03.05.2013 Views

Dreamweaver CS3 - Adobe

Dreamweaver CS3 - Adobe

Dreamweaver CS3 - Adobe

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

7 U kunt een pagina opgeven waarnaar gebruikers worden omgeleid als de gegevenssetquery om welke reden dan ook<br />

mislukt. Als de database bijvoorbeeld niet beschikbaar is tijdens een query en de gegevensset voor de pagina niet kan<br />

worden geretourneerd, zou u een foutpagina kunnen weergeven met een koppeling naar de startpagina van de site.<br />

8 Klik op Testen om de database te verbinden en een instantie van de gegevensbron te maken.<br />

Nu wordt een tabel weergegeven waarin de geretourneerde gegevens worden getoond. Elke rij bevat een record en elke<br />

kolom stelt een veld in die record voor. Klik op OK om de gegevensset te sluiten.<br />

9 Klik op OK. De zojuist gedefinieerde gegevensset wordt weergegeven in het paneel Bindingen.<br />

Een geavanceerde recordset definiëren door SQL te schrijven<br />

DREAMWEAVER <strong>CS3</strong><br />

Handboek<br />

Schrijf uw eigen SQL-instructies met behulp van het dialoogvenster Geavanceerde recordset of maak een SQL-instructie<br />

met behulp van de grafische structuur Database-items.<br />

Opmerking: Als u SQL-instructies schrijft voor ASP.NET documenttypen, raadpleegt u “SQL schrijven voor ASP.NET” op<br />

pagina 517 voor specifieke regels voor ASP.NET.<br />

1 Ga naar het documentvenster en open de pagina waarop de recordset gebruikt zal worden.<br />

2 Kies Venster > Bindingen om het paneel Bindingen weer te geven.<br />

3 Klik in het paneel Bindingen op de plusknop (+) en kies Recordset (Query) in het snelmenu.<br />

Het dialoogvenster Geavanceerde recordset wordt geopend. Als u een ColdFusion- of ASP.NET-site ontwikkelt, ziet het<br />

dialoogvenster Recordset er iets anders uit. (Als het dialoogvenster Eenvoudige recordset wordt geopend, klikt u op de<br />

knop Geavanceerd om naar het dialoogvenster Geavanceerde recordset te schakelen.)<br />

4 Vul het dialoogvenster Geavanceerde recordset in.<br />

Raadpleeg de onderstaande onderwerpen voor instructies.<br />

5 Klik op de knop Testen om de query uit te voeren en te controleren of deze de bedoelde informatie ophaalt.<br />

Als u een filter hebt gedefinieerd waarvoor parameterinvoer van gebruikers nodig is, wordt de knop Testen in het<br />

dialoogvenster Testwaarde weergegeven. Voer een waarde in het vak Testwaarde in en klik op OK. Als met succes een<br />

instantie van de recordset is gemaakt, wordt een tabel met de gegevens uit de recordset weergegeven.<br />

6 Klik op OK om de recordset toe te voegen aan de lijst met beschikbare inhoudsbronnen in het paneel Bindingen.<br />

Zie ook<br />

“SQL-query's maken met de structuur Database-items” op pagina 528<br />

“Databaseverbindingen voor ASP-ontwikkelaars” op pagina 484<br />

“Databaseverbindingen voor PHP-ontwikkelaars” op pagina 491<br />

“Bronnen met dynamische inhoud definiëren” op pagina 521<br />

“Een opgeslagen procedure toevoegen (ColdFusion)” op pagina 622<br />

Opties voor het dialoogvenster Geavanceerde recordset (PHP, ASP, JSP)<br />

Definieer een recordset als een bron van dynamische inhoud door een aangepaste SQL-instructie te schrijven of door een<br />

SQL-instructie te maken met de grafische structuur Database-items.<br />

1 Voer in het vak Naam een naam voor de recordset in.<br />

Dikwijls wordt het voorvoegsel rs vóór recordsetnamen geplaatst om ze te onderscheiden van andere objectnamen in de<br />

code. Bijvoorbeeld: rsPressRelease<br />

Recordsetnamen mogen alleen letters, cijfers en het onderstrepingsteken (_) bevatten. U mag geen speciale tekens of spaties<br />

gebruiken.<br />

2 Selecteer een verbinding in het pop-upmenu Verbinding.<br />

524

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!