04.05.2013 Views

Download pdf - Textualscholarship.nl

Download pdf - Textualscholarship.nl

Download pdf - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

I<strong>nl</strong>eiding 33<br />

3’, 47 en de z (met een staart) heeft door het bovenste gedeelte een diagonaal<br />

dwarsstreepje.<br />

Hand 3<br />

De eerste tekst die in de textualis van hand 3 geschreven werd, is het gedicht<br />

Vanden viere vingheren ende vanden dume (tekst 18), dat begint op<br />

f. 58v en eindigt op regel 34 van kolom 59rb. Zijn textualis (zie hiernaast,<br />

afb. 4) doet wat stijver aan dan die van hand 2, maar ook hand 3 schrijft een<br />

‘hokjes’-a, en de ronde eind-s heeft ook bij hem de vorm van een acht.<br />

Distinctief is het vrijwel uitsluitende gebruik van de ronde r, ongeacht de<br />

positie van deze letter; alleen in de combinatie van twee r’en wordt als eerste<br />

een rechte r gezet. De regels 59rb35-59vb7 zijn ‘opgevuld’ door hand 7<br />

(zie hierna, p. 34). Op f. 59vb8-60ra8 schreef hand 3 in zijn textualis de<br />

tekstjes 21 (Die beswaringhe des lidens Jhesu Christi) en 22 (groetgebed tot<br />

Jezus Christus). De twee daarop volgende tekstjes, Dicta Meester Eckhart<br />

(tekst 23) en Vier verborgen dingen (tekst 24), op f. 60ra9-60rb23, zijn ook<br />

door hand 3 geschreven, maar nu in een kleine, overigens goed leesbare littera<br />

cursiva; wij komen hier nog over te spreken. Zowel in zijn textualis als<br />

in zijn cursiva zette hand 3 een klein otje als diacritisch teken boven een u,<br />

wat andere handen hooguit sporadisch doen.<br />

Hand 7: textualis<br />

Op verschillende plaatsen in de eenheden Ia en Ib komen wij hand 7 tegen.<br />

Zijn grootste bijdrage is de prozatekst over de O-antifonen, met als opschrift,<br />

in rode inkt, Van der O diemen inden advent singt (tekst 6). Hij kopieerde<br />

die in de vrijgebleven anderhalve kolom op f. 44v, de laatste bladzijde<br />

van eenheid Ia. Zowel de tekst als de titel zijn geschreven in de<br />

textualis van hand 7 (zie afb. 29 op p. 58).<br />

Deze textualis (zie afb. 5) is ronder en breder dan die van hand 3 en ook<br />

de inkt is zwarter. Verder onderscheidt deze textualis zich door de vorm<br />

van de a (zgn. ‘buikjes’-a) en het gebruik van de rechte r, al zet hand 7 ook<br />

wel eens een ronde r aan het begin van een woord. Zijn g heeft doorgaans<br />

de eenvoudige vorm, met open staart of met een haarlijntje vanuit het oog<br />

van de letter naar het uiteinde van de staart, van waaruit dan het onderste<br />

gedeelte ervan getrokken is; de e kan een duidelijk getrokken haarlijn als<br />

‘tong’ hebben; en de stokletters hebben bovenaan vaak een dwarsstreepje<br />

door of aan de top.<br />

Verder voegde hand 7 in een iets grotere textualis en met rode inkt het opschrift<br />

Dijt es de exposijcye van sente Jans ewangelium in Dyetsche. Austijn toe<br />

boven het gedicht van Augustijnken, in kolom 51vb (zie pl. XII op p. 668). 48<br />

48 Hand 7 bracht in zijn textualis (met zwarte inkt) ook correcties in de Augustijnken-tekst aan,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!