Download pdf - Textualscholarship.nl
Download pdf - Textualscholarship.nl Download pdf - Textualscholarship.nl
1 4 8 12 16 20 24 13 14 15 16 | 17 Vanden viere vingheren ende vanden dume 347 tam multum; si tam multum, non tam bonum; si tam bonum, perdis amicum. | [17 VANDEN VIERE VINGHEREN ENDE VANDEN DUME] ►Dit es vander conscientie◄ Daer staet ghescreven [in]Venite, in manu tua, domine, sunt omnes fines terre. In gods handen sijn alle enden van erdrike sonder wederwenden. Want god beghin noch eynde en heeft, so eyndt in hem dat eynde heeft. Die wille climmen in sijn hand, hier boven in sijns vader lant, die moet climmen met graden vive; want wie gesont is inden live, heeft vijf vingheren an elke hant. In medicinen dat ict vant ghescreven op eenen stonde, dat inden dume leit dootwonde, dat doet tgepuls dat daer in roert ende tbloet ter herten bi hem voert. Tgepuls en rust nacht no dach die wile die mensche leven mach. Dus ghelijc doet van binnen consciencie inden sinnen: die wroecht den mensche tallen stonden te denken om die dootsonden, tes hi comt in contritio; B [17] 2/4, 5/6 cf. Ps. 94(95):1, 4 [17] 58va K [17] 2 venite: hs. invenite, evenals Blommaert, r. 1. De openingsregels vormen een variant op Ps. 95, die begint met venite (geb. wijs mv. ‘komt’), en niet met invenite (geb. wijs. mv. ‘vindt’). V [17] Met Blommaert wordt verwezen naar de editie Blommaert 1851, 128-130. Deze is vervaardigd op basis van hs. Brussel, KB, 15642-51. De tekst in Wiesbaden is aanvankelijk identiek met de Expositie vanden viere vingheren ende vanden dume in dat handschrift. Vervolgens divergeren de teksten sterk. Het is mogelijk dat beide teksten vertalingen of bewerkingen zijn van hetzelfde Latijnse of Franse origineel. P [17] Tekst geschreven door hand 3 (textualis). 1 De titel is door hand A in een textualis met rood in de ruimte boven de twee kolommen geschreven en in een kadertje geplaatst.
348 Het Wiesbadense handschrift folio 58va-59ra 28 32 36 40 44 48 52 56 60 die dume heeten sal also. Want de dume heeft ii grade bi te climmen ter gods ghenade. Dierste es anxt van binnen, dat hi pense in sinen sinnen: ic wille mi houden van sonden vri; Inicium sapiencie est timor domini. Dander graet van minnen coemt, weder het scaet ofte vroemt, als hi een sondich lijf wil leiden dat hem mochte van gode sceiden. Als hi hevet contritio so climt hi in confessio. *Index die een wiser sij, een vingher staet daer vaste bi; wanneer een sondare biechte seit | so wijst hi ooc met ondersceit den priester sijns selves mesdaet op dat hem iet ter herten gaet. Biachte heeft graden drie. Dierste es vordenken datmen sie hoemen tleven heeft gheleit. Dander es warachticheit; want wie in biechten loghene condicht dat es onghebiecht ende ghesondicht. Daer om seghet sinte Augustijn: So waer die biechte recht sal sijn, daer salmen die sonden nomen metter waerheit volcomen also verre alsmense weit; want groten loon comt van scamelheit. Ontfermicheit die derde zy. Die wile men es der biechten bi, salmen peinsen: Lieve here, in wille sondigen nemmermere. So es biechte recht gedaen. Mer wi willen te biechte gaen ende peinsen sonder sorghen B 32 Sir. 1:20(16) K 39 hs. Iudex V 35 lijf: ‘leven’ 45 Biachte: spellingvariant van biechte 62 wi: spellingvariant van wie 58vb
- Page 298 and 299: 196 200 204 208 212 216 220 224 7 J
- Page 300 and 301: 268 272 276 280 284 288 292 296 300
- Page 302 and 303: 344 348 352 356 360 364 368 372 376
- Page 304 and 305: 420 424 428 432 436 440 444 448 452
- Page 306 and 307: 492 496 500 504 508 512 516 520 524
- Page 308 and 309: 564 568 572 576 580 584 588 592 596
- Page 310 and 311: 640 644 648 652 656 660 664 668 672
- Page 312 and 313: 720 724 728 732 736 740 744 1 7 | 8
- Page 314 and 315: 36 40 44 48 1 4 8 12 9 | 10 Gebed 3
- Page 316 and 317: 56 60 64 68 72 76 80 1 4 8 10 | 11
- Page 318 and 319: 12 16 20 24 28 32 36 40 11 | 12 Aug
- Page 320 and 321: 84 88 92 96 100 104 108 112 116 12
- Page 322 and 323: 156 160 164 168 172 176 180 184 188
- Page 324 and 325: 236 240 244 248 252 256 260 264 268
- Page 326 and 327: 312 316 320 324 328 332 336 340 344
- Page 328 and 329: 384 388 392 396 400 404 408 412 416
- Page 330 and 331: 456 460 464 468 472 476 480 484 488
- Page 332 and 333: 532 536 540 544 548 552 556 560 564
- Page 334 and 335: 600 604 608 612 616 620 624 628 12
- Page 336 and 337: 664 668 672 676 680 684 688 692 696
- Page 338 and 339: 736 740 744 748 752 756 760 764 768
- Page 340 and 341: 812 816 820 824 828 832 836 840 12
- Page 342 and 343: 880 884 888 892 896 900 904 908 12
- Page 344 and 345: 948 952 956 960 964 968 972 976 12
- Page 346 and 347: 1016 1020 1024 1028 1032 1036 1040
- Page 350 and 351: 64 68 72 76 80 84 88 92 96 100 104
- Page 352 and 353: 144 148 152 156 160 1 4 8 17 | 18 S
- Page 354 and 355: 20 1 4 8 12 16 20 24 28 32 19 20 21
- Page 356 and 357: 4 8 12 1 4 8 22 23 24 25 | Ingevoeg
- Page 358 and 359: folio 61r, afb. 45 357
- Page 360 and 361: 1 4 8 12 16 26 Beda, Expositio Apoc
- Page 362 and 363: 52 1 4 1 4 8 12 26 27 | 26 Beda, Ex
- Page 364 and 365: 48 52 56 60 64 68 72 76 80 26 Beda,
- Page 366 and 367: 116 120 124 128 132 136 140 144 148
- Page 368 and 369: 188 192 196 200 204 208 212 216 26
- Page 370 and 371: 252 256 260 264 268 272 276 280 284
- Page 372 and 373: 320 324 328 332 336 340 344 348 352
- Page 374 and 375: 392 396 400 404 408 412 416 420 424
- Page 376 and 377: 464 468 472 476 480 484 488 26 Beda
- Page 378 and 379: 524 528 532 536 540 544 548 26 Beda
- Page 380 and 381: 588 592 596 600 604 608 612 616 26
- Page 382 and 383: 652 656 660 664 668 672 676 26 Beda
- Page 384 and 385: 716 720 724 728 732 736 740 744 26
- Page 386 and 387: 784 788 792 796 800 804 808 812 816
- Page 388 and 389: 856 860 864 868 872 876 880 884 26
- Page 390 and 391: 924 928 932 936 940 944 948 952 956
- Page 392 and 393: 1000 1004 1008 1012 1016 1020 1024
- Page 394 and 395: 1068 1072 1076 1080 1084 1088 1092
- Page 396 and 397: 1136 1140 1144 1148 1152 1156 1160
1<br />
4<br />
8<br />
12<br />
16<br />
20<br />
24<br />
13 14 15 16 | 17 Vanden viere vingheren ende vanden dume 347<br />
tam multum; si tam multum, non tam bonum; si tam bonum, perdis<br />
amicum. |<br />
[17 VANDEN VIERE VINGHEREN ENDE VANDEN DUME]<br />
►Dit es vander conscientie◄<br />
Daer staet ghescreven [in]Venite,<br />
in manu tua, domine,<br />
sunt omnes fines terre.<br />
In gods handen sijn alle enden<br />
van erdrike sonder wederwenden.<br />
Want god beghin noch eynde en heeft,<br />
so eyndt in hem dat eynde heeft.<br />
Die wille climmen in sijn hand,<br />
hier boven in sijns vader lant,<br />
die moet climmen met graden vive;<br />
want wie gesont is inden live,<br />
heeft vijf vingheren an elke hant.<br />
In medicinen dat ict vant<br />
ghescreven op eenen stonde,<br />
dat inden dume leit dootwonde,<br />
dat doet tgepuls dat daer in roert<br />
ende tbloet ter herten bi hem voert.<br />
Tgepuls en rust nacht no dach<br />
die wile die mensche leven mach.<br />
Dus ghelijc doet van binnen<br />
consciencie inden sinnen:<br />
die wroecht den mensche tallen stonden<br />
te denken om die dootsonden,<br />
tes hi comt in contritio;<br />
B [17] 2/4, 5/6 cf. Ps. 94(95):1, 4<br />
[17]<br />
58va<br />
K [17] 2 venite: hs. invenite, evenals Blommaert, r. 1. De openingsregels vormen een variant op Ps. 95, die<br />
begint met venite (geb. wijs mv. ‘komt’), en niet met invenite (geb. wijs. mv. ‘vindt’).<br />
V [17] Met Blommaert wordt verwezen naar de editie Blommaert 1851, 128-130. Deze is vervaardigd op<br />
basis van hs. Brussel, KB, 15642-51. De tekst in Wiesbaden is aanvankelijk identiek met de Expositie vanden<br />
viere vingheren ende vanden dume in dat handschrift. Vervolgens divergeren de teksten sterk. Het<br />
is mogelijk dat beide teksten vertalingen of bewerkingen zijn van hetzelfde Latijnse of Franse origineel.<br />
P [17] Tekst geschreven door hand 3 (textualis). 1 De titel is door hand A in een textualis met rood in<br />
de ruimte boven de twee kolommen geschreven en in een kadertje geplaatst.