Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl Download deel 2 - Textualscholarship.nl

textualscholarship.nl
from textualscholarship.nl More from this publisher
05.05.2013 Views

mijn leven en werken gelukkig zijn. Met deze woorden legden medici de ambtseed voor doctor in de geneeskunde af. (Bijvoegsel tot bet Staatsblad 1820, 3e stuk: Besluit van 2I november 1815 betreffende `de preparatoire Examina aan de Hooge Scholen', art. 3) 5 24 Ita me Deusjuvet: Zo helpe mij God. Met deze woorden werd de ambtseed afgesloten. (Bijvoegsel tot bet Staatsblad 1820, 3e stuk: Besluit van zi november 1815 betreffende `de preparatoire Examina aan de Hooge Scholen', art. 3) 527 528 5 3 1 -5 32 5 3 6-5 37 5 37-5 38 te maximis laudibus Doctorem dico, creo, renuntio: ik benoem, verklaar en verkondig u doctor met de hoogste lof. des 1:..J voorledens: van het [...] verleden. Dignus, dignus est intrare/In nostro docto corpore: Jij verdient het toe te treden tot ons geleerd gezelschap. Citaat uit Molière, Le malade imaginaire (1673), derde tussenbedrijf. (Molière, Oeuvres, dl. 9, p. 444-447; Ophelderingen, 342) of hij moest Breedestraat, Hoogenstraten, wonen: in de Breestraat, wijk 4, nr. 203 (nu nr. S4) woonde Hendrik Hoogenstraaten (1 7 8 5 -186 3). Blijkens de Studenten-Almanak voor 1841 woonden er ten tijde van deze schets drie studenten bij hem op kamers. Waarom dezen ergens anders dan in Plaats Royaal hun promotie zouden moeten vieren, is niet duidelijk. Mogelijk doelt Klikspaan op het feit dat Hendriks vader, Dirk Hoogenstraaten (1 747-182 7), eigenaar was geweest van een café aan de Vismarkt, waar eveneens promotiepartijen werden gehouden. (De brieven van De Schoolmeester, dl. r, p. 338; GA Leiden: BR, BS en vr; Secretariearchief I 8 r 6- z 851: Register der Patentschuldigen z S r 6- z 827) Ornatissimi, Clarissimi, Doctissimi, Dilectissimi, en welke Superlativi al meer: zeer geachten, zeer roemvollen, zeer geleerden, zeer geliefden; zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden in de overtreffende trap (superlatives) als aanduiding van respectievelijk studenten, hoogleraren, doctoren en familie en vrienden. 5 38 chocolade lusten: tijdens de felicitatie werd er `waterchocolá, port, of madera' geschonken; zie verder ook r. 5 5 3. (Hildebrand, Camera obscura, dl. z, p. 309) 544 Er is maar ééne schrede van Toon Muller naar moeder Schlette: Lambertus Antonie Muller (1799-1849) was eerst bediende en later kastelein van sociëteit Minerva. Ten tijde van deze schets was de sociëteit gevestigd op het Rapenburg, wijk r, nr. i i I (nu nr. i9), dus dichtbij Plaats Royaal aan het Noordeinde, waar Catharina Schlette-Fox (1782-1850) de dagelijkse leiding had. (Beelaerts van Blokland, Minerva, p. 29 en 34-35; GA Leiden: BR, BS en VT) 274 ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN

54 8 Garrer is niet meer veilig in ene bakkerij: Johan Garrer (i 7 84- I 8 5 4), broodbakker. Van 1827 tot 185 4 had hij een winkel op de hoek van het Rapenburg en het Noordeinde, dus recht tegenover Plaats Royaal. (Lunsingh Scheurleer e.a., Het Rapenburg, dl. r, p. 86) 5 50 te bekeeuwen: flauw te vallen. 5 53 5 5 3-5 54 malaga: zoete Spaanse wijn. mastbosschen: lange rechte boomstammen, waarvan scheepsmasten werden vervaardigd. 5 5 5 Doortje en Leentje: Dorothea (r 80 9-1 860) en Helena (I 824-I 900) Schlette, dochters van de hiervoor genoemde Catharina Schlette. (GA Leiden: BR en ss; GA Amsterdam: BS) 560 bomvrij: veilig. 563 trekt: lees: trekken. 581 Jan: mogelijk de eerder genoemde Jan Robert, die zijn diensten bij een promotie uitstrekte tot het schenken van chocola en madera in Plaats Royaal. (Een kijkje in Leyden, p. 91) Overigens was `Jan' in die tijd de gebruikelijke aanspreekvorm voor een ober of kelner. (Hildebrand, Camera obscura, dl. 2, p. 342) 588 steken: spotnaam voor dominees, afgeleid van de naam van de driekantige hoed die destijds hoorde tot de ambtskledij van predikanten. 588 kon: kende. fss luila: eigenlijk: iemand die lult; hier iets als: luiverhaal. 60 3 -604 te roesten: te rusten. 619 kennelijk: duidelijk. 629 verwijdering: vertrek. 6 3 2 gebaarden: gebaren. 648 bescheiden: ontboden. 27 PROMOTIE

mijn leven en werken gelukkig zijn. Met deze woorden legden medici de ambtseed<br />

voor doctor in de geneeskunde af. (Bijvoegsel tot bet Staatsblad 1820, 3e stuk:<br />

Besluit van 2I november 1815 betreffende `de preparatoire Examina aan de<br />

Hooge Scholen', art. 3)<br />

5 24 Ita me Deusjuvet: Zo helpe mij God. Met deze woorden werd de ambtseed afgesloten.<br />

(Bijvoegsel tot bet Staatsblad 1820, 3e stuk: Besluit van zi november 1815<br />

betreffende `de preparatoire Examina aan de Hooge Scholen', art. 3)<br />

527<br />

528<br />

5 3 1 -5 32<br />

5 3 6-5 37<br />

5 37-5 38<br />

te maximis laudibus Doctorem dico, creo, renuntio: ik benoem, verklaar en verkondig<br />

u doctor met de hoogste lof.<br />

des 1:..J voorledens: van het [...] verleden.<br />

Dignus, dignus est intrare/In nostro docto corpore: Jij verdient het toe te treden tot<br />

ons geleerd gezelschap. Citaat uit Molière, Le malade imaginaire (1673), derde<br />

tussenbedrijf. (Molière, Oeuvres, dl. 9, p. 444-447; Ophelderingen, 342)<br />

of hij moest Breedestraat, Hoogenstraten, wonen: in de Breestraat, wijk 4, nr. 203 (nu<br />

nr. S4) woonde Hendrik Hoogenstraaten (1 7 8 5 -186 3). Blijkens de Studenten-Almanak<br />

voor 1841 woonden er ten tijde van deze schets drie studenten bij hem op<br />

kamers. Waarom dezen ergens anders dan in Plaats Royaal hun promotie zouden<br />

moeten vieren, is niet duidelijk. Mogelijk doelt Klikspaan op het feit dat<br />

Hendriks vader, Dirk Hoogenstraaten (1 747-182 7), eigenaar was geweest van<br />

een café aan de Vismarkt, waar eveneens promotiepartijen werden gehouden.<br />

(De brieven van De Schoolmeester, dl. r, p. 338; GA Leiden: BR, BS en vr; Secretariearchief<br />

I 8 r 6- z 851: Register der Patentschuldigen z S r 6- z 827)<br />

Ornatissimi, Clarissimi, Doctissimi, Dilectissimi, en welke Superlativi al meer: zeer<br />

geachten, zeer roemvollen, zeer geleerden, zeer geliefden; zelfstandig gebruikte<br />

bijvoeglijke naamwoorden in de overtreffende trap (superlatives) als aanduiding<br />

van respectievelijk studenten, hoogleraren, doctoren en familie en<br />

vrienden.<br />

5 38 chocolade lusten: tijdens de felicitatie werd er `waterchocolá, port, of madera' geschonken;<br />

zie verder ook r. 5 5 3. (Hildebrand, Camera obscura, dl. z, p. 309)<br />

544 Er is maar ééne schrede van Toon Muller naar moeder Schlette: Lambertus Antonie<br />

Muller (1799-1849) was eerst bediende en later kastelein van sociëteit Minerva.<br />

Ten tijde van deze schets was de sociëteit gevestigd op het Rapenburg, wijk r,<br />

nr. i i I (nu nr. i9), dus dichtbij Plaats Royaal aan het Noordeinde, waar Catharina<br />

Schlette-Fox (1782-1850) de dagelijkse leiding had. (Beelaerts van Blokland,<br />

Minerva, p. 29 en 34-35; GA Leiden: BR, BS en VT)<br />

274<br />

ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!