Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl Download deel 2 - Textualscholarship.nl

textualscholarship.nl
from textualscholarship.nl More from this publisher
05.05.2013 Views

3.4•S Wanneer een Opheldering een tekstuitbreiding bevat, wordt daarnaar in de annotatie bij de passage die aanleiding tot deze uitbreiding gaf, verwezen: Zie Ophelderingen, 3 3- 59. Wanneer de Opheldering op zich toelichting behoeft (bijvoorbeeld om de herkomst van het uitbreidende citaat te vermelden), dan is dit als volgt aangegeven: Zie Ophelderingen, 33-5 9 en de daarbij behorende annotatie(s). Annotaties `in de tweede graad' Hoewel de vaak omvangrijke tekstfragmenten, die Kneppelhout aan het werk van andere auteurs ontleende en in zijn Schetsen verwerkte, net als zijn eigen teksten de nodige duistere passages bevatten, is er van afgezien die citaten op vergelijkbare wijze als de Schetsen te annoteren. Dat zou hebben geleid tot annotaties `in de tweede graad' – iets wat deze toch al zwaar geannoteerde uitgave te zwaar zou hebben belast. Ook door de editeurs geïntroduceerde informatie wordt niet nader toegelicht: in de annotatie treft men bijvoorbeeld wel de naam van een auteur van een door Kneppelhout geciteerde tekst aan, maar geen verdere biografische gegevens – iets wat wel het geval is wanneer Kneppelhout zelf een persoon noemt. 3.4.6 Bronvermeldingen 3•S Voorzover bij de annotaties gebruik is gemaakt van specifiek bronnenmateriaal, wordt dit direct achter de betreffende toelichting vermeld, in de vorm van een verkorte titelbeschrijving. De volledige titelbeschrijving is opgenomen in de lijst met `Geraadpleegde bronnen' (hoofdstuk 6). Gegevens uit algemeen bekende bronnen (woordenboeken, encyclopedieën, algemene naslagwerken en overzichtsstudies) zijn niet van geval tot geval verantwoord. Deze bronnen zijn uiteraard wel vermeld in de Bibliografie. TEKSTVERANTWOORDING Dit onderdeel bevat twee lijsten: één met correcties (paragraaf S .i) en één met koppeltekens (paragraaf 5.2). De in deze lijsten vermelde gegevens maken het mogelijk de basistekst te reconstrueren en correct uit de leestekst te corrigeren. De lijst met correcties bevat alle correcties die in de basistekst zijn aangebracht. Het overzicht is als volgt ingericht: na het regelnummer volgt eerst de verbeterde lezing; na de Duitse komma' (/) wordt de foutieve lezing uit de basistekst gegeven. Hierna volgen, tussen ronde haakjes, de lezingen uit de overige bronnen, voorzien van siglen. Bijvoorbeeld: 486 wettenmakers/wettenmakkers (wettenmakers D2-D4) 5 6 VERANTWOORDING

De volgende siglen komen in deze lijst voor: Did Dubbeldruk afleveringen eerste druk Typen D Tweede druk LD Z Tweede druk Leven; dit sigle is gebruikt wanneer teksten uit Typen zijn herdrukt in Leven D3 Derde druk LD 3 Derde druk Leven; zie bij LD2 D 4 Vierde druk LD 4 Vierde druk Leven•, zie bij LD2 De lijst van koppeltekens vermeldt welke afbrekingstekens in de leestekst als koppelteken gelezen moeten worden. Na de regelaanduiding wordt het afgebroken woord vermeld, waarbij het divisieteken als koppelteken moet worden opgevat: 346 latijnsche- 3.6 REGISTER VAN NAMEN EN TITELS 57 Het `Register van namen en titels' bevat alle persoonsnamen die voorkomen in de Studentenschetsen, in de annotaties daarbij en in de Inleiding (hoofdstuk r) en Publicatiegeschiedenis (hoofdstuk a), met uitzondering van personen die in citaten genoemd worden en auteursnamen in bronvermeldingen. Behalve alle namen van reële personen bevat het Register ook de namen van fictieve personages, die (gedeeltelijk) geïdentificeerd zijn. In deze gevallen zijn kruisverwijzingen aangebracht, bijvoorbeeld: Assen, Cornelis Jacobus van (zie ook: Schol, Petrus Marinus) Cock, Henricus (zie ook: Schol, Petrus Marinus) Schol, Petrus Marinus (zie ook: Assen, Cornelis Jacobus van; en: Cock, Henricus) Hetzelfde is het geval bij pseudoniemen en in die gevallen waarin eenzelfde persoon met verschillende namen wordt aangeduid, bijvoorbeeld: Hildebrand (zie ook: Beets Nicolaas ,) Hildebrandt (zie ook: Gluckstein, L.; en: Glueckstein, Samuel) Tenslotte bevat het Register de titels van boeken, gedichten en bijdragen aan tijdschriften, die in de Schetsen en in de annotaties worden genoemd, met uitsluiting alweer van de titels in de bronvermeldingen. VERANTWOORDING

3.4•S<br />

Wanneer een Opheldering een tekstuitbreiding bevat, wordt daarnaar in de<br />

annotatie bij de passage die aa<strong>nl</strong>eiding tot deze uitbreiding gaf, verwezen: Zie<br />

Ophelderingen, 3 3- 59.<br />

Wanneer de Opheldering op zich toelichting behoeft (bijvoorbeeld om de<br />

herkomst van het uitbreidende citaat te vermelden), dan is dit als volgt aangegeven:<br />

Zie Ophelderingen, 33-5 9 en de daarbij behorende annotatie(s).<br />

Annotaties `in de tweede graad'<br />

Hoewel de vaak omvangrijke tekstfragmenten, die Kneppelhout aan het werk<br />

van andere auteurs ontleende en in zijn Schetsen verwerkte, net als zijn eigen<br />

teksten de nodige duistere passages bevatten, is er van afgezien die citaten op<br />

vergelijkbare wijze als de Schetsen te annoteren. Dat zou hebben geleid tot<br />

annotaties `in de tweede graad' – iets wat deze toch al zwaar geannoteerde uitgave<br />

te zwaar zou hebben belast. Ook door de editeurs geïntroduceerde informatie<br />

wordt niet nader toegelicht: in de annotatie treft men bijvoorbeeld wel<br />

de naam van een auteur van een door Kneppelhout geciteerde tekst aan, maar<br />

geen verdere biografische gegevens – iets wat wel het geval is wanneer<br />

Kneppelhout zelf een persoon noemt.<br />

3.4.6 Bronvermeldingen<br />

3•S<br />

Voorzover bij de annotaties gebruik is gemaakt van specifiek bronnenmateriaal,<br />

wordt dit direct achter de betreffende toelichting vermeld, in de vorm van<br />

een verkorte titelbeschrijving. De volledige titelbeschrijving is opgenomen in<br />

de lijst met `Geraadpleegde bronnen' (hoofdstuk 6). Gegevens uit algemeen<br />

bekende bronnen (woordenboeken, encyclopedieën, algemene naslagwerken<br />

en overzichtsstudies) zijn niet van geval tot geval verantwoord. Deze bronnen<br />

zijn uiteraard wel vermeld in de Bibliografie.<br />

TEKSTVERANTWOORDING<br />

Dit onder<strong>deel</strong> bevat twee lijsten: één met correcties (paragraaf S .i) en één met<br />

koppeltekens (paragraaf 5.2). De in deze lijsten vermelde gegevens maken het<br />

mogelijk de basistekst te reconstrueren en correct uit de leestekst te corrigeren.<br />

De lijst met correcties bevat alle correcties die in de basistekst zijn aangebracht.<br />

Het overzicht is als volgt ingericht: na het regelnummer volgt eerst de<br />

verbeterde lezing; na de Duitse komma' (/) wordt de foutieve lezing uit de<br />

basistekst gegeven. Hierna volgen, tussen ronde haakjes, de lezingen uit de<br />

overige bronnen, voorzien van siglen. Bijvoorbeeld:<br />

486 wettenmakers/wettenmakkers (wettenmakers D2-D4)<br />

5 6 VERANTWOORDING

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!