03.05.2013 Views

R. de Vries H. Knoors & 4. v. Dijk - Fenac

R. de Vries H. Knoors & 4. v. Dijk - Fenac

R. de Vries H. Knoors & 4. v. Dijk - Fenac

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

I<br />

Jaar mui iTi !W»W! ecember 1996<br />

R. <strong>de</strong> <strong>Vries</strong><br />

i<br />

H. <strong>Knoors</strong> & <strong>4.</strong> v. <strong>Dijk</strong><br />

Pedagogische en didactische consequenties<br />

van tweetalig doven-on<strong>de</strong>rwijs


Gehoor krijgen!?!<br />

MET ALERT 1 UITGEFLITSTÜ<br />

zen<strong>de</strong>r<br />

telefoon<br />

GN Danavox Ne<strong>de</strong>rland BV<br />

Telefoon (0313) 422688<br />

Draadloos wek-/ waarschuwingssysteem<br />

•<br />

I<br />

zen<strong>de</strong>r<br />

—|oi^n<br />

<strong>de</strong>urbel<br />

- j»<br />

DANAVOX<br />

Partners in Hearing Care<br />

1»<br />

CiN Danavox<br />

trilontvunger<br />

Afm.: 43x86x29 mm<br />

Gewicht: 68 gr.im<br />

Onopvallend,<br />

zon<strong>de</strong>r flitsen<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>urbel<br />

"horen"<br />

Postbus 19, 6950 AA Dieren<br />

Telefax (0313) 421446


VAN HOREN ZEGGEN<br />

Jaargang 36 / nr. 4 / <strong>de</strong>cember 1996<br />

INHOUD<br />

Pag.<br />

3 Inhoudsopgave & Ten Gelei<strong>de</strong><br />

ARTIKELEN<br />

4 R. <strong>de</strong> <strong>Vries</strong><br />

Een ongehoor<strong>de</strong> prestatie<br />

10 v. <strong>Dijk</strong> / <strong>Knoors</strong><br />

Pedagogische en didactische consequenties<br />

van tweetalig doven-on<strong>de</strong>rwijs<br />

19<br />

21<br />

22<br />

24<br />

25<br />

26<br />

27<br />

28<br />

30<br />

31<br />

GEHOORD EN GEZIEN<br />

H. Op <strong>de</strong>n Kamp<br />

Studiedag taaiinterventie Hoensbroek<br />

M. <strong>de</strong> Vos-<strong>de</strong>n Otter e.a<br />

Alle Taal Centraal<br />

VAN DE WERKGROEPEN<br />

N. Katz<br />

De VeBOSS Werkgroep NT2<br />

T. Kriens<br />

Werkgroep Ou<strong>de</strong>r-/Gezinsbegeleiding<br />

VAN DE BESTUREN<br />

G. Egtberts<br />

Een kennismaking<br />

M. Bruins<br />

Ambtelijk secretariaat voor <strong>de</strong><br />

VeBOSS<br />

BINNENLANDSE TIJDSCHRIFTEN<br />

AUTEURSRICHTLIJNEN<br />

NIEUWSMARKT<br />

COLOFON<br />

SCHOLENLIJST<br />

Coverfoto: Annemarieke Aarnoutse<br />

Ten gelei<strong>de</strong><br />

Nummer vier van Van Horen Zeggen ligt alweer voor<br />

u. U treft er een tweetal artikelen aan, die han<strong>de</strong>len<br />

over <strong>de</strong> ONGEHOORDE PRESTATIE van dove kin<strong>de</strong>ren<br />

om <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse talen te verwerven. Een doof<br />

kind wordt veelal tweetalig opgevoed. Zijn eerste taal is<br />

meestal gebarentaal. De twee<strong>de</strong> taal is dan <strong>de</strong> gesproken<br />

taal.<br />

In het eerste artikel wordt verslag gedaan van een<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong> in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

taal van dove kin<strong>de</strong>ren. Een van <strong>de</strong> conclusies is, dat<br />

horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren het werkwoord goed plaatsen in<br />

hoofdzin en bijzin. Dove kin<strong>de</strong>ren laten an<strong>de</strong>re patronen<br />

zien zoals: "morgen ik een nieuwe trein wil kopen"<br />

of "je zegt, dat ik krijg het ca<strong>de</strong>au".<br />

In artikel twee benadrukken <strong>de</strong> schrijvers dat tweetalig<br />

dovenon<strong>de</strong>rwijs (Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal als eerste<br />

taal en gesproken Ne<strong>de</strong>rlands als twee<strong>de</strong> taal) van<br />

groot belang is. In <strong>de</strong> eerste paragrafen on<strong>de</strong>rbouwen<br />

zij <strong>de</strong>ze uitspraak. In <strong>de</strong> laatste paragrafen staan goe<strong>de</strong><br />

en bruikbare didactische aandachtspunten beschreven.<br />

Zo ziet u maar. "NIETS IS ZO PRACTISCH ALS EEN<br />

GOEDE THEORIE".<br />

Ou<strong>de</strong>rs begelei<strong>de</strong>n. Hoe doe je dat? Welke cursussen<br />

zijn mogelijk? In <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> rubrieken wordt hierover<br />

geschreven.<br />

Als laatste punt wil ik u atten<strong>de</strong>ren op het verslag van<br />

<strong>de</strong> Veboss werkgroep NT2. Zij geven u een overzicht<br />

van <strong>de</strong> doelstellingen en van <strong>de</strong> vele, zinvolle activiteiten<br />

die zij al georganiseerd hebben.<br />

Kerstvakantie. Het jaar is alweer bijna ten ein<strong>de</strong>.<br />

Misschien was het een rustig jaar. Misschien was het<br />

turbulent. In ie<strong>de</strong>r geval wens ik u, ook namens <strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>re redactiele<strong>de</strong>n, een goe<strong>de</strong> kerstvakantie toe<br />

zodat u weer met veel energie aan het nieuwe jaar kan<br />

beginnen!<br />

Minke van <strong>de</strong>n Eijn<strong>de</strong>n,<br />

redactielid<br />

\ 11/ - jaargang 3f> nummer 4 .<strong>de</strong>cember 1996


ARTIKELEN<br />

Een ongehoor<strong>de</strong> prestatie<br />

Over woordvolgor<strong>de</strong>verschijnselen in het Ne<strong>de</strong>rlands<br />

van dove kin<strong>de</strong>ren<br />

Renate A. <strong>de</strong> <strong>Vries</strong> & Anne E. Baker<br />

Samenvatting<br />

In het verle<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n dove kin<strong>de</strong>ren die een klanktaal verwierven<br />

veelal omschreven als moe<strong>de</strong>rtaalverwervers van <strong>de</strong>ze taal.<br />

Tegenwoordig wordt dit verwervingsproces in toenemen<strong>de</strong> mate aan­<br />

geduid als een proces van twee<strong>de</strong>-taalverwerving. Er bestaan ken­<br />

merken<strong>de</strong> verschillen tussen <strong>de</strong> taalontwikkeling van een moe<strong>de</strong>rtaal<br />

of eerste taal en die van een twee<strong>de</strong> taal. Eerste-taalverwervers leren<br />

bijvoorbeeld <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong> van een taal vaak op een an<strong>de</strong>re<br />

manier dan twee<strong>de</strong>-taalverwervers. In dit artikel wordt verslag<br />

gedaan van een on<strong>de</strong>rzoek naar woordvolgor<strong>de</strong> in het Ne<strong>de</strong>rlands<br />

van dove kin<strong>de</strong>ren. De taaiproductie van dove kin<strong>de</strong>ren wordt verge­<br />

leken met die van horen<strong>de</strong> eerste-taalverwervers en op basis van <strong>de</strong><br />

literatuur ook met <strong>de</strong> taaiproductie van twee<strong>de</strong>-taalverwervers van het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands. Wanneer dove kin<strong>de</strong>ren 'foutieve' volgor<strong>de</strong>s gebruiken,<br />

zijn dat meestal volgor<strong>de</strong>s die ook gebruikt wor<strong>de</strong>n door twee<strong>de</strong>-taal­<br />

verwervers. Voor sommige dove kin<strong>de</strong>ren zou <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal <strong>de</strong> eerste taal kunnen zijn. Bij <strong>de</strong>ze kin<strong>de</strong>ren is invloed<br />

van <strong>de</strong>ze gebarentaal op <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong> van het Ne<strong>de</strong>rlands nau­<br />

welijks gevon<strong>de</strong>n.<br />

I. Moe<strong>de</strong>rtaal?<br />

Dove kin<strong>de</strong>ren hebben veel moeite<br />

met het verwerven van een klanktaal<br />

of gesproken taal. Ze kunnen <strong>de</strong>ze<br />

taal immers niet horen. De verwerving<br />

van een gesproken taal door<br />

dove kin<strong>de</strong>ren blijkt weinig overeenkomsten<br />

te hebben met <strong>de</strong> verwerving<br />

van een moe<strong>de</strong>rtaal of eerste<br />

taal. Frijn & De Haan (1991:1-2)<br />

beschrijven <strong>de</strong>ze als volgt. Een kind<br />

kan niet weigeren zijn moe<strong>de</strong>rtaal te<br />

leren; het heeft daarbij ook geen specifieke<br />

motivatie nodig. Dove kin<strong>de</strong>ren<br />

kunnen wel weigeren een gesproken<br />

taal te leren. Voor <strong>de</strong> meesten is<br />

een expliciete motivatie onontbeerlijk.<br />

Ondanks het ontbreken van sturing<br />

via on<strong>de</strong>rwijs volgt het horen<strong>de</strong><br />

kind bepaal<strong>de</strong> verwervingspatronen.<br />

Een kind blijkt bij dit proces ongevoelig<br />

te zijn voor expliciete correctie.<br />

VHZ jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember I996<br />

Dove kin<strong>de</strong>ren vertonen niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

verwervingspatronen als horen<strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren. Zij leren <strong>de</strong>ze taal voornamelijk<br />

door on<strong>de</strong>rwijs en expliciete<br />

correctie. Eerste-taalverwerving vertoont<br />

met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> karakteristieken<br />

van een onbewust proces.<br />

De verwerving van een klanktaal<br />

door dove kin<strong>de</strong>ren lijkt een veel<br />

bewuster proces te zijn en kan <strong>de</strong>rhalve<br />

niet vergeleken wor<strong>de</strong>n met eerste-taalverwerving.<br />

Wanneer een doof (of horend) kind<br />

dove ou<strong>de</strong>rs heeft, die in <strong>de</strong> communicatie<br />

gebruik maken van een gebarentaal,<br />

wordt <strong>de</strong> gebarentaal verworven<br />

als eerste taal. Hieruit kan wor<strong>de</strong>n<br />

geconclu<strong>de</strong>erd, dat dove kin<strong>de</strong>ren<br />

die alléén een klanktaal leren<br />

geen eerste taal of moe<strong>de</strong>rtaal hebben.<br />

Dat is in zoverre waar, dat zij<br />

geen taal verwerven op <strong>de</strong> karakteristieke<br />

onbewuste manier waarop<br />

horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren een klanktaal en<br />

dove kin<strong>de</strong>ren een gebarentaal verwerven.<br />

2. Woordvolgor<strong>de</strong> in eerste-taalverwerving<br />

Zoals hierboven is genoemd, verwerven<br />

eerste-taalverwervers <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong><br />

in een bepaal<strong>de</strong> taal vaak<br />

an<strong>de</strong>rs dan twee<strong>de</strong>-taalverwervers.<br />

Dit blijkt dui<strong>de</strong>lijk het geval te zijn<br />

voor het Ne<strong>de</strong>rlands (Lalleman 1986).<br />

Woordvolgor<strong>de</strong> is een interessant verschijnsel<br />

om te on<strong>de</strong>rzoeken in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands van dove kin<strong>de</strong>ren,<br />

omdat juist hier kenmerken van<br />

twee<strong>de</strong> taalverwerving dui<strong>de</strong>lijk tot<br />

uiting kunnen komen.<br />

In ie<strong>de</strong>re taal bestaan subjecten,<br />

objecten' en werkwoor<strong>de</strong>n, maar <strong>de</strong><br />

manier waarop <strong>de</strong>ze geor<strong>de</strong>nd wor<strong>de</strong>n<br />

is taai-specifiek. Een kind moet<br />

opmaken uit het taalaanbod welke<br />

woordvolgor<strong>de</strong> in haar taal <strong>de</strong> juiste<br />

is. De plaats van het werkwoord is<br />

daarbij van groot belang. De woordvolgor<strong>de</strong><br />

in <strong>de</strong> hoofdzin (zie zin la)<br />

verschilt in het Ne<strong>de</strong>rlands van die in<br />

<strong>de</strong> bijzin (zie zin lb).<br />

(la)<br />

Marieke krijgt een mooi kado.<br />

subject werkwoord object<br />

(lb)<br />

Ik zie, dat Marieke een mooi kado<br />

krijgt.<br />

werkwoord<br />

subject object<br />

Het vervoeg<strong>de</strong> of finiete werkwoord<br />

in <strong>de</strong> vorm van <strong>de</strong> persoonsvom<br />

'krijgt' staat in zin (la), <strong>de</strong> hoofzin, op<br />

<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> plaats in <strong>de</strong> zin, direct<br />

naast het subject. In <strong>de</strong> bijzin staat het<br />

finiete werkwoord helemaal aan het


ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> zin. Dit lijkt een verwarren<strong>de</strong><br />

situatie voor een kind dat het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands moet verwerven.<br />

Toch heeft dat kind daar schijnbaar<br />

weinig moeite mee. Wanneer kin<strong>de</strong>ren<br />

bijzinnen beginnen te gebruiken,<br />

doen ze dat vanaf het begin met het<br />

finiete werkwoord achteraan in <strong>de</strong><br />

zin. Ze overgeneraliseren <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong><br />

van <strong>de</strong> hoofdzin niet naar<br />

<strong>de</strong> bijzin (Krikhaar 1992). Dit geldt<br />

eveneens voor kin<strong>de</strong>ren die een aan<br />

het Ne<strong>de</strong>rlands verwante taal als het<br />

Duits leren (Meisel & Muller 1992).<br />

Taalkundigen hebben het een stuk<br />

moeilijker met <strong>de</strong>ze verschijnselen.<br />

Binnen het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> generatieve<br />

grammatica wordt aangenomen dat<br />

ie<strong>de</strong>re taal een basisvolgor<strong>de</strong> heeft<br />

(Chomsky 1981). Voor het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands wordt veron<strong>de</strong>rsteld, dat<br />

<strong>de</strong> basisvolgor<strong>de</strong> <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />

bijzin is: het werkwoord, vervoegd en<br />

onvervoegd, hoort thuis op <strong>de</strong> laatste<br />

positie van <strong>de</strong> zin (Haegeman 1991).<br />

In het taalverwervingsproces is zichtbaar<br />

dat kin<strong>de</strong>ren eerst zinnen maken<br />

met het hele werkwoord achteraan<br />

(zie zin 2a). Daarna wor<strong>de</strong>n zinnen<br />

gemaakt met een finiet werkwoord<br />

(of persoonsvorm) op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> positie.<br />

Het werkwoord kan direct na het<br />

zins<strong>de</strong>el op <strong>de</strong> eerste positie. Dit kan<br />

een subject zijn (zie zin 2b), maar<br />

eveneens een object of an<strong>de</strong>r zins<strong>de</strong>el<br />

(zie zin 2c). Deze laatste constructie<br />

wordt topicalisatie genoemd.<br />

Aangenomen wordt, dat kin<strong>de</strong>ren die<br />

het Ne<strong>de</strong>rlands leren vanaf het begin<br />

uit het taalaanbod kunnen opmaken<br />

dat <strong>de</strong> basispositie van het werkwoord<br />

<strong>de</strong> laatste positie van <strong>de</strong> zin is.<br />

Er is evi<strong>de</strong>ntie voor, dat kin<strong>de</strong>ren al<br />

vroeg een verplaatsingsregel verwerven,<br />

namelijk <strong>de</strong> verplaatsing van het<br />

finiete werkwoord naar <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

positie van <strong>de</strong> hoofdzin (Scharlaekens<br />

& Gillis 1987, Appel e.a. 1992).<br />

Kin<strong>de</strong>ren maken hierbij nauwelijks<br />

fouten. Wanneer ze vervolgens bijzinnen<br />

gaan maken, laten ze het finiete<br />

werkwoord op <strong>de</strong> basispositie staan<br />

(zin 2d) (Krikhaar 1992). Ook hierbij<br />

zijn fouten uiterst zeldzaam.<br />

Ze geven hiermee impliciet aan te<br />

weten dat <strong>de</strong> verplaatsingsregel<br />

alleen geldt voor hoofdzinnen en niet<br />

van toepassing is in <strong>de</strong> bijzin.<br />

(2a) (1;11) poes bal pakke<br />

(2b) (3;0) poes pakt mij trui<br />

(Appel e.a., 1992)<br />

(2c) (2;8)Toen is ik in Erik zijn bed<br />

geslapen.<br />

(Kaper 1985)<br />

(2d) (3;7) Sinterklaas loof, ik een<br />

keuken heb<br />

(Krikhaar, 1992)<br />

3. Woordvolgor<strong>de</strong> in twee<strong>de</strong>-taalverwerving<br />

Twee<strong>de</strong>-taalverwervers verwerven<br />

woordvolgor<strong>de</strong> in hoofd- en bijzinnen<br />

ge<strong>de</strong>eltelijk an<strong>de</strong>rs dan eerstetaalverwervers.<br />

Zij beginnen op een<br />

vergelijkbare manier, namelijk door<br />

het hele werkwoord achter in <strong>de</strong> zin<br />

te plaatsen (zie (2a)). Daarna lijken ze<br />

een verplaatsingsregel te leren, maar<br />

passen die an<strong>de</strong>rs toe dan eerste-taalverwervers.<br />

Zij maken wel fouten in<br />

hoofdzinnen; ze fixeren bijvoorbeeld<br />

het finiete werkwoord na het subject<br />

(Lalleman 1986: 118). Een voorbeeld<br />

hiervan is te vin<strong>de</strong>n in zin (3a).<br />

(3a) dan ze stapt<br />

In (3a) is het eerste zins<strong>de</strong>el niet het<br />

subject ze, maar het adverb dan. In<br />

een <strong>de</strong>rgelijke zin met topicalisatie<br />

moet het werkwoord op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

plaats blijven staan. In zin 3a wordt<br />

daarentegen vastgehou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong><br />

volgor<strong>de</strong> subject-werkwoord.<br />

Bij twee<strong>de</strong>-taalverwervers van het<br />

Duits wor<strong>de</strong>n vergelijkbare 'fouten'<br />

gevon<strong>de</strong>n zowel in hoofd- als bijzinnen<br />

(Clahsen & Muysken 1983). Zin<br />

3b is een voorbeeld van een <strong>de</strong>rgelijke<br />

fout in het Ne<strong>de</strong>rlands.<br />

(3b) je zegt, dat ik krijg het ca<strong>de</strong>au<br />

Zin 3b bestaat uit een hoofd- en een<br />

bijzin. In <strong>de</strong> bijzin wordt eveneens<br />

vastgehou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> subject-werkwoord.<br />

Er is sprake van<br />

overgeneralisering van <strong>de</strong> hoofdzins­<br />

volgor<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> bijzin.<br />

Sommige on<strong>de</strong>rzoekers nemen aan<br />

dat <strong>de</strong> eerste taal van invloed is op <strong>de</strong><br />

verwerving van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> taal. Een<br />

<strong>de</strong>rgelijke invloed wordt interferentie<br />

of transfer genoemd (Appel &<br />

Vermeer 1994). In die gevallen waarbij<br />

<strong>de</strong> eerste taal een an<strong>de</strong>re woordvolgor<strong>de</strong><br />

kent dan <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> taal,<br />

kan dit lei<strong>de</strong>n tot 'foutieve' volgor<strong>de</strong>s,<br />

die per groep twee<strong>de</strong>-taalverwervers<br />

verschillen.<br />

Twee<strong>de</strong>-taalverwervers van het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands maken niet alleen an<strong>de</strong>rsoortige<br />

'fouten' dan eerste-taalverwervers,<br />

maar zij blijven ook veel langer<br />

'foutieve' volgor<strong>de</strong>s gebruiken<br />

(Lalleman 1986).<br />

<strong>4.</strong> On<strong>de</strong>rzoek naar woordvolgor<strong>de</strong><br />

bij dove kin<strong>de</strong>ren<br />

Opzet van het on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Uit buitenlands on<strong>de</strong>rzoek is bekend<br />

dat dove kin<strong>de</strong>ren eveneens meer<br />

moeite hebben met woordvolgor<strong>de</strong><br />

dan horen<strong>de</strong> eerste-taalverwervers<br />

(Mogford 1993). De vraag is, of dove<br />

kin<strong>de</strong>ren in hun taalgebruik van het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands woordvolgor<strong>de</strong>s kiezen<br />

die lijken op die van eerste-taalverwervers,<br />

of eer<strong>de</strong>r overeenkomsten<br />

vertonen met twee<strong>de</strong>-taalverwervers.<br />

Wanneer dove kin<strong>de</strong>ren woordvolgor<strong>de</strong>s<br />

laten zien die voorkomen bij<br />

twee<strong>de</strong>-taalverwervers, kan veron<strong>de</strong>rsteld<br />

wor<strong>de</strong>n dat het verwervingsproces<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands bij dove<br />

kin<strong>de</strong>ren in het algemeen te beschouwen<br />

is als twee<strong>de</strong>-taalverwerving.<br />

Om meer inzicht te krijgen in <strong>de</strong>ze<br />

problematiek is een on<strong>de</strong>rzoek uitgevoerd<br />

naar woordvolgor<strong>de</strong> in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands van dove kin<strong>de</strong>ren (De<br />

<strong>Vries</strong> 1995). In dit on<strong>de</strong>rzoek werd<br />

gekeken naar schriftelijk taalgebruik<br />

in plaats van mon<strong>de</strong>ling taalgebruik.<br />

Dit om verschillen<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen. Dove<br />

kin<strong>de</strong>ren zijn veelal moeilijk verstaanbaar.<br />

Daarnaast gebruiken veel<br />

dove kin<strong>de</strong>ren bij mon<strong>de</strong>linge productie<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands ook gebaren,<br />

zodat veel eer<strong>de</strong>r invloed van <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal (NGT) te<br />

VHZ jaargang'6 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996


R. DE VRIES<br />

verwachten is. Schriftelijk taalgebruik<br />

is makkelijker te interpreteren en een<br />

scheiding tussen het Ne<strong>de</strong>rlands en<br />

<strong>de</strong> NGT is makkelijker te maken.<br />

Er werd wel gekeken naar eventuele<br />

invloed van een Totale<br />

Communicatie-omgeving (waarin<br />

Ne<strong>de</strong>rlands on<strong>de</strong>rsteund met<br />

Gebaren en NGT in het aanbod<br />

voorkomen) op het geschreven<br />

Ne<strong>de</strong>rlands. Twee verschillen<strong>de</strong> groepen<br />

dove kin<strong>de</strong>ren wer<strong>de</strong>n met<br />

elkaar vergeleken. Vier kin<strong>de</strong>ren van<br />

basisschool<br />

kindl<br />

kind 2<br />

kind 3<br />

kind 4<br />

TC - school<br />

kind 5<br />

kind 6<br />

kind 7<br />

kind H<br />

Orale school<br />

kind 9<br />

kind 10<br />

kind 11<br />

kind 12<br />

leeftijd<br />

10 ;0<br />

11 ;9<br />

12; 1<br />

12; 8<br />

10; 6<br />

11 ;4<br />

10; 10<br />

11 ;0<br />

Alle kin<strong>de</strong>ren waren vergelijkbaar ten<br />

opzichte van hun leesniveau. Dit<br />

werd bepaald op basis van hun score<br />

voor <strong>de</strong> CITO-leestest M4 betekenisrelaties.<br />

Daarbij moest niveau C<br />

behaald wor<strong>de</strong>n, een leeftijdsa<strong>de</strong>quaat<br />

niveau voor horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

van medio groep 4 (rond 8 jaar). De<br />

dove kin<strong>de</strong>ren met leesniveau C<br />

waren tussen <strong>de</strong> 10 en 13 jaar.<br />

Zij wer<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>r geselecteerd op<br />

gehoorverlies (Fletcher In<strong>de</strong>x >90<br />

dB), prelinguale doofheid (voor het<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong> jaar) en <strong>de</strong> afwezigheid van<br />

gehoorverlies ( dB )<br />

rechts / links<br />

120 /120<br />

115 / 120<br />

107/110<br />

108 / 107<br />

107/-<br />

93/97<br />

103 / 110<br />

112/ 118<br />

Tabel 1. Gegevens over <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren uit <strong>de</strong> controle- en on<strong>de</strong>rzoeksgroep.<br />

Effatha, een TC-school participeer<strong>de</strong>n<br />

aan het on<strong>de</strong>rzoek, evenals vier kin<strong>de</strong>ren<br />

van het IvD, een Orale school 2 .<br />

Het on<strong>de</strong>rwijsaanbod en on<strong>de</strong>rling<br />

gebruik van NGT zou mogelijkerwijs<br />

kunnen interfereren op <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong><br />

van het geschreven<br />

Ne<strong>de</strong>rlands. De NGT kent een basisvolgor<strong>de</strong>,<br />

waarin het werkwoordsgebaar<br />

op <strong>de</strong> laatste positie van <strong>de</strong> zin<br />

geplaatst wordt (Coerts 1994).<br />

Wanneer <strong>de</strong> gebaarvolgor<strong>de</strong> van<br />

NGT zou interfereren in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands, zou een woordvolgor<strong>de</strong><br />

als in (4) verwacht wor<strong>de</strong>n.<br />

(4) Vanavond mijn va<strong>de</strong>r laat<br />

thuis komt<br />

Als controlegroep participeer<strong>de</strong>n vier<br />

horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren aan het on<strong>de</strong>rzoek.<br />

VHZ jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996<br />

oorzaak doofheid<br />

meningitis<br />

meningitis<br />

onbekend<br />

Onbekend<br />

onbekend<br />

onbekend<br />

onbekend<br />

onbekend<br />

nevenhandicaps.<br />

Een overzicht van <strong>de</strong> proefpersonen<br />

is opgenomen in tabell. Alle kin<strong>de</strong>ren<br />

kregen twee testen voorgelegd,<br />

die speciaal in het ka<strong>de</strong>r van het<br />

on<strong>de</strong>rzoek wer<strong>de</strong>n ontwikkeld.<br />

Hoofdzinsvolgor<strong>de</strong>: <strong>de</strong> eerste test<br />

De eerste test was bedoeld om<br />

woordvolgor<strong>de</strong> in hoofdzinnen te<br />

on<strong>de</strong>rzoeken. De test bestond uit 20<br />

hoofdzinnen. Vijf daarvan had<strong>de</strong>n<br />

een subject op <strong>de</strong> eerste positie. Deze<br />

zinnen waren bedoeld om te testen of<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren correcte hoofdzinnen<br />

met het subject op <strong>de</strong> eerste plaats<br />

kon<strong>de</strong>n maken. De 15 an<strong>de</strong>re zinnen<br />

had<strong>de</strong>n een zins<strong>de</strong>el an<strong>de</strong>rs dan het<br />

subject op <strong>de</strong> eerste positie (topicalisatie,<br />

zie zin 3a).<br />

De kin<strong>de</strong>ren had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> taak met<br />

gegeven zins<strong>de</strong>len een zin te maken.<br />

Alle zins<strong>de</strong>len behalve het eerste<br />

ston<strong>de</strong>n ingeka<strong>de</strong>rd (zie zin 5) in willekeurige<br />

volgor<strong>de</strong>. Het eerste zins<strong>de</strong>el<br />

stond op een regel daaron<strong>de</strong>r<br />

aangegeven. De kin<strong>de</strong>ren moesten <strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>re zins<strong>de</strong>len gebruiken om <strong>de</strong><br />

zin af te maken.<br />

De woordvolgor<strong>de</strong> in <strong>de</strong> getopicaliseer<strong>de</strong><br />

zinnen stond in <strong>de</strong> eerste test<br />

centraal. Met <strong>de</strong>ze zinnen kon namelijk<br />

bekeken wor<strong>de</strong>n, of <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

het werkwoord op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> positie<br />

leeftijd doofheid<br />

12 maan<strong>de</strong>n<br />

3 maan<strong>de</strong>n<br />

geboorte<br />

geboorte<br />

geboorte<br />

geboorte<br />

geboorte<br />

geboorte<br />

zou<strong>de</strong>n plaatsen zoals horen<strong>de</strong> taalverwervers<br />

dat doen. Ze zou<strong>de</strong>n echter<br />

ook kunnen kiezen voor een volgor<strong>de</strong><br />

die overeen zou komen met het<br />

taalgebruik van twee<strong>de</strong>-taalverwervers.<br />

De volgor<strong>de</strong>s wer<strong>de</strong>n ook bekeken<br />

op mogelijke invloed van NGT.<br />

Aan <strong>de</strong> hand van voorbeeld (5) zullen<br />

<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> volgor<strong>de</strong>s aan bod<br />

komen.<br />

een nieuwe trein kopen ik wil<br />

(5)<br />

Morgen<br />

voorbeeld uit test 1<br />

Theoretisch zou<strong>de</strong>n allerlei volgor<strong>de</strong>s<br />

mogelijk zijn. Bij het on<strong>de</strong>rzoek wer<strong>de</strong>n<br />

alle mogelijhe<strong>de</strong>n van tevoren<br />

ingecalculeerd. De kin<strong>de</strong>ren kon<strong>de</strong>n<br />

een correcte Ne<strong>de</strong>rlandse zin maken,<br />

zoals in 6a.


(6a) Morgen wil ik een nieuwe<br />

trein kopen.<br />

Ze kon<strong>de</strong>n ook een zin maken met<br />

een volgor<strong>de</strong> zoals in zin 6b. Een <strong>de</strong>rgelijke<br />

zinsvolgor<strong>de</strong> komt ook veelvuldig<br />

voor bij twee<strong>de</strong>-taalverwervers<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands. Het werkwoord<br />

is gefixeerd achter het subject.<br />

(6b) Morgen ik wil een nieuwe<br />

trein kopen.<br />

Een an<strong>de</strong>re mogelijkheid was, om <strong>de</strong><br />

werkwoor<strong>de</strong>n achterin <strong>de</strong> zin te<br />

plaatsen. Dat zou kunnen dui<strong>de</strong>n op<br />

invloed van NGT. In <strong>de</strong>ze staan <strong>de</strong><br />

werkwoor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> laatste positie<br />

zoals geschetst in zin 6c.<br />

(6c) Morgen ik een nieuwe trein<br />

wil kopen.<br />

Een aantal mogelijke volgor<strong>de</strong>s kon<br />

niet on<strong>de</strong>rgebracht wor<strong>de</strong>n bij één<br />

van <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> categorieën; <strong>de</strong>ze<br />

wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebracht in een restcategorie.<br />

Wanneer <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren 12 of<br />

meer van <strong>de</strong> 15 zinnen (80% of meer)<br />

in één bepaal<strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> maken,<br />

wordt dat een patroon genoemd.<br />

Deze aantallen en bijbehoren<strong>de</strong> percentages<br />

zijn in <strong>de</strong> tabel vetgedrukt.<br />

De resultaten van <strong>de</strong> 15 getopicaliseer<strong>de</strong><br />

hoofdzinnen zijn opgenomen<br />

in tabel 2.<br />

naam<br />

basisschool<br />

kind 1<br />

kind 2<br />

kind 3<br />

kind 4<br />

TC - school<br />

kind 5<br />

kind 6<br />

kind 7<br />

kind 8<br />

Orale school<br />

kind 9<br />

kind 10<br />

kind 11<br />

kind 12<br />

ne<strong>de</strong>rlandse volgor<strong>de</strong><br />

15 (100 )<br />

15 (100 )<br />

14 ( 93 )<br />

15 (100)<br />

15 (100 )<br />

14 ( 93 )<br />

15 ( 100 )<br />

8 (53)<br />

13 (86)<br />

9 (60)<br />

13 (86)<br />

2 (14)<br />

Zoals verwacht maakten alle kin<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> vijf zinnen met het subject<br />

vooraan correct. Alle kin<strong>de</strong>ren hebben<br />

een verplaatsingregel voor het<br />

werkwoord geleerd. Van <strong>de</strong> getopicaliseer<strong>de</strong><br />

zinnen (zie tabel 2) maken <strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> basisschool praktisch<br />

alle zinnen met een Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

volgor<strong>de</strong>, zoals verwacht voor hun<br />

leeftijd. Vijf dove kin<strong>de</strong>ren laten een<br />

Ne<strong>de</strong>rlands patroon zien. Eén kind<br />

laat een twee<strong>de</strong>-taalverwervingspatroon<br />

zien. Twee kin<strong>de</strong>ren (8 en 10)<br />

hebben geen patroon, zoals in dit<br />

on<strong>de</strong>rzoek ge<strong>de</strong>finieerd. Ze maken <strong>de</strong><br />

meeste zinnen met een Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

volgor<strong>de</strong>. De meeste zinnen die ze<br />

'fout' produceren, hebben een twee<strong>de</strong>-taalverwervingsvolgor<strong>de</strong>.<br />

Het<br />

aantal gemaakte zinnen met invloed<br />

van NGT is te verwaarlozen (lxl),<br />

daarin is geen verschil te zien tussen<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> TC-school en die<br />

van <strong>de</strong> Orale school. Wel valt op, dat<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> Orale school meer<br />

zinnen met een twee<strong>de</strong>-taaiverwervingsvolgor<strong>de</strong><br />

maken dan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

van <strong>de</strong> TC-school.<br />

Bijzinsvolgor<strong>de</strong>: <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> test<br />

De twee<strong>de</strong> test was bedoeld om<br />

woordvolgor<strong>de</strong> in bijzinnen te on<strong>de</strong>rzoeken.<br />

De test bestond uit 15 samengestel<strong>de</strong><br />

zinnen. Zoals in het voorbeeld<br />

(zin 7) te zien is, waren hoofdzin<br />

en voegwoord al gegeven. De kin­<br />

twee<strong>de</strong>-taalverwerings<br />

volgor<strong>de</strong><br />

-<br />

- 1 (7)<br />

-<br />

-<br />

-<br />

-<br />

5 (33 )<br />

1 (7)<br />

6 (40 )<br />

2(14)<br />

13 ( 86 )<br />

EEN ONGEHOORDE PRESTATIE<br />

invloed NGT<br />

- -<br />

-<br />

-<br />

-<br />

- -1 (7)<br />

Tabel 2. Resultaten van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksgroep, test 1 : <strong>de</strong> zinnen met een getopicaliseerd element an<strong>de</strong>rs dan het subject.<br />

De percentages staan russen haakjes. Percentages die een patroon opleveren (> 80%) zijn vetgedrukt.<br />

-<br />

-<br />

-<br />

-<br />

<strong>de</strong>ren moesten <strong>de</strong> bijzin met behulp<br />

van <strong>de</strong> ingeka<strong>de</strong>r<strong>de</strong> zins<strong>de</strong>len afmaken.<br />

gestolen <strong>de</strong> ketting heeft hij<br />

(7)<br />

De dief wordt gepakt, nadat<br />

voorbeeld uit test 2<br />

Met <strong>de</strong>ze test kon wor<strong>de</strong>n bekeken of<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren begrepen had<strong>de</strong>n dat het<br />

finiete werkwoord in bijzinnen in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands op <strong>de</strong> laatste positie<br />

thuishoort. Opnieuw kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

in theorie allerlei woordvolgor<strong>de</strong>s<br />

maken. Een Ne<strong>de</strong>rlandse zin kon<br />

er uit zien als zin 8a of 8b.<br />

(8a) ..., nadat hij <strong>de</strong> ketting heeft<br />

gestolen<br />

(8b) ..., nadat hij <strong>de</strong> ketting gesto<br />

len heeft<br />

Een zin met een twee<strong>de</strong>-taalverwervingsvolgor<strong>de</strong><br />

zou een zin kunnen<br />

zijn als zin 9.<br />

(9) ..., nadat hij heeft <strong>de</strong> ketting<br />

gestolen<br />

Eventuele invloed van NGT bij bijzinnen<br />

is voor <strong>de</strong> zinnen in test 2 niet uit<br />

te maken. In bijzinnen kent het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands namelijk een volgor<strong>de</strong><br />

met het finiete werkwoord op <strong>de</strong> laat-<br />

restcategorie<br />

-<br />

- -<br />

-<br />

- 1 (7)<br />

- 1 (7)<br />

1 (7)<br />

-<br />

-<br />

-<br />

VHZ. jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996


ste positie, evenals <strong>de</strong> NGT. De zinnen<br />

met een woordvolgor<strong>de</strong> die niet<br />

gecategoriseerd kon wor<strong>de</strong>n als<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse of twee<strong>de</strong>-taalverwervingsvolgor<strong>de</strong>s<br />

wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebracht<br />

in <strong>de</strong> restcategorie.<br />

De resultaten van <strong>de</strong> 15 bijzinnen<br />

wor<strong>de</strong>n weergegeven in tabel 3.<br />

naam<br />

basisschool<br />

kind 1<br />

kind 2<br />

kind 3<br />

kind 4<br />

TC - school<br />

kind 5<br />

kind 6<br />

kind 7<br />

kind8<br />

Orale school<br />

kind 9<br />

kind 10<br />

kind 11<br />

kind 12<br />

ne<strong>de</strong>rlandse volgor<strong>de</strong><br />

11 Il (72)<br />

14 ( (93) 93 )<br />

10 (67)<br />

10 (67)<br />

11 1 (72)<br />

1 (7)<br />

15 5 ( (100) 100)<br />

2 . (14)<br />

2 (14)<br />

Uit tabel 3 is dui<strong>de</strong>lijk, dat <strong>de</strong> bijzinnen<br />

voor alle kin<strong>de</strong>ren, zowel <strong>de</strong><br />

horen<strong>de</strong> als <strong>de</strong> dove, meer problemen<br />

opleveren dan <strong>de</strong> hoofdzinnen met<br />

een getopicaliseerd element. In het<br />

gesproken Ne<strong>de</strong>rlands plaatsen<br />

horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren het finiete werkwoord<br />

in bijzinnen vanaf het begin<br />

foutloos op <strong>de</strong> laatste positie<br />

(Krikhaar 1992). Blijkbaar levert voor<br />

hen het feit dat <strong>de</strong> test schriftelijk is<br />

<strong>de</strong> nodige problemen op. Een aantal<br />

zinnen viel in <strong>de</strong> restcategorie (9),<br />

omdat <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren een zin of zins<strong>de</strong>el<br />

waren vergeten op te schrijven.<br />

Twee kin<strong>de</strong>ren scoren slechts 67%. Op<br />

grond van lagere prestaties bij <strong>de</strong> controlekin<strong>de</strong>ren<br />

is het percentage dat<br />

een patroon <strong>de</strong>finieert verlaagd naar<br />

60%. Dat betekent, dat <strong>de</strong> proefpersonen<br />

negen of meer van <strong>de</strong> 15 zinnen<br />

met een bepaal<strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> moeten<br />

maken, wil er sprake zijn van een<br />

patroon.<br />

Twee dove kin<strong>de</strong>ren laten een<br />

Ne<strong>de</strong>rlands patroon zien. Zij maken<br />

meer dan 60% van <strong>de</strong> zinnen met een<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse volgor<strong>de</strong>; kind 7 doet<br />

dat zelfs in alle zinnen. De helft van<br />

<strong>de</strong> dove kin<strong>de</strong>ren, vier van <strong>de</strong> acht,<br />

maken meer dan 60% van <strong>de</strong> zinnen<br />

met een twee<strong>de</strong>-taalverwervingsvolgor<strong>de</strong>.<br />

De resteren<strong>de</strong> twee kin<strong>de</strong>­<br />

twee<strong>de</strong>-taalverwerings<br />

volgor<strong>de</strong><br />

2 (14)<br />

1 (7)<br />

1 (7)<br />

2 (14)<br />

3 (20)<br />

12 (80)<br />

10 (67)<br />

5 (33)<br />

13 (86)<br />

4 (27)<br />

13(86)<br />

ren (kind 9 en 11) maken enkele zinnen<br />

met een twee<strong>de</strong>-taalverwervingsvolgor<strong>de</strong>,<br />

maar <strong>de</strong> meeste zinsvolgor<strong>de</strong>s<br />

moeten wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebracht in<br />

<strong>de</strong> restcategorie. Bij na<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzoek<br />

was eenzelf<strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> te vin<strong>de</strong>n in<br />

het meren<strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze zinnen. Bei<strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren zetten het finiete werkwoord<br />

direct na het voegwoord (op<br />

<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> positie) en laten het subject<br />

daarop volgen (zie zin 10).<br />

(lO)Maarten schrijft, dat komt hij niet<br />

logeren.<br />

De kin<strong>de</strong>ren lijken in <strong>de</strong>ze zinnen het<br />

voegwoord als een getopicaliseerd<br />

element te beschouwen. Een <strong>de</strong>rgelijk<br />

patroon is niet bekend uit <strong>de</strong> literatuur<br />

over twee<strong>de</strong>-taalverwervers van<br />

het Ne<strong>de</strong>rlands.<br />

Bij een vergelijking tussen <strong>de</strong> twee<br />

groepen dove kin<strong>de</strong>ren kan wor<strong>de</strong>n<br />

opgemerkt, dat <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong><br />

TC-school vaker voor een<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse woordvolgor<strong>de</strong> kiezen<br />

dan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> Orale school.<br />

restcategorie<br />

2 (14)<br />

4 (27)<br />

3 (20)<br />

1 (7)<br />

2 (14)<br />

3 (20)<br />

8 (53)<br />

2 (14)<br />

11 (72)<br />

2 (14<br />

Tabel 3. Resultaten van <strong>de</strong> controle- en on<strong>de</strong>rzoeksgroep, test 2: bijzinnen die wor<strong>de</strong>n ingeleid door<br />

een on<strong>de</strong>rschikkend voegwoord. De percentages staan russen haakjes. Percentages die een patroon<br />

opleveren (> 60%) zijn vetgedrukt.<br />

VHZ. jaargang 36 nummer 4 <strong>de</strong>cember 1996<br />

5. Conclusie en discussie<br />

Uit het hier besproken on<strong>de</strong>rzoek<br />

komt naar voren, dat <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong><br />

dove kin<strong>de</strong>ren uit <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksgroep<br />

op twee<strong>de</strong>-taalverwervers van<br />

het Ne<strong>de</strong>rlands lijkt. Horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

plaatsen immers in <strong>de</strong> hoofdzin<br />

het finiete werkwoord<br />

correct op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

positie en in bijzinnen<br />

het finiete werkwoord<br />

op <strong>de</strong> laatste positie.<br />

Dove kin<strong>de</strong>ren laten<br />

an<strong>de</strong>re patronen zien.<br />

Bij <strong>de</strong> getopicaliseer<strong>de</strong><br />

hoofdzinnen had één<br />

kind (kind 12) een<br />

tweed e-taal ver wervingspatroon.<br />

Dit kind<br />

had hetzelf<strong>de</strong> patroon<br />

ook in <strong>de</strong> bijzinnen.<br />

Twee kin<strong>de</strong>ren (8 en 10)<br />

hebben geen dui<strong>de</strong>lijk<br />

patroon in <strong>de</strong> hoofdzinnen,<br />

maar hebben<br />

meer dan een<strong>de</strong>r<strong>de</strong> van<br />

<strong>de</strong> zinnen met een<br />

twee<strong>de</strong>-taal verwervingsvolgor<strong>de</strong>,<br />

terwijl ze in bijzinnen een dui<strong>de</strong>lijk<br />

twee<strong>de</strong>-taalverwervingspatroon laten<br />

zien. Kind 6 heeft een Ne<strong>de</strong>rlands<br />

patroon in <strong>de</strong> hoofdzinnen, maar een<br />

twee<strong>de</strong>-taalverwervingspatroon in <strong>de</strong><br />

bijzinnen. Het zou kunnen, dat<br />

genoem<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren zich op verschillen<strong>de</strong><br />

punten van ontwikkeling naar<br />

een vollediger beheersing van het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands bevin<strong>de</strong>n. Daarover kunnen<br />

echter naar aanleiding van het in<br />

dit artikel besproken on<strong>de</strong>rzoek geen<br />

uitspraken gedaan wor<strong>de</strong>n, daar dit<br />

een momentopname en geen longitudinaal<br />

on<strong>de</strong>rzoek betrof. Het verdient<br />

aanbeveling bij eventueel toekomstig<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar woordvolgor<strong>de</strong>verschijnselen<br />

voor een longitudinale<br />

opzet te kiezen. In een <strong>de</strong>rgelijk geval<br />

zou het eveneens van belang zijn een<br />

groep dove kin<strong>de</strong>ren te zoeken die<br />

niet alleen qua leesniveau, maar ook<br />

wat betreft het criterium leeftijd<br />

homogeen is.<br />

Twee van <strong>de</strong> acht dove kin<strong>de</strong>ren (5 en<br />

7) lijken <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse woordvolgor<strong>de</strong><br />

geheel on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> knie te hebben.


Deze kin<strong>de</strong>ren laten in zowel in<br />

hoofd- als in bijzinnen een Ne<strong>de</strong>rlands<br />

woordvolgor<strong>de</strong>patroon zien.<br />

Twee van <strong>de</strong> acht kin<strong>de</strong>ren (9 en 11)<br />

zijn moeilijker te classificeren. Zij<br />

maken zoveel hoofdzinnen met een<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse woordvolgor<strong>de</strong>, dat bij<br />

bei<strong>de</strong>n van een Ne<strong>de</strong>rlands patroon<br />

gesproken kan wor<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> bijzin<br />

echter maken zij veel zinnen met een<br />

woordvolgor<strong>de</strong> die niet van tevoren<br />

een classificatie mee heeft gekregen.<br />

Het gaat hierbij om overgeneralisering<br />

van een getopicaliseer<strong>de</strong> hoofdzinsvolgor<strong>de</strong><br />

naar <strong>de</strong> bijzin met<br />

on<strong>de</strong>rschikkend voegwoord. Deze<br />

zinnen moeten <strong>de</strong>rhalve on<strong>de</strong>rgebracht<br />

wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> restcategorie. Uit<br />

<strong>de</strong> literatuur is niet bekend of twee<strong>de</strong>-taalverwervers<br />

wellicht eveneens<br />

een <strong>de</strong>rgelijke volgor<strong>de</strong> gebruiken 3 .<br />

Misschien is dit een verschijnsel dat<br />

typerend is voor het Ne<strong>de</strong>rlands van<br />

dove kin<strong>de</strong>ren. Mocht dit patroon<br />

toch bij twee<strong>de</strong> taalverwervers wor<strong>de</strong>n<br />

aangetroffen, dan zou dat een<br />

argument te meer zijn om dove kin<strong>de</strong>ren<br />

eer<strong>de</strong>r te vergelijken met twee<strong>de</strong>-taalverwervers<br />

dan met moe<strong>de</strong>rtaalverwervers<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands.<br />

Uit <strong>de</strong> testen is niet gebleken, dat <strong>de</strong><br />

NGT invloed heeft op <strong>de</strong> woordvolgor<strong>de</strong><br />

in <strong>de</strong> hoofdzin. In die zin lijkt<br />

een TC-omgeving niet van invloed op<br />

woordvolgor<strong>de</strong>verschijnselen in het<br />

schriftelijk Ne<strong>de</strong>rlands. Bij een vergelijking<br />

tussen <strong>de</strong> twee groepen dove<br />

kin<strong>de</strong>ren zijn wel an<strong>de</strong>re verschillen<br />

op te merken. De kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong><br />

TC-school kiezen vaker voor een<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse woordvolgor<strong>de</strong> dan <strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> Orale school. De kin<strong>de</strong>ren<br />

van <strong>de</strong> Orale school lijken<br />

vaker te kiezen voor een gefixeer<strong>de</strong><br />

plaats van het finiete werkwoord.<br />

Gelet op <strong>de</strong> kleine on<strong>de</strong>rzoeksgroep<br />

(acht dove kin<strong>de</strong>ren), kan hierbij<br />

slechts een voorzichtige kanttekening<br />

geplaatst wor<strong>de</strong>n. Ellis (1990) wijst op<br />

het effect van 'over-learning'<br />

(1990:138) bij sommige grammaticale<br />

structuren. De taalverwerver zou bij<br />

<strong>de</strong> verwerving van een <strong>de</strong>rgelijke<br />

structuur meer gehin<strong>de</strong>rd wor<strong>de</strong>n<br />

door intensieve instructie dan dat zij<br />

er baat bij zou hebben. Over-learning<br />

zou optre<strong>de</strong>n als een neveneffect van<br />

intensieve instructie. De gemaakte<br />

fouten zou<strong>de</strong>n niet gezien moeten<br />

wor<strong>de</strong>n als te corrigeren misstappen,<br />

maar als noodzakelijke stappen in het<br />

verwervingsproces.<br />

Literatuur<br />

Appel, R. e.a. (1992). Inleiding<br />

Algemene Taalwetenschap. ICG<br />

Publications, Dordrecht.<br />

Appel, R. & A. Vermeer (1994).<br />

Twee<strong>de</strong>-taalverwerving en twee<strong>de</strong>taalon<strong>de</strong>rwijs.<br />

Coutinho, Bussum.<br />

Chomsky, N. (1981). Lectures on<br />

Government and Binding. Foris,<br />

Dordrecht.<br />

Clahsen, H. & P. Muysken (1983). The<br />

accessibility of 'Move alpha' and the<br />

acquisition of German word<br />

or<strong>de</strong>r by children and adults.<br />

Düsseldorf/Amsterdam.<br />

Coerts, J. (1994). Constituent or<strong>de</strong>r in<br />

Sign Language of the Netherlands. In:<br />

I. Ahlgren, B. Bergman & M. Brennan<br />

(eds.) Proceedings of the fifth international<br />

symposium on sign language<br />

research, May 1992. Salamanca,<br />

Spain, pp. 319-332.<br />

Ellis, R. (1990) Instructed second<br />

language acquisition. Learning in<br />

the classroom. Blackwell, Oxford/<br />

Cambridge.<br />

Frijn, J. & G. <strong>de</strong> Haan (1990). Het taallerend<br />

kind. ICG-Publications,<br />

Dordrecht.<br />

Haegeman, L. (1991). Introduction to<br />

Government and Binding Theory.<br />

Blackwell, Oxford UK & Cambridge<br />

USA.<br />

Kaper, W. (1985). Child language. A<br />

language which does not exist?<br />

Foris, Dordrecht.<br />

Krikhaar, E. (1992). Voegwoordloze<br />

bijzinnen in kin<strong>de</strong>rtaal.<br />

Doctoraalscriptie Ne<strong>de</strong>rlands,<br />

EEN ONGEHOORDE PRESTATIE<br />

Utrecht.<br />

Lalleman, J.A. (1986). Dutch language<br />

proficiency of Turkish children<br />

born in the Netherlands. Proefschrift<br />

Universiteit van Amsterdam. ICG,<br />

Dordrecht.<br />

Meisel, J. & N. Muller (1992).<br />

Finiteness and verb placement in<br />

early child grammars: evi<strong>de</strong>nce from<br />

simultaneous acquisition of French<br />

and German in bilinguals, in Meisel<br />

J.M. (ed) The acquisition of verb<br />

placement, pp. 109-138, Kluwer<br />

Aca<strong>de</strong>mic Publishers.<br />

Mogford, K. (1993). Oral language<br />

acquisition in the prelinguistically<br />

<strong>de</strong>af, in: Bishop, D. & K. Mogford<br />

(eds.) Language <strong>de</strong>velopment in<br />

exceptional circumstances. Lawrence<br />

Erlbaum Associates, Hove, Hillsdale<br />

Schaerlaekens, A.M. & S. Gillis (1987).<br />

De taalverwerving van het kind.<br />

Wolters-Noordhoff Groningen.<br />

<strong>Vries</strong>, R.A. <strong>de</strong> (1995). Een ongehoor<strong>de</strong><br />

prestatie. Over woordvolgor<strong>de</strong>verschijnselen<br />

in het Ne<strong>de</strong>rlands<br />

van dove kin<strong>de</strong>ren. Doctoraal scriptie,<br />

Utrecht.<br />

Drs. Renate A. <strong>de</strong> <strong>Vries</strong> is taalkun­<br />

dige op Effatha, Chr. Instituut voor<br />

Doven te Voorburg<br />

Professor dr. Anne E. Baker heeft<br />

<strong>de</strong> leeropdracht psycholinguïstiek<br />

en taalpathologie bij <strong>de</strong> vakgroep<br />

Algemene Taalwetenschap aan <strong>de</strong><br />

Universiteit van Amsterdam<br />

'Een subject wordt ook wel on<strong>de</strong>rwerp genoemd.<br />

Een an<strong>de</strong>re term voor object is lij<strong>de</strong>nd of meewerkend<br />

voorwerp.<br />

ISei<strong>de</strong> scholen zijn inmid<strong>de</strong>ls bezig met een herbezinning<br />

op <strong>de</strong> plaats van NTG in het on<strong>de</strong>rwijs. Op<br />

het tijdstip van het on<strong>de</strong>rzoek was <strong>de</strong> karakterisering<br />

echter wel van toepassing.<br />

In een peroonlijk gesprek met P. Muysken en R.<br />

Appel zijn onze bevindingen hierover nog eens<br />

bevestigd.<br />

VHZ. jaargang 36 nummci 4 . <strong>de</strong>cember 1996


If. KNOORS, J.V. DIJK<br />

Pedagogische en didactische consequenties<br />

van tweetalig do ven-on<strong>de</strong>rwijs<br />

Harry <strong>Knoors</strong> & Jan van <strong>Dijk</strong><br />

Samenvatting<br />

De in Ne<strong>de</strong>rland in gang gezette omschakeling naar tweetalig on<strong>de</strong>r­<br />

wijs aan dove kin<strong>de</strong>ren belooft geen geringe operatie te wor<strong>de</strong>n. Het<br />

is een proces dat vele kanten kent. De auteurs belichten in dit artikel<br />

enkele hiervan. Allereerst gaan ze in op een mo<strong>de</strong>l van tweetalig<br />

dovenon<strong>de</strong>rwijs. <strong>Knoors</strong> en Van <strong>Dijk</strong> bepleiten op grond van neuro-<br />

psychologische evi<strong>de</strong>ntie een mo<strong>de</strong>l waarin dove kin<strong>de</strong>ren al op zeer<br />

jonge leeftijd zowel <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal als het gesproken<br />

Ne<strong>de</strong>rlands aangebo<strong>de</strong>n krijgen. Ook attitu<strong>de</strong>s komen aan bod. De<br />

auteurs benadrukken dat het voor het slagen van tweetalig dovenon­<br />

<strong>de</strong>rwijs van groot belang is dat alle betrokkenen respect hebben voor<br />

zowel <strong>de</strong> cultuur en taal van <strong>de</strong> doven als die van <strong>de</strong> horen<strong>de</strong>n.<br />

Vervolgens komen didactische vraagstukken aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> en staan <strong>de</strong><br />

auteurs stil bij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijskundige inka<strong>de</strong>ring. De auteurs on<strong>de</strong>rstre­<br />

pen het belang van gerichte didactische bena<strong>de</strong>ringen, van het<br />

gebruik van a<strong>de</strong>quate metho<strong>de</strong>s en van effectief on<strong>de</strong>rwijs<br />

1. Inleiding<br />

Bij zijn aantre<strong>de</strong>n als hoogleraar, nu 5<br />

jaar gele<strong>de</strong>n, sprak Van <strong>Dijk</strong> in zijn<br />

oratie zijn bezorgdheid uit over <strong>de</strong><br />

ontwikkelingen binnen <strong>de</strong> dovenpedagogiek<br />

(1991). Gegevens uit on<strong>de</strong>rzoek<br />

over het effect van <strong>de</strong> invoering<br />

van Totale Communicatie in <strong>de</strong> USA,<br />

en dan met name van <strong>de</strong> uitwerking<br />

in <strong>de</strong> vorm van simultane communicatie,<br />

waren niet lang daarvoor<br />

bekend gewor<strong>de</strong>n. Johnson, Lid<strong>de</strong>ll &<br />

Erting (1989) moesten vaststellen dat<br />

<strong>de</strong> resultaten niet erg bemoedigend<br />

waren. Ook teken<strong>de</strong> zich in die tijd<br />

een controverse af tussen voor- en<br />

tegenstan<strong>de</strong>rs van cochleaire implantatie<br />

(Cl) (zie voor een overzicht<br />

Govers, 1994).<br />

De <strong>de</strong>elnemers aan het internationale<br />

dovencongres in Rochester in 1990<br />

meld<strong>de</strong>n nieuwe ontwikkelingen in<br />

<strong>de</strong> USA rondom tweetalig on<strong>de</strong>rwijs<br />

VHZ • jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996<br />

aan dove kin<strong>de</strong>ren. Vanuit taalkundige<br />

hoek werd <strong>de</strong>ze bena<strong>de</strong>ring on<strong>de</strong>rsteund,<br />

ook in Ne<strong>de</strong>rland. Inmid<strong>de</strong>ls<br />

was namelijk dui<strong>de</strong>lijk gewor<strong>de</strong>n dat<br />

er zich ook in ons land, ondanks een<br />

sterke orale traditie, rondom een aantal<br />

doven-centra in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r jaren<br />

een volwaardige gebarentaal had ontwikkeld<br />

(Schermer et.al., 1991).<br />

Tegen <strong>de</strong>ze achtergrond riepen verschillen<strong>de</strong><br />

betrokkenen, waaron<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> bei<strong>de</strong> auteurs, collega-dovenpedagogen<br />

en on<strong>de</strong>rzoekers, alsme<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> dovengemeenschap op, om met<br />

elkaar samen te werken op het gebied<br />

van research en curriculumontwikkeling.<br />

Deze oproep heeft tot resultaat<br />

geleid. Vier voorbeel<strong>de</strong>n ter illustratie:<br />

•De uitwerking, met <strong>de</strong> nodige<br />

wetenschappelijke pru<strong>de</strong>ntie, van<br />

een gezamenlijk longitudinaal<br />

on<strong>de</strong>rzoek, het LOOD-project, door<br />

<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Stichting voor het<br />

Dove en Slechthoren<strong>de</strong> Kind<br />

(NSDSK) en het Instituut voor<br />

Doven.<br />

•De op korte termijn te verwachten<br />

start van het Samenwerkings<br />

PRoject On<strong>de</strong>rwijs in Ne<strong>de</strong>rland en<br />

Gebarentaal (SPRONG), het gezamenlijke<br />

tweetaligheidsproject van<br />

Effatha en <strong>de</strong> Koninklijke<br />

Ammanstichting.<br />

•De voorbereiding van een gezamenlijk<br />

on<strong>de</strong>rzoeksproject van <strong>de</strong><br />

Ammanstichting en <strong>de</strong> NSDSK,<br />

gericht op het bewerkstelligen van<br />

effectieve interventie in tweetalige<br />

peuterspeelzalen voor dove en<br />

slechthoren<strong>de</strong> peuters.<br />

• De samenwerking van <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse doveninstituten bij <strong>de</strong><br />

uitbouw van het Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarencentrum tot een facilitair<br />

bedrijf, ten dienste staand aan <strong>de</strong><br />

ontwikkeling van tweetalig doven<br />

on<strong>de</strong>rwijs in Ne<strong>de</strong>rland.<br />

Ook is er een goe<strong>de</strong> dialoog tot<br />

stand gekomen met <strong>de</strong> dovengemeenschap<br />

over toepassing van Cl<br />

bij kin<strong>de</strong>ren.<br />

Natuurlijk moet dit alles gezien wor<strong>de</strong>n<br />

tegen <strong>de</strong> achtergrond van het<br />

overheidsbeleid, dat op samenwerking<br />

tussen organisaties aandringt.<br />

Wellicht speelt ook <strong>de</strong> erkenning van<br />

allen die bij <strong>de</strong> opvoeding van het<br />

dove kind betrokken zijn, dat vele<br />

dove kin<strong>de</strong>ren in psychische nood<br />

verkeren en op het gebied van het<br />

schoolse leren, met name op dat van<br />

het lezen, een ernstige achterstand<br />

blijven hou<strong>de</strong>n, een rol. Dit ondanks<br />

het feit dat sinds jaren <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijssituatie<br />

van het dove kind in<br />

Ne<strong>de</strong>rland uiterst gunstig genoemd<br />

mag wor<strong>de</strong>n. De tegenvallen<strong>de</strong> resultaten<br />

van TC, dat vaak zon<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>gen<br />

voorbereiding geïntroduceerd<br />

werd, hebben velen ervan weerhou<strong>de</strong>n<br />

om zon<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>gen studie tweetalige<br />

opvoeding van dove kin<strong>de</strong>ren


te introduceren.<br />

Op verschillen<strong>de</strong> plaatsen wordt met<br />

grote zorgvuldigheid op kleine schaal<br />

geëxperimenteerd hoe tweetalige<br />

opvoeding gestalte kan wor<strong>de</strong>n gegeven.<br />

In <strong>de</strong>ze sfeer is het begrijpelijk<br />

dat er gebruik wordt gemaakt van<br />

collegiale advisering en on<strong>de</strong>rsteuning.<br />

Scholen voor dove kin<strong>de</strong>ren zetten<br />

ook in op tweetalig on<strong>de</strong>rwijs,<br />

omdat ze voor <strong>de</strong> betrokken dove<br />

kin<strong>de</strong>ren meer on<strong>de</strong>rwijssucces<br />

verwachten, dan haalbaar geacht<br />

wordt via eentalig on<strong>de</strong>rwijs.<br />

Bij het bestu<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> plaats die<br />

een tweetalig aanbod zou kunnen<br />

spelen in <strong>de</strong> opvoeding van het dove<br />

kind is het goed dat men zich niet laat<br />

aflei<strong>de</strong>n door een groot aantal praktische<br />

problemen, die zich bij <strong>de</strong> invoering<br />

van een <strong>de</strong>rgelijke on<strong>de</strong>rwijsvorm<br />

ongetwijfeld zullen voordoen.<br />

Zuivere bilinguale opvoeding vraagt<br />

om een geschei<strong>de</strong>n aanbod van gebaren-<br />

en van gesproken taal. De context<br />

waarin dit gebeurt moet on<strong>de</strong>rling<br />

verschillen, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> bron,<br />

respectievelijk een persoon die doof is<br />

dan wel horend. In <strong>de</strong> praktijk zal<br />

echter gel<strong>de</strong>n dat er vaak sprake is<br />

van een bi-modaal (en niet een bilinguaal)<br />

aanbod. Opvoe<strong>de</strong>rs zullen<br />

bewust of onbewust terwijl ze gebaren<br />

spreken en terwijl ze spreken<br />

(natuurlijke) gebaren gebruiken. Ook<br />

bij optimaal geschei<strong>de</strong>n situaties weet<br />

men niet tot welke taal het kind zich<br />

het sterkst aangetrokken voelt.<br />

Theoretisch blijft het nochtans<br />

belangrijk uit te gaan van <strong>de</strong> meest<br />

i<strong>de</strong>ale situatie, 'the Best Practice',<br />

zoals dit genoemd wordt. In dit<br />

opzicht is <strong>de</strong> mening van <strong>de</strong> Deense<br />

on<strong>de</strong>rzoekster Skutnabb-Kangas (1994)<br />

het dui<strong>de</strong>lijkst. Zij vindt dat scholen<br />

voor doven alleen een 'good job' doen<br />

als ze hun leerlingen zover brengen<br />

dat ze <strong>de</strong> hoogste vaardigheid bezitten<br />

in bei<strong>de</strong> talen en zich hiermee<br />

positief i<strong>de</strong>ntificeren. Dit laatste kan<br />

echter alleen maar gebeuren wanneer<br />

CONSEQUENTIES VAN TWEETALIG DOVEN-ONDERWIJS<br />

<strong>de</strong> opvoe<strong>de</strong>rs een positieve houding<br />

met betrekking tot bei<strong>de</strong> talen allereerst<br />

zelf uitstralen en op die manier<br />

ook op hun leerlingen overbrengen.<br />

Dit geldt voor horen<strong>de</strong> leraren én<br />

voor <strong>de</strong> dove leraar met betrekking<br />

tot bei<strong>de</strong> talen. Wat <strong>de</strong> horen<strong>de</strong><br />

opvoe<strong>de</strong>rs betreft merken Schein en<br />

Stewart (1995) met een gevoel voor<br />

'un<strong>de</strong>rstatement' op, dat <strong>de</strong>ze soms<br />

wat 'overenthousiast' waren voor <strong>de</strong><br />

gesproken taal en daarom gebarentaal<br />

negeer<strong>de</strong>n. Dit werd vaak, aldus<br />

bei<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekers, nog versterkt<br />

door het wetenschappelijk onbewezen<br />

i<strong>de</strong>e" dat bij velen leeft 'that<br />

learning sign will interfere with the<br />

<strong>de</strong>velopment of speech' (p. 160).<br />

Dergelijke misverstan<strong>de</strong>n zijn ook<br />

aangetroffen bij le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> dovengemeenschap<br />

ten aanzien van<br />

het gebruik van hoorapparatuur.<br />

Sommige le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Deaf<br />

Community, zoals beschreven,<br />

menen dat 'use of hearing aids exclu<strong>de</strong><br />

their use of ASL' (Schein &<br />

Stewart, p. 163) en dit geldt ipso facto<br />

ook voor CI.<br />

Wil men tweetalige opvoeding kansen<br />

geven, dan moeten <strong>de</strong>rgelijke<br />

onvoldoen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzochte i<strong>de</strong>eën, die<br />

soms het karakter hebben van vooroor<strong>de</strong>len,<br />

uit <strong>de</strong> weg geruimd wor<strong>de</strong>n.<br />

Deze zijn vaak diep in het<br />

(beroeps-)bestaan van betrokkenen<br />

verankerd. Voor <strong>de</strong> horen<strong>de</strong> opvoe<strong>de</strong>r<br />

van dove kin<strong>de</strong>ren, die gewend<br />

was te <strong>de</strong>nken in termen van gehandicapt<br />

zijn van zijn pupillen, zichzelf<br />

zien<strong>de</strong> in <strong>de</strong> rol van beschermer,<br />

zorg- of hulpverlener die het beste<br />

hun behoeften wist te <strong>de</strong>finiëren, is<br />

in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> notie dat dove kin<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> potentie hebben tot <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

van een volwaardige gebarentaal,<br />

een soort 'Umwertung aller<br />

Werten'. Dit gaat uiteraard niet zon<strong>de</strong>r<br />

slag of stoot. Zo is uit Amerikaans<br />

on<strong>de</strong>rzoek dat <strong>de</strong> overgang van een<br />

aantal orale programma's naar een<br />

TC-opvatting beschrijft, dui<strong>de</strong>lijk<br />

gewor<strong>de</strong>n dat veran<strong>de</strong>ringen in<br />

pedagogische filosofie kunnen lei<strong>de</strong>n<br />

tot 'burn-out'- verschijnselen bij <strong>de</strong><br />

opvoe<strong>de</strong>rs. Binnen <strong>de</strong> opvatting van<br />

'the Best Practice' is een organisatorisch<br />

mo<strong>de</strong>l inbegrepen, dat gebaseerd<br />

is op innovatietechnieken, die<br />

stapsgewijs wor<strong>de</strong>n uitgevoerd.<br />

'Planning of change' noemt men dit in<br />

organisatie-termen. Binnen het<br />

Instituut voor Doven wordt dit uitgewerkt<br />

in een 3-traps mo<strong>de</strong>l van stuurgroep,<br />

NGT-coördinatoren en praktische<br />

training van me<strong>de</strong>werkers en<br />

ou<strong>de</strong>rs door gekwalificeer<strong>de</strong> gebareninstructeurs.<br />

Het geheel wordt<br />

on<strong>de</strong>rsteund door longitudinaal evaluatie-on<strong>de</strong>rzoek.<br />

2. De kritische perio<strong>de</strong><br />

In <strong>de</strong> orthopedagogische praktijk kan<br />

men vaststellen dat in geval van complexe<br />

problematiek nogal eens <strong>de</strong> neiging<br />

bestaat beslissingen uit te stellen.<br />

Men kan <strong>de</strong>ze situatie ook aantreffen<br />

tij<strong>de</strong>ns het ontwikkelingstraject<br />

van het jonge dove kind. Op een<br />

bepaald moment kan zich <strong>de</strong> vraag<br />

aandienen op welke wijze het taalaanbod<br />

gestalte gegeven moet wor<strong>de</strong>n:<br />

oraal, visueel-manueel of bei<strong>de</strong>?<br />

Uitstel van <strong>de</strong> beslissing kan lei<strong>de</strong>n<br />

tot vertraging in <strong>de</strong> (gebaren) taalspraakontwikkeling<br />

respectievelijk in<br />

het leren gebruik te maken van het<br />

rest-gehoor, die niet geheel meer te<br />

herstellen is. Deze laatste stelling<br />

wordt on<strong>de</strong>rsteund door recente<br />

publikaties over <strong>de</strong> kritische perio<strong>de</strong>.<br />

Vooral met betrekking tot het leren<br />

van gebarentaal zijn een aantal gegevens<br />

bekend die het belang van een<br />

systematisch aanbod in een bepaal<strong>de</strong><br />

ontwikkelingsperio<strong>de</strong> bevestigen.<br />

Aangezien <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> waarin een<br />

doof kind gebarentaal systematisch<br />

wordt aangebo<strong>de</strong>n zo verschillend is<br />

(dove kin<strong>de</strong>ren van dove ou<strong>de</strong>rs in<br />

<strong>de</strong> vroege kin<strong>de</strong>rtijd, tot oraal opgevoe<strong>de</strong><br />

dove personen bij het intre<strong>de</strong>n<br />

als volwassenen in <strong>de</strong> dovengemeenschap)<br />

is het mogelijk na te gaan of<br />

het tijdstip van aanbieding effect<br />

heeft op <strong>de</strong> taalvaardigheid. Uit verschillen<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoekingen naar <strong>de</strong><br />

kwaliteit van gebarentaalgebruik<br />

door dove volwassenen bleek, dat het<br />

tijdstip van eerste aanbieding belang-<br />

VHZ • jmigang 36 nummer 4 - <strong>de</strong>cembei 1996


H. KINOORS, J.V. DIJK<br />

rijker is voor een goed gebruik van <strong>de</strong><br />

morfosyntaxis van <strong>de</strong> gebarentaal<br />

dan <strong>de</strong> duur van <strong>de</strong> gebarentaalscholing<br />

(Mayberry, 1993).<br />

Een door Mayberry ontworpen predictiemo<strong>de</strong>l<br />

laat zien dat het gebarentaalgebruik<br />

in morfosyntactisch<br />

opzicht het meest accuraat is wanneer<br />

het aanbod heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n in<br />

<strong>de</strong> leeftijdsperio<strong>de</strong> van 0-3 jaar. Er is<br />

een gelijkmatige daling van gebarentaalvaardigheid<br />

tot <strong>de</strong> leeftijdsperio<strong>de</strong><br />

van 9-13 jaar. Deze bevindingen<br />

dui<strong>de</strong>n ook op het bestaan van een<br />

dui<strong>de</strong>lijke kritische perio<strong>de</strong> voor het<br />

leren van gebarentaal. Dezelf<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoekster suggereert dat <strong>de</strong> leeftijdsmarge<br />

waarin gesproken taal nog<br />

effectief geleerd kan wor<strong>de</strong>n wat ruimer<br />

zou zijn dan die voor het leren<br />

van gebarentaal. Dit geldt evenwel<br />

voor horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren.<br />

Wat het spreken leren van dove kin<strong>de</strong>ren<br />

betreft, inclusief het effectief<br />

gebruik maken van het restgehoor, is<br />

nog weinig bekend over het al of niet<br />

bestaan van een kritische perio<strong>de</strong>,<br />

alhoewel <strong>de</strong>ze wel wordt gesuggereerd<br />

(Johnson & Newport, 1989).<br />

Personen met veel ervaring in het<br />

spreken leren van dove kin<strong>de</strong>ren hebben<br />

<strong>de</strong> indruk dat <strong>de</strong> kwaliteit van<br />

orale vaardighe<strong>de</strong>n zeker samenhangt<br />

met <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> waarin een systematisch<br />

aanbod heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n<br />

(Broesterhuizen, persoonlijke<br />

—<br />

Omdat <strong>de</strong> meeste dove kin<strong>de</strong>ren<br />

horen<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs hebben, die vrijwel<br />

nooit reeds bij <strong>de</strong> geboorte van hun<br />

kind weten dat het doof is en die in<br />

ie<strong>de</strong>r geval tijd nodig hebben om<br />

gebaren of gebarentaal te kunnen<br />

gebruiken op een niveau dat <strong>de</strong><br />

primaire taalverwerving van hun<br />

kind daadwerkelijk vooruit helpt,<br />

verkeren ze ten opzichte van<br />

kin<strong>de</strong>ren voor wie gebarentaal echt<br />

<strong>de</strong> moe<strong>de</strong>rtaal is (<strong>de</strong> meeste dove<br />

kin<strong>de</strong>ren met dove ou<strong>de</strong>rs) toch in<br />

een zekere achterstandsituatie. Zo'n<br />

situatie vraagt om gerichte<br />

interventie.<br />

VHZ-jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996<br />

communicatie). Interessant is <strong>de</strong><br />

opvatting van Johnson & Newport<br />

over <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong> kritische perio<strong>de</strong>.<br />

Zij spreken over <strong>de</strong> 'less is more'theorie<br />

(1989). Zij werken <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e uit<br />

dat <strong>de</strong> beperkte (geheugen-)capaciteit<br />

van jonge kin<strong>de</strong>ren een voor<strong>de</strong>el is<br />

voor bijvoorbeeld het analyseren (en<br />

repeteren) van (gebaren-) taai-elementen.<br />

Ook vanuit neurofysiologische<br />

zij<strong>de</strong> komt er steun voor <strong>de</strong><br />

gevoelige perio<strong>de</strong> voor het leren van<br />

gebarentaal. Door <strong>de</strong> neurologische<br />

beeldvormen<strong>de</strong> technieken is het<br />

thans mogelijk om <strong>de</strong> neurale activiteiten<br />

zichtbaar te maken bij een persoon<br />

die spreekt, spraakafziet, gebaren<br />

percipieert of leest. In recente studies<br />

wordt hiervan gebruik gemaakt.<br />

On<strong>de</strong>rzoek maakt het aannemelijk<br />

dat gebrek aan vroege auditieve stimulatie<br />

en niet het vroege leren van<br />

gebarentaal tot een verhoog<strong>de</strong> activiteit<br />

van <strong>de</strong> rechterhemisfeer leidt.<br />

Neville (1991) gaat nog ver<strong>de</strong>r door<br />

op grond van haar on<strong>de</strong>rzoek te stellen<br />

dat ten gevolge van ernstige auditieve<br />

<strong>de</strong>privatie een ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong><br />

auditieve cortex wordt overgenomen<br />

door <strong>de</strong> visuele cortex.<br />

In welke mate <strong>de</strong> 'reorganisatie'<br />

geschiedt is zeer afhankelijk van <strong>de</strong><br />

auditieve status van het kind en het<br />

tijdstip waarop het kind doof werd en<br />

mogelijk ook van <strong>de</strong> aanleg. Het is<br />

plausibel dat <strong>de</strong>ze verschillen een bijdrage<br />

leveren voor <strong>de</strong> verklaring<br />

waarom sommige dove kin<strong>de</strong>ren<br />

zowel efficiënte gebarentaalgebruikers<br />

zijn en goe<strong>de</strong> sprekers en liplezers,<br />

terwijl bij an<strong>de</strong>ren een bepaal<strong>de</strong><br />

modaliteit overheerst.<br />

Op grond van <strong>de</strong>ze eerste biologische<br />

gegevens en <strong>de</strong> resultaten van het<br />

on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> 'kritische perio<strong>de</strong>'<br />

lijkt het belangrijk dat 'the Best<br />

Practice' bij een jong kind waar men<br />

een ernstige auditieve beperking<br />

vaststelt en dat niet goed toegankelijk<br />

is voor gesproken taal (het ene hoeft<br />

het an<strong>de</strong>re niet uit te sluiten), is, dat<br />

men <strong>de</strong> beslissing van een gelijktijdig<br />

aanbod van gebarentaal en stimulatie<br />

van het auditieve systeem niet voor<br />

zich uitschuift.<br />

3. Taalvaardigheid in tweetalig perspectief<br />

Ie<strong>de</strong>r opvoedings- en on<strong>de</strong>rwijsmo<strong>de</strong>l<br />

vraagt om een na<strong>de</strong>re uitwerking,<br />

wil het in <strong>de</strong> dagelijkse praktijk lei<strong>de</strong>n<br />

tot <strong>de</strong> resultaten die men bij<br />

adoptie van het mo<strong>de</strong>l verwacht. Dat<br />

geldt ook voor een tweetalig opvoedings-<br />

en on<strong>de</strong>rwijsmo<strong>de</strong>l, waarin<br />

men vanaf het allereerste begin<br />

opteert voor een parallel aanbod van<br />

het Ne<strong>de</strong>rlands en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal. De omschakeling naar<br />

een <strong>de</strong>rgelijk mo<strong>de</strong>l van tweetalig<br />

on<strong>de</strong>rwijs aan dove kin<strong>de</strong>ren vergt<br />

een enorme inspanning. Een operatie<br />

van <strong>de</strong>ze omvang wordt natuurlijk<br />

niet uitsluitend gestart, omdat verwacht<br />

wordt dat dove kin<strong>de</strong>ren met<br />

behulp van gebarentaal beter gaan<br />

communiceren. Scholen voor dove<br />

kin<strong>de</strong>ren zetten ook in op tweetalig<br />

on<strong>de</strong>rwijs, omdat ze voor <strong>de</strong> betrokken<br />

dove kin<strong>de</strong>ren meer on<strong>de</strong>rwijssucces<br />

verwachten, dan haalbaar<br />

geacht wordt via eentalig on<strong>de</strong>rwijs.<br />

Een van <strong>de</strong> factoren die bepalend zijn<br />

voor on<strong>de</strong>rwijssucces is <strong>de</strong> taalvaardigheid.<br />

Taalvaardigheid is een complex<br />

begrip. De Cana<strong>de</strong>es Cummins<br />

(1984) on<strong>de</strong>rscheidt hieraan twee<br />

dimensies, door <strong>de</strong> Amsterdamse<br />

psycholinguist Appel benoemd<br />

als Algemeen-Dagelijkse Taalvaardigheid<br />

en Cognitief-Schoolse<br />

Taalvaardigheid. On<strong>de</strong>r Algemeen-<br />

Dagelijkse Taalvaardigheid wordt<br />

verstaan <strong>de</strong> vaardigheid in taal die<br />

nodig is om in het leven van alledag<br />

met an<strong>de</strong>ren te kunnen communiceren.<br />

Woor<strong>de</strong>n kennen, over een grote<br />

gebarenschat beschikken, weten hoe<br />

<strong>de</strong> uitspraak van woor<strong>de</strong>n is of hoe<br />

gebaren geproduceerd moeten wor<strong>de</strong>n,<br />

<strong>de</strong> grammatica van een taal<br />

beheersen, gespreksregels kennen,<br />

allemaal voor a<strong>de</strong>quate dagelijkse<br />

communicatie noodzakelijke aspecten.<br />

Cognitief-Schoolse Taalvaardigheid<br />

omvat meer. Hieron<strong>de</strong>r wordt<br />

verstaan het kunnen gebruiken van<br />

taal voor taken die voor een belangrijk<br />

<strong>de</strong>el aan on<strong>de</strong>rwijssituaties<br />

gekoppeld zijn: het kunnen volgen


van <strong>de</strong> instructie van een leerkracht,<br />

het kunnen geven van <strong>de</strong>finities, het<br />

kunnen noemen van overeenkomsten<br />

en verschillen, voor- en na<strong>de</strong>len, kenmerken<br />

en categorieën, het kunnen<br />

hou<strong>de</strong>n van een spreekbeurt of het<br />

kunnen schrijven van een opstel of<br />

artikel. Taken die groten<strong>de</strong>els contextueel<br />

gereduceerd zijn: taal moet<br />

gebruikt wor<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r dat er veel<br />

aanknopingspunten zijn om die taal<br />

aan gebeurtenissen of personen te<br />

koppelen die in het hier-en-nu aanwezig<br />

zijn, die dus <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijke<br />

context voor taalgebruik kunnen vormen.<br />

Kin<strong>de</strong>ren die twee talen aangebo<strong>de</strong>n<br />

krijgen moeten uitein<strong>de</strong>lijk in bei<strong>de</strong><br />

talen vaardig wor<strong>de</strong>n. Dit zegt echter<br />

nog niets over het niveau van taalvaardigheid<br />

dat bereikt zou moeten<br />

wor<strong>de</strong>n. Voor tweetalig on<strong>de</strong>rwijs<br />

aan dove kin<strong>de</strong>ren lijkt het reëel<br />

ervan uit te gaan dat <strong>de</strong> uitein<strong>de</strong>lijke<br />

vaardigheid in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal <strong>de</strong> vaardigheid in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands zal overtreffen. De vaardigheid<br />

in bei<strong>de</strong> talen zal dove kin<strong>de</strong>ren<br />

in staat moeten stellen onafhankelijk<br />

te functioneren in alle levenssituaties<br />

waarin het gebruik van een van<br />

<strong>de</strong> bei<strong>de</strong> talen vereist is.<br />

<strong>4.</strong> Didactiek voor <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal: aandachtspunten<br />

Om dove kin<strong>de</strong>ren zo ver te brengen<br />

is het van belang dat on<strong>de</strong>rwijsgeven<strong>de</strong>n<br />

hun werk doen vanuit een positieve<br />

attitu<strong>de</strong> ten opzichte van bei<strong>de</strong><br />

talen en ten opzichte van <strong>de</strong> gebruikers<br />

ervan, of dat nu volwassenen<br />

zijn of kin<strong>de</strong>ren. Een goed on<strong>de</strong>rbouwd<br />

mo<strong>de</strong>l van aanbod van bei<strong>de</strong><br />

talen is evenzeer van belang.<br />

Daarnaast is het noodzakelijk om een<br />

a<strong>de</strong>quate didactiek en methodiek te<br />

ontwikkelen en hanteren.Voor het<br />

on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal betekent dit on<strong>de</strong>r meer<br />

het volgen<strong>de</strong>.<br />

Deze gebarentaal is voor dove kin<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> sterkste taal, want het is <strong>de</strong><br />

meest toegankelijke. Het is hun natieve<br />

taal, <strong>de</strong> taal waarin ze zich van<br />

CONSEQUENTIES VAN TWEETALIG DOVEN-ONDERWIJS<br />

nature het beste kunnen uitdrukken,<br />

<strong>de</strong> taal ook waarin ze <strong>de</strong> wereld om<br />

hen heen het beste kunnen begrijpen.<br />

Gebruik van <strong>de</strong>ze taal in communicatieve<br />

situaties moet ertoe kunnen lei<strong>de</strong>n<br />

dat dove kin<strong>de</strong>ren welhaast spelen<strong>de</strong>rwijs<br />

komen tot een aanzienlijke<br />

algemeen-dagelijkse gebarentaalvaardigheid,<br />

net zoals dat gebeurt bij<br />

kin<strong>de</strong>ren voor wie bijvoorbeeld het<br />

gesproken Ne<strong>de</strong>rlands <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>rtaal<br />

is. Ie<strong>de</strong>re gebarentaalvaardigheid die<br />

kin<strong>de</strong>ren al in <strong>de</strong> voorschoolse perio<strong>de</strong><br />

verworven hebben, is meer dan<br />

meegenomen. Het Rotterdamse<br />

tweetaligheidsproject (<strong>Knoors</strong> &<br />

Fortgens, 1995) leert dat, wat betreft<br />

<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal dié kin<strong>de</strong>ren<br />

het meest van het on<strong>de</strong>rwijsaanbod<br />

profiteren, die al met enige<br />

bagage <strong>de</strong> school betra<strong>de</strong>n. Toch volstaat<br />

ongericht aanbod in communicatieve<br />

situaties niet. Omdat <strong>de</strong> meeste<br />

dove kin<strong>de</strong>ren horen<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs<br />

hebben, die vrijwel nooit reeds bij <strong>de</strong><br />

geboorte van hun kind weten dat het<br />

doof is en die in ie<strong>de</strong>r geval tijd nodig<br />

hebben om gebaren of gebarentaal te<br />

kunnen gebruiken op een niveau dat<br />

<strong>de</strong> primaire taalverwerving van hun<br />

kind daadwerkelijk vooruit helpt,<br />

verkeren ze ten opzichte van kin<strong>de</strong>ren<br />

voor wie gebarentaal echt <strong>de</strong><br />

moe<strong>de</strong>rtaal is (<strong>de</strong> meeste dove kin<strong>de</strong>ren<br />

met dove ou<strong>de</strong>rs) toch in een<br />

zekere achterstandsituatie. Zo'n situatie<br />

vraagt om gerichte interventie.<br />

Daarnaast moet ook gewerkt wor<strong>de</strong>n<br />

aan cognitief-schoolse vaardigheid in<br />

gebarentaal. Ook dit vraagt om doelgericht,<br />

bewust opgezet gebarentaalon<strong>de</strong>rwijs.<br />

On<strong>de</strong>rwijs dat in ie<strong>de</strong>r<br />

geval <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> componenten zou<br />

moeten omvatten:<br />

•Al vanaf jonge leeftijd, dus ook in <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rbouw, gericht en systematisch<br />

aandacht beste<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> uitbouw<br />

van <strong>de</strong> gebarenschat. Thematisch<br />

werken verdient hierbij <strong>de</strong> voorkeur,<br />

omdat het een groot aanbod van<br />

gebaren in veel verschillen<strong>de</strong> contexten<br />

mogelijk maakt. Dit kan er niet<br />

alleen toe lei<strong>de</strong>n dat kin<strong>de</strong>ren van<br />

gebaren <strong>de</strong> oppervlakkige betekenis<br />

leren kennen, dus dat het gebaar<br />

'APPEL' verwijst naar een specifiek<br />

object, maar ook dat ze zich <strong>de</strong> diepere<br />

betekenisaspecten gelei<strong>de</strong>lijk eigen<br />

kunnen maken: waarvoor een appel<br />

dient, tot welke categorie objecten het<br />

behoort en uit welke <strong>de</strong>len een appel<br />

is samensteld. Het is met name <strong>de</strong>ze<br />

diepe gebaarkennis die nauw gerelateerd<br />

is aan het succesvol doorlopen<br />

van taal- en wereldoriëntatie-on<strong>de</strong>rwijs.<br />

Diepe gebaarkennis vormt <strong>de</strong><br />

brug naar aspecten van cognitiefschoolse<br />

taalvaardigheid, zoals het<br />

geven van een <strong>de</strong>finitie van een<br />

gebaar. Om <strong>de</strong> gebaren te laten beklijven,<br />

is veel herhaling nodig, liefst in<br />

gevarieer<strong>de</strong>, speelse werkvormen.<br />

•Het inrichten van communicatieve<br />

situaties, zoals bijvoorbeeld het voorlezen,<br />

op een zodanige wijze dat er<br />

sprake is van doelgericht taalaanbod.<br />

Blackwell heeft er bij herhaling op<br />

gewezen dat men vaak van dove kin<strong>de</strong>ren<br />

begrip en zelfs produktie van<br />

bepaal<strong>de</strong> taalstructuren verwachten,<br />

zon<strong>de</strong>r dat daadwerkelijk voor voldoen<strong>de</strong><br />

aanbod ervan gezorgd is. Dat<br />

gaat op voor gesproken taal, het gaat<br />

net zo goed op voor gebarentaal. Het<br />

pleit voor overname van Bruners i<strong>de</strong>e<br />

om het communicatieve taalon<strong>de</strong>rwijs<br />

te structureren door steeds weer<br />

doelen te formuleren op het gebied<br />

van taalaanbod, structuurherkenning,<br />

taaibegrip en taalproduktie. De<br />

implicatie hiervan is wel dat er sprake<br />

moet zijn van een dui<strong>de</strong>lijke leerlijn,<br />

dat leerkrachten dus inzicht hebben<br />

in grammaticale structuren van<br />

een taal en <strong>de</strong> verwervingsvolgor<strong>de</strong><br />

ervan.<br />

•Het verzorgen van goed taalbeschouwingson<strong>de</strong>rwijs<br />

waarin dove<br />

kin<strong>de</strong>ren aan <strong>de</strong> hand van (we<strong>de</strong>rom)<br />

een dui<strong>de</strong>lijke leerlijn en goed doordachte<br />

voorbeel<strong>de</strong>n leren te reflecteren<br />

op structurele aspecten van <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal en waarin<br />

ook aan bewustwording van verschillen<br />

tussen <strong>de</strong>ze taal en het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands gewerkt kan wor<strong>de</strong>n.<br />

•Gericht werken aan <strong>de</strong> uitbouw van<br />

cognitief-schoolse vaardigheid, on<strong>de</strong>r<br />

VHZ. jaargang 36 nummer 4 <strong>de</strong>cember 1995


meer door gebarentaal, zeker aanvankelijk,<br />

te gebruiken als voertaal bij het<br />

on<strong>de</strong>rwijs in zaakvakken (met als<br />

implicatie dat ook alle opdrachten in<br />

<strong>de</strong>ze taal gegeven moeten wor<strong>de</strong>n),<br />

maar ook door aan tekstbegrip in<br />

gebarentaal te werken.<br />

Te <strong>de</strong>nken valt aan gebarentaalteksten<br />

op vi<strong>de</strong>o, met daaropvolgend<br />

vragen en opdrachten naar aanleiding<br />

van <strong>de</strong>ze teksten, ook in gebarentaal<br />

op vi<strong>de</strong>o vastgelegd.<br />

Deze en an<strong>de</strong>re voorbeel<strong>de</strong>n maken<br />

dui<strong>de</strong>lijk dat er nog heel wat in <strong>de</strong><br />

voorwaar<strong>de</strong>lijke sfeer moet gebeuren.<br />

Gegevens over <strong>de</strong> primaire gebarentaalverwerving<br />

moeten beschikbaar<br />

komen, zodat dui<strong>de</strong>lijke leerlijnen<br />

opgesteld kunnen wor<strong>de</strong>n. Lopend<br />

on<strong>de</strong>rzoek binnen <strong>de</strong> vakgroep<br />

Algemene Taalwetenschap van <strong>de</strong><br />

Universiteit van Amsterdam is in<br />

dit ka<strong>de</strong>r van belang.<br />

De ontwikkeling van een leerlingvolgsysteem<br />

voor gebarentaal verdient<br />

aandacht, zodat planmatig<br />

on<strong>de</strong>rwijs mogelijk wordt. Dit impliceert<br />

<strong>de</strong> ontwikkeling van gebarentaaltoetsen;<br />

hieraan wordt momenteel<br />

binnen <strong>de</strong> Sectie On<strong>de</strong>rzoek &<br />

Ontwikkeling van <strong>de</strong> Koninklijke<br />

Ammanstichting aan gewerkt.<br />

Leermid<strong>de</strong>len moeten ontwikkeld<br />

wor<strong>de</strong>n, waaron<strong>de</strong>r gebarentaalteksten<br />

en -opdrachten, vastgelegd in<br />

vi<strong>de</strong>olessen. Instructievi<strong>de</strong>o's in<br />

gebarentaal voor gebruik bij het<br />

on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> zaakvakken moeten<br />

ontwikkeld wor<strong>de</strong>n. Er moet gewerkt<br />

wor<strong>de</strong>n aan computerprogramma's<br />

die ingezet kunnen wor<strong>de</strong>n bij systematisch<br />

gebarenschaton<strong>de</strong>rwijs en<br />

bij on<strong>de</strong>rwijs in taalbeschouwing.<br />

Voorwaar<strong>de</strong> is vervolgens wel dat er<br />

voldoen<strong>de</strong> hardware binnen scholen<br />

is, zodat ontwikkel<strong>de</strong> programma's<br />

ook frequent door kin<strong>de</strong>ren gebruikt<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n. En uiteraard moet<br />

scholing van dove en horen<strong>de</strong> leerkrachten<br />

aandacht hebben, zodat zij<br />

ontwikkel<strong>de</strong> didactieken en mid<strong>de</strong>len<br />

ook daadwerkelijk kunnen<br />

gebruiken. Bij <strong>de</strong>ze laatste zaken is<br />

zeker ook een rol weggelegd voor het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands Gebarencentrum.<br />

VHZ-jaargang 36 nummer 4 - <strong>de</strong>cember 1996<br />

5. Didactiek van het Ne<strong>de</strong>rlands:<br />

aandachtspunten<br />

Het on<strong>de</strong>rwijs in het Ne<strong>de</strong>rlands is<br />

eveneens verbon<strong>de</strong>n aan vroegtijdig<br />

aanbod, ook in <strong>de</strong> gesproken vorm.<br />

Goed, systematisch aanbod en vanaf<br />

<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rbouw ook ge<strong>de</strong>gen on<strong>de</strong>rwijs<br />

in <strong>de</strong> gesproken taal is van<br />

belang. Functionele hoortraining<br />

speelt hierin een belangrijke rol,<br />

evenals systematische aandacht voor<br />

het spraakafzien. Spreekon<strong>de</strong>rwijs<br />

moet niet uitgekleed wor<strong>de</strong>n tot articulatie-on<strong>de</strong>rricht,<br />

maar dient veel<br />

bre<strong>de</strong>r van opzet te zijn: logopedisch<br />

van aard, gericht op verwerving van<br />

aspecten van het gesproken<br />

Ne<strong>de</strong>rlands, waaron<strong>de</strong>r natuurlijk<br />

ook fonologische aspecten. In spreekon<strong>de</strong>rwijs<br />

moet het primaat van het<br />

zogenaamd verstaanbaar spreken nu<br />

eens ein<strong>de</strong>lijk losgelaten wor<strong>de</strong>n (zie<br />

on<strong>de</strong>r meer <strong>Knoors</strong>, 1993).<br />

Vroegtijdige communicatie in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands moet on<strong>de</strong>rstreept wor<strong>de</strong>n,<br />

al is kritiek in <strong>de</strong> richting van<br />

aanhangers van moe<strong>de</strong>rtaal- of communicatieve<br />

methodieken (Van<br />

U<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> auteurs) juist, dat het<br />

van teveel optimisme zou getuigen<br />

om te verwachten dat <strong>de</strong> meeste dove<br />

kin<strong>de</strong>ren op <strong>de</strong>ze wijze werkelijk vat<br />

krijgen op <strong>de</strong> structuurkenmerken<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands. On<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re<br />

daarvoor is doelgericht taalon<strong>de</strong>rwijs<br />

nodig. On<strong>de</strong>rwijs in gebarentaal moet<br />

gericht zijn op het bewerkstelligen<br />

van algemeen-dagelijkse taalvaardigheid.<br />

Bij dove kin<strong>de</strong>ren kan er wat<br />

betreft het Ne<strong>de</strong>rlands noodgedwongen<br />

min<strong>de</strong>r sprake zijn van verwerving,<br />

en moet <strong>de</strong>rhalve het leren meer<br />

nadruk krijgen.<br />

Men doet er in dit verband goed aan<br />

zich te oriënteren op ontwikkelingen<br />

in het on<strong>de</strong>rwijs in het Ne<strong>de</strong>rlands als<br />

twee<strong>de</strong> taal bij allochtone kin<strong>de</strong>ren,<br />

ontwikkelingen, die bijvoorbeeld uitstekend<br />

aan bod komen in het<br />

onlangs verschenen Handboek Nt2on<strong>de</strong>rwijs<br />

(Appel, Kuiken & Vermeer,<br />

1995). Kern van Nt2-on<strong>de</strong>rwijs is dat<br />

systematische uitbouw van <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nschat<br />

prioriteit moet krijgen, zelfs<br />

belangrijker is dan grammaticaon<strong>de</strong>rwijs.<br />

Appels analogie met reisbagage<br />

spreekt voor zich: wie op reis<br />

gaat met een bun<strong>de</strong>l kleren, bijeengehou<strong>de</strong>n<br />

door een simpel touwtje, is<br />

uitein<strong>de</strong>lijk beter af dan <strong>de</strong>gene die<br />

een prachtige, doch lege koffer meeneemt.<br />

De principes van goed woor<strong>de</strong>nschaton<strong>de</strong>rwijs<br />

zijn niet wezenlijk an<strong>de</strong>rs<br />

dan <strong>de</strong> in verband met gebarenschaton<strong>de</strong>rwijs<br />

geschetste principes. Wat<br />

<strong>de</strong> uitwerking betreft verdient het<br />

door Loncke gehanteer<strong>de</strong> principe<br />

van multimodaliteit aandacht<br />

(Loncke, 1990). In zijn optiek is het<br />

gebaar <strong>de</strong> motor van <strong>de</strong> taalontwikkeling<br />

van een doof kind. In het mentaal<br />

lexicon moet dit gebaar <strong>de</strong> zwakkere<br />

symbolische representaties,<br />

vooral geassocieerd met gesproken<br />

taal, oproepen. Het gebaar verschaft<br />

toegang tot het woordbeeld, tot <strong>de</strong><br />

articulatorische representatie, tot<br />

eventuele akoestische sporen van het<br />

woord. In on<strong>de</strong>rwijskundige zin betekent<br />

dit dat van meet af aan in het<br />

woor<strong>de</strong>nschaton<strong>de</strong>rwijs getracht<br />

moet wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> representaties<br />

van een gesproken woord<br />

als het ware te enten op het in betekenis<br />

zoveel mogelijk overeenkomen<strong>de</strong><br />

gebaar. Hier ligt een dui<strong>de</strong>lijke functie<br />

voor een vorm van Ne<strong>de</strong>rlandsmet-Gebaren.<br />

Is er dan geen sprake<br />

van taaivermenging? In zekere zin<br />

wel, zij het met een dui<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rwijskundig<br />

doel en gekoppeld aan<br />

een specifieke on<strong>de</strong>rwijskundige situatie.<br />

Hierbij moet bovendien bedacht<br />

wor<strong>de</strong>n dat ook in tweetalige situaties<br />

met horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> talen<br />

niet altijd volledig strikt wor<strong>de</strong>n<br />

geschei<strong>de</strong>n. Het lijkt erop dat kin<strong>de</strong>ren,<br />

wat betreft taaischeiding, re<strong>de</strong>lijk<br />

robuust zijn, zolang vermenging geen<br />

regel wordt, maar functionele uitzon<strong>de</strong>ring<br />

blijft. On<strong>de</strong>rzoek naar taaischeiding<br />

bij dove kin<strong>de</strong>ren geeft<br />

vooralsnog geen aanleiding om aan<br />

<strong>de</strong>ze robuustheid te twijfelen.<br />

Bovendien leren <strong>de</strong> eerste resultaten<br />

van het Rotterdamse tweetaligheidsproject<br />

ons ook dat als we het principe<br />

van multimodaliteit consequent


toepassen in het woor<strong>de</strong>nschaton<strong>de</strong>rwijs<br />

en tegelijkertijd dit on<strong>de</strong>rwijs<br />

doelgericht aanpakken, waarbij<br />

ook reeds bij kleuters in kleine groepjes<br />

met <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren wordt gewerkt,<br />

dit bij circa een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> van <strong>de</strong> betrokken<br />

kin<strong>de</strong>ren leidt tot een leerresultaat<br />

dat wat betreft <strong>de</strong> gericht aangebo<strong>de</strong>n<br />

woor<strong>de</strong>n niet of nauwelijks<br />

on<strong>de</strong>rdoet voor <strong>de</strong> prestaties van<br />

allochtone kin<strong>de</strong>ren van eenzelf<strong>de</strong><br />

leeftijd, die met behulp van specifieke<br />

Nt-2 metho<strong>de</strong>s on<strong>de</strong>rwezen wor<strong>de</strong>n.<br />

Eenzelf<strong>de</strong> aantal dove kin<strong>de</strong>ren heeft<br />

veel meer extra oefening nodig, willen<br />

woor<strong>de</strong>n die aangebo<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n<br />

in het gesproken Ne<strong>de</strong>rlands (met<br />

on<strong>de</strong>rsteunen<strong>de</strong> gebaren) enigermate<br />

beklijven, terwijl voor eveneens een<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong> van <strong>de</strong> betrokken kin<strong>de</strong>ren een<br />

<strong>de</strong>rgelijk aanbod niet of nauwelijks<br />

tot a<strong>de</strong>quate woor<strong>de</strong>nschat-ontwikkeling<br />

lijkt te lei<strong>de</strong>n.<br />

Hoe moet <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>nschat bij <strong>de</strong>ze laatste groep<br />

In on<strong>de</strong>rwijskundige zin betekent<br />

dit dat van meet af aan in het<br />

woor<strong>de</strong>nschaton<strong>de</strong>rwijs getracht<br />

moet wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

representaties van een gesproken<br />

woord als het ware te enten op het<br />

in betekenis zoveel mogelijk<br />

overeenkomen<strong>de</strong> gebaar.<br />

kin<strong>de</strong>ren dan gestalte krijgen? En wat<br />

moeten we met het leren van <strong>de</strong><br />

grammatica van het Ne<strong>de</strong>rlands, die<br />

weliswaar min<strong>de</strong>r prioriteit krijgt in<br />

het huidige Nt2-on<strong>de</strong>rwijs, maar<br />

natuurlijk toch wel van belang blijft?<br />

Toepassing van het schrift lijkt in dit<br />

ka<strong>de</strong>r van groot belang, waarbij op<br />

voorhand al zij opgemerkt dat on<strong>de</strong>rwijs<br />

dat moet lei<strong>de</strong>n tot het via schrift<br />

leren van het Ne<strong>de</strong>rlands iets an<strong>de</strong>rs<br />

is dan leeson<strong>de</strong>rwijs. Natuurlijk is er<br />

wel sprake van overlap en we<strong>de</strong>rzijdse<br />

beïnvloeding. Systematische<br />

opbouw van een woor<strong>de</strong>nschat van<br />

geschreven woor<strong>de</strong>n verdient aanbeveling.<br />

Voor het on<strong>de</strong>rwijzen van<br />

grammaticale principes van het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands zou on<strong>de</strong>rzocht moeten<br />

CONSEQUENTIES VAN TWEETALIG DOVEN-ONDERWIJS<br />

wor<strong>de</strong>n wat <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n zijn<br />

van gerichte, didactische toepassing<br />

van strikte gebaarsystemen, van vingerspelling<br />

dan wel van cued speech<br />

in combinatie met gebruik van het<br />

schrift. Ook het in het Nt2-on<strong>de</strong>rwijs<br />

voor dove kin<strong>de</strong>ren inbouwen van<br />

computerprogramma's die <strong>de</strong> structuur<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands visueel proberen<br />

te verdui<strong>de</strong>lijken, zoals bijvoorbeeld<br />

het door Veenker ontwikkel<strong>de</strong><br />

Ortho en Matrix verdient na<strong>de</strong>re<br />

overweging. Uitwerking van een specifieke<br />

metho<strong>de</strong> voor het inzichtelijk<br />

maken van met name <strong>de</strong> morfologie<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands aan <strong>de</strong> hand van<br />

geschreven voorbeel<strong>de</strong>n die kin<strong>de</strong>ren<br />

dwingend op betekenisvolle morfologische<br />

kenmerken oriënteren, is een<br />

ontwikkeling die ook on<strong>de</strong>rsteuning<br />

verdient.<br />

Natuurlijk moeten ook alle mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

uitgebuit wor<strong>de</strong>n die on<strong>de</strong>rwijs<br />

in gebarentaal biedt bij het leren<br />

van het Ne<strong>de</strong>rlands. Veron<strong>de</strong>rsteld<br />

mag wor<strong>de</strong>n dat het vroegtijdig verwerven<br />

van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal in ie<strong>de</strong>r geval indirect<br />

een positieve invloed heeft op het<br />

leren van het Ne<strong>de</strong>rlands als twee<strong>de</strong><br />

taal, met name omdat door vroege<br />

taalverwerving allerlei voor het leren<br />

voorwaar<strong>de</strong>lijke aspecten (cognitieve<br />

ontwikkeling, gedragsontwikkeling)<br />

gestimuleerd wor<strong>de</strong>n. Daarnaast kan<br />

er op tweeërlei wijze sprake zijn van<br />

directe beïnvloeding: op <strong>de</strong> eerste<br />

plaats doordat <strong>de</strong> voor het leren van<br />

een twee<strong>de</strong> taal noodzakelijke neurale<br />

structuren al door <strong>de</strong> eerste taalverwerving<br />

gestimuleerd zijn en op <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> plaats omdat er ten tij<strong>de</strong> van<br />

het leren van een twee<strong>de</strong> taal reeds<br />

sprake is van een gevor<strong>de</strong>r<strong>de</strong> lexicale<br />

ontwikkeling, waardoor het leren van<br />

het lexicon van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> taal relatief<br />

eenvoudiger wordt. Toch is het goed<br />

niet volledig in te zetten op het adagium<br />

dat kin<strong>de</strong>ren die een eerste taal<br />

leren ook beter geëquipeerd zijn voor<br />

het leren van een twee<strong>de</strong> taal. Het<br />

meeste profijt van een eer<strong>de</strong>r geleer<strong>de</strong><br />

taal bij het leren van een twee<strong>de</strong> taal<br />

heeft iemand namelijk als aan een<br />

aantal zeer strikte voorwaar<strong>de</strong>n is<br />

voldaan: een sterke motivatie om <strong>de</strong><br />

twee<strong>de</strong> taal te leren, veel mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

om in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> taal te communiceren<br />

en beschikken over een grote<br />

woor<strong>de</strong>nschat in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> taal. De<br />

transfer betreft bovendien voornamelijk<br />

<strong>de</strong> cognitief-schoolse taalvaardigheid.<br />

Deze transfer is het grootst,<br />

indien <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> talen over een overeenkomstig<br />

schriftsysteem beschikken.<br />

Het gaat kortom om condities<br />

waaraan in het geval van on<strong>de</strong>rwijs<br />

in het Ne<strong>de</strong>rlands en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal lang niet altijd voldaan<br />

kan wor<strong>de</strong>n.<br />

Wel kunnen kin<strong>de</strong>ren beter dan tot nu<br />

toe geïnstrueerd wor<strong>de</strong>n over <strong>de</strong><br />

eigenaardighe<strong>de</strong>n van het Ne<strong>de</strong>rlands,<br />

omdat <strong>de</strong> instructietaal, <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal, toegankelijk<br />

is. Bovendien kunnen kin<strong>de</strong>ren<br />

beter georiënteerd wor<strong>de</strong>n op specifieke<br />

kenmerken van het Ne<strong>de</strong>rlands,<br />

omdat <strong>de</strong>ze vergeleken kunnen wor<strong>de</strong>n<br />

met kenmerken van <strong>de</strong> gebarentaal.<br />

Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n, winst is<br />

vooral op metalinguïstisch gebied te<br />

boeken. Ervaringen met OET-on<strong>de</strong>rwijs<br />

aan Turkse en Marokkaanse kin<strong>de</strong>ren<br />

tonen aan ciat om <strong>de</strong>ze winst<br />

ook daadwerkelijk te kunnen innen,<br />

het on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

Gebarentaal en in het Ne<strong>de</strong>rlands<br />

heel nauw op elkaar afgestemd moeten<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

6. Methodische aspecten<br />

Een effectieve didactiek maakt<br />

gebruik van a<strong>de</strong>quate metho<strong>de</strong>s, die<br />

zo nodig aangepast kunnen wor<strong>de</strong>n.<br />

De situatie die lang typerend is<br />

geweest voor het dovenon<strong>de</strong>rwijs -<br />

leerkrachten die noodgedwongen<br />

zelf al hun inventiviteit aanwen<strong>de</strong>n<br />

om eigen metho<strong>de</strong>tjes te maken door<br />

mid<strong>de</strong>l van enorm veel kopieerwerkis<br />

ongewenst. Het is een ineffectieve<br />

werkwijze, die lang niet altijd tot<br />

<strong>de</strong> gewenste eindprodukten leidt,<br />

omdat leerkrachten nu eenmaal<br />

geen metho<strong>de</strong>-ontwikkelaars zijn.<br />

Bovendien gaat <strong>de</strong> vele tijd die leerkrachten<br />

moeten investeren in het<br />

maken van een eigen metho<strong>de</strong> ten<br />

VHZ.jaargang 36 nummer 4 <strong>de</strong>cember 1996


If. KNOORS, J.V. DIJK<br />

koste van datgene waarin men gespecialiseerd<br />

is, namelijk goed on<strong>de</strong>rwijs<br />

geven.<br />

Er moeten dus bruikbare metho<strong>de</strong>s<br />

komen. Een procedure waarbij in<br />

voorkomen<strong>de</strong> gevallen eerst verkend<br />

wordt welke bruikbare metho<strong>de</strong>s<br />

voorhan<strong>de</strong>n zijn in het regulier<br />

on<strong>de</strong>rwijs, en waarbij bij negatief<br />

resultaat <strong>de</strong> scholen gezamenlijk<br />

investeren in <strong>de</strong> gewenste aanpassingen<br />

dan wel in <strong>de</strong> ontwikkeling van<br />

een nieuwe metho<strong>de</strong>, lijkt meer dan<br />

wenselijk. Dat er wel <strong>de</strong>gelijk bruikbare<br />

taal- en leesmetho<strong>de</strong>s zijn, moge<br />

on<strong>de</strong>r meer blijken uit <strong>de</strong> succesvolle<br />

invoering van Taalplan Kleuters, een<br />

metho<strong>de</strong> ter bevor<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>nschat in het Ne<strong>de</strong>rlands als<br />

twee<strong>de</strong> taal, binnen <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rbouw<br />

van het Rudolf Mees Instituut.<br />

7. On<strong>de</strong>rwijskundige inka<strong>de</strong>ring<br />

Tweetalig on<strong>de</strong>rwijs aan dove kin<strong>de</strong>ren<br />

vergt een enorme inspanning. Er<br />

moet meer in het on<strong>de</strong>rwijs gebeuren,<br />

maar wel in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tijd en liefst met<br />

betere resultaten. Dat kan alleen<br />

maar, indien er in het dovenon<strong>de</strong>rwijs<br />

meer samenhang komt, continuïteit<br />

gegaran<strong>de</strong>erd wordt en indien<br />

<strong>de</strong> effectiviteit toeneemt. Samenhang<br />

creëren in tweetalig dovenon<strong>de</strong>rwijs<br />

kan on<strong>de</strong>r meer door het on<strong>de</strong>rwijs in<br />

<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal, in het<br />

Ne<strong>de</strong>rlands en in <strong>de</strong> zaakvakken in<br />

het ka<strong>de</strong>r van een meeromvattend<br />

taalbeleid ten nauwste op elkaar af te<br />

stemmen. Dat veron<strong>de</strong>rstelt uiteraard<br />

ook een vergelijkbaar nauwe<br />

samenwerking tussen leerkrachten.<br />

Continuïteit is aanwezig, indien er<br />

sprake is van één doorlopen<strong>de</strong> leerlijn<br />

met dui<strong>de</strong>lijk geformuleer<strong>de</strong><br />

kerndoelen, liefst uitgesplitst in minimum-<br />

en streefdoelen. Effectief<br />

on<strong>de</strong>rwijs wordt gekenmerkt door<br />

factoren op schoolniveau als hoge<br />

verwachtingen over <strong>de</strong> prestaties van<br />

leerlingen, een nadruk op basisvaardighe<strong>de</strong>n,<br />

een frequente evaluatie<br />

van leerlingprestaties en een veilig en<br />

or<strong>de</strong>lijk pedagogisch klimaat. Op<br />

groepsniveau spelen factoren een rol<br />

als:<br />

VHZ-jaargang 36 nummer 4 • <strong>de</strong>cember 1996<br />

• lesgeven volgens een mo<strong>de</strong>l van<br />

directe instructie (voorkennis opha<br />

len-uitleg geven- begeleid oefenenindividuele<br />

verwerking- terugkop<br />

peling);<br />

• het realiseren van een zo groot<br />

mogelijke taakgerichte leertijd;<br />

• een doelmatig klasse-management<br />

en<br />

• a<strong>de</strong>quate signalering en begeleiding<br />

van uitvallen<strong>de</strong> leerlingen.<br />

Bestrijding van leerachterstan<strong>de</strong>n bij<br />

kin<strong>de</strong>ren levert vaak niet <strong>de</strong> gewenste<br />

effecten op. De opzienbarend<br />

positieve resultaten halverwege het<br />

acht jaar-duren<strong>de</strong> Kleinschalig<br />

Experiment Achterstandsbestrijding<br />

op een viertal basisscholen in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />

Rotterdamse wijken Feyenoord,<br />

Bloemhof en Hillesluis tonen aan dat<br />

gerichte aandacht voor <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong><br />

aspecten op groepsniveau (gekoppeld<br />

aan intensieve on<strong>de</strong>rsteuning)<br />

wel <strong>de</strong>gelijk tot blijven<strong>de</strong> resultaten<br />

leidt bij <strong>de</strong> bestrijding van on<strong>de</strong>rwijsachterstan<strong>de</strong>n.<br />

Didactische principes kunnen geformuleerd<br />

en uitgewerkt wor<strong>de</strong>n. Er<br />

kan wor<strong>de</strong>n overgegaan tot aanschaf<br />

of ontwikkeling van metho<strong>de</strong>s.<br />

Leermid<strong>de</strong>len kunnen gekocht wor<strong>de</strong>n.<br />

Hoe belangrijk dit alles ook zijn<br />

mag, uitein<strong>de</strong>lijk staat of valt het<br />

on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> klas met <strong>de</strong> prestaties<br />

van <strong>de</strong> leerkracht.<br />

Het werk van <strong>de</strong> leerkracht is van<br />

doorslaggevend belang. Het is van<br />

belang in Rotterdamse achterstandswijken.<br />

Het is evenzeer van belang in<br />

het ka<strong>de</strong>r van tweetalig dovenon<strong>de</strong>rwijs.<br />

Noot:<br />

1. In het on<strong>de</strong>rzoek van Geers &<br />

Moog (1992) blijft <strong>de</strong> spreekvaardigheid<br />

van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzochte proefpersonen<br />

met een TC-achterstand dui<strong>de</strong>lijk<br />

achter bij <strong>de</strong>genen met een orale<br />

opvoeding. De on<strong>de</strong>rzoekers voegen<br />

er echter uitdrukkelijk aan toe dat<br />

hun on<strong>de</strong>rzoeksgroep niet representatief<br />

is.<br />

Literatuur<br />

Appel, R., F.Kuiken & A. Vermeer<br />

(1995). Handboek Ne<strong>de</strong>rlands als<br />

Twee<strong>de</strong> Taal in het Basison<strong>de</strong>rwijs.<br />

Amsterdam: Meulenhoff Educatief.<br />

Cummins, J. (1984). Bilingualism<br />

and special education: Issues in<br />

assessment and pedagogy.<br />

Clevedon: Multilingual Matters Ltd.<br />

<strong>Dijk</strong>, J.P.M. (1991) Tussen bilingualisme<br />

en cochleaire implant: het spanningsveld<br />

van <strong>de</strong> dovenpedagogiek.<br />

Inaugurale re<strong>de</strong> 7 februari 1991,<br />

Katholieke Universiteit<br />

Nijmegen. Tijdschrift voor<br />

Orthopedagogiek, 30, 1991, 175-186.<br />

Geers, A.E. & Moog, J. (1992). Speech<br />

perception and production skills of<br />

hearing impaired stu<strong>de</strong>nts from oral<br />

and total communication education<br />

settings. Saint Louis (MO): Central<br />

Institute for the Deaf.<br />

Govers, J.R Nieuwe oren van <strong>de</strong> keizer.<br />

Realiteit of illusie? Psycho-sociale<br />

aspecten van cochleaire stimulatieapparatuur<br />

bij dove kin<strong>de</strong>ren en dove<br />

volwassenen. Utrecht: Bibliotheek<br />

Medische Faculteit.<br />

Johnson, J.S. & Newport, E.L. (1989)<br />

Critical period effects in second language<br />

learning: the influence of<br />

maturational state on acquisition of<br />

English as a second language.<br />

Cognitive Psychology, 21, 60-99.<br />

Johnson, R.E., Lid<strong>de</strong>ll, S.K. & Erting,<br />

C.J. (1989) Unlocking the curriculum:<br />

Principles for achieving access<br />

in <strong>de</strong>af education. Washington D.C.:<br />

Gallau<strong>de</strong>t Research Institute Working<br />

Paper 89-3.<br />

<strong>Knoors</strong>, H. (1993). Dove kin<strong>de</strong>ren en<br />

gesproken taal. In: Tijdschrift voor<br />

Logopedie en Foniatrie 65, 9, 232-<br />

239.<br />

NB. Een uitgebrei<strong>de</strong> literatuurlijst is<br />

bij <strong>de</strong> eerste auteur verkrijgbaar.


Studiedag Taaiinterventie en<br />

Ou<strong>de</strong>rbegeleiding<br />

Harry Op <strong>de</strong>n Kamp, Mgr. Hanssenschool Hoensbroek<br />

Samenvatting<br />

Het IrV ( Instituut Revalidatie Vraagstukken ) en het Audiologisch<br />

Centrum 'Hoensbroeck' te Hoensbroek organiseer<strong>de</strong>n op 27 septem­<br />

ber 1996 een studiedag, getiteld 'Taaiinterventie en<br />

Ou<strong>de</strong>rbegeleiding'. Daarbij werd me<strong>de</strong>werking verleend door <strong>de</strong><br />

Stichting Orion Roermond, NIZW Utrecht, NSDSK Amsterdam en<br />

BOSK/FOSS. De studiedag ging een over het Visite-projekt. Op<br />

<strong>de</strong>ze dag wer<strong>de</strong>n ook twee voordrachten gegeven over <strong>de</strong> Hanen<br />

Ou<strong>de</strong>rcursus en over vi<strong>de</strong>ohometraining en ou<strong>de</strong>rbegeleiding.<br />

De aanwezigen wer<strong>de</strong>n welkom<br />

geheten door dr. Hans van Balkom,<br />

direkteur van het IrV. Het IrV houdt<br />

zich o.a bezig met on<strong>de</strong>rzoek doen,<br />

en met ontwikkeling en kennisoverdracht<br />

op het gebied van revalidatie<br />

en handicap.<br />

Omdat taal- en communicatievaardighe<strong>de</strong>n<br />

zich voor een belangrijk<br />

<strong>de</strong>el ontwikkelen in gesprekken en<br />

activiteiten tussen jonge kin<strong>de</strong>ren en<br />

hun ou<strong>de</strong>rs heeft het IrV in samenwerking<br />

met het Audiologisch<br />

Centrum 'Hoensbroeck' en met<br />

me<strong>de</strong>werking van <strong>de</strong> Stichting Orion<br />

Roermond een interventieprogramma<br />

uitgewerkt en geëvalueerd. Bij dit<br />

programma, waarbij gebruik<br />

gemaakt wordt van vi<strong>de</strong>ofeedback, is<br />

sprake van directe, individuele<br />

ou<strong>de</strong>rparticipatie bij <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />

van kin<strong>de</strong>ren met specifieke problemen<br />

in <strong>de</strong> eerste taaiwerving .<br />

1. Praat dat kind nog niet ?<br />

Mevrouw Welle Donker-Gimbrèrc, lid<br />

van <strong>de</strong> BOSK/FOSS- werkgroep<br />

spraak-/ taalstoornissen gaf als eerste<br />

een inleiding over het belang van<br />

actieve ou<strong>de</strong>rparticipatie.<br />

'Alles verloopt voorspoedig, alleen<br />

dat praten....' De hulpverleners verzekeren<br />

<strong>de</strong> bezorg<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs dat er niets<br />

aan <strong>de</strong> hand is en pas tegen <strong>de</strong> tijd dat<br />

het kind naar <strong>de</strong> basisschool moet,<br />

maakt men zich plotseling zorgen en<br />

wordt <strong>de</strong> vraag gesteld: "Praat dat<br />

kind nou nog niet?". Het feit dat er nu<br />

nog steeds ou<strong>de</strong>rs zijn, die niet tijdig<br />

weten wat er aan <strong>de</strong> hand is met hun<br />

kind maakt haar boos en verdrietig<br />

tegelijk omdat er inmid<strong>de</strong>ls metho<strong>de</strong>n<br />

zijn om kin<strong>de</strong>ren met spraak-en<br />

taalproblemen vóór hun twee<strong>de</strong> jaar<br />

als zodanig te on<strong>de</strong>rkennen waardoor<br />

behan<strong>de</strong>ling en vooral ou<strong>de</strong>rbegeleiding<br />

tijdig kan starten.<br />

Mevrouw drs. T. van <strong>de</strong>r Lem van <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Stichting voor het<br />

Dove en slechthoren<strong>de</strong> Kind hield<br />

een voordracht over ou<strong>de</strong>rbegeleiding.<br />

De eerste levensjaren jaren vormen <strong>de</strong><br />

basis van waaruit <strong>de</strong> latere sociale,<br />

emotionele en verstan<strong>de</strong>lijke vaardighe<strong>de</strong>n<br />

zich kunnen ontwikkelen.<br />

Deze ontwikkeling komt tot stand in<br />

GEHOORD & GEZIEN<br />

interactie met <strong>de</strong> omgeving. De rol<br />

van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs is hierbij van groot<br />

belang. Zij moeten voortdurend<br />

afstemmen op hun kind, een proces<br />

dat gecompliceerd is bij een kind met<br />

spraak-/taalproblemen. Ou<strong>de</strong>rs moeten<br />

kunnen rekenen op hulpverlening<br />

waarbij niet uit het oog moet wor<strong>de</strong>n<br />

verloren, dat interventieprogramma's<br />

reële doelstellingen moeten hebben<br />

en dat er geen magische oplossingen<br />

zijn voor complexe problemen.<br />

Daarom wordt er van alle partijen<br />

veel inzet, motivatie en energie<br />

gevraagd.<br />

Dhr. G. Schepers van <strong>de</strong> Stichting<br />

Orion Roermond hield een lezing<br />

over 'Taal en Communicatie in zicht'.<br />

Opvoeding en taal zijn zeer nauw<br />

verweven met elkaar. Opvoe<strong>de</strong>n is<br />

een complex proces dat groten<strong>de</strong>els<br />

door communicatie en interactie<br />

geschiedt waarbij taalproblemen<br />

vaak opvoedingsproblemen veroorzaken<br />

en vice versa.<br />

Interactie wordt door mid<strong>de</strong>l van<br />

vi<strong>de</strong>o in beeld gebracht, die <strong>de</strong> positieve<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r-kind<br />

interactie uitvergroot. Ou<strong>de</strong>rs leren<br />

zichzelf waar<strong>de</strong>ren in letterlijke en<br />

figuurlijke zin.<br />

Taal en opvoeding wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong>ze<br />

manier in beeld gebracht waarna<br />

dsor positieve doelgerichte feedback<br />

'inzicht' en han<strong>de</strong>lingsmogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

ontstaan.<br />

2. De Hanen ou<strong>de</strong>rcursus<br />

Experimenten, on<strong>de</strong>rzoek, implementatie<br />

en differentiatie van <strong>de</strong><br />

Hanen Ou<strong>de</strong>rcursus in Ne<strong>de</strong>rland<br />

werd toegelicht door Mevrouw, drs. }.<br />

Rijnen van het Ne<strong>de</strong>rlands Instituut<br />

voor Zorg en Welzijn te Utrecht.<br />

Kin<strong>de</strong>ren met stoornissen in <strong>de</strong> taalontwikkeling<br />

wor<strong>de</strong>n ernstig<br />

bedreigd in hun totale ontwikkeling.<br />

VHZ • j»Mg«ig 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996


pa<br />

STUDIEDAG TAALINTERVENTIE EN OUDERBEGELEIDING<br />

De Hanen Ou<strong>de</strong>rcursus heeft tot doel<br />

het stimuleren van <strong>de</strong> communicatieve<br />

vaardighe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> taalontwikkeling<br />

van, met name, jonge kin<strong>de</strong>ren.<br />

De cursus is een vorm van begeleiding<br />

van ou<strong>de</strong>rs die kin<strong>de</strong>ren hebben<br />

met een taalontwikkelingsstoornis.<br />

Ou<strong>de</strong>rs wordt geleerd interactie- en<br />

conversatiestijlen eigen te maken, die<br />

aansluiten bij <strong>de</strong> betekenis van nonverbale<br />

en verbale uitingen van hun<br />

kind. Door <strong>de</strong> groepsgerichte aanpak<br />

vin<strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>rs steun en herkenning<br />

bij elkaar. De ontwikkeling van communicatieve<br />

vaardighe<strong>de</strong>n, alsook <strong>de</strong><br />

kwaliteit van <strong>de</strong> opvoedingsrelatie,<br />

wordt zodoen<strong>de</strong> positief beïnvloed.<br />

Na <strong>de</strong>ze inleiding gaf drs. Rijnen een<br />

overzicht van <strong>de</strong> experimenten en <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeken die ten grondslag liggen<br />

aan <strong>de</strong>ze Cana<strong>de</strong>se hulpvorm.<br />

Tenslotte lichtte ze <strong>de</strong> verspreiding,<br />

implementatie en differentiatie van<br />

<strong>de</strong> Hanen Ou<strong>de</strong>rcursus toe.<br />

Drs. ƒ. Dékelver, logopedist en spraaktaalpatholoog<br />

van het Audiologisch<br />

Centrum Hoensbroeck te Hoensbroek<br />

hield een lezing over <strong>de</strong> Hanen<br />

Ou<strong>de</strong>rcursus in <strong>de</strong> praktijk.<br />

De Hanen Ou<strong>de</strong>rcursus is een<br />

gestructureer<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rbegeleiding.<br />

De cursus bestaat uit negen groepsbijeenkomsten<br />

die afgewisseld wor<strong>de</strong>n<br />

met drie individuele huisbezoeken.<br />

In <strong>de</strong> eerste drie bijeenkomsten<br />

komen aan bod:<br />

- het volgen van <strong>de</strong> initiatieven van<br />

het kind;<br />

- het aanpassen aan het kind;<br />

- en het toevoegen van taal en<br />

ervaringen.<br />

In bijeenkomst vijf tot en met acht<br />

wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze principes concreet uitgewerkt<br />

voor spel, muziek, boeken en<br />

knutselen. De vier<strong>de</strong> en negen<strong>de</strong> bijeenkomst<br />

is bedoeld als terugblik en<br />

evaluatie van het proces dat <strong>de</strong><br />

ou<strong>de</strong>rs doorlopen hebben.<br />

Elke bijeenkomst, die tweeëneenhalf<br />

uur duurt, wordt volgens een vrij<br />

vast programma ingevuld. Het wordt<br />

afgesloten met een concreet actieplan<br />

VHZ-jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember (996<br />

nl. een gerichte opdracht om thuis uit<br />

te voeren. Informatie voor <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs<br />

wordt gegeven volgens <strong>de</strong> leercyclus:<br />

- voorberei<strong>de</strong>n van ou<strong>de</strong>rs op nieuwe<br />

informatie;<br />

- informeren over <strong>de</strong> nieuwe on<strong>de</strong>rwerpen;<br />

- oefenen op basis van <strong>de</strong> gegeven<br />

informatie en<br />

- integreren volgens <strong>de</strong> richtlijnen<br />

van het actieplan.<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> huisbezoeken vindt een<br />

vi<strong>de</strong>o-opname plaats van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rkind<br />

interactie, die tij<strong>de</strong>ns hetzelf<strong>de</strong><br />

huisbezoek met <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs wordt<br />

teruggekeken. Er wordt feedback<br />

gegeven over <strong>de</strong> opgenomen interactie.<br />

Ook tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> groepsbijeenkomsten<br />

wordt veelvuldig gebruik<br />

gemaakt van fragmenten van <strong>de</strong>ze<br />

opnamen. Tij<strong>de</strong>ns het verloop van <strong>de</strong><br />

cursus doorlopen <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs een veran<strong>de</strong>ringsproces.<br />

In dit proces vindt<br />

bewustwording plaats, ou<strong>de</strong>rs leren<br />

te analyseren en a<strong>de</strong>quaat te han<strong>de</strong>len.<br />

De Hanen Ou<strong>de</strong>rcursus biedt <strong>de</strong><br />

ou<strong>de</strong>rs naast interventie en preventie<br />

ook informatie en on<strong>de</strong>rsteuning.<br />

Deze cursus is een waar<strong>de</strong>vol on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el<br />

van liet hulpverlenings aanbod.<br />

3. Visite<br />

Dr. L. van Balkom en drs. Groeneweg-<br />

Bruckman, respectievelijk direkteur<br />

en psycholinguist van het IrV<br />

presenteer<strong>de</strong>n Visite; een behan<strong>de</strong>lings-<br />

en begeleidingsplan voor ou<strong>de</strong>rs<br />

en hun kin<strong>de</strong>ren die specifieke<br />

problemen in <strong>de</strong> eerste taalverwerving<br />

hebben.<br />

In <strong>de</strong> Visife-studie wor<strong>de</strong>n twee<br />

groepen ou<strong>de</strong>rs en hun kin<strong>de</strong>ren met<br />

specifieke problemen in <strong>de</strong> taalverwerving<br />

met elkaar vergeleken.<br />

- De proefgroep kreeg geduren<strong>de</strong><br />

twaalf weken een vorm van thuisbegeleiding,<br />

gebaseerd op <strong>de</strong> principes<br />

van vi<strong>de</strong>o-hometraining. De nadruk<br />

werd hierbij gelegd op adviezen aan<br />

ou<strong>de</strong>rs om <strong>de</strong> interactie met hun kind<br />

te verbeteren en <strong>de</strong> taal te stimuleren.<br />

- De controlegroep kreeg geen thuisbegeleiding.<br />

Bij bei<strong>de</strong> groepen wer<strong>de</strong>n bij aanvang<br />

en na afloop van <strong>de</strong> interventie taaltests<br />

afgenomen en er werd een<br />

vi<strong>de</strong>o-opname van een vrij-spel situatie<br />

van ou<strong>de</strong>r en kind gemaakt. Aan<br />

<strong>de</strong> hand hiervan werd een spontane<br />

taalanalyse uitgevoerd en vond een<br />

beoor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> interactie plaats.<br />

Klachten van ou<strong>de</strong>rs over het moeilijk<br />

hanteren van hun kind waren aan<br />

het eind van <strong>de</strong> interventie veel min<strong>de</strong>r<br />

talrijk. Ou<strong>de</strong>rs namen nu meer<br />

tijd om naar hun kind te kijken en te<br />

luisteren. De verstandhouding binnen<br />

het gezin verbeter<strong>de</strong> daardoor.<br />

De resultaten van <strong>de</strong> tests en <strong>de</strong> inter-


actiebeoor<strong>de</strong>lingen gaven dui<strong>de</strong>lijk<br />

a an dat indirecte taaitherapie en<br />

vi<strong>de</strong>o-hometraining positieve effecten<br />

hebben op <strong>de</strong> interactie tussen ou<strong>de</strong>r<br />

en kind. Bij een follow-up meting<br />

Heek dat <strong>de</strong> positieve invloed bij <strong>de</strong><br />

proefgroep bleef bestaan. Vergeleken<br />

met <strong>de</strong> proefgroep bleek <strong>de</strong> kwaliteit<br />

van <strong>de</strong> interactie bij <strong>de</strong> controlegroep<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> follow-up-meting dui<strong>de</strong>lijk<br />

slechter te zijn gewor<strong>de</strong>n.<br />

De samenwerking tussen ou<strong>de</strong>r en<br />

kind in <strong>de</strong> proefgroep werd beter en<br />

er was meer samenhang tussen <strong>de</strong><br />

uitingen en han<strong>de</strong>lingen.<br />

Op basis van <strong>de</strong> verkregen gegevens<br />

pleiten zij ervoor dat gezins- en ou<strong>de</strong>rbegeleiding<br />

voor kin<strong>de</strong>ren (met name<br />

peuters) met spraak-/ taalmoeilijkhe<strong>de</strong>n,<br />

op basis van vi<strong>de</strong>o-hometraining,<br />

op korte termijn mogelijk wordt.<br />

Mevrouw P. Hendriks, maatschappelijk<br />

Alle Taal Centraal<br />

M. <strong>de</strong> Vos-<strong>de</strong>n Otter e.a.<br />

Samenvatting<br />

STUDIEDAG TAALINTERVENTIE EN OUDERBEGELEIDING<br />

werkster Audiolo-gisch Centrum<br />

'Hoensbroeck', te Hoensbroek lichtte<br />

het Vr'sife-project-in-<strong>de</strong>-praktijk toe.<br />

Deze intensieve begeleiding duurttwaalf<br />

weken. In <strong>de</strong> oneven wekenmaakt<br />

<strong>de</strong> begeleidster een opname,<br />

die ze in <strong>de</strong> even weken met <strong>de</strong><br />

ou<strong>de</strong>rs bekijkt en bespreekt. Er wor<strong>de</strong>n<br />

dus zes opnamen gemaakt en<br />

besproken. Drie maan<strong>de</strong>n na beëindiging<br />

van <strong>de</strong> interventie vindt er nog<br />

een follow-up opname plaats en doet<br />

<strong>de</strong> begeleidster huisbezoek.<br />

<strong>4.</strong> 'De prijs is het bewijs'<br />

Tenslotte een kostenvergelijking tussen<br />

Hanen - metho<strong>de</strong> en <strong>de</strong> Visiteaanpak;<br />

afgezet tegen <strong>de</strong> reguliere<br />

logopedische aanpak door ir.<br />

J.Hendriks, audioloog, Audiologisch<br />

Centrum 'Hoens-broeck'.<br />

Het maken van een kostenvergelij­<br />

"Er is dringend behoefte aan toepassingsgericht on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

spraak-taalproblemen en nauwe samenwerking tussen wetenschap­<br />

pelijk on<strong>de</strong>rzoekers en professionals uit <strong>de</strong> praktijk". Dit stel<strong>de</strong> prof.<br />

dr. L. Verhoeven tij<strong>de</strong>ns het spraak-taalsymposium "Alle Taal<br />

Centraal" op 1 november in Veldhoven. Tij<strong>de</strong>ns dit symposium spra­<br />

ken vak<strong>de</strong>skundigen uit binnen- en buitenland over <strong>de</strong> laatste ontwik­<br />

kelingen op het gebied van <strong>de</strong> diagnostiek en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling van<br />

kin<strong>de</strong>ren en jongeren met ernstige spraak-taalproblemen. Het sympo­<br />

sium was een initiatief van Instituut Sint Marie, centrum voor auditief<br />

en communicatief gehandicapten in Eindhoven en werd georgani­<br />

seerd in samenwerking met het Instituut voor Doven (Sint-<br />

Michielsgestel), Audiologisch Centrum Eindhoven en scholen voor<br />

(voortgezet) speciaal on<strong>de</strong>rwijs De Horst. De Beem<strong>de</strong>n en Ekkersbeek<br />

te Eindhoven.<br />

king tussen verschillen<strong>de</strong> soorten<br />

behan<strong>de</strong>ling van kin<strong>de</strong>ren met een<br />

taalontwikkelingsachterstand is<br />

moeilijk. 'We kiezen voor <strong>de</strong> vergelijking<br />

van tijdsinvestering van <strong>de</strong> therapeut<br />

volgens <strong>de</strong> Hanen -metho<strong>de</strong>,<br />

<strong>de</strong> Visite-aanpak of <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />

bij <strong>de</strong> vrijgevestig<strong>de</strong> logopedist'.<br />

Het blijkt dat <strong>de</strong> Hanen-metho<strong>de</strong> en<br />

<strong>de</strong> visite-aanpak niet veel duur<strong>de</strong>r<br />

zijn dan <strong>de</strong> traditionele logopedische<br />

behan<strong>de</strong>ling.<br />

Ter afsluiting van <strong>de</strong>ze studiedag<br />

overhandig<strong>de</strong> dr. Hans van Balkom het<br />

eindverslag van het Visite-project aan<br />

W. van Minnen, directeur van <strong>de</strong><br />

Gehandicaptenraad Utrecht, die het,<br />

als afgevaardig<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Stichting<br />

Kin<strong>de</strong>rpostzegels Ne<strong>de</strong>rland in ontvangst<br />

nam.<br />

GEHOORD EN GEZIEN<br />

1. Inleiding<br />

Een groeien<strong>de</strong> groep mensen met<br />

spraak-taalproblemen (zoals dyslectici,<br />

mensen met taal- en spreekmoeilijkhe<strong>de</strong>n,<br />

doven en slechthoren<strong>de</strong>n)<br />

dreigt geïsoleerd te raken in <strong>de</strong> huidige<br />

"snelle" informatie- en communicatiemaatschappij.<br />

On<strong>de</strong>rkenning<br />

van hun problemen gebeurt vaak te<br />

laat. Uit recent on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat<br />

a<strong>de</strong>quate hulp aan kin<strong>de</strong>ren met<br />

spraak-taalproblemen gemid<strong>de</strong>ld<br />

pas an<strong>de</strong>rhalf jaar na signalering op<br />

gang komt en het totale hulpverleningstraject<br />

3 jaar in beslag neemt.<br />

Dit tijdverlies is groten<strong>de</strong>els toe te<br />

schrijven aan het ontbreken van<br />

een multidisciplinaire bena<strong>de</strong>ring bij<br />

VHZ • JMigang 36 nummer 4 • <strong>de</strong>cember 1996


GEHOORD EN GEZIEN<br />

diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling. In<br />

Ne<strong>de</strong>rland heeft 4 a 5 procent van alle<br />

kin<strong>de</strong>ren en jongeren een ernstige<br />

spraak-taalstoornis, waarbij diagnostiek<br />

en behan<strong>de</strong>ling noodzakelijk is.<br />

2. Stuurgroep<br />

Prof. dr. L. Verhoeven - behalve hoogleraar<br />

Orthopedagogiek ook me<strong>de</strong>directeur<br />

van het lan<strong>de</strong>lijk expertisecentrum<br />

Ne<strong>de</strong>rlands - benadrukte in<br />

zijn lezing het belang van vroegtijdige<br />

interventie, omdat bij jonge kin<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> hersenen nog <strong>de</strong> nodige plasticiteit<br />

vertonen. "We moeten voorkomen<br />

dat <strong>de</strong>ze kin<strong>de</strong>ren later een taaien<br />

leerachterstand oplopen". Voor<br />

een effectieve behan<strong>de</strong>ling is echter<br />

meer toegepast on<strong>de</strong>rzoek nodig. Er<br />

is momenteel nauwelijks kennis voorhan<strong>de</strong>n<br />

over <strong>de</strong> communicatie-ontwikkeling<br />

bij kin<strong>de</strong>ren." Ook pleitte<br />

Verhoeven voor meer samenwerking<br />

tussen on<strong>de</strong>rzoekers en professionals<br />

uit het veld. Een belangrijke stap in<br />

<strong>de</strong>ze richting is <strong>de</strong> onlangs opgericht<br />

stuurgroep Research & Development.<br />

In <strong>de</strong>ze stuurgroep werken zorginstituten<br />

in <strong>de</strong> regio (Instituut voor<br />

Doven, Mgr. Terwindt Stichting,<br />

Audiologisch Centrum Eindhoven en<br />

Instituut Sint Marie), on<strong>de</strong>rwijsinstellingen<br />

voor (voortgezet) speciaal<br />

on<strong>de</strong>rwijs De Horst, De Beem<strong>de</strong>n en<br />

Ekkersbeek en <strong>de</strong> cliëntenorganisaties<br />

BOSK en FOSS, scholen voor<br />

(voortgezet) speciaal on<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong><br />

Katholieke Universiteit Nijmegen<br />

samen om wetenschap en praktijk<br />

dichter bij elkaar te brengen.<br />

3. Compensatietechnieken<br />

De spraak-taalpatholoog van<br />

Instituut Marie, mevrouw E. Van<br />

Velzen, gaf in haar lezing weer dat bij<br />

<strong>de</strong> meeste kin<strong>de</strong>ren gebruik wordt<br />

gemaakt van één of meer<strong>de</strong>re vormen<br />

van on<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> communicatie,<br />

zoals voorwerpen, foto's, tekeningen,<br />

pictogrammen, geschreven taal of<br />

gebaren. On<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> communicatie<br />

wordt toegepast als het kind<br />

onvoldoen<strong>de</strong> kan communiceren<br />

(begrijpen en/of zichzelf uiten) door<br />

VHZ .jaargang 36 nummer 4 • <strong>de</strong>cember 1996<br />

mid<strong>de</strong>l van gesproken taal alleen.<br />

De psycholinguist H. van Balkom<br />

(Instituut voor Revalidatievraagstukkente<br />

Hoensbroek) houdt zich<br />

bezig met <strong>de</strong> ontwikkeling van technieken<br />

waarmee kin<strong>de</strong>ren hun communicatieproblemen<br />

kunnen compenseren,<br />

zoals gebaren, computerspraak<br />

of symbolen. Deze technieken<br />

wor<strong>de</strong>n On<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> Communicatie<br />

en Taal (OCT) genoemd. Ook<br />

van Balkom constateer<strong>de</strong> dat er nauwelijks<br />

on<strong>de</strong>rzoek is gedaan naar hoe<br />

kin<strong>de</strong>ren via OCT taalvaardiger wor<strong>de</strong>n.<br />

In samenwerking met verschillen<strong>de</strong><br />

zorginstituten is daarom het<br />

project "IMPACT" gestart; een haalbaarheidsstudie<br />

naar <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

om integraal aandacht te beste<strong>de</strong>n<br />

aan on<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> communicatie<br />

op school, binnen het zorginstituut en<br />

thuis. Van Balkom benadrukte dat<br />

ou<strong>de</strong>rs direct betrokken moeten wor<strong>de</strong>n<br />

bij <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling van hun<br />

spraak-taalgehandicapte kind. Hij<br />

heeft een effectieve methodiek voor<br />

ou<strong>de</strong>rparticipatie ontwikkeld, die<br />

gebruik maakt van vi<strong>de</strong>ofeedback.<br />

Het middagprogramma startte met<br />

een posterpresentatie, waarin allerlei<br />

scholen en on<strong>de</strong>rsteunen<strong>de</strong> instanties<br />

een beeld gaven van hun visie en<br />

werkwijze. Hier wer<strong>de</strong>n zowel formeel<br />

als informeel veel gedachten uitgewisseld.<br />

Daarna volg<strong>de</strong>n nog een tweetal<br />

lezingen over taalgebruik.<br />

<strong>4.</strong> Pragmatiek<br />

Dr. CA. Letts van <strong>de</strong> Universiteit van<br />

Reading (Engeland) hield een lezing<br />

over kin<strong>de</strong>ren met pragmatische problemen.<br />

Zij hebben problemen met <strong>de</strong><br />

uitingsvorm en reageren niet a<strong>de</strong>quaat.<br />

Ze geven te veel of te weinig<br />

informatie. Ze vragen niet op <strong>de</strong> juiste<br />

manier aandacht en hebben moeite<br />

met initiatief nemen (geven bijv.<br />

bevelen in plaats van het stellen van<br />

vragen). Ze kunnen moeilijk <strong>de</strong> ro<strong>de</strong><br />

draad in een gesprek vasthou<strong>de</strong>n en<br />

er is een slechte relatie tussen context<br />

en taalgebruik.<br />

De therapie kan bestaan uit geregu­<br />

leer<strong>de</strong> groepsgesprekken, verhalen<br />

maken, raadsels oplossen en activiteiten<br />

on<strong>de</strong>rnemen met eigen beslissingsmomenten.<br />

Daarbij dient telkens feedback te wor<strong>de</strong>n<br />

gegeven als <strong>de</strong> gelever<strong>de</strong> informatie<br />

onvoldoen<strong>de</strong> of ondui<strong>de</strong>lijk is.<br />

Prof. Dr. CE. Snow (Verenig<strong>de</strong><br />

Staten) vroeg aandacht voor verhalen<br />

vertellen en verklaringen geven als<br />

verwaarloos<strong>de</strong> aspecten van taalverwerving.<br />

On<strong>de</strong>rzoeksgegevens van een groep<br />

Amerikaanse kin<strong>de</strong>ren uit een laag<br />

sociaal milieu laten zien dat tussen<br />

vijf en zeven jaar enorme groei plaatsvindt<br />

in <strong>de</strong>ze drie linguïstische taken:<br />

woord<strong>de</strong>finities geven, een verhaal<br />

vertellen op basis van plaatjes en iets<br />

uitleggen. De groei van <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nschat<br />

van <strong>de</strong>ze groep kin<strong>de</strong>ren kan<br />

verklaard wor<strong>de</strong>n op basis van <strong>de</strong> frequentie<br />

van verhalen vertellen en verklaringen<br />

geven. Belangrijk is in <strong>de</strong><br />

optiek van Snow dat het kind <strong>de</strong><br />

voorkennis van <strong>de</strong> luisteraar moet<br />

kunnen inschatten, over voldoen<strong>de</strong><br />

taalvaardigheid moet beschikken om<br />

iets over te brengen en kennis hebben<br />

van genres.<br />

De gehele dag was tot in <strong>de</strong> perfectie<br />

georganiseerd en voorbereid.<br />

Inhou<strong>de</strong>lijk was het symposium van<br />

hoge kwaliteit.


De VeBOSS werkgroep NT2<br />

N. Katz<br />

Samenvatting<br />

In <strong>de</strong>ze bijdrage van <strong>de</strong> Werkgroep NT2 van <strong>de</strong> VeBOSS wordt een<br />

overzicht gegeven van <strong>de</strong> activiteiten in <strong>de</strong> afgelopen jaren. Daarbij<br />

komen <strong>de</strong> doelstellingen nadrukkelijk aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong>. Vervolgens wordt<br />

verslag gedaan van <strong>de</strong> bijeenkomst op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie in<br />

april 1996.<br />

1. De Werkgroep NT2 van <strong>de</strong><br />

VeBOSS<br />

De werkgroep is opgericht in 1989<br />

door een aantal leerkrachten van <strong>de</strong><br />

volgen<strong>de</strong> scholen:<br />

<strong>de</strong> Horst (Eindhoven), <strong>de</strong> Spreekhoorn<br />

(Breda), <strong>de</strong> Hil<strong>de</strong>rnisseschool,<br />

<strong>de</strong> Hogewindschool (Rotterdam) en<br />

<strong>de</strong> Alexan<strong>de</strong>r Roozendaalschool<br />

(Amsterdam)<br />

De groep stel<strong>de</strong> zich ten doel <strong>de</strong> groei<br />

van het aantal allochtone leerlingen te<br />

vertalen in beleid voor alle SH/ESM<br />

scholen in Ne<strong>de</strong>rland.<br />

Concreet betekent dit:<br />

- bevor<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> nascholing van<br />

leerkrachten op het gebied van taal<br />

en cultuur van het allochtone kind,<br />

- verzamelen van informatie over het<br />

on<strong>de</strong>rwijs in twee<strong>de</strong> taal en cultuur.<br />

Scholen daarvan op <strong>de</strong> hoogte<br />

stellen,<br />

- bevor<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> samenwerking<br />

tussen scholen op het gebied van<br />

twee<strong>de</strong> taal en cultuur,<br />

- bevor<strong>de</strong>ren van contacten tussen<br />

allochtone ou<strong>de</strong>rs en school.<br />

2. Activiteiten<br />

In eerste instantie heeft <strong>de</strong> groep zich<br />

bezig gehou<strong>de</strong>n met oriëntatie op<br />

NT2 metho<strong>de</strong>n, met nascholing, met<br />

OETC (mogelijke taken van <strong>de</strong><br />

OETC-leerkracht), het organiseren<br />

van studiedagen en het zoeken naar<br />

on<strong>de</strong>rwerpen voor <strong>de</strong> VeBOSS conferentie.<br />

De eerste studiedag was in november<br />

1989, met als thema: "Meertalige kin<strong>de</strong>ren".<br />

Er kwamen on<strong>de</strong>rwerpen aan<br />

bod zoals: Meertaligheid en on<strong>de</strong>rwijs<br />

(door L. Verhoeven), OETC in het<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs (door A. Drubbel)<br />

en NT2 metho<strong>de</strong>n (door v.d. Guchte<br />

van <strong>de</strong> K.U.B.)<br />

Op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie van 1990<br />

heeft <strong>de</strong> werkgroep een posterpresentatie<br />

georganiseerd over Ne<strong>de</strong>rlands<br />

als twee<strong>de</strong> taal in ons type on<strong>de</strong>rwijs.<br />

In het najaar van 1990 is men zich<br />

gaan verdiepen in <strong>de</strong> problematiek<br />

van ou<strong>de</strong>r-school contacten: Hoe verbeter<br />

je het contact met allochtone<br />

ou<strong>de</strong>rs op je school. Ver<strong>de</strong>r kwam het<br />

schoolwerkplan InterCultureel<br />

On<strong>de</strong>rwijs (ICO) aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong>. Er<br />

werd een standpunt bepaald met<br />

betrekking tot OETC/NT2 op scholen<br />

voor SH en ESM. Dit standpunt laat<br />

zich als volgt vertalen:<br />

1 In het on<strong>de</strong>rwijs aan an<strong>de</strong>rstalige<br />

kin<strong>de</strong>ren moet uitgegaan wor<strong>de</strong>n van<br />

<strong>de</strong> moe<strong>de</strong>rtaal maar me<strong>de</strong> door <strong>de</strong><br />

handicap van "onze" kin<strong>de</strong>ren zal er<br />

een achterstand zijn in <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

ervan. Er zal én aan <strong>de</strong> eigen taal<br />

én aan het Ne<strong>de</strong>rlands (als twee<strong>de</strong><br />

taal) gewerkt moeten wor<strong>de</strong>n.<br />

2 De klasseleraar zal, gesteund door<br />

het team, aandacht moeten geven aan<br />

<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> culturen; niet alleen<br />

aan kennis maar ook aan <strong>de</strong> houding<br />

en <strong>de</strong> gevoelens t.o.v. elkaar. Een<br />

OETC-leraar kan hierin een belangrijke<br />

rol vervullen.<br />

In januari 1992 was er een studiedag<br />

o.l.v. A. Drubbel van het<br />

Paedologisch Instituut Rotterdam.<br />

Ook een Turkse en Marokkaanse<br />

leerkracht gaven een lezing.<br />

VAN DE WERKGROEPEN<br />

On<strong>de</strong>rwerpen: OETC, NT2-materialen/metho<strong>de</strong>s.<br />

Op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie in 1992<br />

hield R. Appel een lezing met als titel<br />

"Ne<strong>de</strong>rlands als twee<strong>de</strong> taal".<br />

In januari 1993 was er een studiedag<br />

met als sprekers: Harm Knijpstra<br />

(Invoeren van NT2 in bestaan<strong>de</strong> taailijnen)<br />

OETC-leerkrachten vertel<strong>de</strong>n<br />

over hun werkzaamhe<strong>de</strong>n en M.<br />

Everts over discriminatie. Twee<br />

logopedisten van <strong>de</strong> Prof. Huizingschool<br />

vertel<strong>de</strong>n over een woor<strong>de</strong>nschatprogramma<br />

voor allochtone kin<strong>de</strong>ren.<br />

Op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie in 1993<br />

hield P. Litjens een lezing over<br />

"Taalon<strong>de</strong>rwijs in meertalige groepen".<br />

In april 1994 werd een studiedag<br />

georganiseerd in Eindhoven.<br />

Sprekers waren H. Beerten. Het ging<br />

over Intercultureel On<strong>de</strong>rwijs en over<br />

<strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n van OETC-leerkrachten<br />

op <strong>de</strong> Spreekhoorn. Op <strong>de</strong><br />

VeBOSS conferentie 1994 sprak<br />

Willem Fase over <strong>de</strong> betekenis van<br />

migranten voor het speciaal on<strong>de</strong>rwijs.<br />

In 1994/1995 zijn taaltheorieën, doelstellingen<br />

en inhoud van het mon<strong>de</strong>ling<br />

taalon<strong>de</strong>rwijs bekeken aan <strong>de</strong><br />

hand van het invoeringsprogramma<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs.<br />

Op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie 1995 is<br />

Polly Hagenaars aan het woord<br />

geweest over <strong>de</strong> Non Discriminatie<br />

Co<strong>de</strong> (NDC)<br />

3. VeBOSS conferentie 1996<br />

Op <strong>de</strong> VeBOSS conferentie 1996 spraken<br />

Bilge Sayiner en Antoinette<br />

Feenstra over ou<strong>de</strong>rbegeleiding van<br />

allochtone gezinnen, Sela Zorlu<br />

sprak over "Cultuur en cultuurverschillen".<br />

A. Feenstra is maatschappelijk werkster<br />

bij het Gemeentelijk Audiologisch<br />

Centrum (GAC) in<br />

Amsterdam<br />

B. Sayiner was OETC-leerkracht in<br />

VHZ• jaargang 36 nummer 4 <strong>de</strong>cember 1996


DE VEBOSS WERKGROEP NT 2<br />

het Speciaal On<strong>de</strong>rwijs in Amsterdam.<br />

Nu is zij ou<strong>de</strong>rbegeleidster.<br />

<strong>4.</strong> Ou<strong>de</strong>rbegeleiding<br />

Antoinette moest een aantal jaren<br />

gele<strong>de</strong>n bezoeken afleggen bij<br />

allochtone ou<strong>de</strong>rs (meestal Turks) om<br />

<strong>de</strong> uitslag van het on<strong>de</strong>rzoek van het<br />

audiologisch centrum met hen te<br />

bespreken. Zij sprak ook over <strong>de</strong><br />

plaatsing in het Speciaal On<strong>de</strong>rwijs.<br />

Ze <strong>de</strong>ed er veel negatieve ervaringen<br />

op. Deze waren:<br />

-moeilijkhe<strong>de</strong>n bij het maken van<br />

afspraken,<br />

-cultuur binnen het gezin (tijdstip van<br />

komst, verplicht eten, etc.)<br />

-vaak gesprek met alleen <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r,<br />

waardoor veel belangrijke informatie<br />

achterbleef,<br />

-onmacht van bei<strong>de</strong> partijen en loyaliteitsconflict<br />

met tolken<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren,<br />

-onbekendheid met ons on<strong>de</strong>rwijs<br />

stelsel,<br />

-stigmatisering S.O. en daardoor ontlopen<br />

van <strong>de</strong> diagnose<br />

Bilge is tegenwoordig als ou<strong>de</strong>rbegeleidster<br />

aanwezig bij <strong>de</strong> gesprekken.<br />

Belangrijk hierbij is dat zij autoriteit<br />

bezit én vrouw is. Zij heeft goed con­<br />

tact met <strong>de</strong> vrouw <strong>de</strong>s huizes. De<br />

vrouw is <strong>de</strong>gene die thuis <strong>de</strong> baas is;<br />

zij voedt <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren op en neemt <strong>de</strong><br />

beslissingen.<br />

De manier van spreken van Bilge met<br />

<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs is wezenlijk an<strong>de</strong>rs. Zij kan<br />

zich beter verplaatsen in <strong>de</strong> gedachten<br />

en <strong>de</strong> gevoelswereld van allochtone<br />

ou<strong>de</strong>rs en daar goed op inspelen.<br />

Een tolk doet min<strong>de</strong>r: hij vertaalt letterlijk.<br />

Informatie komt hierdoor<br />

voor ou<strong>de</strong>rs afstan<strong>de</strong>lijk en abstract<br />

over.<br />

Niet alleen technische, maar ook<br />

maatschappelijke en sociaal-emotionele<br />

problemen komen bij Bilge op<br />

tafel. Als ou<strong>de</strong>rbegeleidster dien je te<br />

beschikken over eigenschappen zoals<br />

<strong>de</strong>skundigheid, objectiviteit en vertrouwen<br />

(vrouw zijn).<br />

Met <strong>de</strong>ze eigenschappen kan gewerkt<br />

wor<strong>de</strong>n aan het verkleinen van <strong>de</strong><br />

kloof en het leggen van contacten tussen<br />

ou<strong>de</strong>rs en school.<br />

Vanuit het vertrouwen groeit ou<strong>de</strong>rbetrokkenheid<br />

en ou<strong>de</strong>rparticipatie.<br />

Tips<br />

VAN DE WERKGROEPEN<br />

-Houdt rekening met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re cul<br />

tuur. De allochtoon is on<strong>de</strong>rdanig<br />

aan <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>re en leeft naar regels.<br />

Werkgroep ou<strong>de</strong>r-/gezinsbegeleiding<br />

Tinka Kriens, e.a.<br />

Samenvatting<br />

Op 26 april 1996 is op <strong>de</strong> VeBOSS-conferentie een werkgroep<br />

Wij hebben meer een "ont<strong>de</strong>k- hetzelf-cultuur",<br />

waarbij je moet experi<br />

menteren. Dit geeft conflicten.<br />

-Laat weten dat het kind goed pres<br />

teert, maar pas op! Nuanceringen<br />

vallen weg.<br />

-Geef vooral huiswerk.<br />

-T.a.v. OETC: leg ou<strong>de</strong>rs uit dat les in<br />

hun eigen taal en cultuur heel<br />

belangrijk is, maar dat van <strong>de</strong> OETCleerkracht<br />

niet veel kan wor<strong>de</strong>n verwacht<br />

t.a.v. omgaan met <strong>de</strong> handicap.<br />

De lessen wor<strong>de</strong>n gegeven ter<br />

on<strong>de</strong>rsteuning van <strong>de</strong> taal.<br />

VeBOSS Werkgroep NT2<br />

contactadres:<br />

N. Katz<br />

Dr. F. Hogewindschool<br />

Kraaijeveldstraat 2<br />

3078 PE Rotterdam<br />

tel: 010-4821088<br />

fax: 010-4821885<br />

OUDER /GEZINSBEGELEIDING opgericht. In dit artikel wordt beschreven we afspraak en het blijkt dat er bij<br />

wat <strong>de</strong> motivatie is geweest om tot <strong>de</strong> oprichting van een <strong>de</strong>rgelijke<br />

werkgroep te komen. Ver<strong>de</strong>r wordt het verloop van <strong>de</strong> oprichtings­<br />

ons alle vier behoefte is aan het<br />

uitwisselen van ervaringen en het<br />

leren van elkaar.<br />

verga<strong>de</strong>ring beschreven.<br />

Vanuit <strong>de</strong>ze ontmoetingen wordt <strong>de</strong><br />

gedachte geboren nog meer mensen<br />

1. De motivatie om tot <strong>de</strong> oprichting<br />

van een werkgroep te komen.<br />

school. Alle vier zijn we werkzaam in<br />

<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r-/gezinsbegeleiding en het<br />

bij <strong>de</strong> groep te betrekken omdat we<br />

<strong>de</strong>nken dat er op diverse SH/ESM-<br />

valt op dat <strong>de</strong> functies op heel scholen vast het een en an<strong>de</strong>r aan<br />

In 1995 was er informeel overleg tus­ verschillen<strong>de</strong> manieren wor<strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>r/gezinsbegeleiding gedaan<br />

sen vier me<strong>de</strong>werkers geweest. Allen ingevuld.<br />

wordt.<br />

waren verbon<strong>de</strong>n aan een SH/ESM- Vanuit dit ene contact volgt een nieu­ We bena<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> VeBOSS en krijgen<br />

VHZ-jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember 1996


een ruimte aangebo<strong>de</strong>n waar we tij<strong>de</strong>ns<br />

<strong>de</strong> jaarlijkse VeBOSS-conferentie<br />

kunnen verga<strong>de</strong>ren. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> voorbereiding<br />

van <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>ring<br />

besluiten we alle SH/ESM-scholen<br />

aan te schrijven om zoveel mogelijk<br />

mensen te motiveren om te komen.<br />

Als we vlak voor <strong>de</strong> conferentie horen<br />

dat er twintig aanmeldingen zijn, is<br />

dat een leuke verrassing.<br />

2. De verga<strong>de</strong>ring op 26 april 1996.<br />

Namens <strong>de</strong> VeBOSS heet André<br />

Braun ie<strong>de</strong>reen welkom op <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>ring.<br />

De voorzitter van <strong>de</strong>ze ochtend,<br />

Tinka Kriens, doet dat ook<br />

namens <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re drie initatiefnemers<br />

en legt nog eens uit wat het doel<br />

van <strong>de</strong>ze bijeenkomst is: kijken of er<br />

voldoen<strong>de</strong> belangstelling is om te<br />

komen tot <strong>de</strong> oprichting van een<br />

werkgroep OUDER-/GEZINSBEGE-<br />

LEIDING.<br />

Het ver<strong>de</strong>re verloop van dë ochtend<br />

is als volgt:<br />

Eerst vertellen <strong>de</strong> vier initatiefnemers<br />

iets over <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r-/gezinsbegeleiding<br />

op hun diverse scholen en over<br />

hun taak daarin. Daarna schrijven <strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>elnemers n.a.v. een lijstje het een en<br />

an<strong>de</strong>r op over hun eigen funkties en<br />

taken. De verschillen<strong>de</strong> activiteiten<br />

wor<strong>de</strong>n op sheets geschreven. Er<br />

wordt daarin een on<strong>de</strong>rscheid<br />

gemaakt tussen <strong>de</strong> activiteiten in<br />

het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong>r-/Gezinsbegeleiding<br />

en an<strong>de</strong>re activiteiten<br />

van <strong>de</strong> scholen voor of in samenwerking<br />

met <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs.<br />

De sheet ou<strong>de</strong>r/gezinsbegeleiding<br />

levert <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> activiteiten op:<br />

- on<strong>de</strong>rsteuning bij ou<strong>de</strong>rs thuis:<br />

PPG, communicatiebegeleiding in<br />

gezinnen, vi<strong>de</strong>ohometraining;<br />

- ou<strong>de</strong>rgroepen/cursus: 'Opvoe<strong>de</strong>n<br />

zo', Positief omgaan met je kind,<br />

omgaan met je slechthoren<strong>de</strong> kind<br />

(N.S.D.S.K.), zelf vormgegeven cursussen;<br />

- verwijzen naar externe hulpverlening<br />

en on<strong>de</strong>rsteuning daarbij.<br />

Contacten met externe hulp<br />

verlening;<br />

- gesprekken op school , bespreking<br />

WERKGROEP OUDER/GEZINSBEGELEIDING<br />

psychologische verslagen, on<strong>de</strong>rsteunend;<br />

- informatiehoek over handicap,vrije<br />

tijdsbesteding.<br />

De sheet ou<strong>de</strong>rcontacten via an<strong>de</strong>re<br />

functies op school (b.v. leerkrachten,<br />

directeur) laat zien:<br />

- intake, aanmeldingsgesprek;<br />

- ou<strong>de</strong>r, opa en oma ochten<strong>de</strong>n;<br />

- thema-avon<strong>de</strong>n, ou<strong>de</strong>rcursus, gebarencursus,<br />

Haenen cursus;<br />

- huisbezoeken (bij heel jonge kin<strong>de</strong>ren<br />

een aantal keer), OET leerkracht<br />

bij buitenlandse ou<strong>de</strong>rs;<br />

- verslagbespreking;<br />

- contactschriftje;<br />

- contactou<strong>de</strong>rs;<br />

- vieringen, sportactiviteiten;<br />

- MR\OR contact;<br />

- klassenbezoeken;<br />

- werkzaamhe<strong>de</strong>n van ou<strong>de</strong>rs binnen<br />

<strong>de</strong> school.<br />

Men vult ook in welke taken er voor<br />

<strong>de</strong> eventueel op te richten werkgroep<br />

liggen. Enkele on<strong>de</strong>rwerpen die door<br />

<strong>de</strong> meeste mensen zijn ingevuld zijn:<br />

-ervaringen uitwisselen;<br />

-intervisie;<br />

-versterken + verdui<strong>de</strong>lijken functie<br />

/taak. Kwaliteitseisen;<br />

-contact met allochtone ou<strong>de</strong>rs;<br />

-tijdsplanning van het werk.<br />

Het twee<strong>de</strong> <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> morgen<br />

wordt besteed aan organisatorische<br />

aspecten.<br />

De discussie of er een werkgroep<br />

moet komen is snel gevoerd. Ie<strong>de</strong>reen<br />

is van mening dat er behoefte aan is<br />

dus wordt het besluit genomen dat <strong>de</strong><br />

werkgroep OUDER/GEZINS-BEGE-<br />

LEIDING per he<strong>de</strong>n is opgericht.<br />

Om ver<strong>de</strong>r effectief te kunnen werken<br />

is het belangrijk om een stuurgroep<br />

samen te stellen die <strong>de</strong> voortgang<br />

bewaakt. In principe bestaat <strong>de</strong> stuurgroep<br />

uit vier mensen waarvan er<br />

steeds twee wisselen.<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring wordt besloten<br />

een schrijven uit te laten gaan<br />

naar alle SH/ESM-scholen om <strong>de</strong><br />

oprichting van <strong>de</strong> werkgroep te mel<strong>de</strong>n.<br />

De werkgroep zal 2 a 3 keer per jaar<br />

bij elkaar komen, waarvan één keer<br />

op <strong>de</strong> VeBOSS-conferentie.<br />

Intussen is er een bijeenkomst van <strong>de</strong><br />

werkgroep gepland op don<strong>de</strong>rdag<br />

23 januari 1997 op <strong>de</strong> Bertha<br />

Mullerschool in Utrecht.<br />

De ochtend zal besteed wor<strong>de</strong>n aan<br />

een inhou<strong>de</strong>lijk on<strong>de</strong>rwerp. De middag<br />

aan <strong>de</strong> ontwikkelingen binnen<br />

ons on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> richting van<br />

expertisecentra.<br />

Het voorlopige secreteriaatsadres is:<br />

Marije van Hoeckel,<br />

p.a. <strong>de</strong> Beem<strong>de</strong>n,<br />

Leuvenlaan 23,<br />

5628 WE Eindhoven,<br />

tel: 040-2425728<br />

fax:040-2416538<br />

Tinka Kriens<br />

Marije van Hoeckel<br />

Dorothée Raymakers<br />

Marij Peeters<br />

VHZ jaargang 36 nummer 4 . <strong>de</strong>cember IWfi


VAN DE BESTUREN<br />

Een kennismaking<br />

G. Egtberts<br />

Per 1 september kreeg ik er als beleidsme<strong>de</strong>werker bij <strong>de</strong> stichting<br />

Dienstverleners Gehandicapten een leuke en uitdagen<strong>de</strong> klus bij, het<br />

ambtelijk secretariaat van <strong>de</strong> VeBOSS. Als beleidsme<strong>de</strong>werker speci­<br />

fiek gericht op het beleidsterrein voor <strong>de</strong> dienstverlening aan mensen<br />

met auditieve beperkingen een logische keus. Door het overzicht wat<br />

ik op dit beleidsterrein heb, kunnen lijnen kort lopen en kan know<br />

how gericht wor<strong>de</strong>n ingezet. Vanuit bedrijfsmatig gezichtspunt een<br />

goe<strong>de</strong> insteek. Bovendien ook een goe<strong>de</strong> insteek voor <strong>de</strong> VeBOSS, die<br />

van <strong>de</strong> SDG expertise en kennis op dit terrein mag verwachten.<br />

Naast <strong>de</strong>ze meer logische re<strong>de</strong>nen<br />

ben ik zeer in mijn nopjes met het feit<br />

dat het ambtelijk secretariaat op mijn<br />

schou<strong>de</strong>rs rust. Destijds heb ik met<br />

veel plezier <strong>de</strong> Pedagogische<br />

Aca<strong>de</strong>mie gevolgd en genoten van<br />

VHZ • jaargang 36 nummer 4 • <strong>de</strong>cember 1996<br />

het werken in het on<strong>de</strong>rwijs. Het speciaal<br />

on<strong>de</strong>rwijs had daarbij mijn<br />

belangstelling en interesse. Ik zag hoe<br />

sommige kin<strong>de</strong>ren stuk liepen in het<br />

reguliere on<strong>de</strong>rwijs en wat het speciaal<br />

on<strong>de</strong>rwijs hen kon bie<strong>de</strong>n. Maar<br />

ook wat het hen niet kon bie<strong>de</strong>n.<br />

Tij<strong>de</strong>ns en na mijn studie ortho/klinische<br />

pedagogiek aan <strong>de</strong> Universiteit<br />

te Utrecht kwam ik kin<strong>de</strong>ren en hun<br />

ou<strong>de</strong>rs tegen bij wie op een of an<strong>de</strong>re<br />

manier <strong>de</strong> ontwikkeling van het kind<br />

of <strong>de</strong> opvoedingsrelatie vast liep.<br />

Steeds weer merkte ik <strong>de</strong> belangrijke<br />

plaats die het on<strong>de</strong>rwijs inneemt in<br />

het leven van kin<strong>de</strong>ren, jong volwassenen<br />

en hun ou<strong>de</strong>rs. Vanuit <strong>de</strong> directe<br />

hulpverlening heb ik <strong>de</strong>stijds <strong>de</strong><br />

stap naar <strong>de</strong> beleidskant gezet om<br />

vanuit een bre<strong>de</strong>r ka<strong>de</strong>r te kunnen<br />

meewerken aan <strong>de</strong> individuele situaties<br />

waarin mensen zich kunnen<br />

bevin<strong>de</strong>n.<br />

Een aantal jaren heb ik mij voornamelijk<br />

gericht op het beleidsterrein van


<strong>de</strong> zorg voor mensen met beperkingen.<br />

De ontwikkelingen in het on<strong>de</strong>rwijs<br />

ben ik zij<strong>de</strong>lings blijven volgen.<br />

Maar ie<strong>de</strong>re keer als ik een school<br />

binnenkwam, kwamen daarbij ook <strong>de</strong><br />

kriebels. Ik was dan ook ontzettend<br />

blij met <strong>de</strong> klus die er bij <strong>de</strong> SDG lag<br />

om het ambtelijk secretariaat van <strong>de</strong><br />

VeBOSS op mij te nemen. Het geeft<br />

mij <strong>de</strong> gelegenheid me weer wat<br />

nadrukkelijker met dit boeien<strong>de</strong> en<br />

voor kin<strong>de</strong>ren en hun ou<strong>de</strong>rs zo<br />

belangrijke terrein bezig te hou<strong>de</strong>n.<br />

Ik realiseer me dat het een tijd van<br />

veran<strong>de</strong>ring is. Een tijd met volop<br />

beweging. Bewegingen en veran<strong>de</strong>ringen<br />

die veel goeds in zich dragen.<br />

Die <strong>de</strong> mogelijkheid bie<strong>de</strong>n dat er<br />

tussen dienstverlenen<strong>de</strong> organisaties<br />

samenwerking en afstemming tot<br />

stand komt. Dat er nadrukkelijk<br />

wordt geluisterd naar <strong>de</strong> vragen van<br />

dit kind en zijn ou<strong>de</strong>rs. Dat er geprobeerd<br />

wordt <strong>de</strong> dienstverlening zo<br />

dicht mogelijk bij huis plaats te laten<br />

vin<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong> eigen vertrouw<strong>de</strong><br />

omgeving. Maar ook een tijd waarin<br />

het belangrijk is om <strong>de</strong> <strong>de</strong>skundigheid<br />

die <strong>de</strong> scholen voor auditief en<br />

communicatief gehandicapte kin<strong>de</strong>ren<br />

hebben opgebouwd niet verloren<br />

te laten gaan. Dat <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs en kin<strong>de</strong>ren<br />

die <strong>de</strong>ze expertise nodig hebben<br />

hier ook gebruik van kunnen blijven<br />

maken. De VeBOSS staat hiervoor en<br />

heeft <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren met auditieve en<br />

communicatieve beperkingen en hun<br />

ou<strong>de</strong>rs zeker veel goeds te bie<strong>de</strong>n. Ik<br />

wil mijn steentje daaraan graag bijdragen<br />

door <strong>de</strong> VeBOSS vanuit haar<br />

Ambtelijk secretariaat voor <strong>de</strong> VeBOSS<br />

Op <strong>de</strong> Algemene Le<strong>de</strong>nverga<strong>de</strong>ring van<br />

april j.l. is besloten, om voor <strong>de</strong> VeBOSS<br />

een ambtelijk secretariaat in te stellen.<br />

Dit secretariaat vormt het vaste aanspreekpunt<br />

van <strong>de</strong> VeBOSS. Door <strong>de</strong><br />

nieuwe taken die <strong>de</strong> VeBOSS op zich<br />

genomen heeft sinds <strong>de</strong> scholen schoollid<br />

zijn gewor<strong>de</strong>n is het noodzakelijk om<br />

zo'n centraal aanspreekpunt te hebben.<br />

Door het ambtelijk secretariaat wordt<br />

een aantal taken voor of namens <strong>de</strong><br />

VeBOSS uitgevoerd. Naast het on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> interne en externe contacten<br />

verricht men bij het ambtelijk<br />

secretariaat beleidsvoorberei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> en<br />

beleidsuitvoeren<strong>de</strong> activiteiten. Er is na<br />

april gezocht naar een goe<strong>de</strong> plaats om<br />

het ambtelijk secretariaat on<strong>de</strong>r te brengen.<br />

Het bestuur van <strong>de</strong> VeBOSS heeft<br />

besloten hiervoor <strong>de</strong> diensten van<br />

<strong>de</strong> SDG (Stichting Dienstverleners<br />

Gehandicapten) in Utrecht in te kopen.<br />

Vanaf 1 september 1996 heeft <strong>de</strong> VeBOSS<br />

het ambtelijk secretariaat bij <strong>de</strong> SDG.<br />

Vanuit <strong>de</strong> SDG is Mw.G.Egtberts als<br />

beleidsme<strong>de</strong>werkster voor <strong>de</strong><br />

VeBOSS werkzaam. In bovenstaand<br />

artikel heeft zij zich al aan u voorgesteld.<br />

Daarnaast zorgt <strong>de</strong> SDG voor<br />

administratieve on<strong>de</strong>rsteuning. De<br />

officiële vertegenwoordiging van <strong>de</strong><br />

VeBOSS naar buiten vindt natuurlijk<br />

nog steeds plaats door <strong>de</strong> bestuursle­<br />

EEN KENNISMAKING<br />

lan<strong>de</strong>lijk bureau met raad en daad te<br />

on<strong>de</strong>rsteunen. Ik kan dat in mijn eentje<br />

maar tot op zeker hoogte. Ik heb<br />

daarbij ook uw ervaringen en <strong>de</strong>skundigheid<br />

als "werkers in <strong>de</strong> praktijk"<br />

nodig. En daarnaast nog an<strong>de</strong>ren,<br />

waarvan ik u er twee wil noemen<br />

en wel Joke Vring en Elise Rijkee. Zij<br />

dragen op het lan<strong>de</strong>lijk bureau van <strong>de</strong><br />

VeBOSS zorg voor <strong>de</strong> administratieve<br />

on<strong>de</strong>rsteuning.<br />

Ik heb u geprobeerd enig inzicht te<br />

geven in <strong>de</strong> persoon achter <strong>de</strong> telefoon<br />

of <strong>de</strong> brief. Hopelijk vin<strong>de</strong>n we<br />

in <strong>de</strong> nabije toekomst ook een gelegenheid<br />

om elkaar persoonlijk <strong>de</strong><br />

hand te schud<strong>de</strong>n.<br />

Gerda Egtberts<br />

VAIN DE BESTUREN<br />

<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> VeBOSS. Het zal echter<br />

regelmatig voorkomen, dat u<br />

ook mw.Egtberts op bijeenkomsten<br />

zult zien, die het bestuur<br />

on<strong>de</strong>rsteunt en adviseert.<br />

Marjan Ch. Bruins<br />

vice voorzitter VeBOSS<br />

VHZ.jaargapg36 nummer 4 • <strong>de</strong>cembei 1996


UIT BINNENLANDSE TIJDSCHRIFTEN<br />

Minke van <strong>de</strong>n Eijn<strong>de</strong>n, lid van <strong>de</strong> redactie Annelies Bron, lid van <strong>de</strong> redactie<br />

In <strong>de</strong>ze rubriek wordt verslag gedaan van artikelen die zich bewegen op het gebied van <strong>de</strong> orthopedagogiek,<br />

orthodidactiek en <strong>de</strong> logopedie. Deze artikelen komen uit <strong>de</strong> tijdschriften: Logopedie<br />

en Foniatrie; Horen; Stem-, spraak- en taalpathologie; De wereld van het jonge kind; Tijdschrift<br />

voor Orthopedagogiek en Speciaal On<strong>de</strong>rwijs.<br />

Tijdschrift voor Orthopedagogiek,<br />

Jaargang 35, nr. 10, blz. 409-416.<br />

Selectief mutisme: welke vorm van<br />

behan<strong>de</strong>ling?<br />

Selectief mutisme is een stoornis<br />

waarbij het kind niet of nauwelijks<br />

spreekt in aanwezigheid van an<strong>de</strong>ren.<br />

Waar <strong>de</strong>ze stoornis inge<strong>de</strong>eld<br />

moet wor<strong>de</strong>n daar is men het niet<br />

over eens.<br />

Een opvatting is, dat selectief mutisme<br />

moet wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebracht bij<br />

<strong>de</strong> pervasieve ontwikkelingsstoornis<br />

omdat <strong>de</strong>ze kin<strong>de</strong>ren met autistiforme<br />

kin<strong>de</strong>ren gemeen hebben dat zij<br />

op een beperkt aantal stimuli voor<br />

verbaal gedrag reageren. An<strong>de</strong>re<br />

opvattingen <strong>de</strong>len selectief mutisme<br />

in bij taalontwikkelingsstoornissen,<br />

bij psychotische problematiek of bij<br />

angststoornissen.<br />

Op basis van <strong>de</strong>ze opvattingen zijn er<br />

nogal uiteenlopen<strong>de</strong> vormen van<br />

behan<strong>de</strong>ling <strong>de</strong>nkbaar. In <strong>de</strong> literatuur<br />

wor<strong>de</strong>n o.a. gedragstherapeutische-<br />

en systeemgerichte behan<strong>de</strong>lingen<br />

beschreven.<br />

Zolang er ondui<strong>de</strong>lijkheid heerst over<br />

<strong>de</strong> oorzaak van <strong>de</strong>ze stoornis zal men<br />

bij elk individueel geval specifieke<br />

hypothesen moeten formuleren voor<br />

het opzetten van een behan<strong>de</strong>ling.<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs, Jaargang 69,<br />

september 1996, nr. 6, blz. 182-192<br />

Planmatige aanpak van sociale-, emotionele-<br />

en gedragsproblematiek.<br />

In dit artikel wordt een handreiking<br />

gegeven om <strong>de</strong> algemene aanpak van<br />

sociale-, emotionele- en gedragsproblemen<br />

eens kritisch on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> loep te<br />

nemen. Het begelei<strong>de</strong>n vraagt om een<br />

individuele aanpak. De auteur geeft<br />

hiervoor voorstellen.<br />

Met behulp van een groepshan<strong>de</strong>-<br />

VHZ.jaargang36nummer4 . <strong>de</strong>cember 1996<br />

lingsplan kan <strong>de</strong> leerkracht gestalte<br />

geven aan het abstracte begrip "pedagogisch<br />

klimaat". On<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong><br />

hulpvragen zoals "Geef ons structuur<br />

en veiligheid" krijgen zo vorm. Mocht<br />

blijken dat leerlingen niet voldoen<strong>de</strong><br />

baat hebben bij het groepshan<strong>de</strong>lingsplan<br />

dan kan een individueel<br />

han<strong>de</strong>lingsplan wor<strong>de</strong>n opgesteld.<br />

De theoretische fun<strong>de</strong>ring wordt<br />

gevon<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> gedragstheoretische<br />

visie en in <strong>de</strong> interactionele visie.<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs, Jaargang 69,<br />

september 1996, nr. 6, blz. 200-20<strong>4.</strong><br />

Een nieuwe verkeersmetho<strong>de</strong> voor <strong>de</strong><br />

bovenbouw van het V.S.O.<br />

Het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid<br />

Zeeland heeft enige tijd<br />

gele<strong>de</strong>n het initiatief genomen om<br />

een lespakket te ontwikkelen dat<br />

bedoeld is voor het V.S.O. Omdat <strong>de</strong><br />

bromfiets en <strong>de</strong> snorfiets <strong>de</strong> vervoermid<strong>de</strong>len<br />

zijn van <strong>de</strong>ze jongeren is er<br />

voor gekozen om dit te gebruiken als<br />

'kapstok' voor <strong>de</strong> metho<strong>de</strong>. De<br />

metho<strong>de</strong> is praktisch en ervaringsgericht.<br />

Vooral <strong>de</strong> lijfelijke en persoonlijke<br />

ervaring zijn essentieel om <strong>de</strong> leerlingen<br />

verkeerskennis dui<strong>de</strong>lijk te<br />

maken.<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs, Jaargang 69,<br />

september 1996, nr. 6, blz. 205-208.<br />

Houding, beweging en ontspanning<br />

in het klaslokaal.<br />

De metho<strong>de</strong> "De klas beweegt!" geeft<br />

zo'n 10.000 suggesties om <strong>de</strong> leerlingen<br />

dagelijks veelzijdig te laten bewegen.<br />

Het bevor<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> sfeer, het verhoogt<br />

<strong>de</strong> concentratie, er is afwisseling<br />

tij<strong>de</strong>ns het leerwerk en <strong>de</strong> fysieke<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n brei<strong>de</strong>n zich uit. Zo'n<br />

"tussendoortje" is bijvoorbeeld je<br />

eigen naam dansen. Carolien is dan:<br />

Ca=stamp; ro=klap in je han<strong>de</strong>n;<br />

lien=maak een sprong. Uit <strong>de</strong> ervaring<br />

van <strong>de</strong> testscholen blijkt dat <strong>de</strong><br />

metho<strong>de</strong> per saldo tijdwinst oplevert.<br />

Het werkklimaat en <strong>de</strong> opnamecapaciteit<br />

wor<strong>de</strong>n verbeterd en concentratie<br />

wordt bevor<strong>de</strong>rd.<br />

Speciaal On<strong>de</strong>rwijs, Jaargang 69,<br />

oktober 1996, nr. 7.<br />

In dit themanummer staat het begrip<br />

kwaliteit centraal.<br />

In artikel 1 wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> begrippen<br />

kwaliteit, kwaliteitssysteem, kwaliteitstoetsing/kwaliteitszorg,kwaliteitsbeleid/kwaliteitsmanagement<br />

en<br />

klantgerichtheid toegelicht.<br />

Artikel 2 han<strong>de</strong>lt over <strong>de</strong> kwaliteit<br />

van on<strong>de</strong>rwijs aan lichamelijke,<br />

(meervoudig) gehandicapte kin<strong>de</strong>ren.<br />

In toenemen<strong>de</strong> mate wordt <strong>de</strong><br />

Mytylschool/Tyltylschool aangesproken<br />

om verantwoording af te leggen<br />

over <strong>de</strong> kwaliteit van on<strong>de</strong>rwijs.<br />

Artikel 3 gaat over benchmarking.<br />

Benchmarking is een continu, systematisch<br />

proces om <strong>de</strong> strategieën,<br />

resultaten en <strong>de</strong> wijze van werken te<br />

evalueren van die scholen of instellingen<br />

die wor<strong>de</strong>n gezien als best functionerend.<br />

Artikel 4 han<strong>de</strong>lt over een gebruiksvrien<strong>de</strong>lijke<br />

indicator voor <strong>de</strong> kwaliteit<br />

van het speciaal on<strong>de</strong>rwijs. Met<br />

het School Analyse Mo<strong>de</strong>l kan een<br />

school komen tot een sterkte-zwakte<br />

analyse.<br />

Artikel 5 gaat over <strong>de</strong> stelling: <strong>de</strong><br />

kwaliteit van het on<strong>de</strong>rwijs valt of<br />

staat met <strong>de</strong> man of <strong>de</strong> vrouw voor <strong>de</strong><br />

klas.<br />

Dit themanummer wordt afgesloten<br />

met een artikel over <strong>de</strong> nieuwe wetgeving<br />

voor het basison<strong>de</strong>rwijs en het<br />

speciaal on<strong>de</strong>rwijs.


Stem-, spraak- en taalpathologie,<br />

Jaargang 5, nummer 2, juni 1996<br />

M. Nije, B. Maassen en Sj. van <strong>de</strong>r<br />

Meulen: Vergelijking van verworven<br />

spraakdyspraxie (VSD), spraakontwikkelingsdyspraxie<br />

(SOD) en normale<br />

spraak bij kin<strong>de</strong>ren<br />

In dit on<strong>de</strong>rzoeksverslag wor<strong>de</strong>n het<br />

verloop en <strong>de</strong> resultaten beschreven<br />

van bovengenoemd on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Horen, Jaargang 24, september 1996,<br />

nummer 5<br />

Ineke Kester: Eerste uur Engels, twee<strong>de</strong><br />

uur wiskun<strong>de</strong>, pauze, <strong>de</strong>r<strong>de</strong> uur<br />

les over slechthorendheid.<br />

In opdracht van <strong>de</strong> NWS heeft <strong>de</strong><br />

Stichting SLO lesmateriaal ontwikkeld<br />

waarin ingegaan wordt op<br />

slechthorendheid.<br />

Het pakket is bedoeld om in het<br />

voortgezet on<strong>de</strong>rwijs voorlichting te<br />

kunnen geven aan leerlingen. In dit<br />

artikel wordt meer informatie gegeven<br />

over het lespakket.<br />

Theo Roelant: Hoort mijn kind wel<br />

goed?<br />

Op Internet verscheen recent een artikel<br />

over <strong>de</strong> nieuwe gehoortest die op<br />

consultatiebureaus wordt gebruikt,<br />

<strong>de</strong> CAPAS-test, om hoorproblemen<br />

bij jonge kin<strong>de</strong>ren op te sporen. De<br />

test is in <strong>de</strong> plaats gekomen van het<br />

vroegere Ewing-on<strong>de</strong>rzoek.<br />

De wereld van het jonge kind,<br />

maandblad voor ontwikkeling,<br />

opvoeding en on<strong>de</strong>rwijs, oktober<br />

1996<br />

Drs. L. Depondt, Prof. dr. F. Laevers:<br />

Welke principes liggen ten grondslag<br />

aan een project dat tot hoge betrokkenheid<br />

bij kleuters leidt?<br />

In dit artikel wordt ingegaan op het<br />

werken rond thema's. Een succesvol<br />

thema prikkelt <strong>de</strong> exploratiedrang<br />

van kin<strong>de</strong>ren. De auteurs geven aan<br />

op welke wijze voor geschikte thema's<br />

gekozen kan wor<strong>de</strong>n.<br />

Annematt Collot d'Escury-Koenings:<br />

Vriendschap, het lijkt zo eenvoudig<br />

Niet alle kin<strong>de</strong>ren hebben van nature<br />

<strong>de</strong> beschikking over voldoen<strong>de</strong> sociale<br />

vaardighe<strong>de</strong>n. Soms is het nodig<br />

kin<strong>de</strong>ren te helpen <strong>de</strong>ze te ontwikkelen.<br />

Hoe vroeger je dit doet, hoe beter<br />

een kind in staat is zich staan<strong>de</strong> te<br />

hou<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> sociale verkeersdrukte.<br />

Op welke wijze je kin<strong>de</strong>ren kunt helpen<br />

sociale vaardighe<strong>de</strong>n te ontwikkelen<br />

wordt beschreven in dit artikel.<br />

Richtlijnen voor het indienen van een artikel<br />

De redaktie wil zoveel mogelijk uniformiteit brengen<br />

in artikelen die wor<strong>de</strong>n aangebo<strong>de</strong>n. Daarom moet<br />

kopij aan on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> criteria voldoen.<br />

Structuur<br />

Elk artikel moet een titel hebben met daaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

eventuele subtitel. Vervolgens <strong>de</strong> naam van <strong>de</strong><br />

auteur. Het artikel wordt voorafgegaan door een<br />

samenvatting met een lengte van circa 15(3 tot 200<br />

woor<strong>de</strong>n. Het moet on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n in niet te<br />

lange stukken tekst, elk met een genummer<strong>de</strong> kop en<br />

eventuele subkopjes. Aan te bevelen is <strong>de</strong>ze stukken<br />

tekst uit 400 tot 500 woor<strong>de</strong>n te laten bestaan. Indien<br />

gewenst wordt aan het eind van het artikel informatie<br />

over <strong>de</strong> auteur en een literatuurlijst opgenomen<br />

met een maximum van 15 titels, of een adres waar<br />

men meer informatie kan krijgen.<br />

Lengte<br />

Het artikel mag een maximale lengte hebben van<br />

5000 woor<strong>de</strong>n. Bij langere artikelen zal <strong>de</strong> redaktie<br />

zich bera<strong>de</strong>n over mogelijke plaatsing, of zal het artikel,<br />

in overleg met <strong>de</strong> auteur, inkorten.<br />

Wijze van aanleveren<br />

Wij ontvangen <strong>de</strong> tekst graag op diskette in<br />

Wordperfect 5.1 én in print. Zo min mogelijk tabs<br />

gebruiken. Tabellen ook opgemaakt in WP 5.1 met<br />

een print erbij, of alleen als print.<br />

Illustraties en foto's<br />

Illustraties dienen dui<strong>de</strong>lijk in zwart getekend te zijn.<br />

Foto's mogen ook in kleur wor<strong>de</strong>n aangeleverd. Ze<br />

wor<strong>de</strong>n wel altijd in één kleur afgedrukt. Een<br />

(pas)foto van <strong>de</strong> auteur wordt zeer op prijs gesteld.<br />

Schema's (figuren) moeten dui<strong>de</strong>lijk ingeka<strong>de</strong>rd zijn<br />

en op <strong>de</strong> juiste wijze inge<strong>de</strong>eld en genummerd.<br />

Geschreven tekst nooit in een schema (figuur) aanbrengen.<br />

Bij grote illustraties, die vanwege het formaat<br />

van Van Horen Zeggen verkleind moeten wor<strong>de</strong>n,<br />

mag dit verkleinen geen ondui<strong>de</strong>lijkheid, in bijv.<br />

<strong>de</strong> tekst, teweeg brengen. Wij zien <strong>de</strong> illustraties<br />

graag op diskette aangeleverd in EPS of TIFF formaat<br />

én als print.<br />

Inhoud<br />

Toespraken (in spreektaal) moeten wor<strong>de</strong>n bewerkt,<br />

zodat <strong>de</strong> inhoud op juiste wijze kan wor<strong>de</strong>n weergegeven.<br />

Eenvoudige persoonlijke aantekeningen zijn<br />

onvoldoen<strong>de</strong>. De spelling is die van <strong>de</strong> voorkeursspelling<br />

(Groene Boekje). In wetenschappelijke artikelen<br />

moet vaktaal zoveel mogelijk wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n<br />

of zodanig omschreven, dat <strong>de</strong> tekst voor het<br />

meren<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> lezers begrijpelijk blijft.<br />

VHZ.jaargang 36 nummer4 . <strong>de</strong>cember l'Wfc


NIEUWSMARKT<br />

Samenwerking Instituut voor


CPS On<strong>de</strong>rwijsontwikkeling en advies<br />

Conferentie Remediale Hulp en Multimedia<br />

Leerlingen begeleiding met computerprogramma's<br />

Op dinsdag 11 en woensdag 12 februaril997 wordt <strong>de</strong><br />

conferentie Remediale Hulp & Multimedia, begeleiding<br />

met <strong>de</strong> computer gehou<strong>de</strong>n. De conferentie is bestemd<br />

voor docenten uit <strong>de</strong> eerste fase van het voortgezet<br />

on<strong>de</strong>rwijs. Het centrale thema: <strong>de</strong> kwaliteit en <strong>de</strong> bruikbaarheid<br />

van <strong>de</strong> computerprogramma's die gebruikt<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> begeleiding van leerlingen met<br />

leerproblemen. Het programma van bei<strong>de</strong> dagen is<br />

gelijk.<br />

INIEUWSMARKT<br />

De organisatie van <strong>de</strong> conferentie is in han<strong>de</strong>n van het<br />

CPS en <strong>de</strong> OWG. Zowel <strong>de</strong> conferentie op 11 als op 12<br />

februari wordt gehou<strong>de</strong>n bij het CPS te Amersfoort.<br />

Kosten per persoon ƒ 225,-, inclusief conferentiemap, <strong>de</strong><br />

publicatie Computergebruik remediale hulp, lunch en<br />

consumpties. Wie zich wil aanmel<strong>de</strong>n voor een van <strong>de</strong>ze<br />

twee dagen of meer informatie over <strong>de</strong> conferentie wil<br />

ontvangen, kan contact opnemen met het conferentiebureau<br />

van het CPS, telefoon (033) 4534303<br />

Vooraankondiging : VEDONCONGRES 20 en 21 maart 1997 in GRONINGEN<br />

In samenwerking met het Koninklijk Instituut voor Doven " H.D. Guyot",<br />

te Haren organiseert <strong>de</strong> VEDON haar congres in 1997 met als werkthema:<br />

"DE EXTERNE UITDAGING"<br />

De komen<strong>de</strong> jaren staat er veel te gebeuren, dat grote gevolgen kan hebben voor <strong>de</strong> wijze waarop on<strong>de</strong>rwijs aan en<br />

zorg voor dove jongeren gebo<strong>de</strong>n gaat wor<strong>de</strong>n. Deze externe prikkels zijn een uitdaging voor ie<strong>de</strong>r werkzaam in<br />

<strong>de</strong>ze sector. Dit Vedoncongres biedt een aanzet tot antwoor<strong>de</strong>n.<br />

Op don<strong>de</strong>rdag 20 maart 1997 zal <strong>de</strong> staatssecretaris van O.C. & W, mw.T. Netelenbos <strong>de</strong> RUGZAK toelichten en in<br />

het middagprogramma staat <strong>de</strong> Erkenning van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Gebarentaal centraal.<br />

Deze programma on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len wor<strong>de</strong>n afgesloten met een forumdiscussie met het publiek, terwijl <strong>de</strong><br />

Gemeentereiniging zorgt voor een vrolijke noot.<br />

Voor een culturele afsluiting in "<strong>de</strong> leukste stad van Ne<strong>de</strong>rland" staat s'avonds een rondleiding in het beroem<strong>de</strong><br />

GRONINGER MUSEUM gepland.<br />

Op vrijdag 21 maart wordt het congres voortgezet in <strong>de</strong> gebouwen van het Koninklijk Instituut voor Doven " H.D.<br />

Guyot" in Haren Me<strong>de</strong>werkers van het instituut presenteren zich en dagen u uit me<strong>de</strong> vorm te geven aan<br />

toekomstige ontwikkelingen.<br />

Contactadres: L.v.d.Hei<strong>de</strong>n Bor<strong>de</strong>wijklaan 117a 9721 WD Groningen tel. 050 - 5270840<br />

VHZ.jaargang (6nummer4 . <strong>de</strong>cember 1996


COLOFON<br />

Van Horen Zeggen is een uitgave van <strong>de</strong> vereniging ter<br />

bevor<strong>de</strong>ring van het on<strong>de</strong>rwijs aan doven in Ne<strong>de</strong>rland<br />

en Ne<strong>de</strong>rlandse vereniging tot bevor<strong>de</strong>ring van het<br />

on<strong>de</strong>rwijs aan slechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren en kin<strong>de</strong>ren met<br />

spraak- en/ of taalmoeilijkhe<strong>de</strong>n.<br />

HOOFDREDACTIE<br />

Mw. M.C. Bruins<br />

EINDREDACTIE<br />

Dhr. F. C. M. Mollee<br />

ADMINISTRATIE<br />

Mw. M. Kloos<br />

postbus 430<br />

1740 AK Schagen<br />

tel.0224- 214896<br />

giro 221410 t.n.v. Adm. Van Horen Zegen<br />

REDACTIE<br />

Mw. N. Hoiting, Groningen<br />

Dhr. A. Koele, Zoetermeer<br />

Dhr. P. Willemen, Rosmalen<br />

Mw. A.E. Bron, Eindhoven<br />

Mw. M.C. Bruins, Utrecht<br />

Mw. M. v.d. Eijn<strong>de</strong>n, Lei<strong>de</strong>n<br />

Dhr.}.}. Groothand, Groningen<br />

Dhr. F.C.M. Mollee, Schagen<br />

REDACTIE-ADRES<br />

p/a : Burgemeester <strong>de</strong> Wil<strong>de</strong>school<br />

postbus 430<br />

1740 AK Schagen<br />

tel. 0224 - 214 896<br />

FOTOGRAFIE:<br />

Harry Op <strong>de</strong>n Kamp<br />

OPMAAK/VORMGEVING<br />

Media Min<strong>de</strong>d Communications<br />

Amsterdam<br />

DRUKKERIJ<br />

Drukkerij Grafax<br />

DAGELIJKS BESTUUR<br />

Vereniging ter bevor<strong>de</strong>ring<br />

van het on<strong>de</strong>rwijs aan doven (VEDON)<br />

• F. Saan, voorzitter<br />

Joshof 25, 4813 EZ Breda<br />

tel.: 076 - 5211993<br />

VHZ.jaargang 36 nummer<strong>4.</strong> <strong>de</strong>cember 1996<br />

• D. Smeenk, secretaris<br />

Rubensstraat 81, 9718 MG Groningen<br />

tel.: 050 - 318 10 91<br />

• G.C. Versluis, penningmeester<br />

Helenahove 15, 2804 HV Gouda<br />

tel.:0182-531 599<br />

giro 357425, t.n.v. penningmeester Vereniging ter<br />

Bevor<strong>de</strong>ring van het On<strong>de</strong>rwijs aan Doven in<br />

Ne<strong>de</strong>rland<br />

DAGELIJKS BESTUUR<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse vereniging tot bevor<strong>de</strong>ring van het on<strong>de</strong>rwijs<br />

aan slechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren en kin<strong>de</strong>ren met<br />

spraak- en/of taalmoeilijkhe<strong>de</strong>n (VeBOSS)<br />

• Th. H. Laceulle, voorzitter<br />

• A.J. Braun, secretaris<br />

• ambtelijk secretariaat:<br />

VeBOSS<br />

Mevr. drs. G.Y. Egtberts-van <strong>de</strong>r Wou<strong>de</strong><br />

Postbus 222<br />

3500 AE Utrecht<br />

Bezoekadres: Christiaan Krammlaan 2 Utrecht<br />

tel.:030 - 2769970 fax.:030 -2712892<br />

• MJ. van Lee, penningmeester en le<strong>de</strong>nadministratie,<br />

p/a Burgemeester <strong>de</strong> Wil<strong>de</strong>school<br />

Postbus 430, 1740 AK Schagen<br />

tel.: 0224 - 214 896<br />

giro 3554500 t.n.v. Penningmeester VeBOSS te<br />

Schagen<br />

Verschijningsfrequentie: 4 x per jaar<br />

Abonnementsprijs: fl. 30,- per jaar<br />

(exclusief verzendkosten voor abonnees in het buitenland)<br />

Losse nummers: fl. 7,50<br />

Indien u vóór 1 <strong>de</strong>cember van het lopen<strong>de</strong> jaar uw abonnement niet<br />

hebt opgezegd, wordt dit automatisch met een jaar verlengd.<br />

Kopij, ingeleverd vóór 31 januari, zal zo mogelijk<br />

wor<strong>de</strong>n gepubliceerd in <strong>de</strong> eerste aflevering van <strong>de</strong><br />

gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> jaargang.<br />

Kopij, ingeleverd vóór 18 april, zal zo mogelijk<br />

wor<strong>de</strong>n gepubliceerd in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> aflevering van <strong>de</strong><br />

gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> jaargang.<br />

Kopij, ingeleverd vóór 29 augustus, zal zo mogelijk<br />

wor<strong>de</strong>n gepubliceerd in <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> aflevering van <strong>de</strong><br />

gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> jaargang.<br />

Kopij, ingeleverd vóór 24 oktober, zal zo mogelijk<br />

wor<strong>de</strong>n gepubliceerd in <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> aflevering van <strong>de</strong><br />

gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> jaargang.


INSTITUTEN en SCHOLEN voor slechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren en kin<strong>de</strong>ren met spraak- en/of taalmoeilijkhe<strong>de</strong>n<br />

POSTC.<br />

3814 TL<br />

1062 CZ<br />

1063 EX<br />

1062 BK<br />

1062 BK<br />

6814 CR<br />

6821 LK<br />

4812 GE<br />

9207 BK<br />

5629 CH<br />

5629 CC<br />

5629 CC<br />

5628 WE<br />

5629 CC<br />

7522 AN<br />

7522 AN<br />

4461 DS<br />

2531 PW<br />

6561 KE<br />

6561 KE<br />

9721 XB<br />

9737 HK<br />

2015 KN<br />

6432 CC<br />

2332 KV<br />

2324 VN<br />

6531 PL<br />

6531 RR<br />

6531 MV<br />

3011 CN<br />

3078 PE<br />

3067 PW<br />

3076 EB<br />

2287 EE<br />

1740 A K<br />

1741 MC<br />

3523 CL<br />

3523 HB<br />

3563 VJ<br />

3563 EN<br />

3563 EP<br />

8012 VA<br />

PLAATS<br />

Amersfoort<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam<br />

Arnhem<br />

Arnhem<br />

Breda<br />

Drachten<br />

Eindhoven<br />

Eindhoven<br />

Eindhoven<br />

Eindhoven<br />

Eindhoven<br />

Ensche<strong>de</strong><br />

Ensche<strong>de</strong><br />

Goes<br />

's-Gravenh.<br />

Groesbeek<br />

Groesbeek<br />

Groningen<br />

Groningen<br />

Haarlem<br />

Hoensbroek<br />

Lei<strong>de</strong>n<br />

Lei<strong>de</strong>n<br />

Nijmegen<br />

Nijmegen<br />

Nijmegen<br />

Rotterdam<br />

Rotterdam<br />

Rotterdam<br />

Rotterdam<br />

Rijswijk<br />

Schagen<br />

Schagen<br />

Utrecht<br />

Utrecht<br />

Utrecht<br />

Utrecht<br />

Utrecht<br />

Zwolle<br />

SCHOOL<br />

Prof. Groenschool<br />

Prof. H. Burgerschool<br />

Alex. G. Bellschool - V.S.O.<br />

Alex. Roozendaalschool<br />

Mgr. Hermusschool<br />

Dr. P.C.M. Bosschool<br />

De Stijgbeugel - V.S.O.<br />

De Spreekhoorn<br />

De Skelp<br />

Instituut Sint Marie<br />

School <strong>de</strong> Horst<br />

School <strong>de</strong> Beem<strong>de</strong>n (8-20 jr.)<br />

School <strong>de</strong> Beem<strong>de</strong>n (3-8 jr.)<br />

Ekkersbeek - V.S.O.<br />

Prof. dr. H.C. Huizingschool<br />

Het Maatman - V.S.O.<br />

De Kring<br />

Cor Emousschool<br />

Mgr. Terwindtschool<br />

<strong>de</strong> Wylerberg<br />

Dr. J. <strong>de</strong> Graafschool - V.S.O.<br />

Tine Marcusschool<br />

Prof. van Gilseschool<br />

Mgr. Hanssenschool<br />

De Weerklank<br />

De Weerklank - V.S.O.<br />

Martinus van Beekschool<br />

Martinus van Beek - V.S.O.<br />

De Open Cirkel -internaat<br />

L.W. Hil<strong>de</strong>rnisseschool<br />

Dr. F. Hogewindschool<br />

P.J. Evertseschool - V.S.O.<br />

S. Jonkerenschool<br />

De Voor<strong>de</strong><br />

Burg. <strong>de</strong> Wil<strong>de</strong>school<br />

O.S.G. Hendrik Mol - V.S.O.<br />

Het Rotsoord<br />

Het Rotsoord - V.S.O.<br />

Bertha Muller school<br />

De Taaikring<br />

Alfonso Cortischool - V.S.O.<br />

Enkschool<br />

INSTITUTEN en SCHOLEN voor dove kin<strong>de</strong>ren<br />

1062 CJ<br />

1064 BX<br />

9752 AC<br />

9721 WD<br />

3031 BA<br />

3067 XG<br />

5271 GD<br />

5263 EE<br />

5261 LB<br />

2275 TH<br />

2716 KS<br />

Amsterdam<br />

Amsterdam<br />

Haren (Gr.)<br />

Groningen<br />

Rotterdam<br />

Rotterdam<br />

St-Michielsg.<br />

Vught<br />

Vught<br />

Voorburg<br />

Zoetermeer<br />

J.C. Ammanschool<br />

Dep. J.C. Ammanschool<br />

Kon. Inst. voor Doven<br />

H.D.Guyot - Kantoren<br />

Guyotschool - S.O<br />

Guyotschool - V.S.O<br />

Internaten Groningen<br />

Rudolf Meesinstituut<br />

Dependance R.M.I.<br />

Katholiek Inst. voor Doven<br />

Eikenheuvel-afd.I.V.D.<br />

Mariëlla - afd. I.V.D.<br />

Effatha, Chr. Inst. voor Doven<br />

Chr. Instituten voor Doven<br />

Effatha, V.S.O en V.B.O<br />

ADRES<br />

Kortenaerstraat 10<br />

J. Jongkindstraat 6<br />

Burg. Eliasstraat 76<br />

Jan Tooropstraat 13<br />

Jan Tooropstraat 11<br />

Hommelseweg 403-A<br />

Hommelseweg 403<br />

Dirk Hartogstraat 10<br />

Wetterwille 70<br />

Castiliëlaan 8<br />

Toledolaan 3<br />

Toledolaan 1<br />

Leuvenlaan 23<br />

Toledolaan 5<br />

Maatman weg 15<br />

Maatmanweg 17<br />

Tien<strong>de</strong>nd reef 5-7<br />

Twickelstraat 5<br />

Nijmeegsebaan 21a<br />

Nijmeegsebaan 21<br />

Ina Boudierplants. 9<br />

Jaltadaheerd 163<br />

Daslookweg 2<br />

Zandbergsweg 115<br />

Robijnstraat 100<br />

Obrechtstraat 4<br />

Ijsbeerstraat 31<br />

Nijlpaardstraat 4<br />

Slotem. <strong>de</strong> Bruïnew. 248<br />

Pierre Baylestraat 2<br />

Kraayeveldstraat 2<br />

Malmöpad 60<br />

Guido Gezelleweg 12<br />

Bazuinlaan 2a<br />

Meerkoet 25 - P.B.430<br />

Hoep 28<br />

Rotsoord 36<br />

Slotlaan 37<br />

Santa Cruzdreef 30<br />

Agavedreef 92<br />

Boadreef 2<br />

Enkstraat 69<br />

J. Sluyterstraat 9<br />

Herman <strong>de</strong> Manstr. 1<br />

Rijksstraatweg 63<br />

Bor<strong>de</strong>wijklaan 117a<br />

Ammanplein 2-4<br />

Corn. Danckertstr. 32<br />

Theerestraat 42<br />

Helvoirtseweg 189<br />

Laagstraat 1<br />

Effathalaan 31<br />

Zalkerbos 330<br />

TELEFOON<br />

033-4720938<br />

020-6158547<br />

020-6131133<br />

020-6153340<br />

020-6179696<br />

026-4423293<br />

026-4454497<br />

076-5212352<br />

0512-514974<br />

040-2413515<br />

040-2429402<br />

040-2424255<br />

040-2425728<br />

040-2423355<br />

053-4333767<br />

053-4335382<br />

0113-213407<br />

070-3948994<br />

024-6841790<br />

024-6848555<br />

050-5255190<br />

050-5418476<br />

023-5246150<br />

045-5219850<br />

071-5765149<br />

071-5761990<br />

024-3559584<br />

024-3567765<br />

024-3591919<br />

010-4135651<br />

010-4821088<br />

010-4552318<br />

010-4329377<br />

070-3943042<br />

0224-214896<br />

0224-214071<br />

030-2510041<br />

030-2888747<br />

030-2612404<br />

030-2660875<br />

030-2621227<br />

038-4212959<br />

020-6178617<br />

020-6132801<br />

050-5343941<br />

050-5343711<br />

050-5343622<br />

050-5270840<br />

010-4132280<br />

010-4552417<br />

073-5588111<br />

073-5588111<br />

073-5588111<br />

070-3073500<br />

070-3073508<br />

Vrien<strong>de</strong>lijk verzoek: Geef wijzigingen van adressen , telefoon- en faxnummers van scholen en instituten direct<br />

door aan <strong>de</strong> eindredactie<br />

FAX<br />

033-4700305<br />

020-6176021<br />

020-6149273<br />

026-4423293<br />

026-4450661<br />

076-5142352<br />

0512-515340<br />

040-2412285<br />

040-2483479<br />

040-2422365<br />

040-2416538<br />

040-2483884<br />

053-4338522<br />

053-4338745<br />

0113-228717<br />

070-3962000<br />

024-6842154<br />

050-5261265<br />

023-5246797<br />

045-5212957<br />

071-5720330<br />

024-3540043<br />

024-3552365<br />

010-4110113<br />

010-4821885<br />

010-4558407<br />

010-4196717<br />

070-3944629<br />

0224-298945<br />

0224-296079<br />

030-2520786<br />

030-2888747<br />

030-2662024<br />

030-2613419<br />

030-2618385<br />

038-4218088<br />

020-6178637<br />

020-4110428<br />

050-5348487<br />

010-4149483<br />

010-4569967<br />

073-5512157<br />

073-5588516<br />

073-5588651<br />

070-3250900


TRANSPARANT<br />

BASISPAKKET<br />

een hel<strong>de</strong>r<br />

oefenprogramma<br />

voor<br />

taalontwikkeling<br />

TRANSPARANT: "Een hel<strong>de</strong>r oefenprogramma voor taalontwikkeling",<br />

echt iets voor u.<br />

TRANSPARANT biedt u namelijk kopieerbare werkbla<strong>de</strong>n voor het aanleren van 115<br />

verschillen<strong>de</strong> grammaticale structuren en dit op gevarieer<strong>de</strong> wijze.<br />

Uitgangspunt van TRANSPARANT is <strong>de</strong> verwerkingsvolgor<strong>de</strong> van <strong>de</strong> TARSP-taalontwikkelingsschaal<br />

(Verhulst-Schlichting) waardoor u <strong>de</strong> schat aan gevarieer<strong>de</strong> oefeningen<br />

op een gestructureer<strong>de</strong> wijze kunt aanbie<strong>de</strong>n.<br />

Zeer bijzon<strong>de</strong>r aan TRANSPARANT is het gebruik van transparanten. Hierdoor kunnen<br />

spelvormen veran<strong>de</strong>ren, zodat eenzelf<strong>de</strong> oefening meer<strong>de</strong>re malen herhaald kan<br />

wor<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> verveling toeslaat.<br />

Elk werkblad geeft naast <strong>de</strong> te oefenen structuur een exacte beschrijving van <strong>de</strong><br />

benodigdhe<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> werkwijze en <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re spelsuggesties. De hiervoor noodzakelijke<br />

spelmaterialen wor<strong>de</strong>n vanzelfsprekend meegeleverd.<br />

Naast <strong>de</strong> werkbla<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> sheets (transparanten) en <strong>de</strong> spelmaterialen biedt TRANSPARANT<br />

u een hel<strong>de</strong>re handleiding. Het werken met <strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>re varianten van <strong>de</strong> werkbla<strong>de</strong>n<br />

door het gebruik van <strong>de</strong> sheets wordt eveneens dui<strong>de</strong>lijk beschreven. Natuurlijk wor<strong>de</strong>n alle<br />

spelvormen uitgelegd zodat <strong>de</strong> "spelregels" direct mee te geven zijn (bv aan <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs).<br />

TRANSPARANT omvat een speciale ringband met 140 uitneembare bla<strong>de</strong>n op 170 grams<br />

dik papier, 10 sheets en een materialenset. Het geheel verpakt in een stevige en fraaie<br />

kunststof draagtas voor handig transport.<br />

De prijs van het TRANSPARANT oefenprogramma bedraagt fl. 210,- (+fl. 15,- porto).<br />

p.s. Nieuw: TRANSPARANT supplements<strong>de</strong>el. Verschijnt januari '97<br />

VRAAG ONZE GRATIS TA US AAN BIJ:<br />

BAERT NV<br />

Postbus 134<br />

4570 AC AXEL<br />

Telefoon: 040 - 257.26.12

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!