04.05.2013 Views

Inger PlaIsIer En KarIanne Kalshoven Gezonde Bedrijfscultuur

Inger PlaIsIer En KarIanne Kalshoven Gezonde Bedrijfscultuur

Inger PlaIsIer En KarIanne Kalshoven Gezonde Bedrijfscultuur

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

8<br />

ArBEIdSPSyCHOlOgIE<br />

mensen met psychische klachten aan het werk kunnen blijven<br />

wanneer ze voldoende steun ervaren van hun collega’s of<br />

leidinggevende. ‘Daarnaast ervaart deze groep meer invloed en<br />

controle op de uitoefening van hun taken dan de groep patiënten<br />

die hun betaalde werk noodgedwongen moesten beëindigen.<br />

<strong>En</strong> we zagen ook dat werknemers met psychische klachten die<br />

een partner thuis hebben zich eveneens beter staande weten te<br />

houden binnen werksituaties.’<br />

Opmerkelijk aan het onderzoek van Plaisier was dat dit alles ook<br />

geldt voor gezonde werknemers. ‘Ook bij een controlegroep van<br />

gezonde mensen zagen we minder ziekteverzuim wanneer ze<br />

‘ w e r k d r u k h o e f t g e e n b r o n<br />

V a n s t r e s s t e Z i j n ’<br />

voldoende steun en invloed ervaren op de werkvloer. Als daaraan<br />

is voldaan, hoeft werkdruk geen bron van stress te zijn, maar kan<br />

het juist ook prettig zijn. Je hebt het dan weliswaar druk, maar<br />

je kunt wel alles zelf plannen, de werksfeer is goed en je ervaart<br />

voldoende support van je leidinggevende.’<br />

Ook voor gz­psychologen zijn dat belangrijke uitkomsten, stelt<br />

Plaisier. Want zoals een op missie gestuurde soldaat weinig kan<br />

veranderen aan de oorlogssituatie waarin hij terechtkomt, zo kan<br />

een gz­psycholoog er weinig aan veranderen dat hij vandaag weer<br />

een gesprek heeft met die agressieve of zuigende cliënt. ‘Juist dan is<br />

het belangrijk dat hij de last die hij ervaart kan delen met collega’s<br />

en dat hij tevens kan rekenen op alle steun van zijn leidinggevende.’<br />

Overigens vraagt Plaisier zich af of een teveel aan invloed en<br />

eigen beslissingsruimte niet juist ook belastend kan werken<br />

voor gz­psychologen. ‘Ik vermoed dat zij, vergeleken met veel<br />

andere professionals, hoog scoren op de mogelijkheid invloed<br />

uit te oefenen op hun werkzaamheden. Ze kunnen bijvoorbeeld<br />

in belangrijke mate zelf bepalen wat ze doen in de spreekkamer.<br />

Niemand die hen daarop aanspreekt. Die autonomie klinkt<br />

positief, maar misschien vraagt dat soms ook wel teveel van je.<br />

Als dat zo is, is het belangrijk dat je ook dat kunt bespreken met<br />

je collega’s en leidinggevende.’<br />

Ethisch leiderschap<br />

Het ethisch leiderschap van de leidinggevende kan in zo’n situatie<br />

behulpzaam zijn, stelt dr. Karianne <strong>Kalshoven</strong>. ‘Hij kan een<br />

voorbeeld zijn voor de gz­psycholoog, bijvoorbeeld doordat hij<br />

deze door zijn gedrag laat zien hoe hij omgaat met de hem toegestane<br />

bevoegdheden. Maar hij kan ook praktische tips geven,<br />

meekijken in de spreekkamer of samen met de gz­psycholoog<br />

rollenspelen doen, zodat deze spelenderwijs de beslissingsruimte<br />

die hij heeft beter leert hanteren.’<br />

<strong>Kalshoven</strong> doet onderzoek naar ethisch leiderschap. Vorig jaar<br />

promoveerde ze op dat onderwerp aan de Amsterdam Business<br />

School. Daarnaast geeft ze trainingen, workshops en intervisies<br />

over ethisch leiderschap bij het Amsterdam Center for Integrity<br />

and Leadership. <strong>Kalshoven</strong> vindt ethisch leiderschap ook<br />

persoonlijk een belangrijk onderwerp. ‘Omdat ik denk dat we<br />

beter met elkaar en de wereld kunnen omgaan. Bovendien zie ik<br />

gZ-PSYCHOLOGIE 6 n SEPTEMBER 2011<br />

dat leidinggevenden veel invloed hebben op het werkplezier en<br />

de ontwikkelkansen van medewerkers. Dat zijn ze zich vaak niet<br />

eens bewust, hoe gek dat ook klinkt.’<br />

In haar promotieonderzoek onderzocht <strong>Kalshoven</strong> onder meer<br />

de relatie tussen persoonlijkheid en ethisch leiderschap. Ze<br />

herleidde persoonlijkheid daartoe tot de Big five; de vijf basisdimensies<br />

waarop het begrip persoonlijkheid is gebaseerd: vriendelijkheid,<br />

extravertie, consciëntieusheid, openheid en neuroticisme.<br />

‘Dan valt op dat er slechts een zwakke relatie bestaat tussen<br />

persoonlijkheidsstructuur en ethisch leiderschap. Er is weliswaar<br />

een correlatie met vriendelijkheid en consciëntieusheid, maar<br />

deze is zwak. Persoonlijkheid blijkt dus maar in geringe mate<br />

voorspellend te zijn voor de mate van ethisch leiderschap van de<br />

leidinggevende.’<br />

<strong>Kalshoven</strong> wilde ook weten of de mate van ethisch leiderschap<br />

meetbaar is aan de hand van waarneembaar gedrag van de<br />

leidinggevende. Ze deed dat door dat ethisch leiderschap onder<br />

te verdelen in zeven toetsbare gedragsdimensies: eerlijkheid en<br />

verantwoordelijkheid, integriteit, zorgzaamheid, duurzaamheid,<br />

stimuleren van ethisch gedrag bij werknemers, verhelderen van<br />

functies en taken, en delen van bevoegdheden en verantwoordelijkheden.<br />

Vervolgens nam ze interviews af met leidinggevenden<br />

en vroeg ze hen in hoeverre zij zichzelf zien als ethisch<br />

leidinggevenden. <strong>En</strong> ze liet ook telkens twee werknemers aan<br />

de hand van deze zeven dimensies een vragenlijst invullen over<br />

Karianne <strong>Kalshoven</strong>: ‘Leidinggevenden overschatten zichzelf: ze zien zichzelf bijvoorbeeld<br />

als zorgzaam of integer, terwijl medewerkers dat niet zo ervaren.’<br />

fOTOgrAfIE: Trudy KrOESE

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!