02.05.2013 Views

Untitled - Koninklijke Bibliotheek

Untitled - Koninklijke Bibliotheek

Untitled - Koninklijke Bibliotheek

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

V A N ANTONIÜS. 27<br />

Toen C;ESAR vervolgens ten vyfden male<br />

tot Conful benoemd wierd, koos hy dade-<br />

lyk ANTONIÜS tot zynen ambtgenoot,<br />

doch wilde kort daarop het bewind neder-<br />

Icggen, cn aan DOLABELLA overdragen,<br />

waaromtrent hy een voordel deed aan den<br />

Raad; dan hiertegen kwam ANTONIÜS<br />

zich met zo vele heftigheid verzetten , en<br />

voer zo geweldig uit tegen DOLABELLA,<br />

die hem van zynen kant niet fehuldig bleef,<br />

dat CESAR, zich fchamende over dat on-<br />

befchofce gedrag, voor ditmaal van zyn<br />

voornemen afzag. Eenigen tyd daarna, als<br />

CJESAR weder ondernam DOLABELLA te<br />

benoemen, riep ANTONIÜS, dat de vo­<br />

gels ongunftige teekenen hadden gegeven;<br />

waarop c JE S A R geheel van de zaak afzag,<br />

en DOLABELLA liet vaaren, die niet wei­<br />

nig hierover gebelgd was. Het fehynt,<br />

dat hy dezen zo wel ars ANTONIÜS diep<br />

verachtte; want men verbaalt, dat, toen ie­<br />

mand hen beiden als verdacht by hem kwam<br />

aanbrengen, hy ten antwoord gaf, niet be­<br />

vreesd te zyn voor die vet gemeste en fraai<br />

gekapte heeren , maar veel meer voor die<br />

bleeke en fchrale wezens; bedoelende daar­<br />

mede BRUTUS en CASSIUS, die vervol.<br />

gens

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!