deselve niet te vercopen ofte <strong>over</strong> te setten,<br />

voor ende aleer de geheele penningen opgebracht sullen sijn. Ofte, als andere seggen, de<br />

voorseyde ingeleyde somme te redimeren ende te houden, totdat de volle terminen betaelt<br />

sijn.<br />

[3-12-1623]<br />

In decembri 1623. Also 32 schepen veerdich waren om de reyse aen te nemen, is daer meede<br />

in publicis supplicationibus voor gebeden, dat die de goede Godt voorspoet wilde verlenen,<br />

tot solagement onses gemeenen vaderlants. Dese schepen sijn de voorseyde maent<br />

uuytgelopen met goeden wynt. Ende voor sommigen tijt waren noch twee welgemonteerde<br />

ende geëquippeerde schepen met een jacht gesonden na de Goutcuste <strong>van</strong> Guinea in Africam.<br />

Ick verstae, het ingeleyde de vijftich tonnen gouts niet veel te excederen. Veele haer<br />

toegeseyde achterhoudende, jae selfs die het meest behoorden te vorderen. Sic plerique<br />

privatis rebus intenti, publicis ac patriae infidi inveniuntur, cum multorum bonorum querela,<br />

sed <strong>van</strong>a.<br />

<br />

Johannes Antonii Utenwalius obtulit aliis, etiam mihi, praefecturam suam Indiae Occidentalis,<br />

paenitentia ductus molestiarum pro ea obtinenda exanthlatarum. Sibique proximo primo<br />

triennio plus impendii quam compendii inde adventurum asseverat.<br />

[31-3-1624]<br />

In fine martii 1624. Ex scriptis intelligimus, navem ex Guinea appulisse, cuius merces auro et<br />

ebore constabant, eiusque praefectum referre, circa Pentecosten alias expectandas mercibus<br />

luculenter onustas. Incolas insuper dedisse spem expellendi Lusitanos, et novas auri venas, se<br />

nostris monstraturos. Additur, nostros navim Lusitanicam, vino generoso onustam et aliquot<br />

machinis bellicis munitam, cum vectoribus in patriam adduxisse.<br />

[00-4-1624]<br />

Hoc mense aprili vendentur Amstelredami quaedam, ex navibus domum reversis, nempe ex<br />

, - et-, vel ..- allata, mercimonia, ut lignum rubrum<br />

Brasilicanum, dentis elephantini et similia.<br />

Sijn oeck in’t eynt deses maents billetten geaffigeert, omme het derdendeel <strong>van</strong> de twee<br />

resterende payen op te brengen, alhier in handen <strong>van</strong> Dirck <strong>van</strong> Swanenborch, die in plaets<br />

<strong>van</strong> Jan Anthonisz Uuytdewael gesuccedeert is als bewinthebber, <strong>over</strong>mits d’selve Utenwael<br />

difficulteerden, tot Amsterdam te gaen wonen. Oock scheen te considereren, dat noch de<br />

proufijten, noch de reputatie die hij daerbij meenden te vercrijgen, en soude responderen met<br />

sijn meeninge.<br />

Daer vielen oock clachten, dat de saecke niet recht en ginck, dewijle men verstont, dat<br />

merckelicke sommen <strong>van</strong> het eerste termijn noch was te betalen, ende dat men datselve eerst<br />

behoorden te suyveren, etc.<br />

[00-5-1624]<br />

Het jacht, dat den 4. januarii 1624 was <strong>van</strong> de stat Nieu Batavia ofte Jacatra uuyt Java geseit,<br />

is in mayo gearriveert, brengende tijdinge dat drie schepen, wel geladen, veertien dagen ofte<br />

drie weecken, als men verhoopten, soude volgen, ende noch drie schep bijcans toegerust<br />

lagen op de custen <strong>van</strong> Cormandel. Verhaelden meede <strong>van</strong> eene conspiratio bij eenige<br />

Engelsche ende inwoonders op Amboyna, meinende het casteel aldaer te ver<strong>over</strong>en. Maer<br />

waren gemelt, eenige ge<strong>van</strong>gen, sommige gejusticeert, oeck Engelse. Waer<strong>over</strong> men seyt, dat<br />

den coninc <strong>van</strong> Groot-Britanniën qualic soude tevreden wesen, <strong>van</strong> sijne oorblasers opgeritz.<br />

134

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!