Natuurkunde - Zouten.pdf
Natuurkunde - Zouten.pdf
Natuurkunde - Zouten.pdf
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Praktische Opdracht <strong>Natuurkunde</strong><br />
“Zout Water”<br />
Daniëlle Roodenburg<br />
Leon Weggelaar<br />
H4E - 2007<br />
<strong>Natuurkunde</strong>
Voorwoord<br />
Dit verslag is onderdeel van de Praktische Opdracht <strong>Natuurkunde</strong>.<br />
Alle experimenten en het gehele verslag zijn uitgevoerd door:<br />
- Daniëlle Roodenburg<br />
- Leon Weggelaar<br />
Er is voor deze opdracht gekozen omdat het een veelzijdig onderzoek is<br />
en het zowel met <strong>Natuurkunde</strong> als met Scheikunde te maken heeft.<br />
Omdat onze interesses allebei in dit gebied liggen, vonden wij deze<br />
opdracht uitermate geschikt en erg interessant.<br />
Praktische Opdracht “<strong>Zouten</strong>”.<br />
HAVO 4 – H4E<br />
13-03-2007 / 20-04-2007<br />
Gelieve niet in dit verslag schrijven.<br />
1
Inleiding<br />
Alle zouten zijn bij<br />
kamertemperatuur vaste<br />
stoffen.<br />
Omdat elke stof, dus ook een<br />
zout, elektrisch neutraal is,<br />
zitten er in een zout zowel<br />
positieve als negatieve ionen.<br />
De aantrekkende krachten<br />
"winnen het gemakkelijk" van de<br />
afstotende krachten. Een ionrooster<br />
zit dus heel stevig in<br />
elkaar. Daarom heeft een zout in<br />
tegenstelling tot normale atomen<br />
een hoog smeltpunt.<br />
De ionen zijn gerangschikt<br />
volgens een bepaald regelmatig<br />
patroon.<br />
Men spreekt dan ook over een<br />
ion-binding en een ion-rooster.<br />
Een zout is opgebouwd uit één of<br />
meerdere metaalionen en één of<br />
meerdere zuurrestionen.<br />
In deze experimenten zal worden<br />
onderzocht wat voor andere<br />
2<br />
invloeden de eigenschappen van<br />
zout kunnen hebben in bepaalde<br />
concentraties.<br />
Zout is overal om ons heen en<br />
word onder andere als oplossing<br />
gebruikt in ziekenhuizen als<br />
“Fysiologische zoutoplossing”<br />
bestaande uit 9 gram/liter.<br />
Zout water heeft dan ook vele<br />
andere kenmerken dan zoet water<br />
heeft.<br />
Buiten het feit dat er een andere<br />
smaak aan het water zit of de<br />
dichtheid anders is zijn er nog<br />
vele eigenschappen om te<br />
onderzoeken.<br />
Hierin word onder andere<br />
gekeken naar de geleiding,<br />
het vries- en kook –punt, en<br />
andere eigenschappen zoals de<br />
oplossing ervan.<br />
Wat gebeurd er met de geleiding onder verschillende omstandigheden?<br />
En wat gebeurd er met de kenmerken van een oplossing?<br />
Figuur 1 – Zout kristallen<br />
Figuur 2 – Ook hier is zout
INHOUD<br />
0.0 Inleiding Pagina 1<br />
0.1 - Voorwoord Pagina 1<br />
0.1 - Inleiding Pagina 2<br />
0.2 - Inhoud Pagina 3<br />
1.0 Oriënterende Opdrachten Pagina 5<br />
1.1 - Onderzoeksvraag Pagina 6<br />
1.2 - Hypothese Pagina 6<br />
1.3 - Onderzoeksvraag 1 Pagina 7<br />
1.4 - Onderzoeksvraag 2 Pagina 8<br />
1.5 - Uitvoering Pagina 8<br />
1.6 - Experiment Pagina 9<br />
1.7 - Resultaten Pagina 10<br />
1.8 - Onderzoeksvraag 3 Pagina 12<br />
1.9 - Conclusie Pagina 13<br />
2.0 Experiment 1 – Verschillende Concentraties Pagina 14<br />
2.1 - Onderzoeksvraag Pagina 15<br />
2.2 - Hypothese Pagina 15<br />
2.3 - Uitvoering Pagina 16<br />
2.4 - Opstelling Pagina 17<br />
2.5 - Experiment Pagina 18<br />
2.6 - Resultaten Pagina 19<br />
2.7 - Conclusie Pagina 20<br />
3.0 Experiment 2 – Variabele Afstand Pagina 21<br />
3.1 - Onderzoeksvraag Pagina 22<br />
3.2 - Hypothese Pagina 22<br />
3.3 - Uitvoering Pagina 23<br />
3.4 - Opstelling Pagina 24<br />
3.5 - Experiment Pagina 25<br />
3.6 - Resultaten Pagina 26<br />
3.7 - Conclusie Pagina 27<br />
3
4.0 Experiment 3 – Chloorgas Pagina 28<br />
4.1 - Onderzoeksvraag Pagina 29<br />
4.2 - Hypothese Pagina 29<br />
4.3 - Uitvoering Pagina 30<br />
4.4 - Opstelling Pagina 31<br />
4.5 - Experiment Pagina 32<br />
4.6 - Resultaten Pagina 34<br />
4.7 - Conclusie Pagina 35<br />
5.0 Experiment 4 – Kookpunten Pagina 36<br />
5.1 - Onderzoeksvraag Pagina 37<br />
5.2 - Hypothese Pagina 37<br />
5.3 - Uitvoering Pagina 38<br />
5.4 - Opstelling Pagina 39<br />
5.5 - Experiment Pagina 40<br />
5.6 - Resultaten Pagina 41<br />
5.7 - Conclusie Pagina 42<br />
6.0 Experiment 5 – Smeltpunt Pagina 43<br />
6.1 - Onderzoeksvraag Pagina 44<br />
6.2 - Hypothese Pagina 44<br />
6.3 - Uitvoering Pagina 45<br />
6.4 - Opstelling Pagina 46<br />
6.5 - Experiment Pagina 47<br />
6.6 - Resultaten Pagina 48<br />
6.7 - Conclusie Pagina 49<br />
7.0 Afsluiting Pagina 50<br />
7.1 - Waarnemingen Pagina 50<br />
7.2 - Eind Conclusie Pagina 51<br />
7.3 - Bronnen Pagina 52<br />
7.4 - Dank Pagina 52<br />
7.5 - Gebruikte Software Pagina 53<br />
7.6 - Logboek Pagina 54<br />
7.7 - Problemen Pagina 55<br />
4
1.0 Oriënterende Opdrachten<br />
5
1.1 Onderzoeksvraag<br />
Een temperatuursensor heeft bepaalde karakteristieken die bepalend zijn<br />
voor de meetresultaten en de nauwkeurigheid daarvan. Wat zijn de<br />
eigenschappen van een temperatuursensor en hoe betrouwbaar zijn deze?<br />
Hierbij word de temperatuur gemeten in verschillende omgevingen.<br />
De route van de sensor naar de computer kan de meetresultaten nadelig<br />
doen beïnvloeden wat betreft nauwkeurigheid en dergelijke. Hoe gaat het<br />
computerprogramma IP-Coach hier mee om en hoe wordt dit weergeven?<br />
Onderzoeksvragen:<br />
1. - Hoe werkt een temperatuursensor?<br />
2. - Wat zijn de eigenschappen van een temperatuursensor?<br />
3. - Hoe werkt het computerprogramma IP-Coach?<br />
1.2 Hypothese<br />
De verwachting van de oriënterende opdracht is er achter komen hoe een<br />
temperatuursensor met een computerprogramma samenwerkt.<br />
Om een computer samen te kunnen laten werken zullen er signalen<br />
moeten worden gestuurd van de sensor naar de computer om de juiste<br />
informatie door te geven. Deze<br />
signalen zijn continu doordat er<br />
alsmaar gemeten doordat een<br />
sensor niet stapsgewijs werkt.<br />
Niet iedere sensor zal dezelfde<br />
waarde aangeven doordat<br />
sensoren nooit exact hetzelfde<br />
kunnen zijn. Dit kan komen<br />
doordat de stapgrootte van een<br />
sensor niet exact op één lijn zitten<br />
samen met de andere sensoren.<br />
Het programma IP-Coach is een<br />
programma om gemakkelijk een<br />
meting uit te voeren. Het<br />
programma heeft diverse<br />
mogelijkheden waaraan gewerkt<br />
kan worden om de gewenste<br />
resultaten en/of toepassingen te<br />
behalen van een meting.<br />
6
1.3 Onderzoeksvraag 1<br />
De werking van een<br />
temperatuursensor is af te lezen<br />
in het computerprogramma<br />
IP-Coach na diverse metingen van<br />
de temperatuur.<br />
Een sensor neemt verschillen in<br />
temperatuur waar door deze om<br />
te zetten in een continu signaal.<br />
Het signaal wordt vervolgens naar<br />
een verwerker gestuurd, die de<br />
verschillende<br />
temperatuurswisselingen van<br />
elkaar onderscheid. Een ADomzetter<br />
is bepalend voor de<br />
resolutie, deze is verantwoordelijk<br />
voor de nauwkeurigheid van de<br />
waarneming.<br />
In het programma IP-Coach<br />
kunnen de waarden van deze<br />
7<br />
temperatuursensor worden<br />
uitgelezen.<br />
Door een spanningsmeting uit te<br />
voeren kan de waarde van de<br />
resolutie worden bepaald.<br />
Het programma zelf zou ook nog<br />
invloed kunnen hebben op de<br />
waarneming. Om de juiste<br />
resolutie te bepalen word de<br />
grafiek van de spanningsmeting<br />
maximaal uitvergroot. Hier is een<br />
gebroken lijn waargenomen<br />
waaruit de stapgrootte kan<br />
worden bepaald.<br />
Het verschil tussen de twee<br />
kleinste waardeverschillen is<br />
vervolgens af te lezen als<br />
stapgrote. En bruikbaar als<br />
referentie materiaal.
1.4 Onderzoeksvraag 2<br />
Om deze vraag te beantwoorden is er een experiment uitgevoerd om zo<br />
de conclusie te kunnen trekken uit de resultaten die er geboekt zijn.<br />
1.5 Uitvoering<br />
Voor een betere nauwkeurigheid is er gekozen voor meerdere<br />
temperatuursensoren waar vervolgens vergelijken. Ook is er gebruik<br />
gemaakt van een handtemperatuurmeter om te onderzoeken wat voor<br />
effect zowel een analoge als een digitale temperatuurmeter heeft bij een<br />
bepaalde temperatuur.<br />
Hiervoor zijn verschillende experimenten uitgevoerd waarbij de<br />
temperatuurmeters werden blootgesteld aan zowel koken water als water<br />
op kamer temperatuur en ijswater.<br />
Nodig:<br />
Gedestilleerd water<br />
2 maal temperatuursensor voor Coachlab II<br />
Een handtemperatuurmeter<br />
IJs<br />
Een computer met IP-Coach<br />
3 maal bekerglas<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met zekerheid het kookpunt<br />
van 100˚C te bepalen.<br />
2 maal temperatuursensor Om met behulp van IP-Coach de<br />
meting te kunnen uitvoeren.<br />
Een handtemperatuurmeter Om het verschil tussen analoge en<br />
digitale metingen te kunnen<br />
vergelijken.<br />
IJsklontjes Om een lage temperatuur te<br />
simuleren.<br />
Een computer met IP-Coach Uitlezen en opsommen van<br />
gemeten resultaten.<br />
3 maal bekerglas Om het gedestilleerd water in te<br />
doen.<br />
8
1.6 Experiment<br />
Voordat het experiment begint is het aanbevolen om de schema‟s en<br />
tabellen alvast te construeren in een apart schrift.<br />
De benodigdheden worden erbij gezocht zodat de opstelling kan worden<br />
gevormd. Het experiment bestaat uit 3 onderdelen om de accuratesse te<br />
bevestigen.<br />
Sommige benodigdheden vereisen enige voorbereiding zoals bijvoorbeeld<br />
het creëren van ijs, gedestilleerd water en het instellen van IP-Coach.<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 10 volt AC<br />
Gedestilleerd water - 200ml<br />
IP-Coach meettijd - variabel tot 15 minuten<br />
IP-Coach metingen - variabel per experiment<br />
Temperatuur - variabel<br />
Onderdeel 1:<br />
Als eerste word het bekerglas gevuld met kokend gedestilleerd water van<br />
exact 100˚C. De temperatuursensoren worden hier tegelijk in het kokende<br />
water gestoken.<br />
De meting in het programma IP-Coach word vervolgens gestart met een<br />
meting van enkele minuten. Het water zal snel afkoelen, dit komt door<br />
een groot verschil in de omgevingstemperatuur ten opzichte van het<br />
kokende water.<br />
Nadat de meting beëindigd is worden de metingen genoteerd en het hete<br />
water voorzichtig uit het bekerglas verwijderd.<br />
Onderdeel 2:<br />
Nadat de meetsensoren op normale temperatuur gekomen zijn. Wordt een<br />
nieuw bekerglas met gedestilleerd water gevuld. Vervolgens worden de<br />
sensoren opnieuw geplaatst en na enkele minuten meten worden opnieuw<br />
de resultaten genoteerd.<br />
Onderdeel 3:<br />
Voor deze laatste meting was een langere voorbereiding van toepassing.<br />
Dit door het creëren van ijsblokjes van 2 x 2 centimeter.<br />
Deze moesten overnachten in de vriezer alvorens gebruikt te kunnen<br />
worden. Daarna werd hetzelfde uitgevoerd als bij onderdeel 1 en 2.<br />
Namelijk het ijs samen voegen in het bekerglas om vervolgens de laatste<br />
meting te starten. De laatste resultaten konden worden genoteerd in het<br />
schema en zodoende kon het experiment worden opgeruimd.<br />
Na het uitvoeren van dit experiment kan het antwoord op deze<br />
onderzoeksvraag gegeven worden.<br />
9
1.7 Resultaten<br />
De gemeten waarden zijn ingevoerd om een duidelijk overzicht te geven.<br />
De grafieken van IP-Coach zijn niet altijd even duidelijk en daarom hier<br />
herschreven in een tabel of grafiek.<br />
temperatuursensoren<br />
ijs ( ˚C ) kamer ( 20˚C ) water (100'C)<br />
sensor 1 (dig.) -8,2 19,8 99,8<br />
sensor 2 (dig.) -8,4 19,9 102,5<br />
sensor 3 (ana.) -8 19,5 100<br />
gemiddelde -8,3 19,73333333 100,7666667<br />
Figuur 3 - grafiek<br />
Temperatuur ( 'C )<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
-20<br />
sensor 1 sensor 2 sensor 3 gemiddelde<br />
Figuur 4 - staafdiagram<br />
10<br />
temperatuursensoren ijs ( ˚C ) *<br />
temperatuursensoren kamer ( 20˚C )<br />
temperatuursensoren water (100'C)<br />
* Temperatuur van ijs is<br />
niet exact te bepalen.
De resolutie van de temperatuur meting kan worden bepaald door de<br />
gemaakte grafiek maximaal uit te vergroten en 2 minimale meetwaarden<br />
te vergelijken. Het verschil tussen deze „trap‟ vorm kan worden gezien als<br />
zijnde de „stapgrootte‟ of resolutie.<br />
Het feit dat er een trapvorm ontstaat is terug te slaan op de AD-omzetter<br />
die enkel een aantal vaste waarden tussen 0- en 5 –Volt kan aannemen.<br />
- De stapgrootte bij 20 ˚C:<br />
20.00 – 19.93 = 0.07 ˚C<br />
0.07 „C = 70m˚C<br />
- De stapgrootte bij 90˚C:<br />
90.00 – 89.93 = 0.07 ˚C<br />
0.07 ˚C = 70m˚C<br />
De stapgrootte is bij alle temperaturen in het bereik van de sensor gelijk.<br />
11
1.8 Onderzoeksvraag 3<br />
Om tijdens een onderzoek<br />
waarden te kunnen vastleggen is<br />
er gebruik gemaakt van het<br />
computerprogramma IP-Coach.<br />
Het programma werkt in<br />
combinatie met een meetpaneel.<br />
Op dit meetpaneel kunnen<br />
verschillende sensoren worden<br />
aangesloten waarmee metingen<br />
kunnen worden uitgevoerd over<br />
een tijd van enkele milliseconden<br />
tot een groot aantal uren. Er zijn<br />
maximaal 5000 meetpunten die<br />
verdeeld kunnen worden over de<br />
ingestelde meettijd.<br />
De metingen worden altijd<br />
uitgevoerd in tijd en een andere<br />
ingestelde grootheid. Hieruit<br />
maakt het programma een<br />
grafiek. In dit grafiek kunnen alle<br />
behoeften worden aangepast en<br />
12<br />
opgeleukt.<br />
Zoals onder<br />
andere de<br />
lijndikte,<br />
kleur en<br />
vormgeving.<br />
IP-Coach is ontworpen voor de volgende doeleinden:<br />
meten<br />
sturen<br />
analyseren van meetgegevens<br />
Als er een<br />
meting word<br />
gestart<br />
houdt IP-Coach zelf de tijd in de<br />
gaten. De meting stopt als de<br />
ingestelde tijd is bereikt.<br />
Na een meting kunnen er nog<br />
diverse aanpassingen op de<br />
grafiek worden toegepast. Zo kan<br />
een er een lijn door het<br />
gemiddelde van een grafiek<br />
worden getrokken en andere<br />
functies worden toegepast.
1.9 Conclusie<br />
De meetgegevens in IP-Coach kunnen worden beschouwd als zijnde<br />
redelijk betrouwbaar. Hieruit volgt dan ook de conclusie op de drie<br />
onderzoeksvragen van de oriënterende opdracht.<br />
Onderzoeksvraag 1:<br />
Een temperatuursensor geeft een signaal af dat door een<br />
computerprogramma kan worden uitgelezen als eenheid van de<br />
temperatuur. Door deze gegevens kan onder andere de stapgrootte<br />
worden bepaald. Of andere bewerkingen mee worden uitgevoerd.<br />
Onderzoeksvraag 2:<br />
De temperatuursensor in combinatie met IP-Coach blijkt betrouwbaar te<br />
zijn door de minimale afwijkingen die er onder sommige omstandigheden<br />
zijn. De gemiddelde afwijking hierbij is groter naarmate de temperatuur<br />
hoger is.<br />
De stapgrootte is afhankelijk van de AD-omzetter. Hoe meer stappen deze<br />
AD-omzetter kan maken des te nauwkeuriger zal de uiteindelijke meting<br />
zijn.<br />
Onderzoeksvraag 3:<br />
IP-Coach werkt samen met een meetpaneel aan de gegevens die een<br />
sensor doorstuurt. Hiermee kan een meting gestart worden met een tijd<br />
en een andere grootheid die gemeten word door een sensor. Op deze<br />
gegevens kunnen nog andere functies worden toegepast.<br />
IP-Coach heeft als doel het opmaken van grafieken en tabellen uit<br />
verschillende meetgegevens.<br />
13
2.0 Experiment 1 – Verschillende Zout Concentraties<br />
14
2.1 Onderzoeksvraag<br />
Om de geleiding van zout water te onderzoeken kan er een gekozen<br />
Voltage door verschillende zoutconcentraties worden laten gelopen.<br />
Hieruit kan afgelezen worden hoe hard de elektronen door de concentratie<br />
voortbewegen oftewel de stroomsterkte.<br />
Deze wordt in serie geschakeld met de zoutoplossing om te meten<br />
hoeveel stroom er loopt.<br />
Onderzoeksvraag:<br />
Wat doet de weerstand van zout water bij verschillende concentraties<br />
zoutoplossing?<br />
2.2 Hypothese<br />
Gewoon kraanwater geleid doordat er andere zouten in zitten die niet<br />
gemakkelijk gezuiverd kunnen worden. Dit kan gevaarlijk zijn.<br />
Gedestilleerd water daarentegen heeft het helemaal geen geleiding en<br />
loopt er geen stroom als het in contact zou komen met een elektrische<br />
stroom.<br />
Hieruit valt te verwachten:<br />
Hoe hoger de concentratie zout in een oplossing hoe groter de<br />
stroomsterkte zal zijn. En dus zal de weerstand afnemen.<br />
Theoretisch zou de stroom bij gedestilleerd water exact 0 zijn.<br />
Maar praktisch is de verwachting dat dit enigszins tegenvalt omdat water<br />
bijna niet helemaal schoon te krijgen is. Door invloed van het milieu en de<br />
omgeving zal water altijd een klein beetje verontreinigd zijn.<br />
15
2.3 Uitvoering<br />
Dit experiment heeft een vrij grote opstelling. Het spanningskastje is<br />
ingesteld op wisselspanning doordat er bij gelijkspanning een kans zou<br />
kunnen bestaan dat de elektronen neer zouden slaan in het bekerglas. Het<br />
gedestilleerde water is nodig omdat de zoutconcentraties anders niet<br />
precies zouden kloppen met wat er gemeten zal gaan worden.<br />
Nodig:<br />
-Gedestilleerd water<br />
-2 maal koolstofelektroden<br />
-Spanningskastje<br />
-Spanningsmeter<br />
-Stroommeter<br />
-Bekerglas 500ml<br />
-Kabels<br />
-2 maal een statief<br />
-Krokodillenbekjes<br />
-Zout<br />
-Een weegschaal<br />
-Een roerstaafje<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met een schone basis te starten<br />
2 maal Koolstof elektroden. Voor de geleiding van stroom in het<br />
water.<br />
Spanningskastje Als spanningsbron om de meting<br />
mee uit te voeren.<br />
Spanningsmeter Om de spanning die op het<br />
spanningskastje ingesteld staat te<br />
bevestigen<br />
Stroommeter Voor het uitlezen van de<br />
stroomsterkte.<br />
500ml bekerglas Om de oplossing in uit te voeren.<br />
Bekabeling Voor het aansluiten van alle<br />
componenten.<br />
2 maal een Statief Om de koolstof staven aan te<br />
bevestigen<br />
Krokodillenbekjes Hieraan kunnen de koolstof staven<br />
bevestigd worden.<br />
Zout Om in het gedestilleerde water op<br />
te lossen<br />
Weegschaal Om de gewenste hoeveelheid zout<br />
af te wegen<br />
Roerstaafje Om het zout op te lossen<br />
16
2.4 Opstelling:<br />
Figuur 5 - Opstelling<br />
17
2.5 Het Experiment<br />
Voordat het experiment begint is<br />
het aanbevolen om de tabellen<br />
alvast te construeren in een apart<br />
schrift. De benodigdheden worden<br />
erbij gezocht zodat de opstelling<br />
kan worden gevormd. Het<br />
experiment bestaat uit zes losse<br />
experimenten. Dit komt doordat<br />
er zes verschillende zout<br />
concentraties worden gebruikt.<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 10 volt AC<br />
Gedestilleerd water - 200ml<br />
Massa zout - variabel<br />
Contactafstand - 6 cm<br />
Elektroden afstand - 4 cm<br />
Temperatuur- Kamertemperatuur (ca. 20 °C)<br />
18<br />
Ter voorbereiding van ieder<br />
experiment, moet de juiste<br />
hoeveelheid zout worden<br />
afgewogen op een weegschaal en<br />
gedestilleerd water word<br />
afgemeten op 200 ml. Als het<br />
zout is afgewogen word dit bij het<br />
gedestilleerde water toegevoegd.<br />
Met een roerstaafje word het zout<br />
compleet opgelost in het water.<br />
Het starten van de proef begint bij het inschakelen van het<br />
spanningskastje met wisselspanning en het gewenste Voltage word<br />
ingesteld. Er gaat een stroom lopen omdat het zout aanwezig is in het<br />
gedestilleerde water. De elektroden zijn 4 cm van elkaar verplaatst zodat<br />
er door een afstand van 4 cm stroom loopt door de zoutoplossing. De<br />
Stroommeter en de Spanningsmeter geven na enkele seconden constante<br />
waarden aan die van belang zijn om te noteren in het tabel en het<br />
schema.<br />
Na de notatie is één van de 6 experimenten uitgevoerd. De overige vijf<br />
experimenten worden op precies dezelfde wijze uitgevoerd maar dan met<br />
een andere concentratie zout in het gedestilleerde water. Het is van<br />
belang dat alleen het concentratie zout veranderd en geen andere<br />
eigenschappen in het experiment. Dan zullen de metingen namelijk niet<br />
meer kloppen.<br />
Na afloop van de 6 experimenten kunnen de benodigdheden worden<br />
opgeruimd en er kunnen conclusies worden getrokken uit de resultaten<br />
die behaald zijn.<br />
Doordat de stroom en de spanning gemeten zijn is de weerstand nog niet<br />
berekend. Dit wordt gedaan met behulp van een formule:<br />
R = U / I<br />
De resultaten van een bepaalde concentratie kunnen worden genoteerd en<br />
de weerstand kan berekend worden.
2.6 Resultaten<br />
In onderstaande tabel is op te merken dat bij meting nummer zes de<br />
gegevens niet helemaal kloppen. Dit zou kunnen komen doordat het zout<br />
niet volledig is opgelost dat zou betekenen dat het water verzadigd is.<br />
Weerstand (Ohm)<br />
Zout concentratie<br />
Metingnummer concentratie (g) Mol spanning (V) stroom (A) weerstand (KΩ)<br />
1 0 0 10 0,0001 100<br />
2 2 0,034 9,8 0,005 1,96<br />
3 4 0,068 9,7 0,007 1,385714286<br />
4 6 0,102 9,6 0,01 0,96<br />
5 8 0,136 9,5 0,0128 0,7421875<br />
6 10 0,17 9,5 1,05 0,09047619<br />
Figuur 6 – weerstand bij verschillende zout concentraties<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
-20<br />
Figuur 7 – Weerstand in grafiek<br />
0<br />
Weerstand<br />
1 2 3 4 5 6<br />
Weerstand 100 1,96 1,3857 0,96 0,7422 0,0905<br />
Stroom 0,0001 0,005 0,007 0,01 0,0128 1,05<br />
spanning 10 9,8 9,7 9,6 9,5 9,5<br />
Meting nummer<br />
19<br />
Weerstand<br />
Stroom<br />
spanning
2.7 Conclusie<br />
De resultaten die weergegeven zijn in het tabel en het grafiek vertellen<br />
dat de spanning in de stroomkring vrijwel nauwelijks veranderd en de<br />
stroomsterkte van heel klein naar steeds groter gaat.<br />
Door een formule te gebruiken kan de weerstand die het water levert<br />
worden uitgerekend. Dit gebeurd met de formule:<br />
R = U / I<br />
De resultaten die berekend zijn door het gebruiken van de formule, geven<br />
aan dat de weerstand steeds kleiner wordt naar mate de concentratie<br />
toeneemt. Dit is logisch omdat het een omgekeerd evenredig verband<br />
heeft. In dit geval word de stroomsterkte groter en daarom de weerstand<br />
steeds kleiner. De lijnen in het grafiek tonen dat het Voltage vrijwel<br />
constant blijft. Tussen de stroomsterkte, de weerstand en de verschillende<br />
concentraties zijn verhoudingen te constateren.<br />
Dit zal betekenen dat er een verband bestaat tussen de oplossingen en de<br />
weerstand. De weerstand word lager en de stroomsterkte word hoger. Er<br />
gaat meer stroom lopen naar mate de concentratie toeneemt. Door een<br />
grotere hoeveelheid zout geleid het meer en is er minder weerstand.<br />
De weerstand is laag en de concentratie is hoog.<br />
De weerstand is hoog en de concentratie is laag.<br />
Hoe hoger het concentratie zout, hoe lager de weerstand van de<br />
zoutoplossing is.<br />
20
3.0 Experiment 2 – Variabele meetafstand<br />
21
3.1 Onderzoeksvraag<br />
In opdracht 1 is er onderzocht<br />
wat er met de weerstand gebeurd<br />
als er spanning komt te staan<br />
tussen verschillende concentraties<br />
zout. Dit gebeurde met een vaste<br />
afstand van 4 cm tussen de<br />
koolstof elektroden.<br />
22<br />
Maar wat gebeurd er met de<br />
weerstand als de concentratie<br />
zout constant blijft en de<br />
elektroden op verschillende<br />
afstanden van elkaar worden<br />
geplaatst?<br />
Onderzoeksvraag:<br />
Wat gebeurd er met de weerstand van zout water als de afstand van de<br />
elektroden verschillend is?<br />
3.2 Hypothese<br />
Nu de concentratie zout gelijk blijft, moet er een andere variabele zijn. Dit<br />
is namelijk de afstand. De afstand vervangt als het ware de concentratie<br />
zout in het gedestilleerde water.<br />
Aangezien er in opdracht 1 een<br />
verband is tussen de<br />
concentratie zout en de<br />
stroomsterkte. Zal er ook een<br />
verband zijn tussen de afstand<br />
en de stroomsterkte. En<br />
daardoor zal dus ook de<br />
weerstand een verband houden<br />
met de afstand.<br />
Dit wordt verwacht doordat de<br />
afstand de variabele is geworden<br />
in plaats van de verschillende<br />
concentraties zout. Het zal een<br />
omgekeerd evenredig verband<br />
zijn tussen de stroomsterkte en<br />
de afstand.
3.3 Uitvoering<br />
In dit experiment word er gewerkt met een vaste concentratie zout.<br />
Er is gekozen voor een concentratie van 10 gram per Liter opgelost in 1<br />
liter gedestilleerd water.<br />
Nodig:<br />
-Zout<br />
-2 maal statief<br />
-Spanningskastje<br />
-Grote bak met zoutoplossing<br />
-Bedrading<br />
-Spanningsmeter<br />
-Roerstaafje<br />
-Stroommeter<br />
-2 maal elektroden<br />
-Krokodillenbekjes<br />
-Gedestilleerd water<br />
-Weegschaal<br />
-Meetlint<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met een schone basis te starten<br />
2 maal Koolstof elektroden. Voor de geleiding van stroom in het<br />
water.<br />
Spanningskastje Als spanningsbron om de meting<br />
mee uit te voeren.<br />
Spanningsmeter Om de spanning die op het<br />
spanningskastje ingesteld staat te<br />
bevestigen<br />
Stroommeter Voor het uitlezen van de<br />
stroomsterkte.<br />
Plastic bak Om het experiment in uit te voeren.<br />
Bekabeling Voor het aansluiten van alle<br />
componenten.<br />
2 maal een Statief Om de koolstof staven aan te<br />
bevestigen<br />
Krokodillenbekjes Hieraan kunnen de koolstof staven<br />
bevestigd worden.<br />
Zout Om in het gedestilleerde water op<br />
te lossen<br />
Weegschaal Om de gewenste hoeveelheid zout<br />
af te wegen<br />
Roerstaafje Om het zout op te lossen<br />
Meetlint Om de afstand tussen elektroden te<br />
verifiëren.<br />
23
3.4 Opstelling:<br />
Figuur 8 - Opstelling<br />
24
3.5 Het Experiment<br />
De opstelling voor het experiment<br />
is bijna gelijk aan de opstelling<br />
van opdracht 1. Het enige wat er<br />
veranderd moet worden is het<br />
bekerglas vervangen door een<br />
grote plastic bak. De bak word<br />
gevuld met 1 liter gedestilleerd<br />
water en 10 gram zout.<br />
25<br />
Dit experiment bestaat uit 8<br />
verschillende metingen.<br />
Er zijn 8 verschillende afstanden<br />
bepaald. Met behulp van een<br />
meetlint kunnen deze afstanden<br />
exact worden bepaald.<br />
De juiste afstand is makkelijk te<br />
bepalen door de plastic bak met<br />
water. Waarin van grote tot kleine<br />
afstanden kunnen worden<br />
uitgezet.<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 4.5 volt AC<br />
Gedestilleerd water - 1000ml<br />
Massa zout - 10gram<br />
Afstand - Variabel<br />
Contactafstand in water - 2.5cm<br />
Temperatuur - Kamertemperatuur (ca. 20 °C)<br />
Als er begonnen word met meten is het experiment vrij snel beëindigd.<br />
Het spanningskastje word aangezet op een vast Voltage van 10 Volt en de<br />
resultaten kunnen direct worden afgelezen en genoteerd. De daarop<br />
volgende zeven metingen zijn exact het zelfde maar met een andere<br />
afstand van de elektroden tegenover elkaar.<br />
Met de resultaten kan de formule R=U/I weer worden toegepast. De<br />
berekende weerstand kan worden genoteerd in de grafieken en tabellen.<br />
Door de gegevens kan de conclusie op de onderzoeksvraag gevormd<br />
worden.
Weerstand (Ohm)<br />
3.6 Resultaten:<br />
verschillende afstanden<br />
afstand (cm) Spanning (V) stroomsterkte (A) weerstand (Ω)<br />
0 * 10 ∞ 0<br />
1 10 0,30 33,33333333<br />
2 10 0,16 62,5<br />
5 10 0,10 100<br />
10 10 0,08 125<br />
15 10 0,06 166,6666667<br />
20 10 0,06 166,6666667<br />
25 10 0,05 200<br />
* Hier ontstaat kortsluiting. Dit is niet gemeten maar beredeneerd.<br />
Daardoor is de stroomsterkte oneindig hoog.<br />
Figuur 9 – Meetresultaten<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
Weerstand<br />
1 2 3 4 5 6 7 8<br />
afstand (cm)<br />
Figuur 10 – Weerstand uitgezet in grafiek<br />
26<br />
Weerstand<br />
2 per. Zw. Gem. (Weerstand)
3.7 Conclusie<br />
Het omgekeerd evenredig<br />
verband dat in opdracht 1 werd<br />
gezien tussen de concentratie<br />
zout en de stroomsterkte zou hier<br />
theoretisch van op toepassing<br />
moeten zijn. Maar de praktijk<br />
weergeeft iets andere resultaten.<br />
De weerstand is laag en de afstand klein.<br />
De weerstand is hoog en de afstand is groot.<br />
27<br />
Hoogstwaarschijnlijk door de<br />
invloed van buiten af. Zoals het<br />
oplossen van de koolstof<br />
elektroden waarmee gemeten<br />
word.<br />
Er is wellicht een verband tussen<br />
de stroomsterkte en de afstand,<br />
maar deze is niet recht evenredig.<br />
Hoe groter de afstand, hoe groter de weerstand tussen beide<br />
elektronen is.<br />
Oftewel:<br />
De stroomsterkte word groter naarmate de elektroden dichter bij elkaar<br />
komen doordat de geleiding toeneemt<br />
Deze geleiding neemt toe<br />
omdat de stroom zich<br />
minder moeilijk door de<br />
zoutoplossing hoeft te<br />
wringen.<br />
De resultaten komen dus<br />
enigszins niet overeen met<br />
de hypothese omdat er<br />
geen rekening was<br />
gehouden met de invloed<br />
van andere stoffen van<br />
buitenaf.<br />
Buiten deze afwijking<br />
hebben de resultaten een<br />
uitslag dat te verwachten<br />
was.
4.0 Experiment 3 - Chloorgas<br />
28
4.1 Onderzoeksvraag<br />
Tijdens het onderzoek van de<br />
opdrachten 1 en 2 word er waar<br />
genomen dat er een reactie plaats<br />
vind in het bekerglas of de plastic<br />
bak. Rondom de elektroden<br />
begint het water te bruisen en<br />
ontstaat er een soort gas dat<br />
sterk ruikt. Na enige tijd zou de<br />
reactie tot zijn einde moeten<br />
29<br />
komen<br />
doordat<br />
één van<br />
de<br />
stoffen<br />
op<br />
begint te<br />
raken.<br />
Maar hoe lang duurt deze reactie?<br />
Onderzoeksvraag:<br />
Hoe lang duurt het voordat al het zout omgezet is in de reactie?<br />
4.2 Hypothese<br />
Uit deze waarneming word er verwacht dat de zoutoplossing reageert met<br />
de stroom. Hierbij zou sprake zijn van elektrolyse.<br />
Het ligt aan de hoeveelheid grammen van de stoffen hoe lang het duurt<br />
voordat de reactie uitgereageerd is. Hoe meer er van de stoffen aanwezig<br />
is hoe langer het zal duren voordat het helemaal is uitgereageerd.<br />
Er is een verband aanwezig die ligt tussen de concentratie zout, de<br />
stroomsterkte en de tijdsduur voordat de reactie beëindigd is. Hoe groter<br />
de zoutconcentratie is hoe hoger de stroomsterkte en hoe heviger de<br />
reactie is.<br />
De tijdsduur zal te berekenen zijn met de formules die er in de<br />
natuurkunde aanwezig zijn. Maar de tijdsduur die te berekenen valt zal<br />
niet het zelfde zijn als de tijdsduur die er in werkelijkheid word gemeten<br />
door de invloed van het milieu in de omgeving.
4.3 Uitvoering<br />
Bij het experiment is het niet van belang wat de concentratie zout is. Maar<br />
om de reactie zo snel mogelijk te laten beëindigen is er gekozen voor een<br />
lage concentratie.<br />
1 gram zout in 200 gedestilleerd water.<br />
De concentratie bestaat uit 0,085 Molair NaCl.<br />
Nodig<br />
- 2 maal elektroden<br />
- 2 maal een statief<br />
- Een spanningskastje<br />
- Een computer met IP-Coach<br />
- Een bekerglas<br />
- Zout<br />
- Bekabeling<br />
- Roerstaafje<br />
- Krokodillenbekjes<br />
- Weegschaal<br />
- Gedestilleerd water<br />
- Ohmse weerstand NiChr<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met een schone basis te starten<br />
2 maal Koolstof elektroden. Voor de geleiding van stroom in het<br />
water.<br />
Spanningskastje Als spanningsbron om de meting<br />
mee uit te voeren.<br />
Een computer met IP-Coach Uitlezen en opsommen van<br />
gemeten resultaten.<br />
Roerstaafje Om het zout op te lossen.<br />
Bekerglas Om het experiment uit te voeren<br />
Bekabeling Voor het aansluiten van alle<br />
componenten.<br />
2 maal een Statief Om de koolstof staven aan te<br />
bevestigen<br />
Krokodillenbekjes Hieraan kunnen de koolstof staven<br />
bevestigd worden.<br />
Zout Om in het gedestilleerde water op<br />
te lossen<br />
Weegschaal Om de gewenste hoeveelheid zout<br />
af te wegen<br />
Weerstand NiChr Om de spanning over te meten die<br />
de computer kan registreren.<br />
30
4.4 Opstelling:<br />
Figuur 11 - Opstelling<br />
31
4.5 Het experiment<br />
De opstelling die in opdracht 1 is gevormd kan voor dit experiment op<br />
dezelfde manier worden opgebouwd alleen mag de spanningsmeter<br />
worden weggelaten. Er is een weerstand van Nikkelchroom in serie<br />
geplaatst met de oplossing van 4 Ohm om de spanning over de weerstand<br />
te kunnen meten. De weerstand van de oplossing is variabel, daarom is er<br />
gekozen voor een ohmse weerstand.<br />
Dit is nodig om met IP-Coach de meting te kunnen uitvoeren.<br />
Door middel van een formule is er een indicatie gemaakt van de tijdsduur<br />
die dit experiment in beslag zou kunnen nemen.<br />
De reactie die plaatsvindt tussen het zout en de elektrische stroom geeft<br />
een vergelijking.<br />
Door de oplossing gaan alle ionen in de oplossing zweven.<br />
Door de elektrolyse wordt het Chloor omgezet in gas; Chloorgas.<br />
De formule en reactie luiden als volgt:<br />
2 CL - (aq) Cl2 (g) + 2 e -<br />
Door de berekening met de formule is een tijdsduur van 3 uur gekozen als<br />
instelling voor IP-Coach.<br />
Formule:<br />
Mol x constante van Avogadro = Aantal moleculen of elektronen<br />
In het experiment wordt er gebruik gemaakt van 1,0 gram. Dit staat gelijk<br />
aan 0.017 mol.<br />
Het getal van Avogadro staat gelijk aan: 6.02 x 10 23<br />
Met deze wiskundige constante kan worden gerekend tussen Mol en gram.<br />
0.017 x ( 6.02 x 10 23 ) = 1.03 x 10 22<br />
Na de berekening word het duidelijk dat er in de zoutoplossing minstens<br />
1.03 x 10 22 elektronen worden gebruikt voordat de stof is uitgereageerd<br />
met de elektronen.<br />
De lading van 1 elektron is 1.6 x 10 -19 Coulomb. Door dit te<br />
vermenigvuldigen met de elektronen word er berekend hoeveel elektronen<br />
er tijdens de proef in omgang zijn.<br />
( 1.03 x 10 22 ) x ( 1.06 x 10 -19 ) = 1648 C<br />
32
( 1.03 x 10 22 ) x ( 1.06 x 10 -19 ) = 1648 C<br />
Om hiermee vervolgens uit te kunnen rekenen hoeveel tijd dit in beslag<br />
zal nemen is er een gegeven van de stroomsterkte nodig.<br />
Dit gegeven werd tijdens het experiment afgelezen van de Stroommeter.<br />
1 A = 1 C/s<br />
Afgelezen is een stroomsterkte van 0.36 Ampère.<br />
Het gegeven uit de vorige berekening zal hier door gedeeld worden.<br />
1648 / 0.36 = 4578 C/s<br />
4578 / 60 = 76.3 minuten = 1.3 uur<br />
Dit is een ruwe berekening. Want naarmate het zout reageert, zal het<br />
steeds slechter geleiden en dus de weerstand hoger worden.<br />
Daarmee word de stroomsterkte lager en zal de reactie langer duren.<br />
Daarom is de tijdsduur ruimschoots genomen.<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 1,5 volt DC<br />
Gedestilleerd water - 200ml<br />
Temperatuur - Kamertemperatuur (ca. 20 °C)<br />
Massa zout - 1gram<br />
Ohmse weerstand - NiChroom 4Ω<br />
IP-Coach meettijd - 3 uren<br />
IP-Coach metingen - 27 per minuut<br />
Contactafstand - 6 cm<br />
Elektroden afstand - 4 cm<br />
Het spanningskastje wordt aangezet en de meting met IP-Coach word<br />
gestart. De reactie vindt plaats en de computer meet de gegevens.<br />
33
4.6 Resultaten:<br />
spanning (V)<br />
4,25<br />
4,2<br />
4,15<br />
4,1<br />
4,05<br />
4<br />
3,95<br />
3,9<br />
Figuur 12 – Grafiek Weerstand<br />
Bij het opslaan van de meting kreeg de<br />
computer met IP-Coach een storing. De<br />
gegevens die genoteerd waren zijn de<br />
redding om nog een gemiddelde grafiek<br />
te kunnen creëren.<br />
tijd (uren) spanning (v)<br />
0 3,96<br />
0,5 4,025<br />
1 4,09<br />
1,5 4,155<br />
2 4,22<br />
2,5 Beëindigd<br />
Figuur 13 - Tabel<br />
3,96<br />
Weerstand<br />
34<br />
4,22<br />
0 0,5 1 1,5 2 2,5<br />
Tijd (uur)<br />
Weerstand
4.6 Conclusie<br />
Door berekeningen van de<br />
natuurkunde formules is er een<br />
ruwe schatting gemaakt van de<br />
tijdsduur die nodig is.<br />
Door conclusies die er getrokken<br />
zijn uit de formules is de tijdsduur<br />
ruimschoots<br />
genomen.<br />
35<br />
Het experiment is in totaal 2 maal<br />
uitgevoerd. In het eerste<br />
experiment is er geen enkele<br />
indruk van de tijd gemaakt.<br />
Daardoor is de meting niet<br />
succesvol verlopen doordat de<br />
metingstijd te kort was om de<br />
gehele oplossing uit te laten<br />
reageren.<br />
Na een aantal uren meten liet de meting in IP-Coach vreemde resultaten<br />
zien dat als conclusie kon worden opgevat.<br />
Het Voltage, waaruit werd verwacht dat deze omhoog zou gaan, ging na<br />
enkele uren langzaam maar zeker weer omlaag. Hier is er bevestigd dat<br />
de zout oplossing is uitgereageerd en alle chloride is omgezet in<br />
Chloorgas.<br />
In totaal heeft de meting 2.05 uur geduurd voordat het experiment<br />
geslaagd was.
5.0 Experiment 4 – Verschillende Kookpunten<br />
36
5.1 Onderzoeksvraag<br />
Als gedestilleerd water kookt is<br />
het exact 100˚C.<br />
In gewoon kraanwater is de<br />
zoutconcentratie laag maar niet<br />
nul.<br />
Maar wat zou er gebeuren met<br />
het kookpunt als de<br />
zoutconcentratie word vergroot?<br />
De concentratie zout wordt nu<br />
37<br />
opnieuw gezien als variabele in dit<br />
experiment.<br />
Door de temperatuur van de<br />
concentratie te verhogen gaan de<br />
H2O moleculen in het water<br />
sneller bewegen. Zou dit invloed<br />
kunnen hebben op de geleiding de<br />
concentratie zout die de oplossing<br />
heeft?<br />
Onderzoeksvraag:<br />
Wat is het kookpunt van zout en de stroomsterkte op dat punt?<br />
5.2 Hypothese<br />
De verwachting uit dit experiment<br />
is dat de temperatuur zal stijgen<br />
om het kookpunt te bepalen naar<br />
mate de zoutoplossing een hogere<br />
concentratie heeft. Dit komt<br />
doordat de dichtheid groter word<br />
naar mate de concentratie toe<br />
neemt. Met een grote dichtheid<br />
kost het meer energie om iets om<br />
te laten zetten in gassen.<br />
Er moet een soort verband komen<br />
tussen de concentratie zout en de<br />
temperatuur van het kookpunt bij<br />
deze concentratie. De<br />
concentratie neemt toe en de<br />
dichtheid dan ook. En een hogere<br />
dichtheid zorgt voor een hoger<br />
kookpunt.<br />
Hoe hoger de concentratie zout,<br />
hoe hoger de temperatuur van<br />
het kookpunt ligt.
5.3 Uitvoering<br />
Er is gekozen voor een gasbrander om de temperatuur te verhogen<br />
doordat deze geleidelijk verwarmt van enkele honderden graden Celsius.<br />
Er kon eventueel ook nog gekozen worden voor een “hotplate” maar deze<br />
bereikt de 100˚ C niet. Zo kon er zelf geen gedestilleerd water gekookt<br />
worden.<br />
Nodig:<br />
- Gedestilleerd water - Zout<br />
- 2 maal Koolstof elektroden - Weegschaal<br />
- Spanningskastje - 2 maal statief<br />
- Gasbrander - IP-Coach<br />
- Roerstaafje - Spanningsmeter<br />
- Bekerglas - Stroommeter<br />
- Bekabeling - Krokodillenbekjes<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met een schone basis te starten<br />
2 maal Koolstof elektroden. Voor de geleiding van stroom in het<br />
water.<br />
Spanningskastje Als spanningsbron om de meting<br />
mee uit te voeren.<br />
Een computer met IP-Coach Uitlezen en opsommen van<br />
gemeten resultaten.<br />
Roerstaafje Om het zout op te lossen.<br />
Bekerglas Om het experiment uit te voeren<br />
Bekabeling Voor het aansluiten van alle<br />
componenten.<br />
2 maal een Statief Om de koolstofstaven te bevestigen<br />
Krokodillenbekjes Hieraan kunnen de koolstof staven<br />
bevestigd worden.<br />
Zout Om in het gedestilleerde water op<br />
te lossen<br />
Weegschaal Om de gewenste hoeveelheid zout<br />
af te wegen.<br />
Spanningsmeter Om de spanning om de ingestelde<br />
spanning te bevestigen.<br />
Stroommeter Voor het uitlezen van de<br />
stroomsterkte.<br />
Gasbrander Om de temperatuur omhoog te<br />
brengen.<br />
38
5.4 Opstelling:<br />
Figuur 14 - Opstelling<br />
39
5.5 Het Experiment<br />
Ter voorbereiding op dit experiment is het nodig om een oplossing zout te<br />
creëren.<br />
Het experiment bestaat uit zes verschillende onderzoeken. In ieder<br />
onderzoek wordt het kookpunt van de desbetreffende concentratie zout<br />
bepaald.<br />
In één van de zes onderdelen word de concentratie verwarmd en gewacht<br />
totdat het water zijn kookpunt heeft bereikt.<br />
Bij het bereiken van het kookpunt wordt er waargenomen dat er bubbels<br />
ontstaan in de oplossing en er zich gas vormt. Dit is het einde van het<br />
eerste onderdeel van het gehele experiment.<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 4.5 Volt AC<br />
Gasbrander - Blauwe ruis<br />
Massa Zout - Variabel<br />
Gedestilleerd water - 200ml<br />
Temperatuur - Variabel<br />
IP-Coach meting - Temperatuurweergave<br />
Contactafstand - 6 cm<br />
Elektroden afstand - 4 cm<br />
Door steeds dezelfde handelingen uit te voeren bij de overige vijf de<br />
onderdelen komen er uiteindelijk verschillende resultaten.<br />
Hieruit kunnen de verschillende kookpunten worden afgelezen.<br />
40
5.6 Resultaten:<br />
Temperatuur ( 'C )<br />
104<br />
103,5<br />
103<br />
102,5<br />
102<br />
101,5<br />
101<br />
100,5<br />
100<br />
99,5<br />
100<br />
Figuur 16 - Grafiek<br />
Kookpunt zouten<br />
concentratie ( g ) Kookpunt ( 'C )<br />
0 100<br />
2 101,2<br />
4 101,8<br />
6 102,5<br />
8 103<br />
10 103,6<br />
Figuur 15 - Resultaten in Tabel<br />
101,2<br />
Kookpunt<br />
101,8<br />
41<br />
102,5<br />
103<br />
103,6<br />
0 2 4 6 8 10 12<br />
Concentratie (g)
5.7 Conclusie<br />
Met deze metingen zijn verschillende kookpunten van water met een<br />
bepaalde zoutconcentratie in kaart gebracht.<br />
Door de resultaten te vergelijken valt er te concluderen dat er een<br />
verband aanwezig is tussen de concentratie zout en het kookpunt van de<br />
oplossing.<br />
Dit voldoet aan de hypothese omdat verwacht werd dat het kookpunt<br />
omhoog zou gaan bij een toenemende concentratie.<br />
Een meespelende factor zou eventueel nog de dichtheid kunnen zijn die<br />
toeneemt bij een grotere concentratie.<br />
Eveneens zal de elektrische geleiding bij een hogere temperatuur<br />
toenemen.<br />
De temperaturen zijn gemeten de bijbehorende thermometer van<br />
Coachlab, de verwerkingsconsole van IP-Coach.<br />
Deze temperaturen kunnen enigszins afwijken omdat de<br />
temperatuursensor een nauwkeurig bereik heeft tot maximaal 100° C.<br />
De metingen zijn dus niet exact maar kunnen beschouwd worden als<br />
redelijk betrouwbaar omdat er geen extreme temperatuursverschillen zijn<br />
waargenomen. Hieruit is dan ook veilig de conclusie uit getrokken.<br />
42
6.0 Experiment 5 - Smeltpunt<br />
43
6.1 Onderzoeksvraag<br />
Nu er in de vorige opdracht is gekeken naar de temperatuur van de<br />
kookpunten van verschillende concentraties zout. Word er nu gekeken<br />
naar de verschillen die er ontstaan tussen het vriespunt van verschillende<br />
concentratie zout. Niet alleen het kookpunt maar ook het vriespunt heeft<br />
namelijk ook te maken met de geleiding van een concentratie zout in een<br />
oplossing.<br />
Onderzoeksvraag:<br />
Wat is het de temperatuur van het vriespunt van verschillende<br />
concentraties zout?<br />
6.2 Hypothese:<br />
In principe zou dit precies het zelfde moeten gaan als het bepalen van het<br />
kookpunt bij de verschillende concentratie. Waarbij de temperatuur steeds<br />
hoger komt om het kookpunt te bepalen zal bij ijsvorming de temperatuur<br />
steeds lager moeten worden.<br />
Dit komt opnieuw door de dichtheid die de oplossing heeft. Met een hoge<br />
concentratie zout heeft de oplossing een grote dichtheid. Een oplossing<br />
met een hoge concentratie is moeilijker te verwarmen tot een bepaald<br />
kookpunt en ook moeilijker om koelen tot een bepaald kookpunt. Er is<br />
meer energie voor nodig.<br />
Als de oplossing in een vaste vorm verkeerd doordat het een zeer lage<br />
temperatuur bezit kan er geen stroom lopen door de oplossing en de<br />
elektroden. Elektronen kunnen niet<br />
bewegen in een vast stof of gas. Als de stof<br />
gesmolten word, doordat het terug keert<br />
naar een gewone normale temperatuur, zal<br />
de stroomsterkte toenemen. Dit gebeurd<br />
naar mate de ijsklomp steeds meer<br />
veranderd in de vloeibare oplossing die het<br />
in het begin was.<br />
Als er stroom begint te lopen zal het ijs dus<br />
een beetje gesmolten moeten zijn. Dit<br />
word in dit experiment gezien als het<br />
vriespunt van de concentratie zout in het<br />
gedestilleerde water.<br />
44
6.3 Uitvoering<br />
Er is gekozen voor een extra spanningsmeter. Met het programma IP-<br />
Coach word het Voltage gemeten en de temperatuur. Maar voor<br />
bevestiging van het Voltage is er een extra spanningsmeter in serie<br />
geplaatst in de stroomkring. Dit is gedaan doordat de Spanning belangrijk<br />
is voor het meten van de stroomsterkte.<br />
Er word een meetversterker gebruik omdat er slechts een minimale<br />
spanning gemeten zal worden tijdens het experiment. Deze versterker<br />
vergroot de spanning met 200x.<br />
Nodig:<br />
-Gedestilleerd water -2 maal Statief<br />
-2 maal Koolstofelektroden -Zout<br />
-Spanningkastje -Weegschaal<br />
-Een computerprogramma met IP-Coach -Stroommeter<br />
-Roerstaafje -Bekabeling<br />
-Bekerglas -Ohmse weerstand<br />
-Een vriezer -Meetversterker<br />
Benodigdheden: Functie:<br />
Gedestilleerd water Om met een schone basis te starten<br />
2 maal Koolstof elektroden. Voor de geleiding van stroom in het<br />
water.<br />
Spanningskastje Als spanningsbron om de meting<br />
mee uit te voeren.<br />
Een computer met IP-Coach Uitlezen en opsommen van<br />
gemeten resultaten.<br />
Roerstaafje Om het zout op te lossen.<br />
Bekerglas Om het experiment uit te voeren<br />
Bekabeling Voor het aansluiten van alle<br />
componenten.<br />
2 maal een Statief Om de koolstofstaven te bevestigen<br />
Krokodillenbekjes Hieraan kunnen de koolstof staven<br />
bevestigd worden.<br />
Zout Om in het gedestilleerde water op<br />
te lossen<br />
Weegschaal Om de gewenste hoeveelheid zout<br />
af te wegen.<br />
Stroommeter Voor het uitlezen van de<br />
stroomsterkte.<br />
Ohmse weerstand Om de spanning over te meten die<br />
de computer kan registreren.<br />
Een vriezer Om de oplossing in te laten vriezen.<br />
Meetversterker Om grotere uitslagen te krijgen<br />
tijdens het meten.<br />
45
6.4 Opstelling:<br />
Figuur 17 - Opstelling<br />
46
6.5 Het Experiment<br />
Het vriespunt van een oplossing is moeilijk te bepalen doordat de<br />
oplossing geleidelijk veranderd in ijskristallen. Er is<br />
geen vast punt waarop de oplossing in één keer<br />
bevroren is.<br />
Hierdoor is er gekozen om als voorbereiding eerst<br />
een oplossing in vaste toestand te laten verkeren en<br />
tijdens het onderzoek het punt te bepalen waar het<br />
ijs in zijn geheel gesmolten is.<br />
Dit punt is te bepalen door de stroomsterkte tussen<br />
de elektroden naar mate de temperatuur van het ijs<br />
stijgt en het ijs veranderd van een vaste naar een<br />
vloeibare toestand.<br />
Om hier meetresultaten uit te kunnen krijgen moet<br />
er eerst een aantal verschillende oplossingen<br />
gevormd worden die in een vriezer in een vaste<br />
toestand worden gebracht. Er is gekozen voor 6<br />
verschillende concentraties zout. Er vormen zich dan<br />
ook 6 metingen die uitgevoerd moeten worden.<br />
In IP-Coach moet er een grote tijdsduur worden gekozen doordat de<br />
verandering van toestand lang kan duren.<br />
Ook word er met IP-Coach de spanning gemeten tussen de twee<br />
elektroden.<br />
Door het meten van de spanning en de Ohmse weerstand kan er berekend<br />
worden hoeveel stroom er loopt door de oplossing op een bepaald tijdstip<br />
met de formule.<br />
I = U / R<br />
Instellingen:<br />
Spanningskastje - 4,5 Volt DC<br />
IP-Coach - Grafiek met een Voltmeting en<br />
Temperatuurweergave.<br />
Gedestilleerd water - 200ml<br />
Zout - Variabel<br />
Temperatuur - Variabel<br />
Contactafstand - 6 cm<br />
Elektroden afstand - 4 cm<br />
Versterker - 200x<br />
Het experiment is beëindigd als de oplossing volledig is omgezet van de<br />
vast fase naar de vloeibare fase. Het ijs is volledig gesmolten.<br />
47
6.6 Resultaten<br />
Hier zijn de resultaten van beide experimenten gegeven. In beide<br />
oplossingen was 2 gram zout opgelost.<br />
De eerste afbeelding (figuur 18) is een meting zonder meetversterker en<br />
daarom valt er niets te concluderen wat betreft de spanning. Deze is<br />
zodanig klein dat hier geen conclusie uit gehaald kan worden.<br />
De meting geeft wel een duidelijk beeld van het smelt traject.<br />
Figuur 18 - Grafiek experiment 1<br />
Het onderstaande figuur weergeeft een vrij raar verloop van zowel de<br />
spanning als de temperatuur.<br />
Hierbij is een meetversterker gebruikt. Vooraf gaand aan de grafiek was<br />
de spanning „nul‟ omdat de stroom niet geleid door ijs.<br />
Figuur 19 - Grafiek experiment 2<br />
48
6.7 conclusie<br />
Na het onderzoek is er<br />
geprobeerd een conclusie uit de<br />
meetresultaten te trekken.<br />
Het onderzoek is niet helemaal<br />
verlopen zoals het in de<br />
hypothese werd verwacht.<br />
49<br />
Door gebrek aan de verwachte<br />
onderzoeksresultaten is er na<br />
twee metingen, met dezelfde<br />
concentratie zout, gestopt met de<br />
uitvoering van het experiment.<br />
In het eerste en tweede grafiek van de meting is er gemeten met een<br />
concentratie van 2 gram zout.<br />
In grafiek één is een geleidelijke stijging van de temperatuur waar te<br />
nemen. Maar in deze grafiek is het Voltage niet goed te zien.<br />
Dit komt doordat de versterker nog niet aanwezig was in de schakeling en<br />
de spanning dus zodanig zo klein was dat dit met IP-Coach bijna niet te<br />
meten viel.<br />
In grafiek twee is er goed te zien dat er een versterker is geplaatst in de<br />
schakeling. Maar hier is te zien dat de spanning niet toe neemt naar mate<br />
de temperatuur stijgt. Dit zal de stroomsterkte niet doen toenemen zoals<br />
verwacht werd in de hypothese.<br />
De laatste 1,5 uur van de meting in grafiek 2 loopt de lijn van de spanning<br />
zoals het verwacht word in de hypothese. Maar de meting heeft de eerste<br />
1,5 uur een rare uitkomst. Dit moet te verklaren zijn want de resultaten<br />
komen niet zomaar uit het niets.<br />
Eventuele verklaringen:<br />
Het meetgebied is door de versterker uitgerekt maar blijft dezelfde<br />
resolutie hebben. Dit maakt de meting onnauwkeuriger en een kleine<br />
afwijking word groot gemaakt door de versterker<br />
De oplossing zou een andere dichtheid kunnen krijgen naar mate de<br />
temperatuur toe neemt.<br />
Doordat de oplossing eerst in een vaste toestand keert en er een spanning<br />
op word gezet. Word het apparatuur wat gebruikt word belast door de<br />
spanning. Dit zou een gevolg kunnen zijn van de knik die zich bevind in de<br />
rode lijn van de spanning.<br />
Het smelten van ijs begint aan de randen van het bekerglas. Als er een<br />
stroom gaat lopen door de vloeibare oplossing legt het een afstand af die<br />
om het nog bevroren blok oplossing gaat. Dit is een word gezien als een<br />
soort omweg. Als de oplossing zich in de vloeibare fase bevind neemt het<br />
de snelste weg. Hier worden de afstanden van de elektroden tegenover<br />
elkaar dus variabel.
7.0 Afsluiting<br />
7.6 Waarnemingen<br />
Tijdens het uitvoeren van de experimenten zijn verschillende<br />
verschijnselen waargenomen. Welke (soms) meebeslissend waren voor de<br />
conclusie.<br />
Oriënterende Opdracht<br />
Verschillende afwijkingen bij de temperatuursensoren.<br />
Gasvorming door verdamping van de oplossing.<br />
Condens door het temperatuurverschil tussen het ijs en de<br />
omgeving.<br />
Experiment 1 – Verschillende Concentraties<br />
Gasvorming bij elektrolyse.<br />
Geur van chloor bij elektrolyse.<br />
Bruisen van de oplossing bij de elektroden.<br />
Oplossen van koolstof elektroden bij langere duur.<br />
Experiment 2 – Variabele afstand<br />
Gasvorming bij elektrolyse.<br />
Geur van chloor bij elektrolyse.<br />
Bruisen van de oplossing bij de elektroden.<br />
Oplossen van koolstof elektroden bij langere duur.<br />
Experiment 3 – Chloorgas<br />
Gasvorming bij elektrolyse.<br />
Geur van chloor bij elektrolyse.<br />
Bruisen van de oplossing bij de elektroden.<br />
Oplossen van koolstof elektroden bij langere duur.<br />
Experiment 4 – Kookpunt<br />
Gasvorming bij elektrolyse.<br />
Geur van chloor bij elektrolyse.<br />
Bruisen van de oplossing bij de elektroden.<br />
Oplossen van koolstof elektroden bij langere duur.<br />
Experiment 5 – Smeltpunt<br />
Gasvorming bij elektrolyse.<br />
Geur van chloor bij elektrolyse.<br />
Bruisen van de oplossing bij de elektroden.<br />
Oplossen van koolstof elektroden bij langere duur.<br />
50
7.2 Eind Conclusie<br />
Na veel nadenken en uitgebreid onderzoek, volgt uiteindelijk de conclusie<br />
over de geleiding van zout.<br />
De geleiding van zout kan afhankelijk zijn van een aantal verschillende<br />
eigenschappen.<br />
In dit verslag zijn er een aantal eigenschappen gebruik om een resultaat<br />
te waarnemen.<br />
Uit deze resultaten werd geconcludeerd dat:<br />
De concentratie van het zout in een oplossing invloed heeft op de<br />
geleiding door de oplossing.<br />
De afstand die er in de zoutoplossing moet worden afgelegd door<br />
de stroom invloed heeft op de geleiding.<br />
De geleiding van het zout in een oplossing toeneemt naarmate de<br />
temperatuur hoger is en de oplossing het kookpunt bereikt.<br />
Er vrijwel geen stroom loopt als een zoutoplossing zich een vaste<br />
fase bevind.<br />
Bij een ontdekking van een reactie bij het meten van de verschillende<br />
eigenschappen van zout. Is de tijdsduur van de reactie ook gemeten.<br />
De tijdsduur van het elektrolyseren van een zoutoplossing doet de<br />
geleiding naar beneden gaan.<br />
De geleiding hangt dus af van onder<br />
andere de volgende eigenschappen:<br />
Temperatuur<br />
Afstand<br />
Concentratie<br />
En de tijdsduur van de reactie<br />
Maar in werkelijkheid hebben er nog<br />
veel meer eigenschappen te maken<br />
met de geleiding van zout. ▪<br />
51
7.3 Bronnen<br />
Voor het maken van dit verslag en het uitvoeren van de experimenten zijn<br />
verschillende soorten bronnen geraadpleegd. Veel informatie kon van het<br />
internet gehaald worden. Maar vaak moest er ook zelf onderzoek gepleegd<br />
worden of viel er informatie te halen bij docenten en andere personen.<br />
Internet:<br />
http://www.wikipedia.nl<br />
http://www.encyclopedoe.nl<br />
http://www.thuisexperimenteren.nl<br />
http://www.fom.nl<br />
http://users.fulladsl.be/spb2622/<br />
http://w3.tue.nl/<br />
Personen:<br />
Dhr. G. Broers<br />
Dhr. G. Rus<br />
Dhr. R. Veenstra<br />
7.4 Dank<br />
Wij willen de heer G. Broers in het speciaal bedanken.<br />
Hij is een geweldige hulp voor ons geweest en heeft geholpen bij alle<br />
„grotere‟ experimenten.<br />
Maar ook is hij een goede raadgever geweest bij het vormen van<br />
opstellingen en conclusies.<br />
Onze dank gaat uit naar de heer G. Rus voor het verstrekken van de<br />
nodige informatie en hulp bij scheikundige (reken) problemen.<br />
Als laatst willen we de heer F. Weggelaar bedanken voor het keurig<br />
afdrukken van dit enorme verslag.<br />
52
7.5 Gebruikte Software<br />
Voor het meten van resultaten en het<br />
opzoeken/uitwerken van gegevens zijn<br />
verschillende computerprogramma‟s gebruikt.<br />
Hier is een overzicht van gemaakt.<br />
Microsoft Word XP<br />
Microsoft Word 2003<br />
Microsoft Word 2007<br />
Microsoft Excel XP<br />
Microsoft Excel 2003<br />
Microsoft Excel 2007<br />
Microsoft Visio 2002<br />
Microsoft Visio 2007<br />
Microsoft Internet Explorer 7.0<br />
Mozilla Firefox 2.0<br />
Microsoft Kladblok<br />
Adobe Photoshop CS2<br />
Adobe Photoshop CS3<br />
Adobe Indesign CS2<br />
CMA IP-Coach 4.5<br />
53
7.6 Logboek (1/2)<br />
Tijdens het uitvoeren van deze praktische<br />
opdracht is een logboek bijgehouden met het<br />
aantal werkuren exact ingevuld.<br />
Ook andere informatie zoals de uitvoering en<br />
de datum zijn weergeven.<br />
Daniëlle<br />
Datum starttijd tijdsduur (uur) uitvoering<br />
13-3-2007 8:45 0,75 voorbereiding<br />
14-3-2007 10:15 1,5 voorbereiding + opstellen<br />
17-3-2007 12:05 0,75 orientatie experiment<br />
17-3-2007 8:45 0,75 opstelling<br />
20-3-2007 10:15 0,75 schema's opstellen<br />
21-3-2007 8:00 1,5 experiment 1<br />
27-3-2007 10:15 2 experiment 1<br />
28-3-2007 8:00 0,75 experiment 1<br />
30-3-2007 12:05 0,75 experiment 2<br />
30-3-2007 8:00 3 experiment 2,3<br />
3-4-2007 10:15 1,5 experiment 3<br />
4-4-2007 12:05 0,75 experiment 3,4<br />
6-4-2007 8:00 2,25 experiment 5,6<br />
10-4-2007 8:00 1,5 experiment 6<br />
11-4-2007 14:45 0,75 experiment 6<br />
12-4-2007 12:05 1,5 experiment 6<br />
13-4-2007 12:05 0,75 verwerking<br />
13-4-2007 15:00 3 verwerking<br />
15-4-2007 13:00 6 uitwerking<br />
15-4-2007 20:00 3 uitwerking<br />
16-4-2007 14:00 1,5 uitwerking<br />
16-4-2007 16:00 7 uitwerking<br />
17-4-2007 8:45 1,5 aanpassen<br />
17-4-2007 13:30 1 uitwerken + opmaken<br />
17-4-2007 20:00 3 uitwerken + opmaken<br />
Totaal: 47,5<br />
54
7.6 Logboek (2/2)<br />
Leon<br />
Datum starttijd tijdsduur (uur) uitvoering<br />
13-3-2007 8:45 0,75 voorbereiding<br />
14-3-2007 10:15 1,5 voorbereiding + opstellen<br />
17-3-2007 12:05 0,75 orientatie experiment<br />
17-3-2007 8:45 0,75 opstelling<br />
27-3-2007 10:15 2 experiment 1<br />
28-3-2007 8:00 0,75 experiment 1<br />
30-3-2007 12:05 0,75 experiment 2<br />
30-3-2007 8:00 3 experiment 2,3<br />
3-4-2007 10:15 1,5 experiment 3<br />
4-4-2007 12:05 0,75 experiment 3,4<br />
6-4-2007 8:00 2,25 experiment 5,6<br />
10-4-2007 8:00 1,5 experiment 6<br />
11-4-2007 14:45 0,75 experiment 6<br />
12-4-2007 12:05 1,5 experiment 6<br />
13-4-2007 12:05 0,75 verwerking<br />
13-4-2007 15:00 3 verwerking<br />
14-4-2007 16:00 2 Opmaak<br />
15-4-2007 13:00 6 uitwerking<br />
15-4-2007 20:00 3 uitwerking<br />
16-4-2007 14:00 1,5 uitwerking<br />
16-4-2007 16:00 7 uitwerking<br />
17-4-2007 8:45 1,5 aanpassen<br />
17-4-2007 13:30 3 uitwerken + opmaken<br />
17-4-2007 20:00 3 uitwerken + opmaken<br />
18-4-2007 10:00 5 opmaken<br />
Totaal: 54,25<br />
7.7 Problemen<br />
30/03/2007 – Experiment 3 – Experiment begonnen zonder voorbereiding<br />
10/04/2007 – Experiment 6 – Problemen met opstelling.<br />
11/04/2007 – Experiment 6 – Zonder meetversterker, geen resultaat.<br />
12/04/2007 – Experiment 6 – Vreemde resultaten door invloed omgeving.<br />
18/04/2007 – Opmaken – Probleem met exporteren bestanden.<br />
55
Page intentionally left blank<br />
56