Untitled
Untitled Untitled
l6i HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS6H onfchadelyk en weldaadig voor hem maaken; zy moeten hem in den voorfpoed, befcheidenheid en maatigheid leeren , en in den tegenfpoed moed en vertrouweu inboezemen. Wel' aan , myne aandachtige Toehoorers! wy willen op de ftem van deezen, ons van God ge» zondenen leermeester en leidsman letten, en ons zyne vermaaningen en waarfchuwingen ten nutte trachten te maaken. Wat zegt hy ons dan in den voorfpoed? Wat leert hy ons in den tegenfpoed? In voorfpoed predikt hy ons nederigheid, maatigheid, liefde, hemelsgezindheid; in tegenfpoed geduld, ftandvastigheid, onderwerping en vertrouwen op God, een blymoedig uitzien op en eene zorgvuldige voorbereiding tot het toekomende leven. Gaat het u wel, ó mensch! roept hy ons toe, bezit gy veelerlei uiterlyke goederen en voorrechten, geniet gy geneugten van menigerlei foort, hebben uwe bezigheden en onderneemingen eenen gewenschten voortgang: zyt dan toch niet trotsch op deeze goederen , op deeze voorrechten, op deeze geneugten, op deezen voortgang. Beroem u niet op dezelve, als of zy uw eigen werk waren, als of gy ze enkel aan uwe wysheid en uwe verdienden te danken hadt.
IN VOORSPOED EN IN TEGENSPOED. I 63 hadt. Overweeg hoe zelden fterkte toe den ftryd en tot de overwinning, hoe zelden fnel- heid tot het loopen en tot het verkrygen van den prys, hoe zelden bekwaamheid tot den ryk dom toereikende is, hoe alles van de tyd en het geluk , van duizend gunstige omftandighe- den en van den wil van den geenen afhangt, die alle deeze emftandigheden regeert naar zyn welgevallen, en ze alle tot uw voordeel doet famenloopen. Vergeet nimmer uwe volftrekte af- hangklyheid, en de volftrekte afhangklykheid van alle dingen van den Opperbeftuurder en Regee- rer der waereld. Vergeet niet, dat gezondheid en ziekte, rykdom en armoede, hoogheid en ge ringheid , voorfpoed en tegenfpoed , leven en dood in zyne hand zyn, dat hy licht en duis ternis , het goede en het kwaade in de wae reld en onder de menfchen uitdeelt zo als met zyne verhevene, en grootdeels verborgene oog merken overeenkomt. Verlaat u derhalven niet op uwe tydelylie goederen en voorrech ten , maak 'er geen ftaat op als op uw we- zenlyk, duurzaam eigendom. Befchouw toch het onzekerfte en veranderlykfte van alle din gen , den voorfpoed , niet als zeker en onver- «nderlyk. Gy weet immers niet , of gy na L 2 wei-
- Page 120 and 121: 112 DE GENEUGTEN DER DEUGD* oogen,-
- Page 122 and 123: $14 DE GENEUGTEN DER DEUGDi boven h
- Page 124 and 125: HÓ DE GENEUGTEN DER DEUGD." felen,
- Page 126 and 127: Ji8 DÉ GENEUGTEN DER. DEUGD. reiki
- Page 128 and 129: 12© DE GENEUGTEN DER DEUGD. hy zon
- Page 130 and 131: Iti DE GENEUGTEN DER DEUGD. den van
- Page 132 and 133: Ia* DE GENEUGTEN DER DEUGD. neiging
- Page 134 and 135: lafj DE GENEUGTEN DER DEUGD.' den w
- Page 137 and 138: o (jod, gy hebc ons allen tot geluk
- Page 139 and 140: EO WEINIG GENOEGEN? IJl Wy hebben u
- Page 141 and 142: STO WEINIG GENOEGEN? I33 ligheid ui
- Page 143 and 144: ZO WEINIG GENOEGEN? X35 een waarely
- Page 145 and 146: ZO WEINIG GENOEGEN? I37 hem aanbied
- Page 147 and 148: ZO WEINIG GENOEGEN?» I35) pooginge
- Page 149 and 150: ZO WEINIG GENOEGEN? I4I net genot v
- Page 151 and 152: 20 WEINIG GENOEGEN? T43 ïegenftaan
- Page 153 and 154: ZO WEINIG GENOEGEN? met ons geluk f
- Page 155 and 156: ZO WEÏNIG GENÖÈÜEN? l$f heid on
- Page 157 and 158: ZO WEINIG GENOEGEN? I49 van het teg
- Page 159 and 160: ZO WEINIG GENOEGEN? I51' en omftand
- Page 161 and 162: ZO WEINIG GENOEGEN? 153 menfchen ge
- Page 163: ZEVENDE L E E R R E D E . HET GEDRA
- Page 166 and 167: £58 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSC
- Page 168 and 169: ïf)0 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 172 and 173: 164 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 174 and 175: l66 HET GrifJRAG VAN EEN VROOM MENS
- Page 176 and 177: Ifj8 HET GEDÏIAG VAN EEN VROOM MEN
- Page 178 and 179: ïfO HET GEDRAG VAN EEN VROOM MHNSC
- Page 180 and 181: 172 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 182 and 183: i74 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 184 and 185: l?6 HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENSCH
- Page 186 and 187: I78 HET GEDRAG VAN EEN VROOM ENZ. a
- Page 189 and 190: h e b t o n s a l l e n t o t ó gy
- Page 191 and 192: .GELUK ONDER ONS PLAATS? lS3 Geluk,
- Page 193 and 194: GELUK ONDER ONS PLAATS? l8$ onze hu
- Page 195 and 196: GELUK. ONDER ONS PLAATS? l8f nen fm
- Page 197 and 198: GELUK ONDER ONS PLAATS? 189 toe di
- Page 199 and 200: CELUK ONDER ONS PLAATS? ioi den en
- Page 201 and 202: GELUK ÓNDIÏl ONS PLAATS? ÏQJ gy,
- Page 203 and 204: GfcLÜK ONDER ONS PLAATS? I95 min,
- Page 205 and 206: GELUK ONDER ONS PLAATS? Ï97 veel g
- Page 207 and 208: GELUK ONDER ONS V LAATS? 10^ bruike
- Page 209 and 210: GELUK ONDER ONS PLAATS? SOI' dingen
- Page 211 and 212: GELUK ONDER ONS PLAATS? 253 mogelyk
- Page 213: NEGENDE LEERREDE. OORZAAKEN VAN HET
- Page 216 and 217: ÈOS OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN d
- Page 218 and 219: 810 OORZAAKEN VAN HET GEBREK AAN de
l6i HET GEDRAG VAN EEN VROOM MENS6H<br />
onfchadelyk en weldaadig voor hem maaken;<br />
zy moeten hem in den voorfpoed, befcheidenheid<br />
en maatigheid leeren , en in den tegenfpoed<br />
moed en vertrouweu inboezemen. Wel'<br />
aan , myne aandachtige Toehoorers! wy willen<br />
op de ftem van deezen, ons van God ge»<br />
zondenen leermeester en leidsman letten, en<br />
ons zyne vermaaningen en waarfchuwingen ten<br />
nutte trachten te maaken. Wat zegt hy ons<br />
dan in den voorfpoed? Wat leert hy ons in<br />
den tegenfpoed? In voorfpoed predikt hy ons<br />
nederigheid, maatigheid, liefde, hemelsgezindheid;<br />
in tegenfpoed geduld, ftandvastigheid,<br />
onderwerping en vertrouwen op God, een<br />
blymoedig uitzien op en eene zorgvuldige voorbereiding<br />
tot het toekomende leven.<br />
Gaat het u wel, ó mensch! roept hy ons toe,<br />
bezit gy veelerlei uiterlyke goederen en voorrechten,<br />
geniet gy geneugten van menigerlei<br />
foort, hebben uwe bezigheden en onderneemingen<br />
eenen gewenschten voortgang: zyt dan<br />
toch niet trotsch op deeze goederen , op deeze<br />
voorrechten, op deeze geneugten, op deezen voortgang.<br />
Beroem u niet op dezelve, als of zy<br />
uw eigen werk waren, als of gy ze enkel aan<br />
uwe wysheid en uwe verdienden te danken<br />
hadt.