Kennisnetwerken en ruimtelijke clustering - Rooilijn
Kennisnetwerken en ruimtelijke clustering - Rooilijn
Kennisnetwerken en ruimtelijke clustering - Rooilijn
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Rooilijn</strong> Jg. 41 / Nr. 6 / 2008<br />
Rec<strong>en</strong>sies<br />
van gebouw<strong>en</strong>, bewoners <strong>en</strong> strat<strong>en</strong>,<br />
als één rechtsgebied met één bestuur.<br />
Anderzijds het dynamische woord vloeibaar,<br />
dat e<strong>en</strong> beweging inhoudt waarbij<br />
de afzonderlijke partikels beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
hun relatieve positie verander<strong>en</strong> zonder<br />
dat de totale massa uit elkaar valt. De<br />
stad vloeit met twee snelhed<strong>en</strong>. Aan de<br />
<strong>en</strong>e kant is er de bebouwde stad, die e<strong>en</strong><br />
voortdur<strong>en</strong>d proces van verandering,<br />
maar ook e<strong>en</strong> bepaalde traagheid k<strong>en</strong>t.<br />
Aan de andere kant is er het individu <strong>en</strong><br />
zijn verhouding tot die amorfe stad. Dit<br />
herinnert aan de lag<strong>en</strong>b<strong>en</strong>adering met<br />
de ondergrond (bodem), de netwerk<strong>en</strong><br />
(transportass<strong>en</strong>) <strong>en</strong> de occupatie<br />
(gebouw<strong>en</strong>), waaraan Hartman e<strong>en</strong><br />
vierde laag lijkt toe te voeg<strong>en</strong>, namelijk<br />
de interactiepatron<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>,<br />
iets wat onder planolog<strong>en</strong> vaak buit<strong>en</strong><br />
beschouwing wordt gelat<strong>en</strong>.<br />
De vloeibare stad ontstaat in e<strong>en</strong><br />
context van economische groei <strong>en</strong><br />
vooruitgang. Daarbij legt de auteur de<br />
nadruk op kracht<strong>en</strong> van binn<strong>en</strong>uit <strong>en</strong><br />
niet op abstracte kracht<strong>en</strong> zoals de<br />
mondialisering. Immers, deze abstracte<br />
kracht<strong>en</strong> manifester<strong>en</strong> zich uiteindelijk<br />
op lokaal schaalniveau. In zijn verhaal<br />
stelt Hartman drie aspect<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal die<br />
voor de dynamiek van de vloei<strong>en</strong>de stad<br />
verantwoordelijk zijn: individualisering,<br />
bouwlust <strong>en</strong> de mediastad.<br />
De belangrijkste rol staat gereserveerd<br />
voor het individu. Maar al gauw wordt<br />
duidelijk dat het individu niet onafhankelijk<br />
van maatschappelijke kracht<strong>en</strong><br />
ageert. Hartman noemt dit de animo van<br />
het individu. Als individu<strong>en</strong> word<strong>en</strong> wij<br />
voortdur<strong>en</strong>d beïnvloed door instituties<br />
(al noemt Hartman dit begrip niet),<br />
die vervolg<strong>en</strong>s weer door individueel<br />
handel<strong>en</strong> conform de sociale norm<br />
bekrachtigd word<strong>en</strong>. Zo is het individu<br />
slachtoffer <strong>en</strong> dader tegelijk. We zijn<br />
ontvankelijk voor verleiding <strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />
daardoor uiting aan e<strong>en</strong> gesuggereerde<br />
behoefte, die wij niet noodzakelijkerwijs<br />
will<strong>en</strong>. Hier komt hij echter tot e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>taire<br />
vraag van de sociologie terug,<br />
namelijk of er e<strong>en</strong> objectieve realiteit<br />
bestaat <strong>en</strong> daarmee e<strong>en</strong> objectief vaststelbare<br />
behoefte van de maatschappij.<br />
De bouwlust, het tweede aspect,<br />
wordt als resultaat beschouwd van de<br />
e<strong>en</strong>sgezinde actie van overheid, projectontwikkelaars<br />
annex bouwbedrijv<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> kapitaalverschaffers; all<strong>en</strong> vanuit<br />
e<strong>en</strong> andere interesse. De overheid<br />
streeft naar meer werkgeleg<strong>en</strong>heid<br />
<strong>en</strong> belastingsopbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong>, voor de<br />
bouwsector is de interesse intrinsiek <strong>en</strong><br />
kapitaalverschaffers zijn altijd op zoek<br />
naar investering<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> betrouwbaar<br />
r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t. Zeker het laatste punt<br />
lijkt geïnspireerd door David Harvey.<br />
Verstedelijking is e<strong>en</strong> economisch<br />
proces dat ruimteproductie nodig heeft<br />
<strong>en</strong> waarin ruimteproductie als doel op<br />
zich beschouwd kan word<strong>en</strong>.<br />
Het laatste aspect, de informatiemaatschappij,<br />
werkt als versnell<strong>en</strong>de<br />
factor van verstedelijking. Daarbij is<br />
e<strong>en</strong> hoofdrol weggelegd voor de media<br />
P. 452<br />
bij de sturing of gelijkschakeling van<br />
het individu door de productie van<br />
verleidelijke ruimtes. De promin<strong>en</strong>te<br />
plek die gereserveerd is voor de informatie<br />
<strong>en</strong> media in het bijzonder mag<br />
verbaz<strong>en</strong>. Anderzijds vervull<strong>en</strong> deze<br />
e<strong>en</strong> belangrijke rol in de vormgeving<br />
van individuele voorkeur<strong>en</strong> door het<br />
versterk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbeeld<strong>en</strong> van institutionele<br />
praktijk<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> wordt ook de<br />
economische logica van groei door de<br />
media uitvergroot.<br />
Het conceptuele hoofdstuk van het boek<br />
bestaat niet uit e<strong>en</strong> streefbeeld, maar uit<br />
e<strong>en</strong> begripp<strong>en</strong>kader om de stad beter te<br />
begrijp<strong>en</strong>. Dus wie er op e<strong>en</strong> verloss<strong>en</strong>d<br />
antwoord op al zijn problem<strong>en</strong> gewacht<br />
heeft, zal teleurgesteld word<strong>en</strong>. Maar dit<br />
is tegelijk e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale conclusie uit het<br />
boek: er zijn ge<strong>en</strong> grand plans meer. Dit<br />
leidt tot e<strong>en</strong> stadsbegrip waar dynamiek<br />
c<strong>en</strong>traal staat. T<strong>en</strong> eerste zal de stad als<br />
e<strong>en</strong> proces opgevat moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>: “Hij<br />
bestaat omdat hij ontstaat” (p. 168). E<strong>en</strong><br />
van de ess<strong>en</strong>tiële kracht<strong>en</strong> van de stad<br />
is haar aanpassingsvermog<strong>en</strong>. De stad<br />
vormt daarbij e<strong>en</strong> complex systeem<br />
met e<strong>en</strong> hoge mate van zelforganisatie.<br />
Dit chaotische systeem dat wij stad<br />
noem<strong>en</strong>, wordt niet door grote plann<strong>en</strong><br />
gestuurd maar door individuele stapp<strong>en</strong>,<br />
zo stelt Hartman. Dit zal m<strong>en</strong>ig planoloog<br />
aan het twijfel<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> over de<br />
eig<strong>en</strong> positie. Voorts moet<strong>en</strong> wij volg<strong>en</strong>s<br />
Hartman naar e<strong>en</strong> ander ruimtebegrip,<br />
waarin ruimte niet als e<strong>en</strong> container<br />
wordt opgevat, maar meerdere ruimtes<br />
naast elkaar kunn<strong>en</strong> bestaan. Vanwege<br />
de veelheid aan ruimtes vraagt dit om<br />
“e<strong>en</strong> dynamisch ruimtebegrip zonder<br />
dat schaarste het c<strong>en</strong>trale vraagstuk is”<br />
(p. 175). Ruimte kan daarbij beschouwd