KOSTEN BATEN ANALYSE (MKBA) – E - Deurganckdoksluis
KOSTEN BATEN ANALYSE (MKBA) – E - Deurganckdoksluis
KOSTEN BATEN ANALYSE (MKBA) – E - Deurganckdoksluis
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Geïntegreerde <strong>MKBA</strong>/EEA<br />
voor een tweede maritieme toegang Waaslandhaven<br />
en alle onlosmakelijk ermee verbonden ingrepen<br />
beschrijft de aannames omtrent de toekomstige evolutie van de externe kosten per<br />
voertuigkilometer.<br />
De groeivoet van het BBP per hoofd is gebaseerd op het alternatieve scenario van de<br />
Verkenning van de financiële evolutie van de sociale zekerheid 2000 <strong>–</strong> 2050 (Federaal<br />
Planbureau, 2002) en stemt ongeveer overeen met het economische groeiscenario in het<br />
laatste jaarverslag van de Studiecommissie voor de vergrijzing (2007).<br />
Tabel 11 Kengetallen marginale netwerkkosten van wegvervoer<br />
(gemiddelde vrachtwagen)<br />
55 Eindrapport<br />
Netwerkeffect Kengetal in 2007<br />
(eurocent/voertuigkm)<br />
Congestie 38,11<br />
Infrastructuur 0,06 Constant<br />
Accijnsinkomsten -9,67<br />
Totale belastingen op<br />
vrachtwagenverkeer*<br />
-7,59<br />
Toekomstige evolutie<br />
+ 1,3% per jaar (75% van verwachte groei van<br />
BBP per hoofd)<br />
+ 1,3% per jaar (75% van verwachte groei van<br />
BBP per hoofd)<br />
+ 1,3% per jaar (75% van verwachte groei van<br />
BBP per hoofd)<br />
* Voor buitenlandse voertuigen gebruiken we de enkel accijnsinkomsten, voor binnenlandse voertuigen de<br />
totale belastingen op vrachtwagenverkeer. Het aandeel buitenlandse voertuigen wordt op 50% geraamd.<br />
Bron: Standaardmethodiek geactualiseerd tot 2007<br />
Merk op dat de infrastructuurkosten in Tabel 11 enkel op het gebruik slaan (d.w.z.<br />
slijtage). De kosten van eventuele aanvullende infrastructuurinvesteringen (of van<br />
vervroeging van investeringen) die het zeehavenproject nodig maakt, moeten apart<br />
begroot worden. Er zijn echter geen aanwijzingen dat de tweede maritieme toegang extra<br />
investeringen in wegen zou nodig maken. Veeleer het tegendeel. In het Technisch<br />
deelrapport Mens-Mobiliteit van het Plan-MER (THV Haven 2030, 2007) wordt de impact<br />
van de uitbreiding van de havenactiviteiten op de bereikbaarheid van de omliggende<br />
gemeenten en de stadsregio in alle beschouwde planalternatieven negatief beoordeeld.<br />
De evaluatie is sterker negatief in de alternatieven met een grotere groei van de haven<br />
(d.w.z. de B-alternatieven). De milderende maatregelen die in het plan-MER voorgesteld<br />
worden, houden echter geen aanvullende wegenwerken in, bovenop de wegenwerken<br />
die al in de Planalternatieven voorzien zijn en die wat deze <strong>MKBA</strong> betreft, tot de<br />
beleidsscenario’s behoren. Integendeel, de belangrijkste maatregel is de stimulering van<br />
het binnenvaart- en spoorvervoer, onder meer door de aanleg van een tweede maritieme<br />
toegang tot het Linkeroevergebied. De tweede maritieme toegang zal dus eerder<br />
investeringen in wegen vermijden, dan er veroorzaken.<br />
Spoorvervoer<br />
Tabel 12 toont de kengetallen voor de bepaling van de netwerkkosten van een toename<br />
van het achterlandvervoer met het spoor (in geval van een daling van het<br />
achterlandvervoer gelden dezelfde kengetallen met een omgekeerd teken).