13.05.2013 Views

Download Dagboek - De negentiende eeuw

Download Dagboek - De negentiende eeuw

Download Dagboek - De negentiende eeuw

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Te vijf ure opgestaan zijnde ontbeten wij met de Vries, en wandelden met hem te zes ure de vaart<br />

langs over Echten door fraai koren en boekweit: vervolgens trokken wij eene barre heide door tot<br />

aan het Koekanger tolhek, waar wij een oogenblik bleven rusten. <strong>De</strong> koopman die nog aan de<br />

Wijk zijn moest, nam hier afscheid van ons en wees ons een voetpad langs maaivelden, dat ons<br />

aan de vaart wederbracht, die wij te Echten hadden verlaten. <strong>De</strong> weg was gul en moeilijk, doch<br />

belommerd en niet onaangenaam. Te elf ure traden wij te Meppelt in de herberg van de<br />

juffrouwen Dannebergh., Ons goed dat wij reeds meenden te vinden, was nog niet aangekomen;<br />

wij lieten dus overal naar hetzelve hooren, doch zonder vrucht. Intusschen dronken wij koffy en<br />

aten te een ure zeer goed met een koopman uit Elberfeldt. Na den eten gingen wij weder het vlek<br />

rond om ons goed te zoeken, doch met even weinig vrucht. Ondertusschen was er een lastig<br />

gezelschap heeren binnengekomen, dat echter spoedig weer vertrok. Nu hield er, terwijl wij thee<br />

dronken, een wagen stil. Twee jonge dames traden uit dezelve. <strong>De</strong> eene vroeg in de gang naar<br />

eene bijzondere kamer, doch na eenige woordenwisselingen kwam zij in de zaal, waar wij zaten.<br />

<strong>De</strong>ze was klein van postuur, aangenaam en geestig van uitzien en ongeveer 23 a 24 jaren oud. <strong>De</strong><br />

andere had nog geen achttien jaren bereikt. Hare gestalte was rijzig; hare gelaatstrekkingen fijn;<br />

hare blaauwe oogen teekenden gevoel en tederheid: de blos op hare wangen, de kleine<br />

roozemond en fraaie bruine vlechten die zich van onder een klein mutsjen vertoonden, maakten<br />

haar tot een zeer bevallig meisje. Zij eischten thee en plaatsten zich aan een ander tafeltjen. Nu<br />

reikte Van Hogendorp mij een briefje toe, waarop hij geschreven had: 'het zijn marchaudes de<br />

modes die van Groningen naar de Arnhemsche kermis reisden.' Dit besloot hij uit de menigte<br />

van koffers en hoededoozen die mede gingen. Nu bestelden zij haar avondeten tegen negen ure.<br />

Inmiddels kwam ons goed aan, waarop wij gingen wandelen.<br />

Meppelt is het eenige vlek in Drenthe dat eenige gelijkenis met eene stad heeft, daar het,<br />

hoewel zonder poorten, echter stadsgewijs, met markten en straten gebouwd is. Als de<br />

voornaamste doortochtplaats van OverIJssel naar Groningen, is het gedurig vol levendigheid en<br />

gerij. <strong>De</strong> volksmenigte is er ook beziger dan op andere plaatsen, ten minste uiterlijk, en geen<br />

wonder, want ieder stelt twee of drie persoonen voor, en oefent de tegenstrijdigste ambachten uit:<br />

zoo hadden wij over het logement de boekwinkel N.N. Goud en Zilversmid; de apotheek van<br />

Z.Z. tabaksfabrikant: de kruidenierwinkel van S. splitser der loterij: de stalhouderij van Z.<br />

koopman in aardewerk, en huis aan huis eene menigte zulke voorbeelden.<br />

Van onze wandeling gekeerd, schreven wij brieven, en zagen kort daarop de dames, die<br />

inmiddels ook wat rondgewandeld hadden, terugkomen en zich aan de andere tafel plaatsen. -<br />

Het was ½8 ik verzond mijn journaal, leide de pen neder en staarde de jeugdige schoonheden<br />

aan, om te gissen wie zij zijn konden. <strong>De</strong> jongste had haar mutsje afgezet, waarschijnlijk om ons<br />

de fraaie lokken te doen bewonderen, die het allerliefst gezichtje omkronkelden, of ook<br />

misschien omdat zij het warm had. <strong>De</strong> hooge japon, met paarsse bloemen bezaaid, bedekte<br />

ongaarne haar bekoorlijk rijzende boezem, en liet ter naauwer nood een snoepig klein voetje<br />

zien: gedurig vesteden zich de heldere oogen op hare bevallige reisgenoote om de woorden uit<br />

derzelver mond te vangen, immers het scheen dat zij een weinig doof was: de andere, die<br />

misschien ook uit koketterie haar mutsje opgehouden had, vermits de bruine oogen des te beter<br />

tegen de roozenroode strikjens flonkerden, praatte veel, doch niet hard genoeg om door ons<br />

geheel verstaan te worden. Nu stond ik, die tot nog in mijne blaauwe kiel had gezeten, op, ging<br />

naar mijne kamer, en dosschte mij als een petit-maitre uit. Na een half uur toilette keerde ik in de<br />

zaal, en vond Van Hogendorp wat nader aan een schuifraam zitten en zeer drok met de kleinste<br />

der dames over het fraaie weder en de slechte wegen enz. enz. sprekend. Het ijs dus gebroken<br />

vindende, zettede ik mij tusschen beide en mengde mij in het gesprek, al leenende op den rug

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!