13.05.2013 Views

Download Dagboek - De negentiende eeuw

Download Dagboek - De negentiende eeuw

Download Dagboek - De negentiende eeuw

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Vijfde Hoofdstuk<br />

Kanaal van den heer van <strong>De</strong>dem 72<br />

de Ommerschans 92[?]<br />

Dingsdag 15 July<br />

Te acht ure verlieten wij het eerste fatsoenlijke logement dat wij tot nog toe gehad hadden en<br />

stapten volgens afspraak naar het stadhuis, waar ons de Heer Tobias, die met den bode eene<br />

schouw moest gaan doen met een kapwagen afwachtte. Zijne goede harddravers brachten ons<br />

met spoed over den Zandweg heen door de groote landerijen, waar de arme lieden uit de stad hun<br />

beesten voor eene geringe som laten weiden. Wij zagen de plaats waar men den nieuwen weg<br />

naar Meppelt maken wil en kwamen drie uren van Zwol aan de plaats van den heer Van <strong>De</strong>dem,<br />

aanlegger van het beroemde kanaal dat zijn' naam draagt. Daar wij gemelden Heer een bezoek<br />

wilden doen, stapten wij af en bedankten den Heer Tobias voor al zijne beleefdheden. Die<br />

gedienstige man herinnerde mij in houding, gestalte, gelaatstrekken, spraak, omgang en vooral<br />

zijne vriendelijke en inneemende handelwijze mijn overleden' Oom den Heer Sylvius Van<br />

Lennep. <strong>De</strong> oude plaats van den Heer Van <strong>De</strong>dem doorgewandeld zijnde, kwamen wij aan de<br />

nieuw aangelegde. Waar voor twee jaren alleen barre heide was, staat nu reeds welig hout en<br />

koren, zijn bloemperken en vruchtboomgaarden aangelegd en prijkt het heerlijk huis, dat, van<br />

Vollenhove derwaarts gevoerd, en aangenaam over de vaart hangt. <strong>De</strong>ze vaart is zeer breed en<br />

genoegzaam diep, zoodat mijn reisgenoot in 1819, toen de Smilder en Hogeveensche vaarten<br />

onbevaarbaar waren wegens het lage water op deze vaart eene vloot van niet minder dan<br />

zeventig turfschepen zeilen zag. Met gunstigen wind kunnen de schepen van de Ommerveenen in<br />

een' dag te Amsterdam zijn, daar zij uit de Pekel Colonies komende acht dagen werk hebben,<br />

wegens de menigten van sluizen. <strong>De</strong>sniettegenstaande spreekt bijna ieder ten nadeele over de<br />

vaart van den heer Van <strong>De</strong>dem, meest uit onkunde of ijverzucht. Het speet ons zeer dat wij hem<br />

niet buiten vonden, daar hij ons zeker veel had kunnen verhalen en ten eten zou gehouden<br />

hebben. Van zijne buitenplaats wandelden wij twee uren de vaart op en kwamen zoo aan de<br />

herberg van Kruizinga, nabij de Ommerschans gelegen. <strong>De</strong>ze Kruizinga is de rechterhand van<br />

den heer Van<strong>De</strong>dem: hij heeft hem veel geholpen in 't aanleggen der vaart: ook was hij het die<br />

voor f 55.000 het gansche gebouw der Ommerschans aannam en in orde bracht. Toen wij bij hem<br />

kwamen was hij niet te huis. Zijne vrouw, ons voor landloopers aanziende, weigerde ons logies.<br />

Van Hogendorp bestelde dus koffi en liet zich als ontvallen dat het hem speet den heer<br />

Van<strong>De</strong>dem niet tehuisgevonden te hebben: nu zette men groote oogen op: doch toen de kastelein<br />

zelve te huis kwam, maakte zich mijn reisgenoot aan hem bekend voor denzelfden, wien hij in<br />

1819 de veenen had rondgereden. Dadelijk keerde het blaadje om. <strong>De</strong> knecht haastte zich ons de<br />

eerste te dienen: de meid ging onze bedden gereed maken: de zuster zette de stoelen, en de<br />

vrouw maakte duizend verontschuldigingen dat zij ons niet naar waarde ontfangen had. Wij<br />

dronken dus koffi en hoorden Kruizinga over de Ommerschans uit. Zeer aangenaam en<br />

onderhoudend was zijn gesprek. Hij is een fraai, vrij gezet man, wiens spreekende oogen en<br />

gelaatstrekken eene meer dan gewoone kunde, een vlug en schrander oordeel, eene spoedig<br />

gevatte slimheid, ja zelfs een ongemeen genie aantoonen. Daar zijn huis te klein is, laat hij aan<br />

de overzijde der vaart een tweede gebouw oprichten. Ingelicht omtrent hetgeen wij weten<br />

wilden, trokken wij te twee ure naar de Ommerschans. Eerst liepen wij tien minuten door<br />

heerlijke rogge en genaakten zoo het gesticht, dat een vrij aangenaam voorkomen heeft, zijnde<br />

met boomen hier en daar overschaduwd, en op een' ouden Schans nog met grachten omringd,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!