Download Dagboek - De negentiende eeuw
Download Dagboek - De negentiende eeuw Download Dagboek - De negentiende eeuw
nog wel op het drooge. Aan de zeekant is tegen de haven een muur gebouwd met drie groote en eene kleine poort: aan de landzijde zijn zeven bolwerken; hooge schoone wallen, en eene diepe gracht door Coehoorn veel verbeterd. De Fivel of het Damsterdiep heeft hier door twee, voorheen door drie sluizen of zijlen zijne uitwatering, welke eerst de Delf heette, waarna de vesting genoemd is. Dezelve is met breede straten gebouwd en heeft zelfs een huis met eene porte cochère, waardoor al de andere huizen wel heen kunnen loopen. Te half negen dronken wij eene flesch wijn, en zagen de invaliden welke hier ten getale van honderd met vrouw en kinderen de Groote Cazerne bewoonen, hun pijpje voor de hoofdwacht smooken. Te negen ure gingen wij bedwaarts. Woensdag 25 Juny. Te half vijf waren wij reeds op weg en kwamen ras aan het dorp Farmsum, tot hetwelk zes gehuchten behooren. De kerk en toren zijn hoog, en deze laatste scheef gebouwd. Twee steen- en pannebakkerijen, eene kalkbranderij, eene scheepstimmerwerf, een zaag- olie- rogge- en pelmolen vindt men in hetzelve. In 1813 had dit dorp door de Franschen die in Delfzijl genesteld waren, veel te lijden: eene rij huizen werd er omvergehaald: de lommerrijke lanen, wandelingen en boomgaarden werden vernield om het geschut vrij te hebben. - Twee ure van daar ligt Wageborgen, waar wij als in alle boereherbergen bij een blakend vuur werden opgewacht en ontbeten. Dit dorp is niet groot en ligt op een min vruchtbaren zandgrond. Om te Nijenwolde te komen, dat er een vierde uurs van daan ligt, hadden wij een uur werk wegens den omweg dien wij om een korenveld nemen moesten. Nijenwolde, een groot en zeer vruchtbaar dorp is door indijking aan den Dollert ontnomen. De gemeente is hier zoo groot dat er twee schoolen zijn. Langs een steenen voetpad door het koren voortgaande, kwamen wij aan eene herberg, waar de kastelein ons raadde links om den n/N[?]ieuwendijk optegaan. Dit deden wij en hadden aldaar links en rechts het heerlijkst gezicht over de ingedijkte polders, waarvan de laatste 2200 deimten lands (elke deimte van 240 roeden) bevat, en in 1819 en 1820 geschied is. Bloeiend staan er de korenvelden. Het koolzaad had er van den vorst geleden, anders zoude het gezicht nog fraaier geweest zijn. Boerenwooningen van drie verdiepingen hoog stonden heinde en veer verspreid. Men geeft hier voor de deimte lands tot bij de f 100 huurs, 'tgeen onbegrijpelijk veel schijnt: doch de belastingen en verpondigen zijn hier hoog en worden door den eigenaar geheel gedragen, mede wegens de beklemming waarvan ik hooger sprak. Te Finsterwolde, een aanzienlijk en zeer uitgestrekt dorp hadden wij wederom met eenige groote honden twist; wij aten en dronken er koffi van 12 tot 2 in een' groote herberg. Van Hogendorp die sints de slapelooze nacht van Groningen niet zeer wel was herstelde zich hier met een twintigtal kopjens. - Nu den dijk verlaten hebbende wandelden wij door fraaie velden naar Beestenhamrik. Hier werd ons oog verrukt door het aanschouwen van meer dan honderd boerenwooningen, elk van drie verdiepingen hoogte, met onmetelijke schuren voorzien, en zich zoo ver het oog reikte in den Pruissischen polder uitstrekkend. Na een half uur gaans kwamen wij aan een dijkje dat men ons voor de kortheid had aangewezen: maar dat slechts van modder bestond, en waar men bij elke schrede een' halven voet inzakte; dit duurde drie kwartiers en was hoogst verveelend na acht uren geloopen te hebben. Het eindigde aan de Nieuwe Schans, waar wij te 4 ure aankwamen en in de groote herberg van Buisman (of zoo als de Groningers zeggen: Boesman) onzen intrek namen. Mijn reisgenoot dronk er nitri ter herstelling en ik bier. Na een ogenblik gerust te hebben traden wij de vijfhoekige vesting in, doch stootten spoedig ons hoofd aan de andere poort. De schanssen rondwandelende die voor hooi- en grasvelden gebruikt worden, kwamen wij aan de school en traden dezelve binnen, ons van den naam des hoogleeraars Van Swinderen bedienende.
De meester beviel ons wel: een tachtigtal kinderen geniet hier onderwijs; daar wij echter op de avondschool kwamen zagen wij er slechts dertig a veertig. Men leesde hier de kinderen wat minder uit boekjens van 't Nut van 't Algemeen en wat meer uit den bijbel. Te zes ure in de herberg gekeerd aten wij met een' platten Amsterdammer die verheugd was een stadgenoot te zien, doch niet begreep dat hij mij, noch ik hem kende, en trokken spoedig naar bed. Donderdag 26 Juny Te half vijf ure wandelden wij de vaart langs naar Winschoten. Halverweg rusteden wij aan eene herberg uit en assisteerden bij de toilette van eene dochter of dienstmaagd, eene der schoonste vrouwen die ik immer gezien heb. Haar aanblik was die van Juno; hare armen, handen en voetjens die van Venus: haar boezem die van Diana: hare bewegingen die der Gratiën. Wat verder betaalden wij tol zonder dat er een tolhek was. Nabij Winschoten overviel ons een geweldige regenbui, waartegen onze kielen zelve niet volkomen weerstand konden bieden. In de herberg het blouwe paard kwamen wij te half acht en ontbeten aldaar: tusschen de buien door bezichigden wij het fraaie en ruim gebouwde vlek, waar groote huizen staan, nog gedurig getimmerd wordt en bij de 2700 zielen woonen. De rechtbank over het Oldamt en Westerwolde benevens het vredegerecht over het kanton zijn er gevestigd. De hervormde kerk heeft een groot orgel: ook is er eene Roomsche en eene Synagoog. - Wegens den regen bleven wij, aten met een verveelend gezelschap dat slechts van moorden uit liberaliteit sprak; ik speelde met een' zeekapitein biljard, schreef tot 9 ure en sliep goed.
- Page 1 and 2: DAGBOEK Van mijne reis; in 1823 doo
- Page 3 and 4: Terwijl 't gebogen hoofd in de open
- Page 5 and 6: gevraagd had, en zeilden met heerli
- Page 7 and 8: En drukte in overmaat van smart Aan
- Page 9 and 10: Daar 't heden strafloos mag geschie
- Page 11 and 12: vallen is. Aan het tolhek naar Mede
- Page 13 and 14: zoovele smaragden deed schitteren.
- Page 15 and 16: plaatsten wij ons bij den S/s[?]chi
- Page 17 and 18: Derde Hoofdstuk De Lemmer; groote h
- Page 19 and 20: Wat zien we aan onzen voet en over
- Page 21 and 22: annen. Na een zeer aangenaam en ver
- Page 23 and 24: Na de wandeling plaatsten wij ons a
- Page 25 and 26: en bracht, hoezeer elk om de koddig
- Page 27 and 28: Vijfde Hoofdstuk Leeuwaarden 65 Pri
- Page 29 and 30: 'k Herken die blonde vlechten Die L
- Page 31 and 32: Zondag 15 Juny. Daar Van Hogendorp
- Page 33 and 34: Zesde Hoofdstuk Vaart naar Dokkum 7
- Page 35 and 36: Zes duijzent roeden dijks bespaart,
- Page 37 and 38: feest recht nationaal was afgeloope
- Page 39 and 40: den hoogleeraar van Swinderen, dien
- Page 41 and 42: Heer Hendriks ons af kwam halen en
- Page 43 and 44: 'Wien brengt gij dezen dronk, den V
- Page 45 and 46: En dat hij zweert voortaan een libe
- Page 47 and 48: van vruchtboomen beplant was, trade
- Page 49: Ras hieldt gij; Groningen, deez' ni
- Page 53 and 54: gebouwd. Twee Hervormde, eene Rooms
- Page 55 and 56: DAGBOEK Van mijne reis; in 1823 doo
- Page 57 and 58: kwamen wij aan de Smilde, welke een
- Page 59 and 60: O! Schouwspel, vol bevalligheden! O
- Page 61 and 62: schaduw: spoedig echter joegen de m
- Page 63 and 64: Te vijf ure opgestaan zijnde ontbet
- Page 65 and 66: aten wij met den pastoor en onderdi
- Page 67 and 68: waarvan het een' moes- of bloementu
- Page 69 and 70: kunnen er tusschen zoodanigen en de
- Page 71 and 72: schouwburg in de open lucht waar de
- Page 73 and 74: Te elf ure wilden wij onzen tocht n
- Page 75 and 76: Vierde Hoofdstuk het Zwarte Water 5
- Page 77 and 78: een gedeelte der gracht ten volle b
- Page 79 and 80: Vijfde Hoofdstuk Kanaal van den hee
- Page 81 and 82: heeft, kan geen ander voedsel erlan
- Page 83 and 84: dienst was. 's Winters is er dus oo
- Page 85 and 86: Volbracht de stichting Uwer wallen
- Page 87 and 88: Sticht enkel ramp bij 't galmend sc
- Page 89 and 90: en aten er vrij slecht. Ik wandelde
- Page 91 and 92: ons wonder wat van den Fürst en zi
- Page 93 and 94: Ja wel! zeide hij, en klopte op zij
- Page 95 and 96: Zevende Hoofdstuk Steengroeven 113
- Page 97 and 98: vijf ure naar het postkantoor. Men
- Page 99 and 100: middel van ruiling licht uit den we
<strong>De</strong> meester beviel ons wel: een tachtigtal kinderen geniet hier onderwijs; daar wij echter op de<br />
avondschool kwamen zagen wij er slechts dertig a veertig. Men leesde hier de kinderen wat<br />
minder uit boekjens van 't Nut van 't Algemeen en wat meer uit den bijbel. Te zes ure in de<br />
herberg gekeerd aten wij met een' platten Amsterdammer die verheugd was een stadgenoot te<br />
zien, doch niet begreep dat hij mij, noch ik hem kende, en trokken spoedig naar bed.<br />
Donderdag 26 Juny<br />
Te half vijf ure wandelden wij de vaart langs naar Winschoten. Halverweg rusteden wij aan eene<br />
herberg uit en assisteerden bij de toilette van eene dochter of dienstmaagd, eene der schoonste<br />
vrouwen die ik immer gezien heb. Haar aanblik was die van Juno; hare armen, handen en<br />
voetjens die van Venus: haar boezem die van Diana: hare bewegingen die der Gratiën. Wat<br />
verder betaalden wij tol zonder dat er een tolhek was. Nabij Winschoten overviel ons een<br />
geweldige regenbui, waartegen onze kielen zelve niet volkomen weerstand konden bieden. In de<br />
herberg het blouwe paard kwamen wij te half acht en ontbeten aldaar: tusschen de buien door<br />
bezichigden wij het fraaie en ruim gebouwde vlek, waar groote huizen staan, nog gedurig<br />
getimmerd wordt en bij de 2700 zielen woonen. <strong>De</strong> rechtbank over het Oldamt en Westerwolde<br />
benevens het vredegerecht over het kanton zijn er gevestigd. <strong>De</strong> hervormde kerk heeft een groot<br />
orgel: ook is er eene Roomsche en eene Synagoog. - Wegens den regen bleven wij, aten met een<br />
verveelend gezelschap dat slechts van moorden uit liberaliteit sprak; ik speelde met een'<br />
zeekapitein biljard, schreef tot 9 ure en sliep goed.