04.05.2013 Views

Tips voor Goed Verenigingsbestuur - Koninklijke Van Gorcum

Tips voor Goed Verenigingsbestuur - Koninklijke Van Gorcum

Tips voor Goed Verenigingsbestuur - Koninklijke Van Gorcum

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2. Onvoldoende of zelfs geheel afwezige <strong>voor</strong>bereiding. Ook bij goede <strong>voor</strong>nemens is een<br />

goede <strong>voor</strong>bereiding het halve werk. Veel mensen beginnen echter als een kip zonder<br />

kop. Zij weten eenvoudigweg niet waaraan zij beginnen, omdat zij zichzelf geen vragen<br />

hebben gesteld, vragen zoals: Wat wil ik met dit <strong>voor</strong>nemen bereiken? Ben ik wel<br />

voldoende gemotiveerd? Welke problemen kan ik onderweg tegenkomen? Wat kan ik<br />

eraan doen? Vaak gebruiken mensen dus ook niet de mogelijkheden, die er wel zijn,<br />

omdat zij nog niet met een 'aangepaste' bril kijken naar zichzelf en hun omgeving.<br />

3. Mislukkingen en teleurstellingen. Velen kunnen hier niet goed mee omgaan. Als je<br />

serieus probeert om je <strong>voor</strong>nemen om te zetten in duurzaam gedrag, dan moet je, hoe<br />

goed je ook gemotiveerd bent, rekening houden met tegenslagen. Er kan immers ook<br />

nog eens van alles tussenkomen, wat je afbrengt van je doel. Hoe hoger je de lat legt en<br />

uitgaat van een alles-of-niets scenario, dus als je kiest <strong>voor</strong> een perfect resultaat, dan<br />

ben je riskant bezig. Alles wat van dat ideaal afwijkt zie je als een mislukking, het<br />

ontmoedigt je en het belemmert je dus om te leren van je tegenslagen en ze om te<br />

buigen naar nieuwe uitdagingen. In de woorden van Roel Pieper: 'Uitdagingen bestaan<br />

<strong>voor</strong> 20 procent uit goede ideeën en <strong>voor</strong> 80 procent uit snoeihard werken.'<br />

4. Onvoldoende steun vanuit de omgeving. Vergeet niet dat een <strong>voor</strong>nemen, dat je<br />

serieus neemt, een extra klus is, die bovenop je bestaande werkzaamheden en<br />

verplichtingen komt. Het kan je dus nu en dan echt allemaal teveel worden. Je hebt<br />

anderen, vertrouwde personen, nodig om je te steunen in de uitvoering van je<br />

<strong>voor</strong>nemen en om, als het tegen zit, nu en dan eens stoom te kunnen afblazen en je<br />

opgave weer eens in een fris perspectief te zien. Je doet er verstandig aan om die steun<br />

te organiseren <strong>voor</strong>dat je begint, dat is deel van een goede <strong>voor</strong>bereiding.<br />

Veel mensen maken weliswaar <strong>voor</strong>nemens, maar zij zijn te vaag om tot doelgericht<br />

gedrag te kunnen leiden. Aan de ene kant hebben zij hun intenties, dat zijn instructies,<br />

die mensen zichzelf geven om zich op een bepaalde manier te gedragen. Aan de andere<br />

kant is er het door hen beoogde gedrag. Daartussen bestaat een flinke kloof. Die kloof<br />

ontstaat door de zojuist genoemde factoren. Maar deze Kloof is geen natuurverschijnsel,<br />

zij is zeker overbrugbaar.<br />

De kans dat mensen hun intenties realiseren neemt namelijk behoorlijk toe naarmate zij<br />

zogenaamde implementatie-intenties vormen: hiermee specificeer je wat je wanneer,<br />

waar en op welke manier wilt bereiken. Dus sta je van tevoren bewust stil bij de vraag<br />

welke situatie het meest geschikt is om specifiek doelgericht gedrag uit te voeren. Een<br />

vaag <strong>voor</strong>nemen wordt hierdoor geconcretiseerd in een duidelijk als-dan-plan. Het gaat<br />

dus om bewuste pogingen om toekomstig gedrag te automatiseren. Voorbeeld: 'ik moet<br />

de spanning van mijn banden eens controleren, dit is een vaag <strong>voor</strong>nemen. Als ik<br />

morgen getankt heb, dan controleer ik meteen even de spanning van mijn banden.'<br />

Het maken van een gedrags<strong>voor</strong>nemen bestaat dus uit twee fasen: (1) bepaal wat je wilt<br />

en (2) bepaal hoe je dat wilt doen (dus implementatie-intenties). Voorbeeld: ik wil meer<br />

gaan sporten. Vraag: welke sport, wanneer in de week, op welk dagdeel, binnen of<br />

buiten, alleen of met anderen, met wie dan, enzo<strong>voor</strong>t. Onderzoek laat zien dat deze<br />

intenties een gemiddeld tot groot effect hebben op het bereiken van doelen. Het<br />

formuleren van implementatie-intenties vergemakkelijkt zowel het starten als het<br />

volhouden van doelgericht gedrag. (Zie <strong>voor</strong> onderzoeksbevindingen het maandblad De<br />

Psycholoog, Januari 2009, pag. 5-11).<br />

261

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!