GRAMMATICA - SchoolSamenvatting.nl

GRAMMATICA - SchoolSamenvatting.nl GRAMMATICA - SchoolSamenvatting.nl

schoolsamenvatting.nl
from schoolsamenvatting.nl More from this publisher

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

<strong>GRAMMATICA</strong><br />

LATIJN


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

INHOUDSOPGAVE<br />

Zelfstandige naamwoorden ……………………………………………………………………. 1<br />

Bijvoeglijke naamwoorden …………………………………………………………………….. 2<br />

Bijwoorden ………………………………………………………………………………………. 3<br />

Voornaamwoorden ……………………………………………………………………………… 3<br />

Werkwoord ……………………………………………………………………………………… 6<br />

Praesensstam Actief ……………………………………………………………………………. 6<br />

Participium Praesens Actief …………………………………………………………… 7<br />

Praesensstam Passief …………………………………………………………………………… 8<br />

Perfectumstam Actief ………………………………………………………………………….. 8<br />

Perfectumstam Passief ………………………………………………………………………… 9<br />

Participium Perfectum Passief ………………………………………………………… 10<br />

Participium Futurum Actief …………………………………………………………………… 10<br />

Infinitivus Futurum Actief …………………………………………………………………….. 10<br />

Coniunctivus ...…………………………………………………………………………………. 11<br />

Overzicht Coniunctivus ……………………………………………………...………… 13<br />

Onregelmatige werkwoorden (esse, posse, ferre, velle, nolle, malle, ire, fieri) ....…...……… 14<br />

Accusativus cum Infinitivo (A.c.I.) ...…………………………………………………………. 15<br />

Accusativus cum Participio (A.c.P.) ....………………………………………………………… 15<br />

Nominativus cum Infinitivo (N.c.I.) .......……………………………………………………… 15<br />

Ablativus Absolutus ....…………………………………………………………………………. 16<br />

Deponentia en semideponentia ………………………………………………………………… 16<br />

Perfectum i.p.v. praesens (memini, novi, odi) ………………………………………………… 16<br />

Gerundium ……………………………………………………………………………………… 17<br />

Gerundivum …………………………………………………………………………………….. 17<br />

Stamtijde<strong>nl</strong>ijst ………………………………………………………………………………….. 18<br />

Overzicht werkwoordsvormen .................................................................................................... 21<br />

1


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Zelfstandige naamwoorden<br />

Naamvallen en hun functies<br />

* Nominativus: 1) onderwerp; 2) naamwoordelijk deel van gezegde<br />

* Genitivus: grondbetekenis is 'van'; speciaal gebruik:<br />

1) eigenschap: vir boni ingenii = een man met (lett. 'van') een goed karakter; 2) obiectivus: metus noctis = de<br />

angst voor de nacht (de nacht is het object van het bang zijn); 3) na bepaalde woorden: bijv. satis, plenus,<br />

cupidus, ignarus 4) voor de voorzetsels causa en gratia: filiae causa = ter wille van / wegens de dochter.<br />

*Dativus: 1) meewerkend voorwerp (vertalen met 'aan' of 'voor'); 2) dativus possessivus die bezitter aangeeft:<br />

domino est servus = (lett.) aan de meester is een slaaf= de meester heeft een slaaf; 3) na bepaalde<br />

w.w.; 4) handelende persoon bij gerundivum: mihi laudandus est = hij moet door mij geprezen worden<br />

*Accusativus: 1) lijdend voorwerp (object); 2) onderwerp (subject) in A.c.I. en A.c.P.; 3) na sommige voorzetsels:<br />

ante, in, apud, ad, super, circa, post, per, prope, extra, inter ; 4) richting bij plaatsnamen: Romam =<br />

naar Rome<br />

* Ablativus: 1) 'met'; 2) 'door'; 3) sommige plaatsaanduidingen (tota urbe); 4) tijdstip (nocte); 5) in een vergelijking:<br />

Marcus minor Petro est = Marcus is kleiner dan Petrus; 6) eigenschap: vir bono ingenio = een man<br />

met een goed karakter; 7) vaak na voorzetsels: in, de, e(x), a(b), cum, sine<br />

Verbuigingsgroepen<br />

v. m o. m/v. o. m (maar v.<br />

e.v. manus v.!)<br />

nom. filia dominus bellum urbs nomen manus res<br />

gen. filiae domini belli urbis nominis manus rei<br />

dat. filiae domino bello urbi nomini manui rei<br />

acc. filiam dominum bellum urbem nomen manum rem<br />

abl. filia domino bello urbe nomine manu re<br />

m.v.<br />

nom. filiae domini bella urbes nomina manus res<br />

gen. filiarum dominorum bellorum urbium nominum manuum rerum<br />

dat. fi1iis dominis bellis urbibus nominibus manibus rebus<br />

acc. filias dominos bella urbes nomina manus res<br />

abl. filiis dominis bellis urbibus nominibus manibus rebus<br />

De zelfstandige naamwoorden kunnen onderverdeeld worden in vijf verbuigingsgroepen (declinaties):<br />

* 1 ste verbuigingsgroep: nominativus e.v. eindigt op -a (vrouwelijk)<br />

* 2 de verbuigingsgroep: a) nominativus e.v. eindigt op -us (mannelijk; maar ook o.a. puer, ager en vir); b)<br />

nominativus e.v. eindigt op -um (onzijdig; bij onzijdig geldt altijd: vorm nominativus = accusativus)<br />

* 3 de verbuigingsgroep: nominativus e.v. eindigt op andere letter (mannelijk of vrouwelijk of onzijdig; de<br />

stam zie je pas in genitivus) (let op: een aantal onzijdige woorden heeft een nom en acc. e.v. op -us: tempus,<br />

corpus, pectus, scelus). Bij de urbs/nomen-groep komen ook zelfstandige naamwoorden voor met een gen.<br />

m. v. op -um (bijv. rex, gen mv regum)<br />

Iuppiter heeft als genitivus Iovis en wordt verder verbogen als urbs.<br />

* 4 de verbuigingsgroep: nominativus e.v. eindigt op -us en gen. e.v. ook; dit is een kleine groep mannelijke<br />

woorden (ca. 25) (maar domus en manus zijn vrouwelijk)<br />

* 5 de verbuigingsgroep: nominativus e.v. eindigt op -es en gen. e.v. op -ei; dit is een kleine groep (ca. 20<br />

woorden) (vrouwelijk; dies ook mannelijk)<br />

Zelfstandige naamwoorden op -us van de 2de verbuigingsgroep hebben een aparte aanspreekvorm (vocativus)<br />

op -e: o domine, o heer; de -e blijft weg, als de stam van het woord op -i eindigt: o fili = o zoon. In alle<br />

andere gevallen is de vocativus gelijk aan de nominativus.<br />

2


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

vir en vis<br />

Twee woorden die vaak verward worden zijn vir = man en vis = kracht.<br />

Vir volgt de verbuiging van dominus. Vis heeft geen gen. en dat. e.v., de acc. is vim, de abl. vi; in meervoud:<br />

nom. vires, gen. virium (!), dat. viribus, acc. vires, abl. viribus.<br />

Bijvoeglijke naamwoorden<br />

Bijvoeglijke naamwoorden passen zich aan aan zelfstandige naamwoorden: ze nemen het geslacht over<br />

(mannelijk, vrouwelijk, onzijdig), de naamval en het getal (enkelvoud, meervoud). Dit verschijnsel heet congruentie.<br />

Groep 1<br />

De bijvoeglijke naamwoorden op -us worden in het vrouwelijk verbogen zoals filia, in het mannelijk zoals<br />

dominus en in het onzijdig zoals bellum (nooit zoals urbs!); ook enkele bijvoeglijke naamwoorden op -er,<br />

zoals pulcher, worden als bijvoeglijke naamwoorden op -us verbogen, ook al eindigt de nominativus e.v.<br />

mannelijk niet op -us.<br />

Het bijvoeglijk naamwoord staat vaak achter het zelfstandig naamwoord waarbij het hoort (bijv. urbs pulchra).<br />

N.B. Ook de bezittelijke voornaamwoorden meus, tuus, suus, noster, vester worden verbogen als de bijvoeglijke<br />

naamwoorden op -us. Suus = zijn (eigen), haar (eigen), hun (eigen) gebruik je alleen als het terugslaat<br />

op het onderwerp van de persoonsvorm (suum patrem videt = hij/zij ziet zijn/haar (eigen) vader). Als het niet<br />

terugslaat op het onderwerp gebruikt het Latijn eius (letterlijk: van hem/haar = zijn, haar; patrem eius videt =<br />

hij/zij ziet zijn/haar vader (bijv. de vader van een vriend). Het woordje eius komt achter het zelfstandig<br />

naamwoord te staan.<br />

Groep 2<br />

Er zijn ook bijvoeglijke naamwoorden van het type fortis/ingens/felix. Vele uitgangen hiervan komen overeen<br />

met die van urbs, maar let op ablativus enkelvoud.<br />

mann. en vrouw. onzijdig<br />

nom e.v. fortis forte / ingens/ felix<br />

gen. e. v. fortis fortis<br />

dat. e.v. forti forti<br />

acc. e.v. fortem forte / ingens/ felix<br />

abl. e.v. forti (!!) forti (!!)<br />

nom. mv. fortes fortia<br />

gen. mv. fortium fortium<br />

dat. e. v. fortibus fortibus<br />

acc. m.v. fortes fortia<br />

abl. m.v. fortibus fortibus<br />

Bij bijvoeglijke naamwoorden die in de nom. ev niet o -is eindigen (bijv. ingens en felix) is de nom. ev onz.<br />

(en dus ook de acc. ev onz.) gelijk aan de nom. e.v. mann./vrouw.<br />

Een bijvoeglijk naamwoord wordt soms ook predicatief gebruikt.<br />

Bijvoorbeeld: Puella laeta exclamat = Het meisje roept blij uit.<br />

Het bijvoeglijk naamwoord zegt dan iets naders over het zelfstandig naamwoord, maar tegelijkertijd ook<br />

over de persoonsvorm. Het is dus met beide verbonden; daarom wordt het ook wel een dubbelverbonden<br />

bepaling genoemd.<br />

3


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Vergrotende trap<br />

De vergrotende trap van alle bijvoeglijke naamwoorden (van Groep 1 en 2) maak je door achter de stam -ior<br />

te plaatsen in de nom. e.v. mannelijk en vrouw., en -ius bij het onzijdig. De vergrotende trap wordt verbogen<br />

zoals urbs bij mann. en vrouw. vormen (maar in gen. m.v. steeds -um!) en zoals nomen bij onz. vormen.<br />

compar. m/v compar. o<br />

altus/alta (m/v) -> alt-ior, gen. altioris altum (o) -> alt-ius, gen. altioris<br />

fortis (m/v) -> fort-ior, gen. fortioris forte (o) -> fort-ius, gen. fortioris<br />

ingens (m/v) -> ingent-ior, gen. ingentioris ingens (o) -> ingent-ius, gen. ingentioris<br />

Betekenissen vergrotende trap:<br />

altior 1) hoger (bijna altijd) , 2) nogal hoog, 3) te hoog, 4) hoogst (bij twee personen/dingen)<br />

Bij een vergrotende trap in de eerste betekenis gebruiken we vaak het woordje 'dan'; in het Latijn kan dit op<br />

twee verschillende manieren worden uitgedrukt:<br />

1) quam: Marcus est altior quam Lucius = Marcus is groter dan Lucius<br />

2) een ablativus van vergelijking: Marcus est altior Lucio = Marcus is groter dan Lucius<br />

Overtreffende trap<br />

De overtreffende trap van alle bijvoeglijke naamwoorden (Groep 1 en 2) vorm je door -issimus achter de<br />

stam te plaatsen: altus -> alt-issimus, fortis -> fort-issimus, ingens -> ingent-issimus.<br />

Bij bijvoeglijke naamwoorden op -er eindigt de superlativus echter op -errimus: pulcher -> pulcherrimus; en<br />

bij bijvoeglijke naamwoorden op -ilis op -illimus: facilis -> facillimus.<br />

De superlativus wordt steeds verbogen als de gewone bijvoeglijke naamwoorden op -us.<br />

Betekenissen van overtreffende trap: altissimus 1) hoogst, 2) zeer hoog<br />

quam + superlativus = zo ... mogelijk; dus quam altissimus = zo hoog mogelijk<br />

Bijwoorden<br />

Bijwoorden die zijn afgeleid van bijvoeglijke naamwoorden op -us, hebben de uitgang -e: optime = op zeer<br />

goede wijze. Dit geldt ook voor de overtreffende trap (superlativus).<br />

Bijwoorden die zijn afgeleid van bijvoeglijke naamwoorden van de fortis/ingens-groep hebben de uitgang -<br />

ter of -iter: fortiter = op dappere wijze.<br />

Bijwoorden van de vergrotende trap eindigen steeds op -ius (dus dezelfde vorm als nom/acc. onz. van het<br />

bijvoeglijk naamwoord) altius volavit = hij vloog hoger.<br />

Bijwoorden veranderen nooit van vorm.<br />

Voornaamwoorden<br />

is/ea/id = 1) zelfstandig: hij, zij, het; in mv: zij 2) bijvoeglijk: deze, dit<br />

mannelijk vrouwelijk onzijdig<br />

e.v. m.v. e.v. m.v. e.v. m.v.<br />

nom. is ei/ii ea eae id ea<br />

gen. eius eorum eius earum eius eorum<br />

dat. ei eis ei eis ei eis<br />

acc. eum eos eam eas id ea<br />

abl. eo eis ea eis eo eis<br />

N.B. De i- van de stam wordt steeds een e- als er een andere klinker op volgt.<br />

4


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Alleen de vetgedrukte vormen wijken af van de verbuiging van een bijvoeglijk naamwoord op -us.<br />

De vormen van de genitivus (eius, eorum, earum = letterlijk: van hem/haar, van hen) vertalen we in het Nederlands<br />

meestal als een bezittelijk voornaamwoord: filia eius = zijn/haar dochter; urbs eorum = hun stad.<br />

Let op: de vormen is, eo, ii kunnen ook vormen van het werkwoord ire zijn!<br />

Het voornaamwoord idem is ontstaan uit is+dem. Het element -dem verandert niet. De verbuiging komt<br />

overeen met die van is, ea, id met de volgende uitzonderingen: e.v. nom. mann. en nom./acc. onz. luidt idem;<br />

de slot -m van de uitgang wordt voor de -d steeds een -n-: eundem.<br />

Persoo<strong>nl</strong>ijk voornaamwoord<br />

ik jij wij jullie zich<br />

nom. ego tu nos vos -<br />

gen. mei tui nostri vestri sui<br />

dat. mihi tibi nobis vobis sibi<br />

acc. me te nos vos se<br />

abl. me te nobis vobis se<br />

De genitivusvormen komen alleen voor als genitivus obiectivus: amor tui = liefde voor jou.<br />

Van nos en vos bestaan ook nog de genitivusvormen nostrum en vestrum; deze worden alleen gebruikt bij<br />

'hoeveelheden': quis vestrum? = wie van jullie?<br />

De vormen van de 3de persoon sui, sibi, se, se zijn reflexief d. w.z. ze slaan terug op het onderwerp; ze kunnen<br />

zowel enkelvoud als meervoud zijn. De accusativus komt vaak voor als onderwerp in een A.c.I.; deze<br />

acc. slaat altijd terug op het onderwerp van de hoofdzin en de vertaling luidt dan hij/zij/ zij (m.v.)<br />

De vormen van is, ea, id worden gebruikt als persoo<strong>nl</strong>ijk voornaamwoord van de 3de persoon (nietreflexief).<br />

Het voorzetsel cum = '(samen) met' wordt achter het persoo<strong>nl</strong>ijk voornaamwoord gekoppeld: mecum, tecum,<br />

nobiscum, vobiscum, secum.<br />

Betrekkelijk voornaamwoord<br />

mannelijk vrouwelijk onzijdig<br />

e.v. m.v. e.v. m.v. e.v. m.v.<br />

nom. qui qui quae quae quod quae<br />

gen. cuius quorum cuius quarum cuius quorum<br />

dat. cui quibus cui quibus cui quibus<br />

acc. quem quos quam quas quod quae<br />

abl. quo quibus qua quibus quo quibus<br />

De meeste vormen (de vetgedrukte) wijken af van de verbuiging van de bijv. naamw. op -us. Ook hier vind<br />

je in de gen. e.v. de uitgang -ius en in de dat. e.v. de uitgang -i.<br />

Het betrekkelijk voornaamwoord staat aan het begin van een bijzin en richt zich op iemand of iets in de<br />

hoofdzin. Dit woord noemen we het antecedent. Het betrekkelijk voornaamwoord neemt het geslacht en het<br />

getal (e.v. of m.v.) over van het antecedent. De naamval wordt bepaald door de functie die het betrekkelijk<br />

voornaamwoord in de bijzin heeft.<br />

Vir, quem vides, pater meus est = De man die jij ziet, is mijn vader.<br />

vir: mannelijk en enkelvoud, dus quem ook mannelijk en enkelvoud, maar quem is accusativus omdat het<br />

lijdend voorwerp is in de bijzin.<br />

In het Nederlands moeten we soms een voorzetsel gebruiken bij het betrekkelijk voornaamwoord:<br />

5


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Puella, cui donum dedisti, cara est = het meisje, aan wie je een cadeautje gegeven hebt, is lief. Ook in het<br />

Latijn staat soms een voorzetsel voor het betrekkelijk voornaamwoord: Villa, in qua habito, parva est = Het<br />

huis waarin ik woon, is klein.<br />

N.B. Soms staat een betrekkelijk voornaamwoord aan het begin van een hoofdzin. Daarmee sluit de zin nauw<br />

aan bij de voorafgaande. Het betrekkelijk voornaamwoord, dat naar iemand of iets in de vorige zin verwijst,<br />

geven we dan weer als een aanwijzend voornaamwoord:<br />

Virum in via vidimus. Qui erat pater amici nostri. = We zagen een man op straat. Deze was de vader van<br />

onze vriend.<br />

Vragend voornaamwoord<br />

Dit komt zowel zelfstandig (wie?, wat?) als bijvoeglijk (welk(e)?) voor.<br />

Bijna alle vormen komen overeen met die van het betrekkelijk voornaamwoord. behalve:<br />

quis = wie? (nom. e.v., zelfst.)<br />

quid = wat? (nom./acc. e.v. zelfst.)<br />

Zoals het vragend voornaamwoord wordt ook quisque (=ieder(een) verbogen; het element -que verandert<br />

daarbij niet.<br />

Ook het zelfstandig gebruikte quisquam (= iemand) volgt de verbuiging van het vragend voornaamwoord,<br />

maar in het onzijdig krijg je quicquam (=iets); -quam verandert dus niet; dit woord komt alleen voor in zinnen<br />

met een ontkenning.<br />

Aliquis (iemand, m.v. sommigen) en aliquid (iets, m.v. sommige) worden zelfstandig gebruikt. Aliqui, aliqua,<br />

aliquod ('n, een of ander, m.v. sommige) zijn bijvoeglijk. De verbuiging is als bij de vragende voornaamwoorden,<br />

maar in nom. e.v. v. en in nom./acc. m.v. o. aliqua (i.p.v. aliquae).<br />

N.B. Na si, nisi, num en ne gaat ali- niet met quis-je mee!<br />

Aanwijzend voornaamwoord<br />

mannelijk vrouwelijk onzijdig<br />

e.v. m.v. e.v. m.v. e.v. m.v.<br />

nom. hic hi haec hae hoc haec<br />

gen. huius horum huius harum huius horum<br />

dat. huic his huic his huic his<br />

acc. hunc hos hanc has hoc haec<br />

abl. hoc his hac his hoc his<br />

e.v. m.v. e.v. m.v. e.v. m.v.<br />

nom. ille illi illa illae illud illa<br />

gen. illius illorum illius illarum illius illorum<br />

dat. illi illis illi illis illi illis<br />

acc. illum illos illam illas illud illa<br />

abl. illo illis illa illis illo illis<br />

De vetgedrukte vormen wijken af van de bijvoeglijke naamwoorden op -us.<br />

iste en ipse hebben dezelfde verbuiging als ille (maar ipsum in nom. en acc. onz.).<br />

De aanwijzende voornaamwoorden worden bijvoeglijk, maar ook zelfstandig gebruikt.<br />

Ook een aantal bijvoeglijke naamwoorden op -us (en -er) hebben, zoals de voornaamwoorden, een gen. e.v.<br />

op -ius en een dat. ev. op -i: unus, solus, totus, nullus, ullus, alius (onz. aliud!), alter, uter, uterque, neuter.<br />

6


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

WERKWOORD<br />

Latijnse werkwoorden kunnen in vijf vervoegingsgroepen (coniugaties) worden onderverdeeld:<br />

1) stam eindigt op -a (saluta-re), 1ste pers. e.v. saluto<br />

2) stam eindigt op -e (lange e) (terre-re), lste pers. e.v. terreo<br />

3) stam eindigt op medeklinker (mitt-e-re) (tussengevoegde e is kort), lste pers e.v. mitto<br />

4) stam eindigt op -i (audi-re), lste pers. e.v. audio<br />

5) gemengde groep (cap-e-re) (tussengevoegde e is kort), lste pers. e.v. capio<br />

Praesensstam Actief<br />

Indicativus<br />

* Praesens Actief<br />

1 2 3 4 5<br />

ik saluto terre-o mitt-o audio cap-i-o<br />

jij saluta-s terre-s mitt-i-s audi-s cap-i-s<br />

hij/zij/het saluta-t terre-t mitt-i-t audi-t cap-i-t<br />

wij saluta-mus terre-mus mitt-i-mus audi-mus cap-i-mus<br />

jullie saluta-tis terre-tis mitt-i-tis audi-tis cap-i-tis<br />

zij saluta-nt terre-nt mitt-u-nt audi-u-nt cap-i-unt<br />

De persoonsuitgangen zijn -o, -s, -t, -mus, -tis, -nt<br />

Bij de 3de vervoegingsgroep komt er in het praesens meestal een verbindingsklinker tussen stam en uitgang<br />

(i, u of e).<br />

De 5de heet ook gemengde vervoegingsgroep, omdat de infinitivus lijkt op die van de 3de vervoegingsgroep,<br />

maar de persoonsvormen een -i- bevatten zoals bij de 4de vervoegingsgroep.<br />

N.B. Bij verhalen die in het verleden spelen, gebruikt het Latijn naast (im)perfectumvormen vaak ook praesens-vormen<br />

waardoor het verleden weer actueel wordt: een praesens historicum; in het Nederlands blijven<br />

we doorgaans de verleden tijd gebruiken.<br />

* Imperfectum Actief<br />

saluta-ba-m terre-ba-m mitt-eba-m audi-eba-m cap-i-eba-m<br />

salutabas terrebas mittebas audiebas capiebas<br />

salutabat terrebat mittebat audiebat capiebat<br />

salutabamus terrebamus mittebamus audiebamus capiebamus<br />

salutabatis terrebatis mittebatis audiebatis capiebatis<br />

salutabant terrebant mittebant audiebant capiebant<br />

De ke<strong>nl</strong>etters van het imperfectum zijn -(e)ba-; hierachter komen de persoonsuitgangen -m, -s, -t, -mus, -tis,<br />

-nt.<br />

Het imperfectum is een verleden tijd die nadruk legt op de duur. Daarom wordt het vaak gebruikt bij een<br />

beschrijving van een situatie/toestand. In het Nederlands kunnen we dit soms (maar lang niet altijd!) weergeven<br />

met een omschrijving: 'was aan het ...', 'was bezig te ...', 'zat/lag/liep te ...'<br />

7


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

* Futurum Simplex Actief<br />

salutabo terrebo mittam audiam capiam<br />

salutabis terrebis mittes audies capies<br />

salutabit terrebit mittet audiet capiet<br />

salutabimus terrebimus mittemus audiemus capiemus<br />

salutubitis terrebitis mittetis audietis capietis<br />

salutabunt terrebunt mittent audient capient<br />

ke<strong>nl</strong>etter: bij 1 ste en 2de vervoegingsgroep -b-, bij 3de tot 5de vervoegingsgroep -e- (maar in 1 ste pers. e.v.<br />

-a-)<br />

Imperativus Actief<br />

Deze vormen gebruik je bij een bevel tot één of meer personen die worden aangesproken.<br />

2 pers. e.v. saluta terre mitte audi cape<br />

2 pers. m.v. salutate terrete mittite audite capite<br />

N.B. Bij de imperativus 2de pers. e.v. van dicere, ducere en facere vervalt de slot -e: dic, duc, fac.<br />

Infinitivus Actief<br />

saluta-re terre-re mitt-e-re audi-re cap-e-re<br />

Participium van het Praesens Actief (P.P.A.)<br />

Het tegenwoordig deelwoord (ppa) wordt gevormd van de praesensstam en wordt verbogen volgens het bijvoeglijk<br />

naamwoord ingens (maar de abl. e.v. eindigt bijna altijd op -e):<br />

nom e.v. salutans terrens mittens audiens capiens<br />

gen. e.v. salutant-is terrent-is mittent-is audient-is capient-is<br />

De ke<strong>nl</strong>etters van het ppa zijn dus -nt-.<br />

Het participium gedraagt zich als een bijvoeglijk naamwoord: het congrueert met een zelfstandig naamwoord<br />

of met het in de persoonsvorm opgesloten onderwerp. Het participium praesens is altijd actief. Meestal geven<br />

we het participium in het Nederlands bijwoordelijk weer, soms bijvoeglijk.<br />

voorbeeld:<br />

Milites salutantes procedunt =<br />

bijwoordelijk:<br />

a) De soldaten treden groetend naar voren. (predicatief gebruikt deelwoord)<br />

b) De soldaten treden naar voren, terwijl ze groeten. (bijwoordelijke bijzin)<br />

bijvoeglijk:<br />

a) De groetende soldaten treden naar voren (deelwoord als bijvoeglijk naamwoord)<br />

b) De soldaten die groeten, treden naar voren (betrekkelijke bijzin)<br />

De juiste vertaling is afhankelijk van het tekstverband.<br />

Wel geldt altijd: het ppa is gelijktijdig met de persoonsvorm: het groeten en naar voren treden gebeurt tegelijkertijd;<br />

in een Nederlandse bijzin gebruiken we daarom vaak het voegwoord terwijl; behalve terwijl, gebruiken<br />

we ook toen, omdat en hoewel, als de inhoud van de tekst daarom vraagt, maar nadat mag nooit.<br />

Milites salutantes timebam = Ik vreesde de soldaten, terwijl/toen/omdat/hoewel ze groetten.<br />

Patri ridenti donum tradidimus = Wij hebben aan vader, terwijl/toen/omdat/hoewel hij lachte, een geschenk<br />

overhandigd.<br />

Pater me videns ridere coepit. = Toen/terwijl/omdat/hoewel vader mij zag, begon hij te lachen.<br />

8


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Praesensstam Passief Indicativus<br />

* Praesens Passief<br />

De persoonsuitgangen zijn achtereenvolgens: -(o)r, -ris, -tur, -mur, -mini, -ntur<br />

In het Nederlands gebruiken we: worden + voltooid deelwoord.<br />

salut-o-r terre-o-r mitt-o-r audi-o-r cap-i-o-r<br />

saluta-ris terre-ris mitt-e-ris audi-ris cap-e-ris<br />

saluta-tur terre-tur mitt-i-tur audi-tur cap-i-tur<br />

saluta-mur terre-mur mitt-i-mur audi-mur cap-i-mur<br />

saluta-mini terre-mini mitt-i-mini audi-mini cap-i-mini<br />

saluta-ntur terre-ntur mitt-u-ntur audi-u-ntur cap-i-u-ntur<br />

* Imperfectum Passief<br />

Ook het imperfectum passief gebruikt de ke<strong>nl</strong>etters -(e)-ba; daarachter komen de persoonsuitgangen<br />

-r -ris -tur -mur -mini -ntur<br />

salutabar terrebar mittebar audiebar capiebar<br />

ik werd gegroet etc.<br />

* Futurum Simplex Passief<br />

Ook het futurum simplex passief gebruikt de ke<strong>nl</strong>etter -b- bij de 1 ste en de vervoegingsgroep en de letter -e-<br />

bij de vervoegingsgroepen 3, 4 en 5 (maar in de 1 ste pers. e.v. een -a-); daarachter komen de persoonsuitgangen<br />

-r, -ris, -tur, -mur, -mini, -ntur<br />

salutabor terrebor mittar audiar capiar<br />

salutaberis terreberis mitteris audieris capieris<br />

ik zal gegroet worden etc.<br />

Imperativus Praesens Passief<br />

De gebiedende wijs in het passief komt alleen voor bij deponentia<br />

ev horta-re<br />

mv horta-mini<br />

Infinitivus Praesens Passief<br />

Bij de infinitivus komt er na de stam -ri (salutari, terreri, audiri) of -i (mitti, capi !!!)<br />

(N.B. Een participium van het praesens passief bestaat niet!)<br />

Perfectumstam Actief Indicativus<br />

* Perfectum Actief<br />

saluta-v-i terr-u-i mis-i audi-v-i cep-i<br />

salutavisti terruisti misisti audivisti cepisti<br />

salutavit terruit misit audivit cepit<br />

salutavimus terruimus misimus audivimus cepimus<br />

salutavistis terruistis misistis audivistis cepistis<br />

salutaverunt terruerunt miserunt audiverunt ceperunt<br />

Werkwoorden van de 1ste en 4de vervoegingsgroep hebben de ke<strong>nl</strong>etter -v-.<br />

Werkwoorden van de 2de vervoegingsgroep hebben de ke<strong>nl</strong>etter -u- (de -e vervalt).<br />

9


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Werkwoorden van de 3de en 5de vervoegingsgroep hebben een onregelmatige vorming van de perfectumstam.<br />

Ook bij de 1ste, 2de en 4de vervoegingsgroep komen onregelmatige perfectumstammen voor.<br />

De onregelmatige perfecta staan in de stamtijde<strong>nl</strong>ijst vermeld; deze moet je leren.<br />

De uitgangen van het perfectum zijn bij alle werkwoorden hetzelfde: -i, -isti, -it, -imus, -istis, -erunt<br />

Perfectumvormen kun je op twee manieren vertalen: salutavi = 1) ik groette 2) ik heb gegroet<br />

Alleen een perfectumvorm in een bijzin die begint met postquam (= nadat) mag je vertalen met hadden +<br />

voltooid deelwoord: postquam matrem salutavi = nadat ik moeder gegroet had.<br />

Het perfectum wordt vaak gebruikt voor gebeurtenissen uit het verleden waarbij geen nadruk wordt gelegd<br />

op de duur ervan.<br />

N.B. Bij onregelmatige perfectumvormen is het verschil met de praesensvormen soms zeer klein. bijvoorbeeld<br />

videt = hij ziet, vidit = hij zag/heeft gezien; movemus = wij bewegen, movimus = wij bewogen/hebben<br />

bewogen. In de 3de persoon e.v. en de 1ste persoon m.v. is er soms helemaal geen verschil tussen praesens<br />

en perfectum, bijvoorbeeld bibit, convenit, occidit, inquit, (ef)fugimus, defendimus. Om te bepalen of je met<br />

een praesens- of met een perfectumvorm te doen hebt, ga je af op het tekstverband.<br />

* Plusquamperfectum Actief<br />

Het plusquamperfectum gebruikt dezelfde stam als het perfectum. Achter de stam komen de persoonsuitgangen:<br />

-eram, -eras, -erat, -eramus, -eratis, -erant.<br />

salutaveram terrueram miseram audiveram ceperam<br />

ik had gegroet ik had bang gemaakt ik had gestuurd ik had gehoord ik had gepakt<br />

In het Nederlands geven we plusquamperfectumvormen weer met hadden + voltooid deelwoord (bij sommige<br />

ww waren + voltooid deelwoord: fueram = ik was geweest)<br />

* Futurum Exactum Actief<br />

Achter de perfectumstam komen de uitgangen -ero, -eris, -erit, -erimus, -eritis, -erint<br />

salutavero = ik zal gegroet hebben, terruero = ik zal bang gemaakt hebben, misero = ik zal gezonden hebben,<br />

audivero = ik zal gehoord hebben, cepero = ik zal gepakt hebben<br />

(Het futurum exactum komt vaak voor in een bijzin ingeleid door si = als of cum = wanneer)<br />

Infinitivus Perfectum Actief<br />

De infinitivus van het perfectum gaat bij alle werkwoorden uit op -isse ( bijv. salutavisse = gegroet<br />

(te) hebben, fuisse = geweest (te) zijn, tulisse = gedragen (te) hebben)<br />

(N.B Een imperativus en een participium van het perfectum actief bestaan niet.)<br />

Perfectumstam Passief<br />

Indicativus<br />

* Perfectum Passief<br />

Dit wordt gevormd met een voltooid deelwoord (participium van het perfectum passief: p.p.p.) + een praesensvorm<br />

van esse<br />

salutatus sum territus sum missus sum auditus sum captus sum<br />

ik ben gegroet etc.<br />

10


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

* Plusquamperfectum Passief<br />

Hiervoor gebruik je een voltooid deelwoord (participium van perfectum passief: p.p.p.) + een vorm van het<br />

imperfectum van esse:<br />

salutatus eram territus eram missus eram auditus eram captus eram<br />

ik was gegroet etc.<br />

* Futurum Exactum Passief<br />

Dit is een combinatie van het ppp en de futurumvormen van esse (ero, eris, erit, erimus, eritis, erunt).<br />

salutatus ero territus ero missus ero auditus ero captus ero<br />

ik zal gegroet zijn etc.<br />

(Het futurum exactum komt vaak voor in een bijzin ingeleid door si = als of cum = wanneer )<br />

(N.B. Een imperativus van het perfectum passief bestaat niet.)<br />

Infinitivus Perfectum Passief<br />

Dit is een combinatie van het ppp en de infmitivus esse.<br />

salutatus esse territus esse missus esse auditus esse captus esse<br />

gegroet (te) zijn<br />

Participium van het Perfectum Passief (P.P.P.)<br />

Het voltooid deelwoord (ppp) wordt verbogen als de bijvoeglijke naamwoorden op -us. Het wordt vaak gevormd<br />

door stam + (i) tus, maar er zijn ook vele uitzonderingen, vooral in de 3de vervoegingsgroep (missus).<br />

Net als het ppa gedraagt het ppp zich als een bijvoeglijk naamwoord en congrueert het met een zelfstandig<br />

naamwoord of met het onderwerp.<br />

Het ppp is echter altijd passief en voortijdig; dit laatste wil zeggen dat de handeling van het participium eerder<br />

gebeurd is dan de persoonsvorm; daarom kun je vaak het voegwoord nadat gebruiken in het Nederlands;<br />

ook omdat, toen, hoewel zijn mogelijk, maar niet terwijl! Meestal is ook het ppp bijwoordelijk gebruikt,<br />

soms bijvoeglijk.<br />

Milites salutati procedunt.<br />

bijwoordelijk: Nadat de soldaten gegroet zijn, treden ze naar voren.<br />

bijvoeglijk: De begroete soldaten treden naar voren.<br />

Urbem ab hostibus captam conspeximus.<br />

bijwoordelijk: Wij zagen de stad, nadat die door de vijanden ingenomen was.<br />

bijvoeglijk: Wij zagen de door de vijanden ingenomen stad / de stad die door de vijanden ingenomen was.<br />

Participium van het Futurum Actief (P.F.A.)<br />

Als je de uitgang -us van het ppp vervangt door -urus krijg je het participium van het futurum actief (pfa).<br />

salutaturus == zullende groeten<br />

Gecombineerd met een vervoegde vorm van esse krijgt het betekenissen als: salutaturus sum == ik ben van<br />

plan/sta op het punt te groeten.<br />

Infinitivus van het Futurum Actief<br />

Vaak wordt het pfa samen met esse in een A.c.I. gebruikt als infinitivus van het futunum.<br />

Puto eum non salutaturum esse == Ik denk dat hij niet zal groeten.<br />

De infinitivus van het futurum van esse luidt: futurus esse of fore<br />

Puto illum puerum optimum futurum esse / fore == Ik denk dat die jongen de beste zal zijn.<br />

11


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

CONIUNCTIVUS<br />

Praesens Actief en Passief<br />

ke<strong>nl</strong>etter: 1 ste vervoegingsgroep -e-, overige vervoegingsgroepen -a- Vervoeging van het actief:<br />

salutem terream mittam audiam capiam<br />

salutes terreas mittas audias capias<br />

salutet terreat mittat audiat capiat<br />

salutemus terreamus mittamus audiamus capiamus<br />

salutetis terreatis mittatis audiatis capiatis<br />

salutent terreant mittant audiant capiant<br />

De passieve vormen maak je door de persoonsuitgangen te vervangen door -r, -ris, -tur, -mur, -mini, -ntur.<br />

Functies van coniunctivus praesens in hoofdzin:<br />

I) aansporing: salutem = laat ik groeten (ontkenning ne: ne salutem = laat ik niet groeten)<br />

2) twijfel (uitsluitend in vraagzin): quid faciam? = wat moet/zal ik doen?<br />

3) wens: regina vivat! = leve de koningin; fiat = moge het gebeuren = ik hoop dat het gebeurt<br />

4) mogelijkheid in het heden (zowel in hoofdzin als in bijzin met si): si hoc dicas, erres = als je dit zult zeggen,<br />

kun je je / zou je je kunnen vergissen / zul je je wel vergissen<br />

De coniunctivus praesens in bijzinnen kan gebruikt worden, als de persoonsvorm in de hoofdzin een praesens<br />

of futurum is. De coniunctivus praesens wordt (behalve in het geval van irrealis) in dezelfde soort bijzinnen<br />

gebruikt als de coniunctivus imperfectum. Voor het gebruik daarvan zie hieronder.<br />

Imperfectum Actief en Passief<br />

De coniunctivus van het imperfectum bestaat uit de infinitivus praesens en daaraan vastgekoppeld de<br />

persoonsuitgangen -m, -s, -t, -mus, -tis, -nt bij het actief, en -r, -ris, -tur, -mur, -mini, -ntur bij het passief.<br />

act. salutare-m terrere-m mittere-m audire-m capere-m<br />

pass. salutare-r terrere-r mittere-r audire-r capere-r<br />

Aan de coniunctivus imperfectum in een bijzin, gaat altijd een verleden tijd in de hoofdzin vooraf. Deze coniunctivusvormen<br />

worden gebruikt in bijzinnen ingeleid door:<br />

+ ut = opdat, dat, om ... te (geeft doel aan) (bij de vertaling met opdat voegen we in het Nederlands vaak 'zou'<br />

toe; bij de vertaling met 'om ... te' gebruiken we in het Nederlands een heel werkwoord.)<br />

+ ne = 1) opdat niet, dat niet, om ... niet te<br />

2) na w.w. die 'vrezen' of 'verhinderen' betekenen: dat, om ... te<br />

timebam ne venires = ik was bang dat jij zou komen<br />

impedivi ne venires = ik verhinderde dat jij kwam<br />

+ ut = zodat, dat (geeft logisch gevolg aan) (in het Nederlands gebruiken we een gewone onvoltooid verleden<br />

tijd)<br />

+ ut non = zodat niet, dat niet<br />

N.B. i.p.v. ut = opdat/om te en zodat staat er soms een betrekkelijk voornaamwoord aan het begin van<br />

de bijzin: misit nuntios, qui pacem peterent = hij stuurde bodes om om vrede te vragen; sunt tales<br />

homines qui numquam veritatem dicant = (lett.) er zijn mensen die (= van dien aard dat ze) nooit de<br />

waarheid vertellen<br />

+ cum = toen, omdat, hoewel (in het Nederlands onvoltooid verleden tijd)<br />

+ in afhankelijke (= indirecte) vraag: nesciebam quid frater faceret = ik wist niet wat mijn broer aan het doen<br />

was/deed.<br />

12


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

+ in bijzin die begint met quod = 'omdat', als in de bijzin niet een objectief feit staat vermeld, maar een subjectieve<br />

overweging van een persoon in het verhaal: Laetus erat, quod optimus esset = Hij was blij, omdat hij<br />

(volgens zijn eigen mening) de beste was.<br />

De coniunctivus imperfectum in hoofd- en bijzin ingeleid door (ni)si wordt gebruikt om een onwerkelijkheid<br />

aan te geven: irrealis van het heden<br />

si nunc domi essem, dormirem = als ik nu thuis zou zijn, zou ik slapen<br />

De coniunctivus imperfectum in de hoofdzin kan ook een onvervulbare wens van het heden aanduiden:<br />

domi essem = was ik (nu) maar thuis!<br />

De coniunctivus imperfectum in de hoofdzin geeft soms ook een potentialis van het verleden aan:<br />

cerneres = je had kunnen zien<br />

Perfectum Actief en Passief<br />

De vormen van de coniunctivus van het perfectum actief komen overeen met die van het futurum exactum,<br />

maar de uitgang van de 1 ste pers. e.v. is -erim (i.p.v. -ero).<br />

salutaverim terruerim miserim audiverim ceperim<br />

De coniunctivus perfectum passief bestaat uit het ppp + de coniunctivus praesens van esse.<br />

salutatutus sim territus sim missus sim auditus sim captus sim<br />

Deze coniunctivus komt vooral voor in bijzinnen die een indirecte vraag zijn (met praesens of futurum in<br />

hoofdzin): Rogo te cur id feceris = Ik vraag jou waarom je dit gedaan hebt.<br />

In hoofd- en bijzin met si heeft deze coniunctivus, evenals de coniunctivus praesens, soms de waarde van<br />

een potentialis van het heden: si hoc dixeris, erraveris = als je dit zult zeggen, kun je je / zou je je kunnen<br />

vergissen, zul je je wel vergissen.<br />

In een hoofdzin geeft deze coniunctivus, evenals de coniunctivus praesens, soms een aansporing aan met de<br />

ontkenning ne: ne hoc dixerim = laat ik dit niet zeggen<br />

Plusquamperfectum Actief en Passief<br />

De coniunctivus van het plusquamperfectum actief wordt gevormd door de infinitivus van het perfectum<br />

actief en daaraan vastgekoppeld de persoonsuitgangen -m, -s, -t, -mus, -tis, -nt.<br />

salutavisse-m terruisse-m misisse-m audivisse-m cepisse-m<br />

De coniunctivus plusquamperfectum passief bestaat uit het ppp + de coniunctivus imperfectum van esse.<br />

salutatus essem territus essem missus essem auditus essem captus essem<br />

Ook deze coniunctivusvormen kunnen in bijzinnen na de voegwoorden ut en cum gebruikt worden; cum<br />

kan dan ook de betekenis nadat hebben.<br />

Ook komt de coniunctivus voor in een afhankelijke (=indirecte) vraag na een verleden tijd in de hoofdzin:<br />

Nesciebam quid frater fecisset = Ik wist niet wat mijn broer gedaan had.<br />

De coniunctivus plusquamperfectum in hoofd- en bijzin ingeleid door (ni)si geeft een onwerkelijkheid aan:<br />

irrealis van het verleden :<br />

si heri domi fuissem, dormivissem = als ik gisteren thuis geweest zou zijn, zou ik geslapen hebben.<br />

In hoofdzin alleen geeft de coniunctivus van het plusquamperfectum een onvervulbare wens van het verleden<br />

aan: id fecissem= had ik dit maar gedaan!<br />

13


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

HOOFDZIN<br />

aansporing: 'laten'<br />

ontkenning ne<br />

twijfel: 'moet / zal'<br />

in vraagzin<br />

wens: 'moge'<br />

potentialis<br />

(mogelijkheid)<br />

irrealis<br />

(onwerkelijkheid)<br />

onvervulbare wens<br />

BIJZIN<br />

ut<br />

1) doel: opdat, om te<br />

(ontkenning ne); qui<br />

2) gevolg: (zo)dat (ontkenning<br />

ut non); qui<br />

cum<br />

1) tijd: toen, nadat<br />

2) oorzaak: omdat<br />

3) toegeving: hoewel<br />

(ni)si<br />

1) potentialis<br />

(mogelijkheid)<br />

2) irrealis<br />

(onwerkelijkheid)<br />

OVERZICHT CONIUNCTIVUS IN HOOFD- EN BIJZIN<br />

Praesens Imperfectum Perfectum Plusquamperfectum<br />

X X<br />

X<br />

X<br />

X<br />

heden:<br />

zal wel / zou<br />

kunnen<br />

X<br />

X<br />

X<br />

X<br />

X<br />

verleden:<br />

had wel / had<br />

kunnen<br />

X<br />

heden:<br />

14<br />

zou<br />

X<br />

dormirem =<br />

sliep hij maar!<br />

X<br />

X<br />

X<br />

X<br />

heden: zou<br />

X<br />

heden:<br />

zal wel / zou<br />

kunnen<br />

X<br />

X<br />

X<br />

X<br />

verleden:<br />

zou hebben<br />

X<br />

dormivissem =<br />

had hij maar geslapen!<br />

X<br />

X<br />

X<br />

verleden: zou<br />

hebben<br />

indirecte vraag X X X X<br />

in bijzin binnen A.c.I. X X X X<br />

quod=omdat<br />

(subjectieve reden)<br />

X X X X


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Onregelmatige werkwoorden<br />

Esse<br />

praes. impf. fut. con. praes. con. imprf. imper.<br />

ik sum eram ero sim essem<br />

jij es eras eris sis esses es<br />

hij/zij/het est erat erit sit esset<br />

wij sumus eramus erimus simus essemus<br />

jullie estis eratis eritis sitis essetis este<br />

zij sunt erant erunt sint essent<br />

Het werkwoord esse heeft geen ppa. Het pfa is futurus ('zullende zijn').<br />

Posse<br />

De persoonsvormen van posse zijn samengesteld uit de stam pot- en de vormen van esse, maar pot- wordt<br />

tot pos- als de letter s erop volgt (dus pos-sum, pot-eram, pot-ero, pos-sim). Bij de infinitivus (posse) en de<br />

coniunctivus imperfectum (possem) zijn de vormen verkort.<br />

(N.B. Het perfectum van possum is potui; niet verwarren met posui van pono!)<br />

Ferre Velle nolle malle<br />

indic. praes. imperativus indicativus praesens<br />

ik fero volo nolo malo (I)<br />

jij fers fer vis non vis mavis<br />

hij/zij/het fert vult non vult mavult<br />

wij ferimus volumus nolumus malumus<br />

jullie fertis ferte vultis non vultis mavultis<br />

zij ferunt volunt nolunt malunt<br />

De overige vormen zijn regelmatig en volgen de coniunctivus praesens<br />

3de vervoegingsgroep. velim nolim malim etc.<br />

De imperativus van nolle (noli en nolite) wordt<br />

vooral gebruikt in combinatie met een infinitivus<br />

om een vriendelijk verzoek uit te drukken: noli me<br />

tangere = raak me a.u.b. niet aan!<br />

De overige vormen zijn regelmatig en volgen de 3 de<br />

vervoegingsgroep (stammen: vol-, nol-, mal-)<br />

ire<br />

Dit werkwoord wordt vervoegd volgens de 4de vervoegingsgroep (audio). De stam is erg kort (i-).<br />

De stamklinker i- wordt tot een e- als de persoonsuitgang met een klinker begint. Vandaar de indicativus<br />

praesensvormen eo = ik ga en eunt = zij gaan; in de coniunctivus praesens verschijnt ook steeds de stam e-:<br />

eam, eas etc.<br />

Let op de zeer korte imperativus e.v. i = ga!<br />

Het ppa van ire is: nom e.v. iens. gen. e.v. euntis<br />

Het werkwoord fio = worden, gebeuren heeft een passieve infinitivus: fieri; verder wordt het verbogen als<br />

audio. In het perfectum passief gebruikt het hetzelfde voltooid deelwoord als facere: factum est = 1) het is<br />

gemaakt 2) het is geworden 3) het is gebeurd<br />

15


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

De Accusativus cum Infinitivo (A.c.I.)<br />

Na werkwoorden die 'zeggen, horen, denken, willen' betekenen en na onpersoo<strong>nl</strong>ijke uitdrukkingen (bijv.<br />

necesse est = het is noodzakelijk) gebruikt het Latijn vaak een constructie met een accusativus als onderwerp<br />

en een infinitivus in plaats van een persoonsvorm. De accusativus die onderwerp is, heet de subjectsaccusativus.<br />

In het Nederlands gebruiken we een bijzin die ingeleid wordt door 'dat'.<br />

Puto te amicum amare = Ik denk dat jij van je vriend houdt. (te: subjectsaccusativus; amicum: objectsaccusativus<br />

bij amare).<br />

* Als in een A.c.I. een infinitivus van het praesens staat, dan gebeurt de handeling van de A.c.I.<br />

gelijktijdig met die van het hoofdwerkwoord:<br />

Puto Hannibalem Romanos vincere = Ik denk dat Hannibal bezig is de Romeinen te overwinnen.<br />

Puto Romanos ab Hannibale vinci = Ik denk dat de Romeinen (nu) door Hannibal overwonnen worden.<br />

Putabam/putavi Hannibalem Romanos vincere = Ik zat te denken / ik dacht dat Hannibal bezig was de Romeinen<br />

te overwinnen.<br />

Putabam/putavi Romanos ab Hannibale vinci = Ik zat te denken/ik dacht dat de Romeinen door Hannibal<br />

overwonnen werden (op dat moment)<br />

* Als in een A.c.I. een infinitivus van het perfectum staat, dan gebeurde de handeling van de A.c.I. eerder dan<br />

die van het hoofdwerkwoord (de infinitivus is voortijdig t.o.v. het hoofdwerkwoord):<br />

Puto Hannibalem Romanos iam vicisse = Ik denk dat Hannibal de Romeinen al overwonnen heeft.<br />

Puto Romanos ab Hannibale victos esse = Ik denk dat de Romeinen door Hannibal overwonnen zijn.<br />

Putabam/putavi Hannibalem Romanos iam vicisse = Ik zat te denken I ik dacht dat Hannibal de Romeinen al<br />

overwonnen had.<br />

Putabam/putavi Romanos ab Hannibale iam victos esse = Ik zat te denken/ dacht dat de Romeinen al door<br />

Hannibal overwonnen waren.<br />

* Als in een A.c.I. een infinitivus van het futurum staat, dan gebeurt de handeling van de A.c.I. later dan die<br />

van het hoofdwerkwoord (de infinitivus is natijdig t.o.v. het hoofdwerkwoord):<br />

Puto Hannibalem Romanos victurum esse = Ik denk dat Hannibal de Romeinen zal overwinnen.<br />

Putabam/putavi Hannibalem Romanos victurum esse - Ik zat te denken/ik dacht dat Hannibal de Romeinen<br />

zou overwinnen.<br />

Als de subjectsaccusativus van een A.c.I. se is dan geeft dit aan dat het dezelfde persoon is als het onderwerp<br />

van het hoofdwerkwoord; afhankelijk van het onderwerp vertalen we se dan met 'hij', 'zij', of 'zij' (mv.)<br />

Hannibal dicit se fortem esse = Hannibal zegt dat hij (zelf) dapper is.<br />

Puella dixit se valde gaudere = Het meisje zei dat zij (zelf) heel blij was.<br />

Homines clamabant se fortiter pugnavisse = De mensen stonden te roepen dat zij (zelf) dapper gevochten<br />

hadden.<br />

N .B. In bijzinnen binnen een A.c.I. staat altijd een coniunctivus.<br />

Accusativus cum Participio<br />

Na werkwoorden die een zintuiglijke waarneming aangeven (zien, horen) gebruik je in het Latijn niet een<br />

A.c.I., maar een A.c.P.: Video puerum currentem = Ik zie de jongen rennen / Ik zie dat de jongen rent.<br />

Nominativus cum Infinitivo<br />

Dit is een vreemde naam voor een eenvoudig verschijnsel. In het Latijn kan een persoon onderwerp zijn van<br />

passieve vormen van werkwoorden als dicere, narrare, putare: ille vir optimus esse dicitur / narratur / putatur<br />

= die man wordt gezegd / wordt verteld / wordt gemeend de beste te zijn. Omdat we dit zo niet in het Nederlands<br />

kunnen zeggen, vertalen we de zin zo: men zegt / vertelt / meent dat die man de beste is.<br />

16


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Ablativus Absolutus<br />

Deze speciale woordgroep heeft de volgende kenmerken:<br />

- Hij bestaat uit een zelfstandig naamwoord (of een voornaamwoord) in de ablativus en een daarbij aansluitend<br />

participium in de ablativus.<br />

- Het zelfstandig naamwoord in de ablativus heeft in de hoofdzin grammaticaal geen functie (dus geen onderwerp,<br />

lijdend voorwerp of iets dergelijks).<br />

- Het zelfstandig naamwoord in de ablativus vertaal je niet als een ablativus.<br />

- De ablativus absolutus geef je in het Nederlands weer met een bijwoordelijke bijzin.<br />

- In deze bijzin wordt het zelfstandig naamwoord in de ablativus tot onderwerp en het participium in de ablativus<br />

tot persoonsvorm.<br />

- Als voegwoord aan het begin van de bijzin gebruiken we: terwijl (alleen bij ppa!), nadat (alleen bij ppp!),<br />

toen, omdat, hoewel.<br />

Voorbeeld:<br />

Patre ridente tacebamus = Terwijl/toen/omdat/hoewel vader lachte, zwegen wij.<br />

Fama narrata omnes ridebant. = Nadat/toen/omdat/hoewel het gerucht verteld was, lachten allen.<br />

Een ablativus absolutus met een ppp is altijd passief. Toch mogen we die in het Nederlands actief vertalen,<br />

als dit op grond van de inhoud van de tekst voor de hand ligt.<br />

Voorbeeld:<br />

Urbe capta hostes ridebant =<br />

Vertaling I (letterlijk): Nadat/toen/omdat de stad ingenomen was, lachten de vijanden.<br />

Vertaling 2 (als duidelijk is dat de vijanden de stad hebben ingenomen): Nadat/toen/omdat de vijanden de<br />

stad ingenomen hadden, lachten zij.<br />

In enkele gevallen staat er in een ablativus absolutus in plaats van een participium een zelfstandig naamwoord<br />

of een bijvoeglijk naamwoord in de ablativus:<br />

Augusto principe = terwijl Augustus keizer was (dit komt ook voor bij: consul, imperator, dux, rex, auctor)<br />

Augusto vivo = terwijl Augustus leefde (dit komt ook voor bij: invitus, absens)<br />

Deponentia<br />

Deponentia zijn werkwoorden met passieve vormen. maar actieve betekenis: conor = ik probeer, conatus<br />

sum = ik heb geprobeerde/probeerde. Let op de imperativus 2de pers. e.v.: conare = probeer!<br />

Deponentia kennen wel ecn participium praesens actief: conans =proberend.<br />

Het participium perfectum passief kan de waarde hebben van een tegenwoordig deelwoord (conatus = proberend)<br />

én van een voltooid deelwoord (conatus = geprobeerd hebbend)<br />

Semideponentia<br />

Een paar werkwoorden hebben in het praesens gewoon actieve vormen, maar in het perfectum slechts passieve<br />

vormen met actieve betekenis:<br />

soleo: solitus sum = ik had de gewoonte<br />

audeo: ausus sum = ik heb gedurfd<br />

Perfectum i.p.v. praesens<br />

Een paar werkwoorden hebben uitsluitend perfectumvormen met praesensbetekenjs:<br />

memini = ik herinner me<br />

novi = ik weet<br />

odi = ik haat<br />

17


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Gerundium<br />

Het gerundium is een zelfstandig naamwoord. De ke<strong>nl</strong>etters zijn -nd-. Omdat het de verbogen vormen zijn<br />

van de gesubstantiveerde infinitivus (salutare = het groeten) heeft het maar enkele uitgangen (-i. -o, -um):<br />

genitivus: salutandi = van het groeten<br />

dativus: salutando = (lett. voor het groeten) om te groeten<br />

accusativus: ad salutandum = om te groeten<br />

ablativus: salutando = door te groeten<br />

gerundium in genitivus + causa = om te: salutandi causa = om te groeten<br />

Omdat het gerundium een werkwoord is, kan het een lijdend voorwerp bij zich hebben: dominum iuvando =<br />

door de meester te helpen<br />

Gerundivum<br />

Het gerundivum is een bijvoeglijk naamwoord. De ke<strong>nl</strong>etters zijn -nd-. Het wordt verbogen als een bijvoeglijk.naamwoord<br />

op -us (magnus). De basisbetekenis is moetende worden.<br />

Gebruik:<br />

1) In combinatie met een vorm van het ww esse: puer laudandus est = de jongen moet geprezen worden;<br />

audiendum est = er moet geluisterd worden; haec agenda sunt = deze dingen moeten gedaan worden.<br />

De persoon door wie iets gedaan moet worden, staat bij een gerundivum in de dativus (dativus auctoris): hoc<br />

tibi faciendum erit = dit zal door jou gedaan moeten worden.<br />

2) Soms wordt een gerundivum als een bijvoeglijk naamwoord gebruikt: puella miranda = het meisje dat<br />

bewonderd moet worden = het bewonderenswaardige meisje<br />

3) Soms wordt een gerundivum gesubstantiveerd: agenda = dingen die gedaan moeten worden.<br />

4) In het Latijn wordt vaak een gerundium met een lijdend voorwerp omgezet in een gerundivumconstructie.<br />

Het zelfstandig naamwoord krijgt dan de naamval van het gerundium. Het gerundium wordt een<br />

gerundivum, dat zich in geslacht, getal en naamval aanpast aan het zelfstandig naamwoord.<br />

Voorbeeld: feminas adiuvando (lijdend voorwerp + gerundium in ablativus) wordt feminis adiuvandis (zelfstandig<br />

naamwoord in de ablativus + gerundivum).<br />

De vertaling is in beide gevallen hetzelfde: door de vrouwen te helpen. Het gerundivum moet in zo'n geval<br />

dus ook niet met 'moeten' en 'worden' worden vertaald.<br />

'om de vrouwen te helpen' kan in een gerundivumconstructie in het Latijn op drie manieren worden weergegeven:<br />

feminarum adiuvandarum causa (causa gebruikt als voorzetsel = om. ter wille van), feminis adiuvandis<br />

(dativus), ad feminas adiuvandas (ad bij gerundivum of gerundium betekent altijd 'om te').<br />

18


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

STAMTIJDENLIJST<br />

1 accendo accendi accensus in brand steken<br />

2 accipio accepi acceptus ontvangen, krijgen<br />

3 ago egi actus doen, bezig zijn<br />

4 alo alui voeden<br />

5 aperio aperui apertus openen<br />

6 ardeo arsi branden<br />

7 aspicio aspexi aspectus bekijken<br />

8 aufero abstuli ablatus wegbrengen, weghalen<br />

9 augeo auxi auctus vergroten, vermeerderen<br />

10 cado cecidi vallen<br />

11 caedo cecidi caesus doden<br />

12 capio cepi captus pakken, nemen<br />

13 carpo carpsi plukken<br />

14 cedo cessi gaan, wijken<br />

15 censeo censui census menen<br />

16 cerno crevi zien<br />

17 cingo cinxi omingelen<br />

18 claudo clausi clausus sluiten<br />

19 cogo coegi coactus dwingen, bijeendrijven<br />

20 colo colui cultus verzorgen, vereren<br />

21 comprehendo comprehendi comprehensus grijpen<br />

22 consulo consului consultus overleggen, besluiten<br />

23 credo credidi geloven<br />

24 cresco crevi groeien<br />

25 cupio cupivi verlangen<br />

26 curro cucurri cursurus rennen<br />

27 decerno decrevi decretus besluiten<br />

28 defendo defendi defensus verdedigen<br />

29 desero deserui desertus verlaten<br />

30 dico dixi dictus zeggen<br />

31 disco didici leren (van)<br />

32 dissero disserui uiteenzetten<br />

33 divido divisi divisus verdelen<br />

34 do dedi datus geven<br />

35 doceo docui leren (aan)<br />

36 duco duxi ductus leiden<br />

37 emo emi emptus kopen<br />

38 eo ii iturus gaan<br />

39 exstinguo exstinxi exstinctus blussen. vernietigen<br />

40 facio feci factus doen, maken<br />

41 fallo fefelli bedriegen<br />

42 fero tuli latus dragen, brengen<br />

43 figo fixi fixus vastmaken<br />

44 fingo finxi fictus vormen, verzinnen<br />

45 flecto flexi flexus buigen<br />

46 fluo fluxi stromen<br />

47 frango fregi fractus breken<br />

48 fugio fugi vluchten<br />

49 fundo fudi gieten<br />

50 gero gessi gestus dragen, (oorlog) voeren<br />

51 gigno genui genitus voortbrengen<br />

52 haereo haesi vastzitten<br />

53 haurio hausi haustus scheppen<br />

54 iaceo iacui liggen<br />

55 iacio ieci iactus gooien<br />

56 instruo instruxi instructus ordenen, regelen<br />

57 intellego intellexi intellectus begrijpen<br />

19


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

58 interficio interfeci interfectus doden<br />

59 iubeo iussi iussus bevelen<br />

60 iungo iunxi iunctus verbinden<br />

61 iuvo iuvi iutus helpen<br />

62 lego legi lectus lezen<br />

63 malo malui liever willen<br />

64 maneo mansi mansurus blijven, wachten<br />

65 metuo metui vrezen<br />

66 misceo miscui mixtus mengen<br />

67 mitto misi missus sturen<br />

68 moveo movi motus bewegen, ontroeren<br />

69 nolo nolui niet willen<br />

70 nosco novi (ik weet) leren kennen<br />

71 parco peperci sparen<br />

72 pario peperi voortbrengen<br />

73 pello pepuli pulsus verdrijven<br />

74 peto petivi petitus vragen, streven naar<br />

75 pono posui positus plaatsen, leggen<br />

76 posco poposci vragen, eisen<br />

77 possum potui kunnen<br />

78 premo pressi pressus drukken<br />

79 quaero quaesivi quaesitus vragen<br />

80 rapio rapui raptus roven<br />

81 rego rexi besturen<br />

82 relinquo reliqui relictus achterlaten<br />

83 respondeo respondi responsus antwoorden<br />

84 rideo risi lachen<br />

85 rumpo rupi ruptus breken<br />

86 ruo rui stormen, zich storten<br />

87 scribo scripsi scriptus schrijven<br />

88 sedeo sedi zitten<br />

89 sentio sensi sensus voelen, merken<br />

90 sino sivi situs (toe)laten<br />

91 sisto stiti doen stilstaan<br />

92 solvo solvi solutus losmaken, oplossen<br />

93 spargo sparsi sparsus besprenkelen<br />

94 sperno sprevi spretus verachten<br />

95 statuo statui statutus besluiten<br />

96 sterno stravi stratus uitspreiden, neerslaan<br />

97 sto steti staan<br />

98 struo struxi structus bouwen<br />

99 suadeo suasi suasus aanraden<br />

100 sum fui futurus zijn<br />

101 sumo sumpsi sumptus nemen, gebruiken<br />

102 surgo surrexi surrectus opstaan<br />

103 tango tetigi tactus aanraken<br />

104 tego texi tectus bedekken<br />

105 teneo tenui (vast)houden<br />

106 tollo sustuli sublatus opheffen, wegnemen<br />

107 torqueo torsi draaien<br />

108 traho traxi tractus trekken<br />

109 tremo tremui beven<br />

110 tribuo tribui tributus toebedelen<br />

111 veho vexi vervoeren<br />

112 venio veni venturus komen<br />

113 verto verti draaien<br />

114 video vidi visus zien<br />

115 vincio vinxi vinctus boeien<br />

116 vinco vici victus overwinnen<br />

20


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

117 vivo vixi victurus leven<br />

118 volo volui willen<br />

119 volvo volvi volutus wentelen, rollen<br />

(Semi)deponentia<br />

120 aggredior aggressus sum aanvallen<br />

121 amplector amplexus omarmen<br />

122 audeo ausussum durven<br />

123 experior expertus sum ondernemen, ervaren<br />

124 fateor fassus sum bekennen<br />

125 fio factus sum worden, gebeuren, gemaakt/gedaan worden<br />

126 fruor fructus sum genieten<br />

127 fungor functus sum vervullen<br />

128 labor lapsus sum glijden<br />

129 loquor locutus sum spreken<br />

130 mereor meritus sum verdienen<br />

131 morior mortuus sum sterven<br />

132 nascor natus sum geboren worden<br />

133 nitor nisus sum zich inspannen<br />

134 obliviscor oblitus sum vergeten<br />

135 orior ortus sum beginnen, ontstaan<br />

136 patior passus sum lijden, dulden<br />

137 polliceor pollicitus sum beloven<br />

138 proficiscor profectus sum vertrekken<br />

139 queror questus sum klagen<br />

140 reor ratus sum menen<br />

141 revertor reversus sum terugkeren<br />

142 sequor secutus sum volgen<br />

143 soleo solitus sum gewend zijn<br />

144 utor usus sum gebruiken<br />

145 vehor vectus sum rijden, varen<br />

146 vereor veritus sum bang zijn<br />

147 vertor versus sum zich (om)draaien<br />

21


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Indicativus Praesens<br />

Coniunctivus Praesens<br />

(ke<strong>nl</strong>etter -e- bij 1 ste conjug. en<br />

ke<strong>nl</strong>etter -a- bij rest)<br />

ONVOLTOOID ACTIEF<br />

1 ste conjugatie:<br />

a-vervoeging<br />

saluto<br />

salutas<br />

salutat<br />

salutamus<br />

salutatis<br />

salutant<br />

salutem<br />

salutes<br />

salutet<br />

salutemus<br />

salutetis<br />

salutent<br />

Imperativus Praesens saluta<br />

salutate<br />

Infinitivus Praesens salutare<br />

Participium Praesens<br />

(P.P.A.)<br />

Indicativus Imperfectum<br />

(ke<strong>nl</strong>etters -(e)ba-)<br />

Coniunctivus Imperfectum<br />

(gevormd door inf. praes. +<br />

persoonsuitgang)<br />

Indicativus Futurum<br />

(ke<strong>nl</strong>etter -b- bij 1ste en 2 de coniug;<br />

-e- bij de andere coniug.,<br />

maar -a- in 1 ste pers. e.v.)<br />

Infinitivus Futurum<br />

Participium Futurum<br />

(P.F.A.)<br />

Gerundium genitivus<br />

dativus<br />

accusativus<br />

salutans,<br />

gen. salutantis<br />

salutabam<br />

salutabas<br />

salutabat<br />

salutabamus<br />

salutabatis<br />

salutabant<br />

salutarem<br />

salutares<br />

salutaret<br />

salutaremus<br />

salutaretis<br />

salutarent<br />

salutabo<br />

salutabis<br />

salutabit<br />

salutabimus<br />

salutabitis<br />

salutabunt<br />

22<br />

2 de conjugatie:<br />

e-vervoeging<br />

terreo<br />

terres<br />

terret<br />

terremus<br />

terretis<br />

terrent<br />

terream<br />

terreas<br />

terreat<br />

terreamus<br />

terreatis<br />

terreant<br />

terre<br />

terrete<br />

3 de conjugatie:<br />

consonantvervoeging<br />

mitto<br />

mittis<br />

mittit<br />

mittimus<br />

mittitis<br />

mittunt<br />

mittam<br />

mittas<br />

mittat<br />

mittamus<br />

mittatis<br />

mittant<br />

mitte<br />

mittite<br />

4 de coniugatie:<br />

i-vervoeging<br />

audio<br />

audis<br />

audit<br />

audimus<br />

auditis<br />

audiunt<br />

audiam<br />

audias<br />

audiat<br />

audiamus<br />

audiatis<br />

audiant<br />

audi<br />

audite<br />

terrere mittere audire<br />

terrens,<br />

gen. terrentis<br />

terrebam<br />

terrebas<br />

terrebat<br />

terrebamus<br />

terrebatis<br />

terrebant<br />

terrerem<br />

terreres<br />

terreret<br />

terreremus<br />

terreretis<br />

terrerent<br />

terrebo<br />

terrebis<br />

terrebit<br />

terrebimus<br />

terrebitis<br />

terrebunt<br />

mittens,<br />

gen. mittentis<br />

mittebam<br />

mittebas<br />

mittebat<br />

mittebamus<br />

mittebatis<br />

mittebant<br />

mitterem<br />

mitteres<br />

mitteret<br />

mitteremus<br />

mitteretis<br />

mitterent<br />

mittam<br />

mittes<br />

mittet<br />

mittemus<br />

mittetis<br />

mittent<br />

audiens,<br />

gen. audientis<br />

audiebam<br />

audiebas<br />

audiebat<br />

audiebamus<br />

audiebatis<br />

audiebant<br />

audirem<br />

audires<br />

audiret<br />

audiremus<br />

audiretis<br />

audirent<br />

audiam<br />

audies<br />

audiet<br />

audiemus<br />

audietis<br />

audient<br />

salutaturus esse territurus esse missurus esse auditurus esse<br />

salutaturus territurus missurus auditurus<br />

salutandi<br />

salutando<br />

ad salutandum<br />

terrendi<br />

terrendo<br />

ad terrendum<br />

mittendi<br />

mittendo<br />

ad mittendum<br />

audiendi<br />

audiendo<br />

ad audiendum


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

ablativus salutando terrendo mittendo audiendo<br />

23


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Indicativus Praesens<br />

Coniunctivus Praesens<br />

(ke<strong>nl</strong>etter -e- bij 1 ste conjug. en<br />

ke<strong>nl</strong>etter -a- bij rest)<br />

Imperativus Praesens<br />

(alleen bij deponentia)<br />

ONVOLTOOID PASSIEF<br />

1 ste conjugatie:<br />

a-vervoeging<br />

salutor<br />

salutaris<br />

salutatur<br />

salutamur<br />

salutamini<br />

salutantur<br />

saluter<br />

saluteris<br />

salutetur<br />

salutemur<br />

salutemini<br />

salutentur<br />

hortare<br />

hortamini<br />

Infinitivus Praesens salutari<br />

Indicativus Imperfectum<br />

(ke<strong>nl</strong>etters -(e)ba-)<br />

Coniunctivus Imperfectum<br />

(gevormd door inf. praes. act. +<br />

persoonsuitgang)<br />

Indicativus Futurum<br />

(ke<strong>nl</strong>etter -b- bij 1ste en 2 de coniug;<br />

-e- bij de andere coniug.,<br />

maar -a- in 1 ste pers. e.v.)<br />

Gerundivum<br />

(moetende worden!)<br />

salutabar<br />

salutabaris<br />

salutabatur<br />

salutabamur<br />

salutabamini<br />

salutabantur<br />

salutarer<br />

salutareris<br />

salutaretur<br />

salutaremur<br />

salutaremini<br />

salutarentur<br />

salutabor<br />

salutaberis<br />

salutabitur<br />

salutabimur<br />

salutabimini<br />

salutabuntur<br />

salutandus<br />

24<br />

2 de conjugatie:<br />

e-vervoeging<br />

terreor<br />

terreris<br />

terretur<br />

terremur<br />

terremini<br />

terrentur<br />

terrear<br />

terrearis<br />

terreatur<br />

terreamur<br />

terreamini<br />

terreantur<br />

verere<br />

veremini<br />

3 de conjugatie: consonant-vervoeging<br />

mittor<br />

mitteris<br />

mittitur<br />

mittimur<br />

mittimini<br />

mittuntur<br />

mittar<br />

mittaris<br />

mittatur<br />

mittamur<br />

mittamini<br />

mittantur<br />

sequere<br />

sequimini<br />

4 de coniugatie:<br />

i-vervoeging<br />

audior<br />

audiris<br />

auditur<br />

audimur<br />

audimini<br />

audiuntur<br />

audiar<br />

audiaris<br />

audiatur<br />

audiamur<br />

audiamini<br />

audiantur<br />

orire<br />

orimini<br />

terreri mitti audiri<br />

terrebar<br />

terrebaris<br />

terrebatur<br />

terrebamur<br />

terrebamini<br />

terrebantur<br />

terrerer<br />

terrereris<br />

terreretur<br />

terreremur<br />

terreremini<br />

terrerentur<br />

terrebor<br />

terreberis<br />

terrebitur<br />

terrebimur<br />

terrebimini<br />

terrebuntur<br />

terrendus<br />

mittebar<br />

mittebaris<br />

mittebatur<br />

mittebamur<br />

mittebamini<br />

mittebantur<br />

mitterer<br />

mittereris<br />

mitteretur<br />

mitteremur<br />

mitteremini<br />

mitterentur<br />

mittar<br />

mitteris<br />

mittetur<br />

mittemur<br />

mittemini<br />

mittentur<br />

mittendus<br />

audiebar<br />

audiebaris<br />

audiebatur<br />

audiebamur<br />

audiebamini<br />

audiebantur<br />

audirer<br />

audireris<br />

audiretur<br />

audiremur<br />

audiremini<br />

audirentur<br />

audiar<br />

audieris<br />

audietur<br />

audiemur<br />

audiemini<br />

audientur<br />

audiendus


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

VOLTOOID ACTIEF<br />

1 ste conjugatie:<br />

a-vervoeging<br />

Indicativus Perfectum salutavi<br />

salutavisti<br />

salutavit<br />

salutavimus<br />

salutavistis<br />

salutaverunt<br />

Coniunctivus Perfectum<br />

(ke<strong>nl</strong>etters -eri-)<br />

salutaverim<br />

salutaveris<br />

salutaverit<br />

salutaverimus<br />

salutaveritis<br />

salutaverint<br />

Infinitivus Perfectum salutavisse<br />

Indicativus Plusquamperfectum<br />

(ke<strong>nl</strong>etters -era-)<br />

Coniunctivus Plusquamperfectum<br />

(gevormd door inf. perf. + persoonsuitgang)<br />

Indicativus Futurum Exactum<br />

(ke<strong>nl</strong>etters -eri-, zoals bij coniunct. perf.,<br />

maar in 1 ste pers e.v. -ero)<br />

salutaveram<br />

salutaveras<br />

salutaverat<br />

salutaveramus<br />

salutaveratis<br />

salutaverant<br />

salutavissem<br />

salutavisses<br />

salutavisset<br />

salutavissemus<br />

salutavissetis<br />

salutavissent<br />

salutavero<br />

salutaveris<br />

salutaverit<br />

salutaverimus<br />

salutaveritis<br />

salutaverint<br />

25<br />

2 de conjugatie:<br />

e-vervoeging<br />

terrui<br />

terruisti<br />

terruit<br />

terruimus<br />

terruistis<br />

terruerunt<br />

terruerim<br />

terrueris<br />

terruerit<br />

terruerimus<br />

terrueritis<br />

terruerint<br />

3 de conjugatie:<br />

consonantvervoeging<br />

misi<br />

misisti<br />

misit<br />

misimus<br />

misistis<br />

miserunt<br />

miserim<br />

miseris<br />

miserit<br />

miserimus<br />

miseritis<br />

miserint<br />

4 de coniugatie:<br />

i-vervoeging<br />

audivi<br />

audivisti<br />

audivit<br />

audivimus<br />

audivistis<br />

audiverunt<br />

audiverim<br />

audiveris<br />

audiverit<br />

audiverimus<br />

audiveritis<br />

audiverint<br />

terruisse misisse audivisse<br />

terrueram<br />

terrueras<br />

terruerat<br />

terrueramus<br />

terrueratis<br />

terruerant<br />

terruissem<br />

terruisses<br />

terruisset<br />

terruissemus<br />

terruissetis<br />

terruissent<br />

terruero<br />

terrueris<br />

terruerit<br />

terruerimus<br />

terrueritis<br />

terruerint<br />

miseram<br />

miseras<br />

miserat<br />

miseramus<br />

miseratis<br />

miserant<br />

misissem<br />

misisses<br />

misisset<br />

misissemus<br />

misissetis<br />

misissent<br />

misero<br />

miseris<br />

miserit<br />

miserimus<br />

miseritis<br />

miserint<br />

audiveram<br />

audiveras<br />

audiverat<br />

audiveramus<br />

audiveratis<br />

audiverant<br />

audivissem<br />

audivisses<br />

audivisset<br />

audivissemus<br />

audivissetis<br />

audivissent<br />

audivero<br />

audiveris<br />

audiverit<br />

audiverimus<br />

audiveritis<br />

audiverint


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ De site voor samenvattingen<br />

Indicativus Perfectum<br />

VOLTOOID PASSIEF<br />

1 ste conjugatie:<br />

a-vervoeging<br />

salutatus sum<br />

salutatus es<br />

salutatus est<br />

salutati sumus<br />

salutati estis<br />

salutati sunt<br />

Coniunctivus Perfectum salutatus sim<br />

salutatus sis<br />

salutatus sit<br />

salutati simus<br />

salutati sitis<br />

salutati sint<br />

Infinitivus Perfectum salutatus esse<br />

Participium Perfectum<br />

(P.P.P.)<br />

Indicativus Plusquamperfectum<br />

Coniunctivus Plusquamperfectum<br />

Indicativus Futurum Exactum<br />

26<br />

2 de conjugatie:<br />

e-vervoeging<br />

territus sum<br />

territus es<br />

territus est<br />

territi sumus<br />

territi estis<br />

territi sunt<br />

territus sim<br />

territus sis<br />

territus sit<br />

territi simus<br />

territi sitis<br />

territi sint<br />

3 de conjugatie:<br />

consonantvervoeging<br />

missus sum<br />

missus es<br />

missus est<br />

missi sumus<br />

missi estis<br />

missi sunt<br />

missus sim<br />

missus sis<br />

missus sit<br />

missi simus<br />

missi sitis<br />

missi sint<br />

4 de coniugatie:<br />

i-vervoeging<br />

auditus sum<br />

auditus es<br />

auditus est<br />

auditi sumus<br />

auditi estis<br />

auditi sunt<br />

auditus sim<br />

auditus sis<br />

auditus sit<br />

auditi simus<br />

auditi sitis<br />

auditi sint<br />

territus esse missus esse auditus esse<br />

salutatus territus missus auditus<br />

salutatus eram<br />

salutatus eras<br />

salutatus erat<br />

salutati eramus<br />

salutati eratis<br />

salutati erant<br />

salutatus essem<br />

salutatus esses<br />

salutatus esset<br />

salutati essemus<br />

salutati essetis<br />

salutati essent<br />

salutatus ero<br />

salutatus eris<br />

salutatus erit<br />

salutati erimus<br />

salutati eritis<br />

salutati erunt<br />

territus eram<br />

territus eras<br />

territus erat<br />

territi eramus<br />

territi eratis<br />

territi erant<br />

territus essem<br />

territus esses<br />

territus esset<br />

territi essemus<br />

territi essetis<br />

territi essent<br />

territus ero<br />

territus eris<br />

territus erit<br />

territi erimus<br />

territi eritis<br />

territi erunt<br />

missus eram<br />

missus eras<br />

missus erat<br />

missi eramus<br />

missi eratis<br />

missi erant<br />

missus essem<br />

missus esses<br />

missus esset<br />

missi essemus<br />

missi essetis<br />

missi essent<br />

missus ero<br />

missus eris<br />

missus erit<br />

missi erimus<br />

missi eritis<br />

missi erunt<br />

auditus eram<br />

auditus eras<br />

auditus erat<br />

auditi eramus<br />

auditi eratis<br />

auditi erant<br />

auditus essem<br />

auditus esses<br />

auditus esset<br />

auditi essemus<br />

auditi essetis<br />

auditi essent<br />

auditus ero<br />

auditus eris<br />

auditus erit<br />

auditi erimus<br />

auditi eritis<br />

auditi erint

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!