Untitled
Untitled Untitled
Q~,0 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAW wy bet oor aan veelerhande onredelyke begeerten en driften, dooien, van de zelve geblind , op veelerhande dwaalwegen om , e» verwyderen ons hoe langs hoe verder van heï heerelyke doel, 't welk gy ons hebt voorgefteld. ö God, wy befeffen, hoe dwaas, hoe ftrafwaardig wy dikwyls handelen, en hoe onbillyk onze klagten zyn. Ja, wy hebben het aan onszelven te wyten, indien wy niet gelukkig zyn. ó Mogten wy dit reeht overtuigelyk inzien , mogten wy de misdagen, die ons in het genot der gelukzaligheid ftooren, houden voor 't geen zy zyn, en dan met allen ernst 'er op bedacht zyn, om ons van dezelve te bevryden! Zegen toch ter bevordering deezer oogmerken de overdenkingen welke thans over dit gewigtige onderwerp zullen worden voorgedraagen. Geef toch , dat wy volkomen onpartydig met onszelven te werk gaan, en onze gamfche opmerkzaamheid op onzen eigenen toeftand vestigen mogen. Wy bidden u hierom als Christenen met kinderlyk vertrouwen, en fpreeken u verder in den naam van onzen Heiland aan: Onze Vader enz. Hoe
' GELUK ONDER DE MENSCHEN. 231 Hoe duidclyker wy de oorzaaken van eenig gebrek inzien, des te ligter kunnen wy het^ zelve verhelpen, indien het anders te verhelpen is. Dikwyls zuchten wy eeniglyk uit dien hoofde zo lang onder het drukkende gevoel van eenig gebrek, omdat wy niet recht weeten, van waar het ontftaat, waarop het gegrond is, en uit welke bronnen wy kunnen en moeten fcheppen, 't geen ons ontbreekt. Zo gaat het ook met betrekking tot het menfchelyk geluk. Dikwyls, maar al te dikwyls klaagen wy over gebrek daaraan , en hebben nogthans flechts gebrekkelyke en verwarde denkbeelden van dat geen, waarop deeze klagten gegrond zyn, als mede van de oorzaaken, waarom wy dit gebrek lyden. Daarover dikwyls natedenken en ernflige onderzoekingen in *t werk te ftellen, moest ons niet minder ter harte gaan dan het geluk zelf; en het behoort onbetwistbaar tot de vernederendfte tegenftrydigheden van den mensch met zichzelven, dat hy zo dikwyls en zo gaarne klaagt, en echter uit ligtzinnigheid en traagheid wei- P 4 nig
- Page 189 and 190: h e b t o n s a l l e n t o t ó gy
- Page 191 and 192: .GELUK ONDER ONS PLAATS? lS3 Geluk,
- Page 193 and 194: GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$ onze hu
- Page 195 and 196: GELUK. ONDER ONS PLAATS? l8f nen fm
- Page 197 and 198: GELUK ONDER ONS PLAATS? 189 toe di
- Page 199 and 200: CELUK ONDER ONS PLAATS? ioi den en
- Page 201 and 202: GELUK ÓNDIÏl ONS PLAATS? ÏQJ gy,
- Page 203 and 204: GfcLÜK ONDER ONS PLAATS? I95 min,
- Page 205 and 206: GELUK ONDER ONS PLAATS? Ï97 veel g
- Page 207 and 208: GELUK ONDER ONS V LAATS? 10^ bruike
- Page 209 and 210: GELUK ONDER ONS PLAATS? SOI' dingen
- Page 211 and 212: GELUK ONDER ONS PLAATS? 253 mogelyk
- Page 213: NEGENDE LEERREDE. OORZAAKEN VAN HET
- Page 216 and 217: ÈOS OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN d
- Page 218 and 219: 810 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN de
- Page 220 and 221: 21 & OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN h
- Page 222 and 223: *I4 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ke
- Page 224 and 225: £l6 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAS?
- Page 226 and 227: 513 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ed
- Page 228 and 229: SÏO OORZAAKEN VAN HÉT GEBREK AAN
- Page 230 and 231: 324 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN he
- Page 232 and 233: 824 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN va
- Page 234 and 235: »aÖ OORZAAKEN VAN HET GEBREK ENZ.
- Page 237: 6 (jod, gy hebt ons, uwe fchepfelen
- Page 241 and 242: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 333 den we
- Page 243 and 244: GELUK. ONDER DE MENSCHEN. 235 aanwe
- Page 245 and 246: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 2.$? ïusf
- Page 247 and 248: GELUK ONDER DE MENSCHEN. £39 fchap
- Page 249 and 250: 'GELUK ONDER DE MENSCHEN. 342 het g
- Page 251 and 252: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 343 wieeme
- Page 253 and 254: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 445 bedorv
- Page 255 and 256: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 247 is, ei
- Page 257: ELFDE L E E R R E D E . HET HEILIGE
- Page 260 and 261: 254 HET HEILIGE AVONDMAAL EEN Ja, g
- Page 262 and 263: flrg^ HET HEILIGE AVONDMAAL EEN Toe
- Page 264 and 265: 65 «ET HEILIGE AVONDMAAL EEK? den
- Page 266 and 267: §58 HET HEILIGE AVONDMAAL EEN uw R
- Page 268 and 269: ÖCK» HET HEILIGE AVONDMAAL EEN ve
- Page 270 and 271: %6i MET HEILIGE AVONDMAAL EEN ons o
- Page 272 and 273: 3Ö4- HET HSILIGE AVONDMAAL EEH waa
- Page 274 and 275: 266 HET HEILIGE AVONDMAAL EEN leerl
- Page 276 and 277: S68 HET HEILIGE AVONDMAAL EEN dan d
- Page 278 and 279: S.yo KET HEILIGE AVONDMAAL EEN ke a
Q~,0 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAW<br />
wy bet oor aan veelerhande onredelyke begeerten<br />
en driften, dooien, van de zelve geblind<br />
, op veelerhande dwaalwegen om , e»<br />
verwyderen ons hoe langs hoe verder van heï<br />
heerelyke doel, 't welk gy ons hebt voorgefteld.<br />
ö God, wy befeffen, hoe dwaas, hoe<br />
ftrafwaardig wy dikwyls handelen, en hoe onbillyk<br />
onze klagten zyn. Ja, wy hebben het<br />
aan onszelven te wyten, indien wy niet gelukkig<br />
zyn. ó Mogten wy dit reeht overtuigelyk<br />
inzien , mogten wy de misdagen, die<br />
ons in het genot der gelukzaligheid ftooren,<br />
houden voor 't geen zy zyn, en dan met allen<br />
ernst 'er op bedacht zyn, om ons van dezelve<br />
te bevryden! Zegen toch ter bevordering<br />
deezer oogmerken de overdenkingen welke<br />
thans over dit gewigtige onderwerp zullen<br />
worden voorgedraagen. Geef toch , dat wy<br />
volkomen onpartydig met onszelven te werk<br />
gaan, en onze gamfche opmerkzaamheid op<br />
onzen eigenen toeftand vestigen mogen. Wy<br />
bidden u hierom als Christenen met kinderlyk<br />
vertrouwen, en fpreeken u verder in den naam<br />
van onzen Heiland aan: Onze Vader enz.<br />
Hoe