Dreamweaver CS3 - Adobe

Dit bestand is nodig opdat IIS met PHP 5 en MySQL zou kunnen werken.
10 Start IIS opnieuw op.
Nadat u PHP hebt geïnstalleerd, kunt u de server testen om te zien of deze naar behoren werkt. Raadpleeg daarvoor het
volgende deel.
De PHP-installatie testen in Windows
1 Maak in Dreamweaver of om het even welke teksteditor een gewoon tekstbestand en noem het timetest.php.
2 Voer in het bestand de volgende code in:
This page was created at
on the computer running PHP.
Deze code geeft de tijd weer wanneer de pagina wordt verwerkt op de server.
3 Kopieer het bestand naar de map C:\Inetpub\wwwroot van de Windows-computer waarop IIS draait.
4 Voer in uw webbrowser de URL van uw testpagina in en druk op Enter.
Als u PHP op uw lokale computer hebt geïnstalleerd, kunt u de volgende URL invoeren:
http://localhost/timetest.php
De testpagina zou moeten worden geopend en de tijd moeten weergeven.
De opgegeven tijd is dynamische inhoud omdat deze telkens verandert wanneer u de pagina opvraagt. Klik op de knop
Vernieuwen van uw browser om een nieuwe pagina te maken met een ander tijdstip.
DREAMWEAVER CS3
Handboek
Opmerking: Als u de broncode bekijkt (Beeld > Bron in Internet Explorer) zult u zien dat de pagina geen client-side JavaScript
gebruikt om dit effect te bereiken.
Als de pagina niet op de verwachte wijze werkt, kunt u nagaan of er sprake is van een van de volgende fouten:
• Het bestand heeft geen .php-extensie.
• U hebt in het adresvak van de browser het bestandspad van de pagina ingevoerd (C:\Inetput\wwwroot\timetest.php) in
plaats van de URL (bijvoorbeeld http://localhost/timetest.php).
Als u een bestandspad invoert in de browser (zoals u gewend bent bij normale HTML-pagina's), omzeilt u de webserver en
de toepassingsserver. Bijgevolg wordt uw pagina nooit door de server verwerkt.
• De URL bevat een typefout. Controleer de URL op fouten en let er met name op dat de bestandsnaam niet wordt gevolgd
door een schuine streep, zoals in http://localhost/timetest.php/.
• De paginacode bevat een typefout.
Nadat u de serversoftware hebt geïnstalleerd en getest, moet u een hoofdmap maken voor uw webtoepassing. Zie “Een
hoofdmap maken voor de toepassing” op pagina 481.
De PHP-toepassingsserver installeren op de Macintosh
1 Indien van toepassing, meldt u zich aan op uw Macintosh-systeem via de beheerdersaccount.
2 Maak een map met de naam webapps in de hoofdgebruikersmap, Gebruikers/uw_gebruikersnaam/webapps).
3 Download op de Entropy-website op www.entropy.ch/software/macosx/php de PHP voor 5.x voor Apache 1.3
(bijvoorbeeld entropy-php-5.2.0-3.tar.gz) en sla dit op in de map webapps.
4 Open Terminal (Toepassingen/Hulpprogramma's) op uw Macintosh en verander de standaardmap in webapps door de
volgende regel in te voeren bij de opdrachtregel en op Enter te drukken:
cd webapps
5 Pak in Terminal het gz-bestand uit door gunzip in te voeren, gevolgd door de naam van het gz-bestand in de map
webapps.
Als u bijvoorbeeld entropy-php-5.2.0-3.tar.gz hebt gedownload, voert u de volgende opdracht in en drukt u op Enter:
479