Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl Download deel 2 - Textualscholarship.nl
1 5 6 regtsvoorwerpen: juridische kwesties. 167-168 Quid estjustitia, ornatissime nec non amicissime Claustrum: Wat is gerechtigheid, zeer geachte heer en beste vriend Slot? Deze vraag doelt op het begin van het eerste boek van de Instituten (533) van Justinianus: `Iustitia est constans et perpetua voluntas ius suum cuique tribuens': `Gerechtigheid is de onwankelbare en bestendige wil die een ieder zijn recht doet toekomen.' De Instituten gaven een overzicht van de eerste beginselen van het Romeinse recht en waren verplichte stof voor het kandidaatsexamen rechten. (Bijvoegsel tot het Staatsblad z 81 5, r e stuk: Organiek Besluit van 2 augustus r 81 S, art. 84; Corpus Iuri.r Civilis, dl. r, p. I I) 184 lompen: domoor. 1 9 1 reutelen: bazelen. 1 99 lichtklonten: lichtkogels. 21 3opzet: vetmest. 22 3gemoedelijke: roerende; gevoelvolle. 2 3 1 de club, gelijk Geerse haar noemde: de vrienden Flanor, Van der Wouden, Slot en Gustaaf werden door hun vijand Geerse minachtend `de club van Flanor' genoemd (Typen xi, 746-747). 240-241 245-246 Westenberg: Johannes Ortwinus Westenberg (i669-1737) schreef een leerboek over de Instituten van Justinianus. Dit boek, Principia Juris secundum ordinem Institutionum Imp. Justiniani, in usum auditorum vulgata (i 699), bleef tot het midden van de negentiende eeuw in gebruik. als eene rij van wijze maagden, met de heldere, voorlichtende lamp des verstands: toespeling op de gelijkenis van de vijf wijze maagden en de vijf dwaze maagden uit Mattheus 25:1-13. Toen de maagden 's nachts vertrokken om de bruidegom op te wachten, namen de wijze maagden extra olie mee voor hun lamp, voor het geval die op zou raken. Daardoor waren zij, in tegenstelling tot de vijf dwaze maagden, gereed voor de bruiloft toen de bruidegom kwam. 246 in hetgemoet.• tegemoet. 28 3het zweetkamertje: het kamertje waarin de student verblijft tot hij geroepen wordt voor het examen (of de promotie), en waar hij later wacht op de uitslag. 256 ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN
289-290 Daar volgens Artikel ro¢ der wetten en besluiten op het honger onderwijs, alle examina één vol uur duren moeten: het begin van het genoemde artikel van het Organiek Besluit luidt: `Alle examina zonder onderscheid moeten een vol uur duren'. (Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, restuk: Organiek Besluit van 2 augustus 1815) Z94 de examina moeten alle geschieden ten overstaan der geheelefaculteit: artikel ror: het begin van het genoemde artikel van het Organiek Besluit luidt: `De examina [...] moeten alle geschieden ten overstaan der geheele faculteit, waarbij de graad gegeven wordt'. (Bijvoegsel tot het Staatsblad r 8 r 5, restuk: Organiek Besluit van z augustus 181 5) 295 308-309 315 340 345 348 3So 357 358 360-361 cape sedem, ornatissime: neem plaats, zeer geachte heer. op den adem van bepaling en verdeeling: de Instituten van Justinianus, waarover Slot geëxamineerd gaat worden, bestaan uit vier boeken die onderverdeeld zijn in van rubrieken voorziene titels. (Van de Vrugt, Institutiones', p. 436-438) Haec sufficiunt: Dit volstaat. in medio tutissimus ibis: de middenweg is voor jou het veiligst. Citaat uit Ovidius, Metamorphoses ii, 137. dominés: niet gevonden. met een vochtig zeik dronken. aan de oude luidjes te schrijven: zie Ophelderingen, 2 3 1-246 en de daarbij behorende annotatie. moeijes: tantes. binnensteden: provinciesteden. appels van tweedragt en van twist: verwijzing naar de mythe over de bruiloft van Peleus en Thetis. Alle goden waren uitgenodigd, behalve Eris, de godin van de twist. Uit wrok wierp zij een gouden appel met het opschrift `aan de schoonste' tussen de feestvierende goden. Daarover ontstond een ruzie tussen Hera, Athene en Aphrodite, die uiteindelijk zou leiden tot de Trojaanse oorlog. 362-363 de goede en kwade marques derkinderschool. • als vorm van beloning en straf hanteerden scholen destijds een systeem van goede en slechte aantekeningen. 257 EXAMEN
- Page 215 and 216: 9rovtitz. de wel- YR1 c8- 3schik ^
- Page 217 and 218: 1165-1166 het eten [..j dat hoe lan
- Page 219 and 220: N 0 \O . De Leidse gevangenis If ^
- Page 221 and 222: 1393-1396 You see bow these fellows
- Page 223 and 224: 35 36-37 modice: met mate. Het avij
- Page 225 and 226: 7 1 twee prulexamina.• Klikspaan
- Page 227 and 228: Zos Amicitia: de Leidse herensocië
- Page 229 and 230: 4.3.16 BESLUIT MOTTO Si on negoute
- Page 231 and 232: I16-I2I I 24-12ó 133-139 iS3-i6i D
- Page 233 and 234: 4 .4 Annotaties Studentenleven 223
- Page 235 and 236: tussen de regels gelezen. Citaat ui
- Page 237 and 238: 4.4.4 I. DE ACADEMIESTAD MOTTO Il a
- Page 239 and 240: 34-35 stad verdwenen. (Blok, Geschi
- Page 241 and 242: gen van sociale zorg, die meestal e
- Page 243 and 244: 2 33 . Het Academiegebouw I9 DE ACA
- Page 245 and 246: zo6 Teupken: Hendrik Wilhelm Teupke
- Page 247 and 248: 3 r r spionne jer kleine spiegel bu
- Page 249 and 250: 32 staat het aangeplakt mededelinge
- Page 251 and 252: 148-1 52 fa, hij gaat zelfs ióó v
- Page 253 and 254: 224 hondenribben: zie Ophelderingen
- Page 255 and 256: 376-377 379-393 245 COLLEGIE 22) Bu
- Page 257 and 258: 62. Colle e aal van Schrant
- Page 259 and 260: 426-427 Daar pakken rich al de facu
- Page 261 and 262: 472 Et quid est thesaurus: En wat i
- Page 263 and 264: 4.4.6 III. EXAMEN VOORAF In deze af
- Page 265: waarin de Hondsster tegelijk met de
- Page 269 and 270: college van curatoren (de raad van
- Page 271 and 272: :.•,,•,r;•; ^:: •'•;,:..:
- Page 273 and 274: 3 0 likgelagen: slemppartijen; een
- Page 275 and 276: Yt• F NI.A}.W N Fy,^ - ),riR^iN.^
- Page 277 and 278: 210-211 de private Promotie: het Or
- Page 279 and 280: 328 het koningspurper tot hoofddeks
- Page 281 and 282: 400-41 6 Quod bonum felix faustumqu
- Page 283 and 284: te, hooggeleerde en zeer welwillend
- Page 285 and 286: 54 8 Garrer is niet meer veilig in
- Page 287 and 288: 72. Gerrit Veldhorst 68 3 het Schie
- Page 289 and 290: 746 promotiediner in zijn gemeente
- Page 291 and 292: 74. Alexander Tiér Hued als studen
- Page 293 and 294: 823 Piet Zwaan, wèl bekend Piet Zw
- Page 295 and 296: 9 8 5 99 8 bibliotheken en spaarban
- Page 297 and 298: 1 i Z3 Mystification is een woord v
- Page 299 and 300: 1392-1393 Een Dominé van Urk/Die h
- Page 301 and 302: 1661-1662 /3oáw, f3oôi! $ocetç,
- Page 303 and 304: 1863 1864 1865-1866 293 sic erat in
- Page 305 and 306: MOTTO Daer woont beneffens u de Bli
- Page 307 and 308: 77. .PPlattegrond Minerva 297 MINER
- Page 309 and 310: Aanbieding van het octrooi door Wil
- Page 311 and 312: 126-127 Willem [...J den bi jardkne
- Page 313 and 314: 1 70 de onmisbare kegelbaan: kort n
- Page 315 and 316: de dien tijd gespeeld, ten profijte
1 5 6 regtsvoorwerpen: juridische kwesties.<br />
167-168 Quid estjustitia, ornatissime nec non amicissime Claustrum: Wat is gerechtigheid, zeer<br />
geachte heer en beste vriend Slot? Deze vraag doelt op het begin van het eerste<br />
boek van de Instituten (533) van Justinianus: `Iustitia est constans et perpetua<br />
voluntas ius suum cuique tribuens': `Gerechtigheid is de onwankelbare en<br />
bestendige wil die een ieder zijn recht doet toekomen.' De Instituten gaven een<br />
overzicht van de eerste beginselen van het Romeinse recht en waren verplichte<br />
stof voor het kandidaatsexamen rechten. (Bijvoegsel tot het Staatsblad z 81 5, r e<br />
stuk: Organiek Besluit van 2 augustus r 81 S, art. 84; Corpus Iuri.r Civilis, dl. r, p.<br />
I I)<br />
184 lompen: domoor.<br />
1 9 1 reutelen: bazelen.<br />
1 99 lichtklonten: lichtkogels.<br />
21 3opzet: vetmest.<br />
22 3gemoedelijke: roerende; gevoelvolle.<br />
2 3 1 de club, gelijk Geerse haar noemde: de vrienden Flanor, Van der Wouden, Slot en<br />
Gustaaf werden door hun vijand Geerse minachtend `de club van Flanor'<br />
genoemd (Typen xi, 746-747).<br />
240-241<br />
245-246<br />
Westenberg: Johannes Ortwinus Westenberg (i669-1737) schreef een leerboek<br />
over de Instituten van Justinianus. Dit boek, Principia Juris secundum ordinem Institutionum<br />
Imp. Justiniani, in usum auditorum vulgata (i 699), bleef tot het midden<br />
van de negentiende eeuw in gebruik.<br />
als eene rij van wijze maagden, met de heldere, voorlichtende lamp des verstands: toespeling<br />
op de gelijkenis van de vijf wijze maagden en de vijf dwaze maagden uit<br />
Mattheus 25:1-13. Toen de maagden 's nachts vertrokken om de bruidegom op<br />
te wachten, namen de wijze maagden extra olie mee voor hun lamp, voor het<br />
geval die op zou raken. Daardoor waren zij, in tegenstelling tot de vijf dwaze<br />
maagden, gereed voor de bruiloft toen de bruidegom kwam.<br />
246 in hetgemoet.• tegemoet.<br />
28 3het zweetkamertje: het kamertje waarin de student verblijft tot hij geroepen<br />
wordt voor het examen (of de promotie), en waar hij later wacht op de uitslag.<br />
256 ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN