04.05.2013 Views

klop006nede08_01.pdf

klop006nede08_01.pdf

klop006nede08_01.pdf

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

TE AMSTERDAM. 85<br />

yolks. Zij bidden God, om Uwer Majesteits liefdevolle daden<br />

en opofferingen te beloonen met volheid van zegen over U en<br />

Uw Koninklijk Huis, en door de liefde der dankbare onderdanen<br />

het geluk van Uw leven tot in hoogen ouderdom te verlengen."<br />

„Niets dan wat het menschelijk gevoel mij voorschreef,<br />

heb ik gedaan !" antwoordde de Koning. „En is dat de plicht<br />

van iedereen, het is inzonderheid de plicht van den Koning,<br />

die Koning is over een yolk als het Nederlandsche. In de liefde<br />

van dit yolk vind ik mijn grootste loon." Nu brak er een<br />

ware storm van toejuichingen los en men verdrong zich om<br />

het koninklijk rijtuig, om den Vorst de hand te drukken. De<br />

Koning en de Vorstelijke familie gaven nagenoeg een ton gouds<br />

en het geheele bedrag van collecten en giften voor de noodlijdenden<br />

bedroeg uit het geheele Vaderland nagenoeg anderhalf<br />

millioen gulden, behalve de ingezonden voedingsmiddelen,<br />

kleedingstukken, enz. Van alle zijden stroomden adressen van<br />

dank aan den Koning toe, en toen hij in April aan de hoofdstad<br />

zijn gewoon jaarlijks bezoek bracht, werd hij met warme<br />

geestdrift welkom geheeten. Treffend was vooral de ontvangst,<br />

die de Willemstraters hem bereidden, toen Z. M. hun wijk<br />

bezocht en bij deze gelegenheid boden zij een sierlijk bewerkten<br />

zilveren beker aan. Met warmen dank aanvaardde de Koning<br />

dit eenvoudig bewijs van de hartelijke liefde zijner getrouwe<br />

onderdanen, en aan het einde van zijn toespraak verzekerde<br />

hij : „Mocht het Vaderland — wat God verhoede ! —<br />

ooit weer in nood verkeeren, dan zal ook ik niet op de plaats<br />

van 't gevaar gemist worden. Daarvoor zijn wij in de wieg<br />

gelegd ; wij, Prinsen van Oranje, kunnen niet anders doen ;<br />

weest daarvan overtuigd !"<br />

„Dat zijn van die uren, die men nimmer vergeet !" sprak<br />

Z. M., toen hij van uit de Willemstraat naar het Paleis terugkeerde.<br />

Heel het land was jaloersch op Amsterdam, en vooral<br />

Utrecht en Zeeland drongen er zoo sterk op aan den Koning<br />

op hun grond te mogen verwelkomen, dat deze aan hun wensch

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!