Dode ogen (Tais Teng)

Dode ogen (Tais Teng) Dode ogen (Tais Teng)

digital.wis.edu
from digital.wis.edu More from this publisher
05.05.2013 Views

Arno komt behoedzaam overeind. De laatste meters van de staart glippen weg onder de volgende brug: een vaalroze wurgslang, dikker dan zijn dijbeen. Nu! Voor er weer een monsterrat opduikt. Hij sprint de brug af. Pas halverwege het nauwe steegje durft hij te stoppen en hijgend tegen een schutting te leunen. Hij tuurt naar de opening van de straat, gereed om verder te vluchten. Zou de rat hem opgemerkt hebben? De doodse stilte blijft doorgaan. Geen bonkende voetstappen, geen zware ademhaling. Hij ontspant zich en laat zijn blik over de tegenoverliggende muur dwalen. Die twee dichtgemetselde ramen waarover rode graffiti zwalkt. Zes keer 'Rico 97' achter elkaar, de ene nog slordiger gespoten dan de andere. Op de een of andere manier komt het hem akelig bekend voor. Heilige Olifant, hij is terug bij de Tempel van de Doodloze ... + III

Later, veel later: Arno snelt door de lege straten. Paniek snoert zijn keel dicht. Hij strompelt en struikelt, zijn ogen half blind van de tranen die maar niet willen stoppen. De roffel van zijn voetstappen is het enige geluid. Nergens het toeteren van een auto, geen vogelgezang of het klappen van een deur. 'Hey, hey!' schreeuwt hij. 'Is daar iemand?' Het kan hem niets meer schelen wie hem opmerkt. Zelfs een reuzenrat zou een opluchting wezen. 'Alsjeblieft! Kom naar me toe! Geef antwoord!' Ik klink precies als die zwervers die op straathoeken staan te tieren, gaat het door hem heen. Niemand luistert naar ze. Niemand geeft ze ooit antwoord. Hij drukt zijn handen tegen zijn gezicht. Dwalen ze door net zo'n soort stad als ik? Een plaats die niemand anders kan zien en waar ze volkomen eenzaam zijn? Arno heeft er geen flauw idee van hoe lang hij daar ineengedoken in de portiek zat, te ellendig om nog een stap te verzetten. Twintig minuten, een half uur? Het is de jeuk vlak boven zijn neusbrug die hem uit zijn verlamming wekt. Een kriebel die dieper dan zijn huid zit, helemaal in het roze weefsel van zijn hersenen. De toekomst, ik ga de toekomst zien! Hij gaat rechtop zitten, knijpt zijn ogen dicht. Zijn talent valt niet te sturen: het komt en gaat, zo volledig buiten zijn wil om dat hij er nooit op heeft durven rekenen. Il2

Later, veel later: Arno snelt door de lege straten. Paniek<br />

snoert zijn keel dicht. Hij strompelt en struikelt, zijn <strong>ogen</strong><br />

half blind van de tranen die maar niet willen stoppen.<br />

De roffel van zijn voetstappen is het enige geluid. Nergens<br />

het toeteren van een auto, geen vogelgezang of het<br />

klappen van een deur.<br />

'Hey, hey!' schreeuwt hij. 'Is daar iemand?'<br />

Het kan hem niets meer schelen wie hem opmerkt. Zelfs<br />

een reuzenrat zou een opluchting wezen. 'Alsjeblieft! Kom<br />

naar me toe! Geef antwoord!'<br />

Ik klink precies als die zwervers die op straathoeken<br />

staan te tieren, gaat het door hem heen. Niemand luistert<br />

naar ze. Niemand geeft ze ooit antwoord.<br />

Hij drukt zijn handen tegen zijn gezicht. Dwalen ze door<br />

net zo'n soort stad als ik? Een plaats die niemand anders kan<br />

zien en waar ze volkomen eenzaam zijn?<br />

Arno heeft er geen flauw idee van hoe lang hij daar ineengedoken<br />

in de portiek zat, te ellendig om nog een stap te<br />

verzetten. Twintig minuten, een half uur?<br />

Het is de jeuk vlak boven zijn neusbrug die hem uit zijn<br />

verlamming wekt. Een kriebel die dieper dan zijn huid zit,<br />

helemaal in het roze weefsel van zijn hersenen.<br />

De toekomst, ik ga de toekomst zien!<br />

Hij gaat rechtop zitten, knijpt zijn <strong>ogen</strong> dicht.<br />

Zijn talent valt niet te sturen: het komt en gaat, zo volledig<br />

buiten zijn wil om dat hij er nooit op heeft durven rekenen.<br />

Il2

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!