Dreamweaver CS3 - Adobe

DREAMWEAVER CS3
Handboek
De op UDDI gebaseerde lijst met webservicesites wijzigen
De webservicekiezer verstrekt een lijst met UDDI-webservicelijsten waaruit u webservices kunt selecteren. U kunt deze
lijst bewerken om lijsten met webservices toe te voegen of te verwijderen.
1 Selecteer in het paneel Componenten (Venster > Componenten) de optie Webservices in het pop-upmenu in de
linkerbovenhoek van het paneel, en klik op de plusknop (+) om een webservice toe te voegen.
2 Klik in de webservicekiezer op het pictogram van de wereldbol en kies Lijst met UDDI-sites bewerken in het popupmenu.
3 Vul het dialoogvenster UDDI-sites in en klik op Gereed.
• Als u een nieuwe site wilt toevoegen of een bestaande wilt wijzigen, klikt u op de knop Nieuw of Bewerken. Voer de
naam en URL van een UDDI-website in en klik op OK.
• Als u een bestaande site wilt verwijderen, selecteert u deze in de lijst en klikt u op de knop Verwijderen.
Een webservice aan een pagina toevoegen
Wanneer u een webservice hebt geselecteerd, de proxy hebt gegenereerd en deze aan het paneel Componenten hebt
toegevoegd, kunt u de webserviceproxy in een pagina invoegen.
In het volgende voorbeeld ziet u het paneel Componenten waaraan de webserviceproxy Helloworld wordt toegevoegd. De
proxy Helloworld biedt één methode, sayHello, waarmee 'Hallo allemaal' wordt weergegeven.
In het volgende voorbeeld wordt de webservice HelloWorld met ColdFusion gestart.
1 Sleep in het documentvenster, in codeweergave, de methode sayHello naar de HTML van de pagina.
Dreamweaver voegt de methode en lege parameters aan de pagina toe.
2 Bewerk de ingevoegde code met de juiste namen, gegevenstypen en parameterwaarden van het service-instantie zoals
voor de webservice nodig is. De webservice verschaft beschrijvingen van de gegevenstypen en parameterwaarden.
In het volgende ColdFusion-voorbeeld staat de webservice tussen -tags. Gebruik wanneer u een webservice in
ColdFusion ontwerpt, om de webservice te starten en de methoden ervan te activeren.
Web Service
3 Als u een resultaatwaarde aan een visueel element wilt binden, gaat u naar de ontwerpweergave en plaatst u een visueel
element op de pagina dat geschikt is voor gegevensbinding. Schakel daarna terug naar de codeweergave en voer de juiste
code in om de resultaatwaarde aan het visuele element te binden. Wanneer u webservices maakt, raadpleegt u de
559