Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl Download deel 2 - Textualscholarship.nl
441-444 toelatingsexamen maakte dat veel leerlingen voortijdig de Latijnse school verlieten en hun universitaire studie begonnen met een zeer beperkte kennis van de klassieke talen. (Bijvoegseltot het Staatsblad 1815, i e stuk: Organiek Besluit van 2 augustus i8i5, art. 2 9 en 149-I5O; Fortgens, Schola Latina, passim, m.n. p. z22-223) Rectorschook de hoogste klas van de Latijnse school, die gewoonlijk les kreeg van de rector. (Fortgens, Schola Latina, p. 78; Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, r e stuk: Organiek Besluit van 2 augustus 181 5 , art. 14) Clarissimus...Significat aliquando que: Hoogleraar: Waar wordt dit gelezen? Student: Ik weet het niet. Hoogleraar: Betekent Kai (kai; Grieks voor `en') altijd et (Latijn voor `en')? Student: Soms betekent het que (Latijn voor `en'). 446 partes: stukken ter vertaling. 447-448 4S4-4SS 45 5-456 464 466 467 468 471 de uitgangen um en e: bij zelfstandige naamwoorden van de tweede declinatie duidt de uitgang -um het lijdend voorwerp aan en de uitgang -e de aanspreekvorm. geschiedenis, grieksche en romeinsche auteurs, oudheden en wat dies meer ^: Klikspaan heeft hier een student theologie voor ogen, die voor zijn propedeuse de colleges moest volgen over de algemene geschiedenis, Griekse en Latijnse letterkunde en Griekse en Hebreeuwse oudheden. Daarnaast maakten Nederlandse en Hebreeuwse letterkunde, wiskunde en logica deel uit van de propedeuse theologie. (Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, z e stuk: Organiek Besluit van 2 augustus I 815, art. 98) of het eenelfde dictaat en onderwerp ware: zie Ophelderingen, 220-223. Quis erat 'OSv66evs: Wie was Odysseus? Erat insula in Brittannia: Dat was een eiland in Groot-Brittannië. Quid significat xaiiµa: Wat betekent ktèma? respondens: de student die antwoord moet geven op de door de hoogleraar gestelde vraag. thesaurus: bezit; de Latijnse vertaling van xiijµa. 250 ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN
472 Et quid est thesaurus: En wat is thesaurus? 473 Est lexicon: Dat is een woordenboek. Behalve `bezit' kan `thesaurus' ook `voorraad' of `voorraadkamer' betekenen; in die laatste betekenis wordt het overdrachtelijk gebruikt voor `woordenboek'. 475 Oaa66a.• [Thalassa]: zee. 476-477 aangapen als de tarbotten in de Roode fee bij het doortrekken van de kinderen Israëls ° toespeling op Exodus 1 4, waar de wonderbaarlijke doortocht van het Israëlitische volk door de Rode Zee beschreven staat. 47 8 "A4-, ornatissime .1 áás, áás, ornatissime Hals: `áá,s' (uitgesproken als `hals') is een ander Grieks woord voor `zee'. 479 An tu Herodotum legisti: Hebt u Herodotus gelezen? 480 legi: ik heb hem gelezen. 480 Legisti: Hebt u hem gelezen. 48 z Ego legi antequam tu natas eras: Ik heb hem gelezen vóór u geboren was. 483 Ita:Ja. 484-4 85 Hier valt de veder der historie/ Degrijzefabel in den schoot: citaat uit de negende strofe van het gedicht `Napoleon' (1806) van Bilderdijk. (De dichtwerken, dl. 9 , p. 19; Ophelderingen, 227). 487-488 2ji COLLEGIE Dat geknoei en gedonderjaag kost nu [...]f zóf: Klikspaan doelt op de propedeuse rechten: een rechtenstudent moest zes colleges volgen, vijf daarvan werden drie of meer keren per week gehouden (Romeinse oudheden, algemene geschiedenis, en waarschijnlijk ook wiskunde, Griekse taal en Latijnse taal), één college (logica) werd twee keer per week gehouden. Kosten: vijf maal dertig gulden en een maal vijftien gulden: honderdvijfenzestig gulden. (Bijvoegsel tot het Staatsblad 181 S, le stuk: Organiek Besluit van 2 augustus z 8 z 5, art. 99) Zoo begrepen het ten minste voor ruim twee eeuwen de burgemeesters van Amsterdam... Benen Professor in de Filosoofje en Historiën herlvaards te beroepen: de geschiedschrijver Jan Wagenaar (1 709-1773) schreef een uitvoerige geschiedenis van de stad Amsterdam: Amsterdam, in vine opkomst, aanwas, geschiedenissen, voorregten, koophandel, gebouwen, kerkenstaat, schoolen, .rchutterye,gilden en regeeringe (r 3 delen, 1760-1768).
- Page 209 and 210: 561 wit: doelwit. S 6z-S79 Hic haec
- Page 211 and 212: 701-705 722 722 729 732 733-734 zij
- Page 213 and 214: 904 918 919 928-929 931-932 manak v
- Page 215 and 216: 9rovtitz. de wel- YR1 c8- 3schik ^
- Page 217 and 218: 1165-1166 het eten [..j dat hoe lan
- Page 219 and 220: N 0 \O . De Leidse gevangenis If ^
- Page 221 and 222: 1393-1396 You see bow these fellows
- Page 223 and 224: 35 36-37 modice: met mate. Het avij
- Page 225 and 226: 7 1 twee prulexamina.• Klikspaan
- Page 227 and 228: Zos Amicitia: de Leidse herensocië
- Page 229 and 230: 4.3.16 BESLUIT MOTTO Si on negoute
- Page 231 and 232: I16-I2I I 24-12ó 133-139 iS3-i6i D
- Page 233 and 234: 4 .4 Annotaties Studentenleven 223
- Page 235 and 236: tussen de regels gelezen. Citaat ui
- Page 237 and 238: 4.4.4 I. DE ACADEMIESTAD MOTTO Il a
- Page 239 and 240: 34-35 stad verdwenen. (Blok, Geschi
- Page 241 and 242: gen van sociale zorg, die meestal e
- Page 243 and 244: 2 33 . Het Academiegebouw I9 DE ACA
- Page 245 and 246: zo6 Teupken: Hendrik Wilhelm Teupke
- Page 247 and 248: 3 r r spionne jer kleine spiegel bu
- Page 249 and 250: 32 staat het aangeplakt mededelinge
- Page 251 and 252: 148-1 52 fa, hij gaat zelfs ióó v
- Page 253 and 254: 224 hondenribben: zie Ophelderingen
- Page 255 and 256: 376-377 379-393 245 COLLEGIE 22) Bu
- Page 257 and 258: 62. Colle e aal van Schrant
- Page 259: 426-427 Daar pakken rich al de facu
- Page 263 and 264: 4.4.6 III. EXAMEN VOORAF In deze af
- Page 265 and 266: waarin de Hondsster tegelijk met de
- Page 267 and 268: 289-290 Daar volgens Artikel ro¢ d
- Page 269 and 270: college van curatoren (de raad van
- Page 271 and 272: :.•,,•,r;•; ^:: •'•;,:..:
- Page 273 and 274: 3 0 likgelagen: slemppartijen; een
- Page 275 and 276: Yt• F NI.A}.W N Fy,^ - ),riR^iN.^
- Page 277 and 278: 210-211 de private Promotie: het Or
- Page 279 and 280: 328 het koningspurper tot hoofddeks
- Page 281 and 282: 400-41 6 Quod bonum felix faustumqu
- Page 283 and 284: te, hooggeleerde en zeer welwillend
- Page 285 and 286: 54 8 Garrer is niet meer veilig in
- Page 287 and 288: 72. Gerrit Veldhorst 68 3 het Schie
- Page 289 and 290: 746 promotiediner in zijn gemeente
- Page 291 and 292: 74. Alexander Tiér Hued als studen
- Page 293 and 294: 823 Piet Zwaan, wèl bekend Piet Zw
- Page 295 and 296: 9 8 5 99 8 bibliotheken en spaarban
- Page 297 and 298: 1 i Z3 Mystification is een woord v
- Page 299 and 300: 1392-1393 Een Dominé van Urk/Die h
- Page 301 and 302: 1661-1662 /3oáw, f3oôi! $ocetç,
- Page 303 and 304: 1863 1864 1865-1866 293 sic erat in
- Page 305 and 306: MOTTO Daer woont beneffens u de Bli
- Page 307 and 308: 77. .PPlattegrond Minerva 297 MINER
- Page 309 and 310: Aanbieding van het octrooi door Wil
441-444<br />
toelatingsexamen maakte dat veel leerlingen voortijdig de Latijnse school verlieten<br />
en hun universitaire studie begonnen met een zeer beperkte kennis van<br />
de klassieke talen. (Bijvoegseltot het Staatsblad 1815, i e stuk: Organiek Besluit van<br />
2 augustus i8i5, art. 2 9 en 149-I5O; Fortgens, Schola Latina, passim, m.n. p.<br />
z22-223)<br />
Rectorschook de hoogste klas van de Latijnse school, die gewoo<strong>nl</strong>ijk les kreeg<br />
van de rector. (Fortgens, Schola Latina, p. 78; Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, r e<br />
stuk: Organiek Besluit van 2 augustus 181 5 , art. 14)<br />
Clarissimus...Significat aliquando que:<br />
Hoogleraar: Waar wordt dit gelezen?<br />
Student: Ik weet het niet.<br />
Hoogleraar: Betekent Kai (kai; Grieks voor `en') altijd et (Latijn voor `en')?<br />
Student: Soms betekent het que (Latijn voor `en').<br />
446 partes: stukken ter vertaling.<br />
447-448<br />
4S4-4SS<br />
45 5-456<br />
464<br />
466<br />
467<br />
468<br />
471<br />
de uitgangen um en e: bij zelfstandige naamwoorden van de tweede declinatie<br />
duidt de uitgang -um het lijdend voorwerp aan en de uitgang -e de aanspreekvorm.<br />
geschiedenis, grieksche en romeinsche auteurs, oudheden en wat dies meer ^: Klikspaan<br />
heeft hier een student theologie voor ogen, die voor zijn propedeuse de colleges<br />
moest volgen over de algemene geschiedenis, Griekse en Latijnse letterkunde<br />
en Griekse en Hebreeuwse oudheden. Daarnaast maakten Nederlandse<br />
en Hebreeuwse letterkunde, wiskunde en logica <strong>deel</strong> uit van de propedeuse<br />
theologie. (Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, z e stuk: Organiek Besluit van 2<br />
augustus I 815, art. 98)<br />
of het eenelfde dictaat en onderwerp ware: zie Ophelderingen, 220-223.<br />
Quis erat 'OSv66evs: Wie was Odysseus?<br />
Erat insula in Brittannia: Dat was een eiland in Groot-Brittannië.<br />
Quid significat xaiiµa: Wat betekent ktèma?<br />
respondens: de student die antwoord moet geven op de door de hoogleraar<br />
gestelde vraag.<br />
thesaurus: bezit; de Latijnse vertaling van xiijµa.<br />
250 ANNOTATIES: STUDENTENLEVEN