Untitled
Untitled Untitled
184 WAAROM HEEFT 'ER NIET MEERDER van malkanderen, als de menfchen zeiven van malkanderen verfchillen. Wy, myne aandachtige Toehoorers ! behooren als menfchen en als Christenen tot de klasfè der redelyke bewooneren van den aardbol, die voor een verheven , een by uitneemendheid groot geluk vatbaar zyn. Wy hebben eenen aanzienlyken trap van befchaafdheid bereikt. De vermogens van onzen geest zyn in een grooter kring van werkzaamheid geplaatst. Onze reden is verlicht; wy zyn in 't nadenken geoefend. Wy kennen en bezitten veele bronnen van vermaak en genoegen, en wel van het edelfte vermaak en het zuiverfte genoegen, die voor veele, misfchien voor de meeste menfchen verborgen en onbekend zyn. Het licht des Euangelies heeft veele fchadelyke vooroordeelen en dwaalingen onder ons verzwakt, ons op eene menigte van belangryke zaaken opmerkzaam gemaakt, en ons van veele anderen juister begrippen en meerder zekerheid gegeeven. Wy weeten duidelyker, wat" geluk is , en langs welke wegen, door welke middelen men tot hetzelve komt. Maar zyn wy ook in de daad gelukkiger dan anderen? Zo gelukkig, als wy in onzen toeftand, volgens onze krachten, by on-
GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$ onze hulpmiddelen zyn kunnen? Is de trap van ons geluk overeenkomftig met den trap van onze befchaafdheid, van onze kundigheden, en met de gunstige omftandigheden, waarin wy ons bevinden? Zou men uit den laatften den eerften kunnen opmaaken? Heerscht 'er meer vergenoegdzaamheid dan onvergenoegdzaamheid, meer blydfchap dan droefheid onder ons? Stygen 'er meer dank- en lofzangen dan zuchten en klagten uit ons midden ten hemel? Ach, ik vrees, myne geliefde Vrienden! dat de dagelykfche ondervinding ons zou loogenftraffen, indien wy dit in 't algemeen wilden ftaande houden. Maar zou niet de fchuld van dit gebrek aan geluk by onszelven liggen? Laaten wy onze gedachten hierover eens laaten gaan, myne aandachtige Toehoorers! Laaten wy de oorzaaken nafpooren, waarom ""er onder menfchen, gelyk wy zyn, onder menfchen van onze foort en in onzen toeftand, niet meerder waar geluk te vinden is. Leeren wy deeze oorzaaken kennen, en houden voor 't geen zy zyn, dan zal het ons te ligter vallen, om de hinderpaalen van ons geluk te boven te komen, of dezelve uit den weg te ruimen. Mogt myne tegenwoordige leerrede iets ter bevordering van dit heilzaame oog- M 5 merk,
- Page 141 and 142: STO WEINIG GENOEGEN? I33 ligheid ui
- Page 143 and 144: ZO WEINIG GENOEGEN? X35 een waarely
- Page 145 and 146: ZO WEINIG GENOEGEN? I37 hem aanbied
- Page 147 and 148: ZO WEINIG GENOEGEN?» I35) pooginge
- Page 149 and 150: ZO WEINIG GENOEGEN? I4I net genot v
- Page 151 and 152: 20 WEINIG GENOEGEN? T43 ïegenftaan
- Page 153 and 154: ZO WEINIG GENOEGEN? met ons geluk f
- Page 155 and 156: ZO WEÏNIG GENÖÈÜEN? l$f heid on
- Page 157 and 158: ZO WEINIG GENOEGEN? I49 van het teg
- Page 159 and 160: ZO WEINIG GENOEGEN? I51' en omftand
- Page 161 and 162: ZO WEINIG GENOEGEN? 153 menfchen ge
- Page 163: ZEVENDE L E E R R E D E . HET GEDRA
- Page 166 and 167: £58 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSC
- Page 168 and 169: ïf)0 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 170 and 171: l6i HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS6H
- Page 172 and 173: 164 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 174 and 175: l66 HET GrifJRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 176 and 177: Ifj8 HET GEDÏIAG VAN EEN VROOM MEN
- Page 178 and 179: ïfO HET GEDRAG VAN EEN VROOM MHNSC
- Page 180 and 181: 172 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 182 and 183: i74 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 184 and 185: l?6 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 186 and 187: I78 HET GEDRAG VAN EEN VROOM ENZ. a
- Page 189 and 190: h e b t o n s a l l e n t o t ó gy
- Page 191: .GELUK ONDER ONS PLAATS? lS3 Geluk,
- Page 195 and 196: GELUK. ONDER ONS PLAATS? l8f nen fm
- Page 197 and 198: GELUK ONDER ONS PLAATS? 189 toe di
- Page 199 and 200: CELUK ONDER ONS PLAATS? ioi den en
- Page 201 and 202: GELUK ÓNDIÏl ONS PLAATS? ÏQJ gy,
- Page 203 and 204: GfcLÜK ONDER ONS PLAATS? I95 min,
- Page 205 and 206: GELUK ONDER ONS PLAATS? Ï97 veel g
- Page 207 and 208: GELUK ONDER ONS V LAATS? 10^ bruike
- Page 209 and 210: GELUK ONDER ONS PLAATS? SOI' dingen
- Page 211 and 212: GELUK ONDER ONS PLAATS? 253 mogelyk
- Page 213: NEGENDE LEERREDE. OORZAAKEN VAN HET
- Page 216 and 217: ÈOS OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN d
- Page 218 and 219: 810 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN de
- Page 220 and 221: 21 & OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN h
- Page 222 and 223: *I4 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ke
- Page 224 and 225: £l6 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAS?
- Page 226 and 227: 513 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN ed
- Page 228 and 229: SÏO OORZAAKEN VAN HÉT GEBREK AAN
- Page 230 and 231: 324 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN he
- Page 232 and 233: 824 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN va
- Page 234 and 235: »aÖ OORZAAKEN VAN HET GEBREK ENZ.
- Page 237 and 238: 6 (jod, gy hebt ons, uwe fchepfelen
- Page 239 and 240: ' GELUK ONDER DE MENSCHEN. 231 Hoe
- Page 241 and 242: GELUK ONDER DE MENSCHEN. 333 den we
GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$<br />
onze hulpmiddelen zyn kunnen? Is de trap van<br />
ons geluk overeenkomftig met den trap van onze<br />
befchaafdheid, van onze kundigheden, en<br />
met de gunstige omftandigheden, waarin wy ons<br />
bevinden? Zou men uit den laatften den eerften<br />
kunnen opmaaken? Heerscht 'er meer vergenoegdzaamheid<br />
dan onvergenoegdzaamheid, meer<br />
blydfchap dan droefheid onder ons? Stygen 'er<br />
meer dank- en lofzangen dan zuchten en klagten<br />
uit ons midden ten hemel? Ach, ik vrees, myne<br />
geliefde Vrienden! dat de dagelykfche ondervinding<br />
ons zou loogenftraffen, indien wy<br />
dit in 't algemeen wilden ftaande houden. Maar<br />
zou niet de fchuld van dit gebrek aan geluk by<br />
onszelven liggen? Laaten wy onze gedachten<br />
hierover eens laaten gaan, myne aandachtige<br />
Toehoorers! Laaten wy de oorzaaken nafpooren,<br />
waarom ""er onder menfchen, gelyk wy zyn,<br />
onder menfchen van onze foort en in onzen toeftand,<br />
niet meerder waar geluk te vinden is.<br />
Leeren wy deeze oorzaaken kennen, en houden<br />
voor 't geen zy zyn, dan zal het ons te ligter<br />
vallen, om de hinderpaalen van ons geluk te<br />
boven te komen, of dezelve uit den weg te<br />
ruimen. Mogt myne tegenwoordige leerrede<br />
iets ter bevordering van dit heilzaame oog-<br />
M 5 merk,