Download deel 2 - Textualscholarship.nl
Download deel 2 - Textualscholarship.nl Download deel 2 - Textualscholarship.nl
R6 fecit: hier: dader; eigenlijk een aanduiding op kunstwerken: hij heeft het gemaakt. 2o6 groom: rijknecht. 21 7-224 eene lange figuur (...J het beest doet geen kwaad: waarschijnlijk een verwijzing naar Klikspaan: in de inleiding van Typen wordt gesuggereerd dat hij `eene lange figuur' (r. 3) is die niets kwaads in de zin heeft. 228 eeneAmcterdamsche verhuisslee: voor het vervoer van personen en goederen werd – het hele jaar door, op de toen nog onverharde wegen –gebruik gemaakt van sleden, vooral in Amsterdam. (Le Francq van Berkhey, Natuurlyke historie van Holland, dl. 4, restuk, p. 241-244) 229den lijn: de Nieuwe Rijn, waaraan de Paauw gelegen is. 2 37 Omnia mecum porto: al mijn bezittingen draag ik bij mij. Vergelijk Cicero, Paradoxa Stoicorum, 8. 243 trein: stoet. Z f r far niente: niets doen. zs s ijn ligchaam te verjouwen: zich uit te putten door een losbandige levenswandel. 2 S7 niet dan: slechts. 258 Joe, the fat boy: de trage, slaperige bediende uit The Posthumous Papers of The Pickwick Club (18 3 6-1837) van Charles Dickens. De komische lotgevallen van de Pickwick-leden waren enorm populair bij studenten. (Ophelderingen, 73) 261-262 het Haagsche bosch: wandelpark in Den Haag. 262 voor Stoffels deur in den Haarlemmerhout Franciscus Xavier de Severin Stoffels (r 802-?), sinds 18 3 0 herbergier en sinds 1837 ook eigenaar van Het Wapen van Amsterdam in het wandelpark de Haarlemmerhout, op de grens van Haarlem en Heemstede. (Welsink, `Camera Obscura annotata iii') 271 naar de West: mensen die geen kans (meer) hadden op een carrière in Nederland, zochten hun heil vaak in de koloniën, Suriname en Antillen (de West) of Nederlands-Indië (de Oost). 1 4 8 ANNOTATIES: STUDENTEN-TYPEN
283-284 de oudste on^erHoogescholen: de Leidse universiteit, gesticht op 8 februari r 575• 286 Latium: landschap in Midden-Italië, waarin Rome gelegen is. 28 7 Quis erat Patroclus? Quodnam tempus? A quo verbo: Wie was Patroclus? In welke (grammaticale) tijd? Van welk werkwoord? Patroclus was een Griekse held in de Trojaanse oorlog. 2 9 1-292 het kleine boekje van Nieuwpoort: een samenvatting voor de hoogste klassen van de Latijnse school, in de vorm van vragen en antwoorden, van het handboek van Willem (Guilhelmus) Hendrik Nieupoort (16 74-17 3 0) over de Romeinse oudheden. De samenvatting was van de hand van F.A. Bosse: Antiquitatum Romanarum brevis descriptio G.H. Neoporno concinnata, in usum scholarum (1828). Het oorspronkelijke werk van Nieuwpoort, Rituum, qui olim apud Romanos obtinuerunt, succinta explicatio, dateert van 1 7 12 . 295 doldriftigheid: onbezonnenheid. 297 edig: beleefd. 299- 3 00 hem rich [...] aangetrokken...hebben: zich over hem ontfermd hebben. 310-311 de Opera: de Haagse Schouwburg was gevestigd aan het Korte Voorhout. (Gids van 's-Gravenhalte, p. r r 3) 3 11 in den hollen nacht: in het holst van de nacht. 3 11 holde er rich [...J uit: was aan het eind van zijn krachten. 3 1 4 325-345 den Amerikaan van Blanus: waarschijnlijk een artiest uit het circus van Jacob Blanus (ca. 1 770-1 8 71 [sic]) of Mozes Blanus (ca. 1 786-186 3). Beiden kwamen in 1840 met een klein acrobatengezelschap naar de Leidse kermis, Jacob met koorddansers, Mozes met paardrijders. Van Jacob Blanus is uit latere jaren bekend dat hij optrad met circussen waartoe ook Amerikanen behoorden. (GA Leiden: Secretarie-archief 1816- 1 8 5 i : Register der Patentschuldigen 1840- I 841; Keyser, De Amsterdamse kermis, p. 95 en roo) Art. 92...Art. 93...Art. 99••• met van 2 Augustus dij. Art. j... Wet van y September 1826: bedoeld is het Organiek Besluit van 2 augustus 181 S, de eerste wettelijke regeling op het hoger onderwijs in Nederland. (Bijvoegsel tot het Staatsblad 1815, re stuk: Organiek Besluit van 2 augustus 1815) Onderdelen werden nader geregeld in Koninklijke Besluiten. Zo had de wet van 9 september 1826 uitsluitend 149 DE AFLEGGER
- Page 107 and 108: I S 4 ongewacht: onverwacht. 1 5 8
- Page 109 and 110: 293 het corpus jurist het Corpus Iu
- Page 111 and 112: 4 . 3 .7 IV. DE DIPLOMAAT VOORAF Bl
- Page 113 and 114: H 0 w d tri d oo r 0 4
- Page 115 and 116: 106 pastillebrander: toestelletje w
- Page 117 and 118: H 0 J 24. 4 Mae a et les loups
- Page 119 and 120: 1 6 1 vilain bougre, va: ga weg, le
- Page 121 and 122: 3 r r Macassar-olie van Xosvland.
- Page 123 and 124: 351 357 368 374 374 374 375 381-382
- Page 125 and 126: 387 387 389 390-391 391 397-39g 399
- Page 127 and 128: 4.3.8 V. DE STUDENT-AUTHEUR VOORAF
- Page 129 and 130: 29. Frederik Cornelis van der Meer
- Page 131 and 132: I 8 S4) verscheen in de vierde jaar
- Page 133 and 134: 69-70 de bak met zijn gezigt naar h
- Page 135 and 136: 2 39 cocagnemast: hoge, gladgemaakt
- Page 137 and 138: 381-382 dan werpt hij rich [...] in
- Page 139 and 140: 447 rich redden boo als ijj kunnen:
- Page 141 and 142: 524 korneje.• plooimutsje voor vr
- Page 143 and 144: 618 de Eendragt: koffiehuis aan de
- Page 145 and 146: I 3 5 DE STUDENT-AUTHEUR
- Page 147 and 148: 722-723 patro dilectissimo: moet zi
- Page 149 and 150: 781-782 quid fern recusent,/Quid va
- Page 151 and 152: 83 S Quamvis, si liberum esset, nol
- Page 153 and 154: Morro Geen roem wacht eiken Muzenoo
- Page 155 and 156: 15-16 lamzalig als de totebel van d
- Page 157: z zo Hoogstraten, een banketbakker:
- Page 161 and 162: 362 364 366 374 381-382 384 403-404
- Page 163 and 164: 8 7traiteren: treiteren. 90 pretext
- Page 165 and 166: áf8-163 de laatste prent van de Kr
- Page 167 and 168: 22 7die van prins Napoleon: prins K
- Page 169 and 170: 3 8 3 eigen gatjes kinderen: egoïs
- Page 171 and 172: 43 de slender: het geslenter. 43 le
- Page 173 and 174: De joodse bakker kon geïdentificee
- Page 175 and 176: 56 werkzaamheden: verhandelingen, v
- Page 177 and 178: z3i 233 234 234 237 238 240-241 242
- Page 179 and 180: 4.3.i2 IX. DE HOVELING VOORAF Toen
- Page 181 and 182: kennen, het feit dadelijk aangegeve
- Page 183 and 184: 2I-23 waarvan Byron zingen zou: 'Mo
- Page 185 and 186: 242 steentjes raapt langs de oevers
- Page 187 and 188: 454 Schol [heeft] eene huwbare doch
- Page 189 and 190: JOSE I 1 S. CA ACADEMIAE LUGD.-BAT.
- Page 191 and 192: 4 . 3 .1 3 X. DE STUDENT BUITEN DE
- Page 193 and 194: 77 knevek kerel. 78 giert: zwiert,
- Page 195 and 196: 2 35 2 39 stoft' pocht. Philistijn:
- Page 197 and 198: 48. Hotel Maywald (Kleef) 365 Maiwa
- Page 199 and 200: 4 . 3 .1 4 XI. FLANOR VOORAF Herhaa
- Page 201 and 202: I 4 I I-I 2 22 30 32-34 Het `Punchl
- Page 203 and 204: ISI 175 193 194-195 196-198 een war
- Page 205 and 206: 279-280 passe-dixen: `passé' of `p
- Page 207 and 208: 433 Jideele: vrolijke. 460 la Gnogn
R6 fecit: hier: dader; eige<strong>nl</strong>ijk een aanduiding op kunstwerken: hij heeft het gemaakt.<br />
2o6 groom: rijknecht.<br />
21 7-224 eene lange figuur (...J het beest doet geen kwaad: waarschij<strong>nl</strong>ijk een verwijzing naar<br />
Klikspaan: in de i<strong>nl</strong>eiding van Typen wordt gesuggereerd dat hij `eene lange figuur'<br />
(r. 3) is die niets kwaads in de zin heeft.<br />
228 eeneAmcterdamsche verhuisslee: voor het vervoer van personen en goederen werd<br />
– het hele jaar door, op de toen nog onverharde wegen –gebruik gemaakt van<br />
sleden, vooral in Amsterdam. (Le Francq van Berkhey, Natuurlyke historie van<br />
Holland, dl. 4, restuk, p. 241-244)<br />
229den lijn: de Nieuwe Rijn, waaraan de Paauw gelegen is.<br />
2 37 Omnia mecum porto: al mijn bezittingen draag ik bij mij. Vergelijk Cicero, Paradoxa<br />
Stoicorum, 8.<br />
243 trein: stoet.<br />
Z f r far niente: niets doen.<br />
zs s ijn ligchaam te verjouwen: zich uit te putten door een losbandige levenswandel.<br />
2 S7 niet dan: slechts.<br />
258 Joe, the fat boy: de trage, slaperige bediende uit The Posthumous Papers of The Pickwick<br />
Club (18 3 6-1837) van Charles Dickens. De komische lotgevallen van de<br />
Pickwick-leden waren enorm populair bij studenten. (Ophelderingen, 73)<br />
261-262 het Haagsche bosch: wandelpark in Den Haag.<br />
262 voor Stoffels deur in den Haarlemmerhout Franciscus Xavier de Severin Stoffels<br />
(r 802-?), sinds 18 3 0 herbergier en sinds 1837 ook eigenaar van Het Wapen van<br />
Amsterdam in het wandelpark de Haarlemmerhout, op de grens van Haarlem<br />
en Heemstede. (Welsink, `Camera Obscura annotata iii')<br />
271 naar de West: mensen die geen kans (meer) hadden op een carrière in Nederland,<br />
zochten hun heil vaak in de koloniën, Suriname en Antillen (de West) of<br />
Nederlands-Indië (de Oost).<br />
1 4 8<br />
ANNOTATIES: STUDENTEN-TYPEN