Untitled
Untitled Untitled
fp4 WAAROM HEEFT 'ER NIET MEERDER voor u, in uwen kring, in uwe verbindtenisfen, in uwen tegenwoordigen toeftand gefchikt zyn; verlangt noch het geluk van geringer, noch het geluk van verhevener fchepfelen, dan gy zyt, noch den groover zinnelyken wellust der dieren, noch de zuiverer, geestelyke genietingen der engelen, noch onvermengde en onafgebrokene, noch enkel verrukkende vreugde. Zyne wenfehen te beheerfchen en te maatigen, en niets te verlangen en te verwachten, wat met den aart der dingen en met onzen toeftand ftrydt, deeze is de rechte weg ter gelukzaligheid. Eene vierde oorzaak, waarom 'er niet meerder geluk onder ons plaats heeft, is deeze: men ziet veele foorten van geluk en veele middele daartoe, gantfchelyk over het hoofd , en waa deert en zoekt anderen niet genoegzaam,- dereen wenscht gelukkig te zyn, en iedereen wendt daartoe zekere middelen aan. Wie houdt niet de gezondheid, de ligchaamelyke fterkte, den goeden voortgang in zyne bezigheden, den goeden naam, een toereikend beftaan, een onbezorgd, gemakkelyk leven, voordeelige verbindtenisfen met zyne medemenfehen, wie houdt niet rykdom, aanzien en eer voor begeerenswaardige goederen ? Wie ftreeft niet, meer of min,
GfcLÜK ONDER ONS PLAATS? I95 min, daarnaar, als naar middelen tot het geluk ? Maar hoe veele andere bronnen van hetzelve gaat men onachtzaam voorby, houdt ze niet voor 't geen zy zyn, of fchept 'er veel minder genoegen en vermaak uit, dan men 'er uit zou kunnen fcheppen! Het genot der fchoone natuur; het deelneemen in alles , wat fchoon en goed in de waereld en onder de menfchen is en gefchiedt; de bewustheid van billyk eh goed gehandeld te hebben; het gevoel van zyne vordering op den weg der verbetering en der volmaaktheid; het nadenken over gewigtige zaaken; het uitbreiden en verbeteren zyner kundigheden en inzigten; het genoegen des huisfelyken levens; de ftille verkeering met zichzelf ven en met weinige verftandige en braave vrienden, het vermaak der weldaadigheid; de geneugten der godsdienftige overdenking: welke ryke, onuitputtelyke bronnen van geluk, zyn dat niet voor den geenen, die ze kent en weel te gebruiken! Welk eenen zuiveren wellust, welk een waar, duurzaam genoegen fchept niet de wyze en de Christen uit dezelve! Hoe veel meerder wellust,hoe veel meerder vermaak,dan al het andere in ftaat is hem te verfchaffen! N 2 font»
- Page 151 and 152: 20 WEINIG GENOEGEN? T43 ïegenftaan
- Page 153 and 154: ZO WEINIG GENOEGEN? met ons geluk f
- Page 155 and 156: ZO WEÏNIG GENÖÈÜEN? l$f heid on
- Page 157 and 158: ZO WEINIG GENOEGEN? I49 van het teg
- Page 159 and 160: ZO WEINIG GENOEGEN? I51' en omftand
- Page 161 and 162: ZO WEINIG GENOEGEN? 153 menfchen ge
- Page 163: ZEVENDE L E E R R E D E . HET GEDRA
- Page 166 and 167: £58 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSC
- Page 168 and 169: ïf)0 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 170 and 171: l6i HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS6H
- Page 172 and 173: 164 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 174 and 175: l66 HET GrifJRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 176 and 177: Ifj8 HET GEDÏIAG VAN EEN VROOM MEN
- Page 178 and 179: ïfO HET GEDRAG VAN EEN VROOM MHNSC
- Page 180 and 181: 172 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 182 and 183: i74 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 184 and 185: l?6 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 186 and 187: I78 HET GEDRAG VAN EEN VROOM ENZ. a
- Page 189 and 190: h e b t o n s a l l e n t o t ó gy
- Page 191 and 192: .GELUK ONDER ONS PLAATS? lS3 Geluk,
- Page 193 and 194: GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$ onze hu
- Page 195 and 196: GELUK. ONDER ONS PLAATS? l8f nen fm
- Page 197 and 198: GELUK ONDER ONS PLAATS? 189 toe di
- Page 199 and 200: CELUK ONDER ONS PLAATS? ioi den en
- Page 201: GELUK ÓNDIÏl ONS PLAATS? ÏQJ gy,
- Page 205 and 206: GELUK ONDER ONS PLAATS? Ï97 veel g
- Page 207 and 208: GELUK ONDER ONS V LAATS? 10^ bruike
- Page 209 and 210: GELUK ONDER ONS PLAATS? SOI' dingen
- Page 211 and 212: GELUK ONDER ONS PLAATS? 253 mogelyk
- Page 213: NEGENDE LEERREDE. OORZAAKEN VAN HET
- Page 216 and 217: ÈOS OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN d
- Page 218 and 219: 810 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN de
- Page 220 and 221: 21 & OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN h
- Page 222 and 223: *I4 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ke
- Page 224 and 225: £l6 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAS?
- Page 226 and 227: 513 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ed
- Page 228 and 229: SÏO OORZAAKEN VAN HÉT GEBREK AAN
- Page 230 and 231: 324 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN he
- Page 232 and 233: 824 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN va
- Page 234 and 235: »aÖ OORZAAKEN VAN HET GEBREK ENZ.
- Page 237 and 238: 6 (jod, gy hebt ons, uwe fchepfelen
- Page 239 and 240: ' GELUK ONDER DE MENSCHEN. 231 Hoe
- Page 241 and 242: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 333 den we
- Page 243 and 244: GELUK. ONDER DE MENSCHEN. 235 aanwe
- Page 245 and 246: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 2.$? ïusf
- Page 247 and 248: GELUK ONDER DE MENSCHEN. £39 fchap
- Page 249 and 250: 'GELUK ONDER DE MENSCHEN. 342 het g
- Page 251 and 252: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 343 wieeme
fp4 WAAROM HEEFT 'ER NIET MEERDER<br />
voor u, in uwen kring, in uwe verbindtenisfen,<br />
in uwen tegenwoordigen toeftand gefchikt<br />
zyn; verlangt noch het geluk van geringer,<br />
noch het geluk van verhevener fchepfelen, dan<br />
gy zyt, noch den groover zinnelyken wellust<br />
der dieren, noch de zuiverer, geestelyke genietingen<br />
der engelen, noch onvermengde en onafgebrokene,<br />
noch enkel verrukkende vreugde.<br />
Zyne wenfehen te beheerfchen en te maatigen,<br />
en niets te verlangen en te verwachten, wat<br />
met den aart der dingen en met onzen toeftand<br />
ftrydt, deeze is de rechte weg ter gelukzaligheid.<br />
Eene vierde oorzaak, waarom 'er niet meerder<br />
geluk onder ons plaats heeft, is deeze: men<br />
ziet veele foorten van geluk en veele middele<br />
daartoe, gantfchelyk over het hoofd , en waa<br />
deert en zoekt anderen niet genoegzaam,-<br />
dereen wenscht gelukkig te zyn, en iedereen<br />
wendt daartoe zekere middelen aan. Wie houdt<br />
niet de gezondheid, de ligchaamelyke fterkte,<br />
den goeden voortgang in zyne bezigheden, den<br />
goeden naam, een toereikend beftaan, een onbezorgd,<br />
gemakkelyk leven, voordeelige verbindtenisfen<br />
met zyne medemenfehen, wie houdt<br />
niet rykdom, aanzien en eer voor begeerenswaardige<br />
goederen ? Wie ftreeft niet, meer of<br />
min,