Untitled
Untitled Untitled
164 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH weinige dagen of jaaren, of gy morgen nog zyn en hebben en vermogen zult, 't geen gy heden zyt en hebt en vermoogt. Hoe ras kan niet uw helder , glansryk pad beneveld worden , hoe ras de bedrieglyke fchittering van uwe welvaart verdwynen! Hoe ras kunnen niet uwe rykdommen u verlaaten, uwe vrienden zich van u verwyderen, uw aanzien verduisteren, uwe krachten en uwe moed bezwyken, en uw ligchaam zich aan den rand des grafs bevinden! En waar zyn dan de brooze fteunfels, waarop gy u verliet, de ftreelende vooruitzigten van eenen onafgebrokenen , langduurigen voorfpoed , die gy als zo zeker aanmerkte ? Neen, erken en befef in het midden van den overvloed, in het midden der genieting van den voorfpoed, uwe zwakheid, uwe onbeftendigheid, uwe nietigheid, en vlugtigheid, de gelykheid met eenen droom, de nietigheid aller aardfche goederen en voorrechten, en laat dit u befcheidenheid en nederigheid leeren. Leeft sy in wel/land, roepen u verder wysheid en godsdienst toe, bekroonen voorfpoed en goed geluk u en uwe onderneemingen, maak dan een maatig gebruik van deezen wel* ftand en van deezen voorfpoed. Laat u door niets
IN VOORSPOED EN IN TEGENSPOED. 165 niets van alles , wat daartoe behoort, overheerfchen en tot eenen flaaf maaken; laat niets daarvan u zo noodzaakelyk en onontbeerlyk worden, dat het gemis of het verlies daarvan, 't welk u zo fpoedig, heden of morgen, treffen kan , u ongelukkig zou maaken. Noch uw ftand en uw rang, noch uwe goederen en voorrechten, noch uwe vrienden en lievelingen moeten ooit zoinnerlyk, zo onaffcheidelyk met het denkbeeld en het genot uwer weltevredenheid vereenigd zyn, dat gy met het verlies der eerften ook deeze zoudt moeten verliezen. Gebruik al het fchoone en goede, het gerieflyke en aangenaame, dat de Voorzienigheid u boven anderen te bezitten en te genieten geeft, met blymoedigheid, maar misbruik het nimmer. Wacht u van uwen lusten en begeenen den losfen teugel te vieren, en ze, zelfs als zy onfchuldige dingen ten doel hebben, zo dikwyls en zo volkomenlyk te bevredigen, als uwe tydelyke omftandigheden wel zouden toelaaten. Wacht u van de verkwikkingen , de vermaaken en verlustigingen deezes levens, deszelfs goederen en geneugten, in zo vol eene maate te genieten , als u in en op zichzelve wel L 3 zou
- Page 122 and 123: $14 DE GENEUGTEN DER DEUGDi boven h
- Page 124 and 125: HÓ DE GENEUGTEN DER DEUGD." felen,
- Page 126 and 127: Ji8 DÉ GENEUGTEN DER. DEUGD. reiki
- Page 128 and 129: 12© DE GENEUGTEN DER DEUGD. hy zon
- Page 130 and 131: Iti DE GENEUGTEN DER DEUGD. den van
- Page 132 and 133: Ia* DE GENEUGTEN DER DEUGD. neiging
- Page 134 and 135: lafj DE GENEUGTEN DER DEUGD.' den w
- Page 137 and 138: o (jod, gy hebc ons allen tot geluk
- Page 139 and 140: EO WEINIG GENOEGEN? IJl Wy hebben u
- Page 141 and 142: STO WEINIG GENOEGEN? I33 ligheid ui
- Page 143 and 144: ZO WEINIG GENOEGEN? X35 een waarely
- Page 145 and 146: ZO WEINIG GENOEGEN? I37 hem aanbied
- Page 147 and 148: ZO WEINIG GENOEGEN?» I35) pooginge
- Page 149 and 150: ZO WEINIG GENOEGEN? I4I net genot v
- Page 151 and 152: 20 WEINIG GENOEGEN? T43 ïegenftaan
- Page 153 and 154: ZO WEINIG GENOEGEN? met ons geluk f
- Page 155 and 156: ZO WEÏNIG GENÖÈÜEN? l$f heid on
- Page 157 and 158: ZO WEINIG GENOEGEN? I49 van het teg
- Page 159 and 160: ZO WEINIG GENOEGEN? I51' en omftand
- Page 161 and 162: ZO WEINIG GENOEGEN? 153 menfchen ge
- Page 163: ZEVENDE L E E R R E D E . HET GEDRA
- Page 166 and 167: £58 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSC
- Page 168 and 169: ïf)0 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 170 and 171: l6i HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS6H
- Page 174 and 175: l66 HET GrifJRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 176 and 177: Ifj8 HET GEDÏIAG VAN EEN VROOM MEN
- Page 178 and 179: ïfO HET GEDRAG VAN EEN VROOM MHNSC
- Page 180 and 181: 172 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 182 and 183: i74 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 184 and 185: l?6 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 186 and 187: I78 HET GEDRAG VAN EEN VROOM ENZ. a
- Page 189 and 190: h e b t o n s a l l e n t o t ó gy
- Page 191 and 192: .GELUK ONDER ONS PLAATS? lS3 Geluk,
- Page 193 and 194: GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$ onze hu
- Page 195 and 196: GELUK. ONDER ONS PLAATS? l8f nen fm
- Page 197 and 198: GELUK ONDER ONS PLAATS? 189 toe di
- Page 199 and 200: CELUK ONDER ONS PLAATS? ioi den en
- Page 201 and 202: GELUK ÓNDIÏl ONS PLAATS? ÏQJ gy,
- Page 203 and 204: GfcLÜK ONDER ONS PLAATS? I95 min,
- Page 205 and 206: GELUK ONDER ONS PLAATS? Ï97 veel g
- Page 207 and 208: GELUK ONDER ONS V LAATS? 10^ bruike
- Page 209 and 210: GELUK ONDER ONS PLAATS? SOI' dingen
- Page 211 and 212: GELUK ONDER ONS PLAATS? 253 mogelyk
- Page 213: NEGENDE LEERREDE. OORZAAKEN VAN HET
- Page 216 and 217: ÈOS OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN d
- Page 218 and 219: 810 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN de
- Page 220 and 221: 21 & OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN h
164 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH<br />
weinige dagen of jaaren, of gy morgen nog<br />
zyn en hebben en vermogen zult, 't geen gy<br />
heden zyt en hebt en vermoogt. Hoe ras kan<br />
niet uw helder , glansryk pad beneveld worden<br />
, hoe ras de bedrieglyke fchittering van uwe<br />
welvaart verdwynen! Hoe ras kunnen niet uwe<br />
rykdommen u verlaaten, uwe vrienden zich van<br />
u verwyderen, uw aanzien verduisteren, uwe<br />
krachten en uwe moed bezwyken, en uw<br />
ligchaam zich aan den rand des grafs bevinden!<br />
En waar zyn dan de brooze fteunfels,<br />
waarop gy u verliet, de ftreelende vooruitzigten<br />
van eenen onafgebrokenen , langduurigen<br />
voorfpoed , die gy als zo zeker aanmerkte ?<br />
Neen, erken en befef in het midden van den<br />
overvloed, in het midden der genieting van<br />
den voorfpoed, uwe zwakheid, uwe onbeftendigheid,<br />
uwe nietigheid, en vlugtigheid, de<br />
gelykheid met eenen droom, de nietigheid aller<br />
aardfche goederen en voorrechten, en laat<br />
dit u befcheidenheid en nederigheid leeren.<br />
Leeft sy in wel/land, roepen u verder wysheid<br />
en godsdienst toe, bekroonen voorfpoed<br />
en goed geluk u en uwe onderneemingen,<br />
maak dan een maatig gebruik van deezen wel*<br />
ftand en van deezen voorfpoed. Laat u door<br />
niets