blok 7 bloed en bloedvormende organen - VETserieus
blok 7 bloed en bloedvormende organen - VETserieus blok 7 bloed en bloedvormende organen - VETserieus
hemoglobine is ook een belangrijke pH buffer. 3. cytochromen: bevinden zich in de elektronentrasnportketen van mito's en zorgen voor de reductie van O2 en de wisseling van valentie van het ijzerion het globinedeel in deze eiwitten dient ter voorkoming van de vorming van radicalen, Fe3+ en Hb gebonden aan water ipv O2.dit houdt de binding eveneens reversibel (oxigenering). De kinetiek van de zuurstof binding aan myoglobine volgt de Michaëlis-Menten kinetiek en een normale enzymreactie.de grafiek heeft dus een hyperbole vorm. De affiniteit van myoglobine voor zuurstof is heel hoog, de p50 is dus laag. slechts bij een zeer lage zuurstofspanning zal Mb van O2 dissociëren. Hb heeft een andere kinetiek. de eerste zuurstofdissociatie verloopt langzaam, maar wanneer één van de 4 heeft losgelaten verloopt de rest snel. daarom heeft de grafiek dus ook een S-vorm. het zelfde geld voor de binding van zuurstof. de affiniteit van Hb is ook lager dan die van Mb en heeft daarom de transport functie. de spanning in de longen is echter hoog genoeg voor de binding.DeoxyHB geeft minder zuurstof af doordat DPG in het centrale gedeelte de heemgroepen dichter naar elkaar brengt. hierdoor kan het zuurtsof niet makkelijk wegkomen. Een andere factor die een rol speelt bij de dissociatie is het temperatuur effect. een temperatuur verhoging geeft meer zuurstofdissociatie. dit komt omdat de binding een exotherme reactie is. in de long wordt deze weer als warmte afgegeven en zo fungeert Hb dus ook als warmteregulator. Bij pooldieren is deze warmteafgifte vele geringer en bij de tonijn zelfs andersom. het Bohr-effect vindt plaats als de affiniteit van Hb voor O2 nog verder afneemt onder invloed van DPG. in andere aërobe weefsels is de affiniteit verlaagd, zodat het Hb niet weer de O2 meeneemt. de dissociatiecurve verschuift dus ook naar rechts,. Uit tentamen: het bohr effect ontstaat onder andere als de pH daalt, dissociatie curve naar rechts. Wanneer 2,3-DPG stijgt gaat ook de dissociatiecurve naar rechts. Aanvullingen vanuit WC2 de bloedceltelling gebeurt met elektronische telapparatuur, waarbij de negatieve oppervlaktelading van ery's als eigenschap gebruikt kan worden. RBC wordt meestal weergegeven als aantal miljoen cellen per microliter bloed. De PCV is een volume fractie, de packaged cell volume, gelijk aan Ht, de die gedeeld door het aantal bloedcellen geteld geeft de MCV (femtoliter). Deze schommelt rond de 50. het gemiddelde hemoglobinegehalte is de hoeveelheid Hb gedeeld door het aantal cellen = MCH. Dit ligt rond de 10-20picogram. door het gehele aantal Hb te delen door het PCV krijg je de gemiddelde MCHC, wat zegt hoeveel g Hb er is per 100ml PCV. in deze laatste parameter speelt de afmeting van de rode bloedcel geen rol, de pcv gaat immers over de cellen in 100ml bijv. als de cellen kleiner zijn is de pcv toch ook weer aangepast. MCH= de gemiddelde hoevelheid Hb per cel, verkrijgen door hoeveelheid Hb door aantal cellen te delen. MCHC = gemiddelde hoeveelheid Hb per 100ml PCV, dus afhankelijk van Ht. Tentamenvraag: bij een lage Ht maar een hoge reticulocyten zien we: verhoogde MCV, lage MCH en MCHC, macrocytose, hypochromosie, anisocytose en polychromasie. Het ijzerion heeft een aantal eigenschappen dat het een belangrijk goed maakt voor alle aerobe cellen: 1. het bindt en transporteert zuurstof, waarbij Ferro makkelijk zuurstof bindt (Fe2+) en Ferri niet (Fe3+). 2. katalyseren van redoxreacties, elektronentransport. 3/4 van het ijzer zit ingebed in de actieve centra van een aantal stoffen, Mb, Hb, etc. de overige kwart aan ijzer is opgeslagen als voorraad in ferritine en hemosiderine, of wortd via de bloedbaan via
transferrine getransporteerd. IJzer wordt effectief gerecycled. Het grootste deel van ijzer uit de voeding komt in de Fe3+ vorm voor, Vitamine C uit de voeding reduceert dit ijzerion in de maag en duodenum. in de darmen speelt glutaathion eenzelfde rol. de Fe2+ vorm is door het alkalische milieu van de darm veel beter oplosbaar en opneembaar. Andere factoren spelen ook een rol voor de opname, heemgebonden ijzer wordt beter opgenomen (dierlijk materiaal). via een energievereizend proces wordt het ijzer uiteindelijk in de mucosa opgenomen, via de epitheelcellen. een deel van het ijzer wordt weer teruggezet naar Fe3+ en via apoferritine naar ferritine gezet, gebonden aan een fosfaat. indien nodig wordt het ijzer na reductie aan de circulatie afgestaan. het niet benutte ijzer komt na afsterven van de epitheelcellen weer in het lumen afgegeven om ijzerintoxicatie te voorkomen. nadat ijzer in de circulatie is gekomen wordt het snel were omgezet tot Fe3+ en aan transferrine gebonden. normaal gesproken is de latente ijzerbinding van transferrine (LIJBC) zo'n 30%. de transferrine voert het ijzer naar weefsel waaronder beenmerg. de Tf receptoren op de erytroblasten endocyteren het gehele transferrine ijzer complex en maken er heem van. het lege transferrine molecuul komt terug in de circulatie. bij de placenta overdracht laat het ijzer los van transferrine (deze kan er niet door heen) en bindt aan de andere kant aan foetaal transferrine. het foetale transferrine heeft een hogere affiniteit voor ijzer (identiek aan Hb voor zuurstof). al het ijzer dat niet gebruikt wordt voor de synthese van heem wordt in de vorm van ferritine opgeslagen. Uit één suucinyl CoA, één glycine en 4 ijzer worden 4 heem en één Hb gemaakt. Zink remt de laatste stap in de heemsynthese en is dus giftig. Ijzer moet gebonden zijn aan transferrine omdat het slecht oplosbaar is en een katalysator voor oxidatiereacties waarbij anders zuurstofradicalen gevormd worden. Aanvullingen vanuit WC3 wanneer een infuus wordt toegediend zal het Ht dalen als de RBC nog niet extra zijn aangemaakt, de eerste 4 dagen dus. Onder anasthaesie houdt de milt rBC vast, sekwestratie, en zal dus de Ht ook dalen.de milt geeft de RBC na anasthaesie weer af. na een bloeding blijft de Ht gelijk omdat zowel de ery's als de plasma verloren gaat, verhoudingen blijven dus gelijk. na ene bloeding zal de Ht wel weer dalen door het proces van autotransfusie, dit gaat ongeveer een dag door. na de rijping van RBC komen deze in grote aantallen vrij en stijgt de Ht weer snel. de H. Contortus is een lebmaagworm bij schapen. het brengt geen schade aan de lebmaag aan maar zuigt wel veel bloed. Bij bleke slijmvliezen kan slechte circulatie of anemie de oorzaak zijn. Bij anemie zien we een steile pols, normale CRT, warme extremiteiten, goede turgor, tachypneu & tachycardie en een lagere Ht en Hb. Bij een verminderde circulatie een verlengde CRT, koude extremiteiten, een versnelde maar zwakke pols, slechte turgor, tachypneu & tachycardie maar normale Hb en Ht. Wanneer de bloeddruk afneemt kunnen we soms oedeem zien door uittreden vocht. Bij koeien komen veel maagzweren voor die tot lebmaagbloedingen kunnen leiden. toedienen van infuus geeft een lagere Ht en een hogere pols door lagere viscositeit. tentamenvraag: Oranje ontlasting door billirubine. Aanvullingen vanuit PR1 het totale systeem van erytrocyten inclusief die in het beenmerg heet ook wel erytron. 3 functies van het
- Page 1 and 2: www.VETserieus.nl Beste Student, De
- Page 3 and 4: aandoeningen gepaard met bloedverli
- Page 5 and 6: hemolyse ne sekwestratie in de milt
- Page 7 and 8: parasitaire infectie: leishmaniasis
- Page 9: De hemoglobine synthese neemt toe t
- Page 13 and 14: _ Tot een leeftijd van 24-36 uur ab
- Page 15 and 16: en is identiek aan actine/myosine i
- Page 17 and 18: elkaar zodanig. weefselherstel gebe
- Page 19 and 20: Combinaties van primair en secundai
- Page 21 and 22: name in het beenmerg gemaakt, terwi
- Page 23 and 24: concentratie en hoge concentratie a
- Page 25 and 26: 2. signalen, mediatoren en cytokine
- Page 27 and 28: Orgaan donaties wordne toch mogelij
- Page 29 and 30: - Cytotoxie test - Fagocytose test
- Page 31 and 32: Om te achterhalen of T-cellen in no
- Page 33 and 34: Differentiele diagnose lymfadenopat
- Page 35 and 36: met name in de schors komen veel ly
- Page 37 and 38: Sereuze atrofie: verdwijnen van vet
- Page 39 and 40: tonsillen en de peyerse platen opee
- Page 41 and 42: WHO classification K9 malignant lym
- Page 43: aanvullingen vanuit HC13 Immune-med
transferrine getransporteerd. IJzer wordt effectief gerecycled.<br />
Het grootste deel van ijzer uit de voeding komt in de Fe3+ vorm voor, Vitamine C uit de voeding<br />
reduceert dit ijzerion in de maag <strong>en</strong> duod<strong>en</strong>um. in de darm<strong>en</strong> speelt glutaathion e<strong>en</strong>zelfde rol. de Fe2+<br />
vorm is door het alkalische milieu van de darm veel beter oplosbaar <strong>en</strong> opneembaar. Andere factor<strong>en</strong><br />
spel<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> rol voor de opname, heemgebond<strong>en</strong> ijzer wordt beter opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (dierlijk materiaal).<br />
via e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergievereiz<strong>en</strong>d proces wordt het ijzer uiteindelijk in de mucosa opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, via de<br />
epitheelcell<strong>en</strong>. e<strong>en</strong> deel van het ijzer wordt weer teruggezet naar Fe3+ <strong>en</strong> via apoferritine naar ferritine<br />
gezet, gebond<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> fosfaat. indi<strong>en</strong> nodig wordt het ijzer na reductie aan de circulatie afgestaan. het<br />
niet b<strong>en</strong>utte ijzer komt na afsterv<strong>en</strong> van de epitheelcell<strong>en</strong> weer in het lum<strong>en</strong> afgegev<strong>en</strong> om ijzerintoxicatie<br />
te voorkom<strong>en</strong>.<br />
nadat ijzer in de circulatie is gekom<strong>en</strong> wordt het snel were omgezet tot Fe3+ <strong>en</strong> aan transferrine<br />
gebond<strong>en</strong>. normaal gesprok<strong>en</strong> is de lat<strong>en</strong>te ijzerbinding van transferrine (LIJBC) zo'n 30%. de transferrine<br />
voert het ijzer naar weefsel waaronder be<strong>en</strong>merg. de Tf receptor<strong>en</strong> op de erytroblast<strong>en</strong> <strong>en</strong>docyter<strong>en</strong> het<br />
gehele transferrine ijzer complex <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> er heem van. het lege transferrine molecuul komt terug in de<br />
circulatie.<br />
bij de plac<strong>en</strong>ta overdracht laat het ijzer los van transferrine (deze kan er niet door he<strong>en</strong>) <strong>en</strong> bindt aan de<br />
andere kant aan foetaal transferrine. het foetale transferrine heeft e<strong>en</strong> hogere affiniteit voor ijzer<br />
(id<strong>en</strong>tiek aan Hb voor zuurstof). al het ijzer dat niet gebruikt wordt voor de synthese van heem wordt in<br />
de vorm van ferritine opgeslag<strong>en</strong>.<br />
Uit één suucinyl CoA, één glycine <strong>en</strong> 4 ijzer word<strong>en</strong> 4 heem <strong>en</strong> één Hb gemaakt. Zink remt de laatste stap<br />
in de heemsynthese <strong>en</strong> is dus giftig.<br />
Ijzer moet gebond<strong>en</strong> zijn aan transferrine omdat het slecht oplosbaar is <strong>en</strong> e<strong>en</strong> katalysator voor<br />
oxidatiereacties waarbij anders zuurstofradical<strong>en</strong> gevormd word<strong>en</strong>.<br />
Aanvulling<strong>en</strong> vanuit WC3<br />
wanneer e<strong>en</strong> infuus wordt toegedi<strong>en</strong>d zal het Ht dal<strong>en</strong> als de RBC nog niet extra zijn aangemaakt, de<br />
eerste 4 dag<strong>en</strong> dus. Onder anasthaesie houdt de milt rBC vast, sekwestratie, <strong>en</strong> zal dus de Ht ook<br />
dal<strong>en</strong>.de milt geeft de RBC na anasthaesie weer af. na e<strong>en</strong> <strong>bloed</strong>ing blijft de Ht gelijk omdat zowel de<br />
ery's als de plasma verlor<strong>en</strong> gaat, verhouding<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> dus gelijk. na <strong>en</strong>e <strong>bloed</strong>ing zal de Ht wel weer<br />
dal<strong>en</strong> door het proces van autotransfusie, dit gaat ongeveer e<strong>en</strong> dag door. na de rijping van RBC kom<strong>en</strong><br />
deze in grote aantall<strong>en</strong> vrij <strong>en</strong> stijgt de Ht weer snel.<br />
de H. Contortus is e<strong>en</strong> lebmaagworm bij schap<strong>en</strong>. het br<strong>en</strong>gt ge<strong>en</strong> schade aan de lebmaag aan maar<br />
zuigt wel veel <strong>bloed</strong>.<br />
Bij bleke slijmvliez<strong>en</strong> kan slechte circulatie of anemie de oorzaak zijn.<br />
Bij anemie zi<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> steile pols, normale CRT, warme extremiteit<strong>en</strong>, goede turgor, tachypneu &<br />
tachycardie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lagere Ht <strong>en</strong> Hb.<br />
Bij e<strong>en</strong> verminderde circulatie e<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gde CRT, koude extremiteit<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> versnelde maar zwakke pols,<br />
slechte turgor, tachypneu & tachycardie maar normale Hb <strong>en</strong> Ht.<br />
Wanneer de <strong>bloed</strong>druk afneemt kunn<strong>en</strong> we soms oedeem zi<strong>en</strong> door uittred<strong>en</strong> vocht.<br />
Bij koei<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> veel maagzwer<strong>en</strong> voor die tot lebmaag<strong>bloed</strong>ing<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>.<br />
toedi<strong>en</strong><strong>en</strong> van infuus geeft e<strong>en</strong> lagere Ht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogere pols door lagere viscositeit.<br />
t<strong>en</strong>tam<strong>en</strong>vraag: Oranje ontlasting door billirubine.<br />
Aanvulling<strong>en</strong> vanuit PR1<br />
het totale systeem van erytrocyt<strong>en</strong> inclusief die in het be<strong>en</strong>merg heet ook wel erytron. 3 functies van het