02.05.2013 Views

klik hier voor de bijlage bij dit bericht - de Aardespiegel

klik hier voor de bijlage bij dit bericht - de Aardespiegel

klik hier voor de bijlage bij dit bericht - de Aardespiegel

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

edactioneel<br />

Het is <strong>de</strong> tijd van Michael. Elke ochtend<br />

wordt het later licht, elke<br />

avond vroeger donker. Grijze onstuimige<br />

natte dagen wor<strong>de</strong>n afgewisseld<br />

met rustige zonnige herfstdagen.<br />

Overal zijn spinnen en spinnenwebben.<br />

Herfstdra<strong>de</strong>n. De bomen<br />

zitten nog vol in <strong>de</strong> bla<strong>de</strong>ren,<br />

die geel, rood en bruin kleuren. Er<br />

is maar een stormpje nodig om ze<br />

van <strong>de</strong> takken te rukken. En die<br />

storm die komt. Ik maak me klaar<br />

<strong>voor</strong> <strong>de</strong> storm, <strong>de</strong> wind en <strong>de</strong> regen,<br />

ik maak me klaar <strong>voor</strong> <strong>de</strong> winter,<br />

<strong>de</strong> kou<strong>de</strong> en <strong>de</strong> duisternis.<br />

Wie in <strong>de</strong>ze weken naar <strong>de</strong> Mensenwijdingsdiensten<br />

gaat, hoort<br />

achtereenvolgens het verhaal van<br />

<strong>de</strong> koninklijke bruiloft, <strong>de</strong> wapenrusting<br />

Gods, <strong>de</strong> vrouw, het kind en<br />

<strong>de</strong> draak, <strong>de</strong> witte ruiter en <strong>de</strong><br />

mensenzoon. Voornamelijk beel<strong>de</strong>n<br />

uit <strong>de</strong> openbaring van Johannes.<br />

Met <strong>de</strong>ze verhalen wor<strong>de</strong>n we innerlijk<br />

<strong>voor</strong>bereid op storm, wind en<br />

regen en op kou<strong>de</strong> en duisternis.<br />

Het zwaard van <strong>de</strong> geest, dat is <strong>de</strong><br />

god<strong>de</strong>lijke woordmacht, <strong>de</strong> strijd<br />

tegen <strong>de</strong> draak, een wit paard en<br />

die daarop gezeten is, hij die <strong>de</strong><br />

roeping heeft om geloof en ware<br />

kennis te verenen. Het zijn grote<br />

machtige beel<strong>de</strong>n die me oproepen<br />

om zelf het zwaard van <strong>de</strong> geest te<br />

leren hanteren, het witte paard te<br />

berij<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> strijd met <strong>de</strong> draak<br />

aan te gaan.<br />

De artikelen in <strong>dit</strong> nummer van<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel zijn wat mij betreft<br />

stuk <strong>voor</strong> stuk <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n van<br />

teksten van mensen, die ie<strong>de</strong>r op<br />

hun eigen manier essentiële vragen<br />

stellen, het wilskrachtige leven<strong>de</strong><br />

zuivere <strong>de</strong>nken oefenen en onwaarachtigheid,<br />

ongerechtigheid en gemakzucht<br />

bestrij<strong>de</strong>n.<br />

Mocht een lezer draken van teksten<br />

lezen, laat hij of zij het ons<br />

weten. Jac Hielema<br />

Het Steiner/Libet fenomeen (<strong>de</strong>el 2) door Stephan Geuljans<br />

Is het zogenoem<strong>de</strong> Libet-experiment <strong>de</strong> doodsteek <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vrije wil? Victor Lamme <strong>de</strong>nkt van wel. Uiterst nauw-<br />

gezet verklaart hij het fenomeen op een mechanisch materialistische manier inclusief tijdsprongen van het brein<br />

naar het verle<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> toekomst toe. Stephan Geuljans ont<strong>de</strong>kte dat Rudolf Steiner het Libet-fenomeen al hon-<br />

<strong>de</strong>rd jaar eer<strong>de</strong>r beschreef in zijn Filosofie van <strong>de</strong> Vrijheid. Dezelf<strong>de</strong> feiten op een geesteswetenschappelijke ma-<br />

nier bekeken, maken <strong>de</strong> vrije wil juist mogelijk. In <strong>dit</strong> twee<strong>de</strong> <strong>de</strong>el legt Stephan Geuljans uit hoe.<br />

Het nucleaire verhaal door Werner Govaerts<br />

Het is algemeen bekend dat radio-activiteit niet zichtbaar, ruikbaar, voelbaar, kortom zintuiglijk niet waarneem-<br />

baar is. Dat maakt ze ook zo gevaarlijk! Op 14 augustus 2012 verschenen drie verschillen<strong>de</strong> <strong>bericht</strong>en in ver-<br />

schillen<strong>de</strong> kranten over ‘het nucleaire verhaal’. Werner Govaerts streeft naar het noodzakelijke bewustzijn om dat<br />

verhaal te kunnen vertellen.<br />

Kunstspiegel - Who’s afraid of red, yellow and<br />

blue door Evelien Nijeboer<br />

Wat doen <strong>de</strong> ro<strong>de</strong>, gele en blauwe colourfields van Barnett Newman met een mens die zich er open <strong>voor</strong> stelt?<br />

Evelien Nijeboer on<strong>de</strong>rzoekt <strong>de</strong> vraag. Het rood roept op tot creativiteit, zegt ze, doe je dat niet dan word je <strong>de</strong>-<br />

structief.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Visie en gesprek: horizontale geld-circulatie en<br />

verticale waar<strong>de</strong>-circulatie<br />

Jan Saal begint zijn artikel met <strong>de</strong> bewering: “Wanneer we <strong>de</strong> maatschappij als één geheel beschouwen, zon<strong>de</strong>r<br />

geledingen, kunnen we nooit tot een goed begrip van <strong>de</strong> economie, waar<strong>de</strong> en geld komen.” Daartegenover zou<br />

Jac Hielema zijn artikel over <strong>dit</strong> on<strong>de</strong>rwerp beginnen met <strong>de</strong> bewering: “Om tot een goed begrip van <strong>de</strong> economie,<br />

waar<strong>de</strong> en geld te komen, moeten we <strong>de</strong> wereldwij<strong>de</strong> samenleving, dat wil zeggen <strong>de</strong> hele aar<strong>de</strong> en alle<br />

mensen, als één zich van binnenuit ontwikkelend levend geheel beschouwen.” Spreken <strong>de</strong>ze beweringen elkaar<br />

tegen of zijn ze kentheoretisch gefun<strong>de</strong>erd in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wereldbeschouwing?<br />

antroposofie, kunst en actualiteit<br />

En ver<strong>de</strong>r:<br />

In Kunstspiegel bekijkt Evelien<br />

Nijeboer het rood van Barnett<br />

Newman<br />

In <strong>de</strong> Column van Werner Govaerts<br />

toont hij hoe <strong>de</strong> politiek in<br />

België poogt in een wezenlijke behoefte<br />

te <strong>voor</strong>zien door mid<strong>de</strong>l van<br />

het onwezenlijke?<br />

In vraag van een lezer vraagt<br />

Monique Verhoeven naar een <strong>voor</strong>beeld<br />

van een tip van Rudolf Steiner<br />

uit ‘<strong>de</strong> weg tot inzicht in hogere<br />

werel<strong>de</strong>n’. Auke van <strong>de</strong>r Meij<br />

geeft een antwoord.<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel in cijfers<br />

colofon<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu<br />

don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012<br />

twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

“Natuur! Wij zijn door haar omringd<br />

en omstrengeld; niet in<br />

staat ons aan haar te ontworstelen<br />

en niet <strong>bij</strong> machte dieper in<br />

haar door te dringen. Ze neemt<br />

ons ongevraagd en ongewaarschuwd<br />

op in <strong>de</strong> kringloop van<br />

haar levensdans en voert ons<br />

mee, totdat we moe gewor<strong>de</strong>n<br />

ons uit haar omhelzing losmaken.<br />

(...) Gedacht heeft zij en zij <strong>de</strong>nkt<br />

<strong>voor</strong>tdurend na, echter niet als<br />

mens maar als natuur. (...) Ze<br />

kent taal noch re<strong>de</strong>, maar ze<br />

creëert tongen en harten, door<br />

mid<strong>de</strong>l waarvan ze voelt en<br />

spreekt. (...) Niet ik heb over<br />

haar gesproken. Neen, zij heeft<br />

gesproken over alles wat waar en<br />

verkeerd is. Alles is haar schuld,<br />

alles is haar verdienste!"<br />

Johann Wolfgang von Goethe,<br />

<strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

1 terug naar boven


Rudolf Steiner (1861 - 1925)<br />

Het Steiner/Libet fenomeen (<strong>de</strong>el 2)<br />

door Stephan Geuljans<br />

In De Aar<strong>de</strong>spiegel van 20 september<br />

hebben we gekeken naar het experi-<br />

ment van Benjamin Libet dat in <strong>de</strong><br />

gangbare neurologie doorgaans wordt<br />

aangehaald als het sterkste bewijs dat<br />

vrije wil niet bestaat. De neuroloog<br />

Victor Lamme noem<strong>de</strong> <strong>dit</strong> experiment<br />

zelfs <strong>de</strong> 'ultieme doodsteek' van <strong>de</strong><br />

vrije wil. Hij meent dat <strong>de</strong> meetbare<br />

hersenactiviteit die aan onze da<strong>de</strong>n<br />

<strong>voor</strong>af gaat <strong>de</strong> oorzaak is van alle be-<br />

sluiten die we nemen. De hersenim-<br />

puls – het zogenaam<strong>de</strong> “Bereitschaft-<br />

potentiaal” – gaat in <strong>de</strong> tijd aan ons<br />

besluit <strong>voor</strong>af, dús is het ook <strong>de</strong> oor-<br />

zaak van ons bewuste besluit, aldus<br />

Lamme. Van ons autonome “ik” blijft in <strong>de</strong>ze visie niet veel meer over dan een kwebbeldoos, een “Mart Smeets”<br />

zoals Victor Lamme dat in een interview van HP/De Tijd noemt.<br />

Als we het Libet-experiment vanuit het Objectief I<strong>de</strong>alisme of het i<strong>de</strong>eën-realisme proberen te begrijpen, ont-<br />

staat er wel ruimte <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vrije wil. We hebben <strong>de</strong> betekenis van het wezenlijk <strong>de</strong>nken besproken dat aan <strong>de</strong><br />

fysieke hersenimpuls <strong>voor</strong>af gaat. Dit wezenlijke <strong>de</strong>nken is een i<strong>de</strong>ële kracht, een vormen<strong>de</strong> kracht die een schaal<br />

creëert <strong>voor</strong> het kennen<strong>de</strong> <strong>de</strong>nken. De rol van onze hersenen is dan eer<strong>de</strong>r passief en te vergelijken met een<br />

spiegel. Ik heb <strong>dit</strong> geheel toegelicht vanuit <strong>de</strong> mythologie waar <strong>de</strong> vernietigen<strong>de</strong> kracht van Medusa wordt weer-<br />

kaatst door het schild van Perseus. Als Perseus vervolgens het slangenhoofd van Medusa afslaat ontstaat <strong>hier</strong>uit<br />

het gevleugel<strong>de</strong> paard Pegasus, <strong>de</strong> gave van het kennen<strong>de</strong> of bewuste <strong>de</strong>nken.<br />

We kwamen tot drie momenten:<br />

1. het wezenlijke <strong>de</strong>nken (Medusa)<br />

2. <strong>de</strong> spiegelfunctie (gereedheidspotentiaal, het schild van Perseus)<br />

3. het verschijnen van het bewuste besluit (Pegasus)<br />

zintuigen<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

We hebben gezien dat <strong>de</strong> hersenen ongeveer een halve secon<strong>de</strong> actief zijn, onbewust vóóruitlopend op het be-<br />

wuste besluit. Bij onze zintuigen vindt iets soortgelijks plaats. Victor Lamme laat zien dat er ook een verschil in<br />

tijd ontstaat <strong>bij</strong> ons gevoel, <strong>de</strong> beleving van <strong>de</strong> buitenwereld. We kunnen een warme kachel aanraken met onze<br />

Benjamin Libet (1916 - 2007)<br />

2 terug naar boven


colofon<br />

De volgen<strong>de</strong> Aar<strong>de</strong>spiegel verschijnt<br />

don<strong>de</strong>rdag 15 november<br />

2012 rond het middaguur.<br />

De <strong>de</strong>adline <strong>voor</strong> kopij is <strong>de</strong><br />

maandagmiddag er<strong>voor</strong> om 13<br />

uur.<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel is een initiatief<br />

van Jac Hielema en wordt uitgegeven<br />

door Stephan Geuljans,<br />

Evelien Nijeboer en Jac Hielema.<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel wordt geleid<br />

door <strong>de</strong> kernredactie bestaan<strong>de</strong><br />

uit Stephan Geuljans, Evelien<br />

Nijeboer en Jac Hielema.<br />

Aan <strong>dit</strong> nummer van De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

werkten mee:<br />

• Stephan Geuljans<br />

• Jac Hielema<br />

• Evelien Nijeboer<br />

• Jan Saal<br />

• Werner Govaerts<br />

• Monique Verhoeven<br />

• Auke van <strong>de</strong>r Meij<br />

• en vele vele an<strong>de</strong>ren.<br />

Wilt u <strong>voor</strong>taan ook De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

ontvangen? Op<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu kunt u zich<br />

aanmel<strong>de</strong>n.<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel is geheel afhankelijk<br />

van donaties.<br />

Schenkingen kunt u storten op<br />

rekeningnummer:<br />

1985.64.546<br />

ter attentie van Stichting ter bevor<strong>de</strong>ring<br />

van GeesteswetenschappelijkeOn<strong>de</strong>rzoeksjournalistiek<br />

te Zwolle<br />

hand en <strong>de</strong> warmte voelen. Maar als we <strong>dit</strong> voelen, <strong>de</strong> warmtesensatie technisch analyseren, moeten we erkennen<br />

dat we ons van <strong>de</strong> zintuigprikkel pas bewust wor<strong>de</strong>n in onze hersenen. Ook <strong>hier</strong> holt ons bewustzijn achter <strong>de</strong><br />

feiten aan. Hoe ziet dat er uit? We raken <strong>de</strong> kachel aan waarna <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> sensorische zenuwen <strong>de</strong> zintuig-<br />

prikkel als een soort telefoondraad door gelei<strong>de</strong>n naar het centrale zenuwgestel in ons hoofd. Dat duurt ongeveer<br />

0,3 secon<strong>de</strong>n. Zo ontstaat er een verschil tussen <strong>de</strong> onbewuste sensatie van <strong>de</strong> warmte in mijn hand en <strong>de</strong> latere<br />

bewustwording in mijn hersenschors. Victor Lamme noemt <strong>dit</strong> laatste het sensorische bewustzijn.<br />

<strong>de</strong> tijd<br />

In <strong>de</strong> “De vrije wil bestaat niet” zegt hij: “Libet kwam tot <strong>de</strong> slotsom dat het vrij lang duurt <strong>voor</strong>dat een bewuste<br />

sensatie ontstaat en dat het brein daarom gebruik maakt van een soort terugplaatsen in <strong>de</strong> tijd”. Het bewustzijn<br />

lijkt immers metéén samen te vallen met het gevoel. Wij beleven daar géén 0,3 secon<strong>de</strong>n tussen. We zien <strong>bij</strong> een<br />

beleving door een zintuig het omgekeer<strong>de</strong> van wat we zien in het eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> Bereitschaft-potentiaal, het<br />

ontstaan van het motorische bewustzijn. Dáár ontstond een illusie, aldus Lamme, dat ons ik zich inbeeldt een vrij<br />

besluit te nemen; een besluit nádat het 'echte besluit' eer<strong>de</strong>r al door ons brein is genomen. Daar zien we een<br />

verplaatsen van <strong>de</strong> tijd naar <strong>de</strong> toekomst. Eérst <strong>de</strong> objectief meetbare hersenimpuls en op een later tijdstip in <strong>de</strong><br />

toekomst het bewuste (maar niet autonome) besluit. Maar ook <strong>hier</strong> beleven wij geen verschil van 0,5 secon<strong>de</strong>n.<br />

Het lijkt alsof wij nú een bewust besluit nemen en niet ná <strong>de</strong> aanzet in <strong>de</strong> hersenen.<br />

Verle<strong>de</strong>n Toekomst<br />

Warmtebeleving ← terug in <strong>de</strong> tijd [ BREIN ] <strong>voor</strong>uit in <strong>de</strong> tijd. → Besluit<br />

Kortom: onze sensatie van <strong>de</strong> warme kachel ligt 0,3 secon<strong>de</strong> vóór <strong>de</strong> bewustwording in het brein; het bewuste<br />

besluit komt 0,5 secon<strong>de</strong> ná <strong>de</strong> onbewuste hersenactiviteit<br />

synchronie<br />

In het aanraken van <strong>de</strong> warme kachel zien we een 'terugplaatsen in <strong>de</strong> tijd' naar het verle<strong>de</strong>n. Victor Lamme gaat<br />

ver<strong>de</strong>r: “Op het moment dat <strong>de</strong> hersenen het bewustzijn over een gebeurtenis opwekken, is die gebeurtenis al-<br />

weer een halve secon<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis. Om toch het gevoel van <strong>hier</strong> en nu te bewaren plaatst het brein die sensa-<br />

tie terug in <strong>de</strong> tijd naar het moment dat die informatie binnenkwam. Op die manier kan ook een gevoel van syn-<br />

chronie blijven bestaan tussen sensorische gebeurtenissen en acties die door het individu wor<strong>de</strong>n geïnitieerd.”<br />

De hersenen hebben het maar druk. Ons brein is volgens Lamme een soort toverdoos die twee illusies veroor-<br />

zaakt; in <strong>de</strong> toekomst ontstaat een illusie die meent zelf een besluit te nemen. Maar er is ook een projectie naar<br />

het verle<strong>de</strong>n. Zo ontstaat in <strong>de</strong> synchronie <strong>de</strong> illusie van het moment waar wij menen dat wij <strong>de</strong> warmte van <strong>de</strong><br />

kachel meteen bewust voelen. In werkelijkheid ontstaat het bewustzijn pas 0,3 secon<strong>de</strong> ná het voelen.<br />

oorzaak en gevolg?<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Victor Lamme beschrijft <strong>hier</strong> twee projecties in <strong>de</strong> tijd. Daar<strong>bij</strong> analyseert hij ons menselijk han<strong>de</strong>len alsof wij een<br />

soort machines zijn. Is dat terecht? Het maakt nogal wat uit als we ons gedrag, onze gevoelens en besluiten op-<br />

vatten als een aflopen<strong>de</strong> mechaniek of als een organisch proces. In een locomotief heeft het zin <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re druk-<br />

3 terug naar boven


De Aar<strong>de</strong>spiegel in cijfers<br />

Woensdag 17 oktober meld<strong>de</strong>n zich<br />

<strong>de</strong> 499ste en 500ste lezer aan. Er<br />

zijn nu dus 500 email-adressen die<br />

De Aar<strong>de</strong>spiegel ontvangen.<br />

Er zijn nu vier mensen die maan<strong>de</strong>lijks<br />

een bedrag overmaken aan<br />

ons om ons tegemoet te komen in<br />

<strong>de</strong> kosten. Deze mensen zijn we<br />

heel dankbaar.<br />

Van <strong>de</strong> ruim hon<strong>de</strong>rd mensen die<br />

zich <strong>de</strong> afgelopen zes weken hebben<br />

aangemeld, hebben welgeteld vijf<br />

mensen een kwartaal- of jaar<strong>bij</strong>drage<br />

geleverd. Ook hen danken wij<br />

van harte.<br />

Tegelijkertijd zijn er heel veel<br />

mensen die De Aar<strong>de</strong>spiegel ontvangen<br />

en het misschien lezen en<br />

het misschien inhou<strong>de</strong>lijk meer of<br />

min<strong>de</strong>r kunnen waar<strong>de</strong>ren, maar<br />

die waar<strong>de</strong>ring niet omzetten in een<br />

schenking, al is het maar tien euro<br />

per jaar. Dat vind ik jammer.<br />

Ik hoor<strong>de</strong> dat er tij<strong>de</strong>ns le<strong>de</strong>navon<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> Antroposofische Vereniging<br />

in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> plaatsen<br />

mensen elkaar attent maken op De<br />

Aar<strong>de</strong>spiegel, dat is fijn om te horen.<br />

Tegelijkertijd hoor<strong>de</strong> ik dat De<br />

Aar<strong>de</strong>spiegel kosteloos zou zijn. Dat<br />

is niet waar. Alles heeft zijn prijs op<br />

aar<strong>de</strong>. Ik bedoel: ik houd ervan om<br />

on<strong>de</strong>rzoek te doen, om teksten te<br />

schrijven, om an<strong>de</strong>re mensen te<br />

helpen <strong>bij</strong> het schrijven van hun<br />

teksten, kortom: ik houd er van om<br />

aar<strong>de</strong>spiegels te produceren, maar<br />

ik heb ook een fysiek lichaam dat<br />

verzorgd moet wor<strong>de</strong>n en kin<strong>de</strong>ren<br />

die verzorgd moeten wor<strong>de</strong>n.<br />

We begrijpen dat 500 mensen ons<br />

nog niet in ons levenson<strong>de</strong>rhoud<br />

kunnen <strong>voor</strong>zien. Maar die 500<br />

mensen begrijpen toch wel dat we<br />

niet kosteloos aar<strong>de</strong>spiegels kunnen<br />

blijven produceren?<br />

Dus mensen: geef als je <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re<br />

ontwikkeling van De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

mogelijk wilt maken. Hartelijk<br />

dank. Jac Hielema<br />

opbouw in <strong>de</strong> stoomketel als oorzaak aan te wijzen <strong>voor</strong> het latere bewegen van een wiel. De stoom is <strong>de</strong> mecha-<br />

nische oorzaak van <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> beweging. Zien wij hetzelf<strong>de</strong> als we naar leven kijken? Is het groeien van<br />

een plant en het verschijnen van een bloemkelk te begrijpen vanuit een star opvolgen van oorzaak en gevolg? Als<br />

we een plant met een bloem <strong>voor</strong> ons hebben weten we dat het blad en <strong>de</strong> stengel in <strong>de</strong> tijd aan <strong>de</strong> bloemkelk<br />

<strong>voor</strong>afgaat. Als we vanuit <strong>de</strong> visie van Goethe naar een plant kijken mogen we niet zeggen dat het blad of <strong>de</strong><br />

stengel <strong>de</strong> oorzaak is van <strong>de</strong> bloem. De oerplant, het wezen of type, treedt in verschijning en vormt in <strong>de</strong> fysieke<br />

wereld een geheel. We zien met onze ogen <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke “<strong>de</strong>len”, wortel, blad, stengel, bloemkelk, meeldraad<br />

en stamper die in <strong>de</strong> tijd ná elkaar ontstaan maar toch een geheel vormen. Leven is een geheel in <strong>de</strong> tijd. Het<br />

wezen heeft soms een heel jaar nodig heeft om in verschijning te tre<strong>de</strong>n. Een plant is zo bezien een tijdgestalte.<br />

Victor Lamme kijkt naar het menselijk lichaam met al haar gevoelens en besluiten alsof het een soort locomotief<br />

is, een machine waar<strong>bij</strong> een elektrische impuls een bewuste beleving of een bewust besluit veroorzaakt.<br />

nieuw tijdbegrip<br />

Rudolf Steiner stelt een revisie van het tijdbegrip <strong>voor</strong> als we met leven<strong>de</strong> wezens te maken hebben. In relatie tot<br />

het Darwinisme en het ontstaan van nieuwe diersoorten zegt hij: Dit nieuwe tijdbegrip “...moet laten zien dat het<br />

herlei<strong>de</strong>n van een latere gebeurtenis uit een vroegere gebeurtenis geen verklaring is, dat het in-<strong>de</strong>-tijd-eerste<br />

geen principieel-eerste is.” Het gaat <strong>hier</strong> om <strong>de</strong> manier hoe een levend wezen in verschijning treedt. Rudolf Stei-<br />

ner: “De wetmatigheid beheerst <strong>de</strong> verschijning als iets dat boven haar staat; het type vloeit in het afzon<strong>de</strong>rlijke<br />

organisme; het i<strong>de</strong>ntificeert zich ermee”.<br />

Wat is een leven<strong>de</strong> wetmatigheid?<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Iemand zou kunnen vragen: “Stammen wij af van <strong>de</strong> apen?”. Of ook: “De aap was er het éérst. Zijn wij daarom<br />

rechtop lopen<strong>de</strong> apen?”. We kunnen zon<strong>de</strong>r meer toegeven dat, zoals <strong>de</strong> archeologie laat zien, in <strong>de</strong> tijdspanne<br />

van miljoenen jaren er eerst <strong>de</strong> planten, later <strong>de</strong> dieren en pas op het allerlaatst <strong>de</strong> huidige mensen op het we-<br />

reldtoneel verschenen. Je zou daaruit kunnen conclu<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong> mens zich 'uit <strong>de</strong> aap' heeft ontwikkeld en dus<br />

'eigenlijk' een aap is. Maar we kunnen <strong>de</strong> mens ook zien als een geestelijk wezen, een i<strong>de</strong>ëel wezen die miljoe-<br />

nen jaren nodig heeft om te verschijnen. Rudolf Steiner kwam tot die conclusie door naar <strong>de</strong> intrinsieke wetma-<br />

tighe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> fysiologie van plant, dier en mens te kijken. Volgens hem was <strong>de</strong> mens er eerst als 'plant', later<br />

als 'dier' en pas op het laatst in <strong>de</strong> huidige menselijke verschijningsvorm. Deze i<strong>de</strong>ële mens is een leven<strong>de</strong> wet-<br />

matigheid en <strong>de</strong>ze wetmatigheid was er volgens Steiner 'het eerst'. Maar: <strong>de</strong>ze wetmatigheid ontwikkel<strong>de</strong>, evolu-<br />

eer<strong>de</strong> zich door <strong>de</strong> natuurrijken van planten en dieren en tenslotte tot haar mo<strong>de</strong>rne gestalte – als gestalte was<br />

<strong>de</strong> mens er dus het laatst. Volgen Steiner was het een noodzakelijkheid – een wetmatigheid – dat vroeg of laat<br />

<strong>de</strong> mens op het toneel zou verschijnen. Maar HOE hij zou verschijnen, staat aan het begin van het evolutieproces<br />

nog niet vast. An<strong>de</strong>rs gezegd: <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ële wetmatigheid evolueert en incarneert in haar verschijningsvorm en krijgt<br />

in dat proces een gestalte die miljoenen jaren gele<strong>de</strong>n nog niet <strong>voor</strong>speld kon wor<strong>de</strong>n. Dat laatste inzicht hebben<br />

we overigens aan Charles Darwin te danken. In die on<strong>voor</strong>spelbaarheid ligt <strong>de</strong> kiem <strong>voor</strong> onze vrijheid besloten.<br />

Voor fysische wetten, <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld <strong>de</strong> zwaartekracht, geldt <strong>dit</strong> evolutieprincipe niet: een vallen<strong>de</strong> steen on<strong>de</strong>r-<br />

werpt zich gewoon aan een wetmatigheid (<strong>de</strong> valwet). Deze wet van <strong>de</strong> zwaartekracht komt in het vallen niet tot<br />

ontwikkeling, hij is er gewoon.<br />

4 terug naar boven


Ook in ons leven<strong>de</strong> <strong>de</strong>nken hebben we niet alleen met een wezen te maken dat een fysiek proces in gang zet. De<br />

wetmatigheid (wezen) drukt zich er ook in uit, ontwikkelt en veran<strong>de</strong>rt zich door <strong>de</strong> tijd heen en komt tot leven in<br />

haar verschijningsvorm. Het lijkt op een slak (wezen) die eerst een huisje bouwt (verschijning) en vervolgens er<br />

zelf in kruipt (wezen in <strong>de</strong> verschijning).<br />

Oliver Sacks<br />

Op zichzelf is het een prachtige ontwikkeling dat neurologen zich steeds meer verdiepen in <strong>dit</strong> soort tijdbewegin-<br />

gen. Oliver Sacks, professor in <strong>de</strong> neurologie en <strong>de</strong> psychiatrie, gaat <strong>hier</strong>in veel ver<strong>de</strong>r dan Victor Lamme. Hij laat<br />

zien dat <strong>de</strong> tijd <strong>voor</strong> ons meer is dan een illusie. De juiste tijd maakt het verschil uit tussen gezondheid en ziekte.<br />

Hij laat in het boekje “De snelheid van <strong>de</strong> tijd” zien dat wij meer toegang krijgen in het begrijpen van bepaal<strong>de</strong><br />

neurologische aandoeningen als we <strong>de</strong> tijd er in betrekken. Hij vergeleek <strong>de</strong> bewegingen van twee patiënten met<br />

elkaar. De eerste patiënt Miron V. leed aan <strong>de</strong> ziekte van Parkinson en zat meestal verstard op een bankje. Soms<br />

hield hij zijn zakdoek <strong>voor</strong> zijn knie, dan weer een uur later <strong>bij</strong> zijn gezicht. Toen Miron vertel<strong>de</strong> dat hij gewoon<br />

zijn neus veeg<strong>de</strong> heeft Sacks dat gecontroleerd door verspreid over enkele uren meer<strong>de</strong>re foto's te nemen. Als<br />

Sacks <strong>de</strong> foto's als een soort flipboekje versneld bekijkt, ziet hij dat Miron in<strong>de</strong>rdaad zijn neus veegt. Hij <strong>de</strong>ed er<br />

alleen duizend keer zo lang over. In <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong> film “Awakenings” zien we hoe bewegingloze patiënten van<br />

Sacks door het toedienen van dopamine (L-dopa) tij<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> normale menselijke tijd – en daarmee hun vrijheid –<br />

terugkrijgen. Zijn an<strong>de</strong>r patiënt Ray lijdt aan het Tourette syndroom. Deze man is explosief snel en wint ie<strong>de</strong>r<br />

balspelletje van zijn tegenstan<strong>de</strong>rs. Zijn impuls en reactiesnelheid is zo snel dat hij in feite <strong>voor</strong>traast in <strong>de</strong> tijd.<br />

Het na<strong>de</strong>el is dat mensen met Gilles <strong>de</strong> la Tourette volgens Sacks te snel hun impulsen volgen; vóórbewust en<br />

impulsief een tic of ongecontroleer<strong>de</strong> bewegingen of scheldwoor<strong>de</strong>n uiten. “Zij onttrekken zich aan <strong>de</strong> controle<br />

van <strong>de</strong> <strong>voor</strong>hoofdskwabben, van het bewustzijn en het ego en ontsnappen aan <strong>de</strong> mond <strong>voor</strong>dat ze on<strong>de</strong>rdrukt<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n.” We hebben volgens Sacks <strong>de</strong> bewuste kwebbeldoos kennelijk nodig omdat we ons an<strong>de</strong>rs gaan<br />

gedragen als een patiënt met een Tourettesyndroom. We hebben <strong>de</strong> tijd hard nodig om ons ergens bewust van te<br />

wor<strong>de</strong>n. De tijd is onmisbaar <strong>voor</strong> onze gezondheid.<br />

een alternatief<br />

Rudolf Steiner heeft een alternatieve fysiologie van het zenuwgestel ontwikkeld dat past <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze organische ma-<br />

nier van kijken naar <strong>de</strong> wereld. Waarin verschilt zijn fysiologie van <strong>de</strong> mechanische opvatting? De gangbare neu-<br />

rologie gaat, even afgezien van allerlei nuances, uit van een wezenlijk verschil tussen sensorische en motorische<br />

zenuwen. De indruk van <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld een ro<strong>de</strong> roos valt op het netvlies van mijn oog. Deze stuurt dat beeld als<br />

een elektrisch signaal via een sensorische zenuw naar mijn hersenen. Daar beslist mijn brein om <strong>de</strong>ze roos te<br />

plukken en stuurt daartoe een signaal via <strong>de</strong> motorische zenuwen naar mijn armspieren. We hebben al gezien dat<br />

het versturen van signalen tijd kost, maar dat het brein <strong>de</strong> éénheid – <strong>de</strong> synchronie – herstelt door een verplaat-<br />

sing in <strong>de</strong> tijd. Om <strong>de</strong> oplossing van Rudolf Steiner meer toegankelijk te maken en <strong>de</strong> positie van ons “ik” ten<br />

opzichte van ons lichaam aanschouwelijk te maken, wil ik eerst een paar ervaringen beschrijven die zijn opgete-<br />

kend door Pim van Lommel.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

5 terug naar boven


Pim van Lommel<br />

Deze cardioloog beschrijft in “Ein<strong>de</strong>loos bewustzijn” ge<strong>de</strong>tailleerd meer<strong>de</strong>re <strong>bij</strong>na-dood ervaringen (afgekort<br />

BDE's). Dat zijn belevingen van mensen die meestal door een zwaar ongeval of ziekte op <strong>de</strong> grens van leven en<br />

dood geraken. Dat kan zijn een acute hartstilstand, coma, klinisch dood enzo<strong>voor</strong>t. Van Lommel spreekt over si-<br />

tuaties waar mensen waarnemingen hebben die we vanuit <strong>de</strong> gangbare neurologie niet echt kunnen verklaren.<br />

Patiënten zweven niet alleen boven <strong>de</strong> operatietafel waar<strong>bij</strong> zij hun eigen lichaam zien, maar zij kunnen ook in<br />

an<strong>de</strong>re kamers van het ziekenhuis ervaringen opdoen. Soms lukt het een paar kilometer van het ziekenhuis ver-<br />

wij<strong>de</strong>rd getuige te zijn van een auto-ongeluk op straat. Als <strong>de</strong>ze mensen weer <strong>bij</strong>komen en aanspreekbaar zijn,<br />

kunnen zij niet zel<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>tailleerd en controleerbaar vertellen wat zij hebben beleefd. Dat geldt ook <strong>voor</strong> “Vicki”,<br />

een vrouw die vanwege een medische fout volledig blind is vanaf haar geboorte. Zij bezit geen ogen en zelfs geen<br />

oogzenuwen om haar omgeving te zien. Zij vertelt dat zij buiten haar lichaam was en kleuren en vormen kon on-<br />

<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n alsof zij <strong>voor</strong> het eerst ogen had. Dat laatste is belangrijk want zij kan <strong>voor</strong> het zien geen gekleur<strong>de</strong><br />

beel<strong>de</strong>n uit haar herinnering ophalen. Vicki heeft een bewustzijn, zon<strong>de</strong>r over <strong>de</strong> daartoe noodzakelijke zenuwen<br />

te beschikken. Van Lommel en vele an<strong>de</strong>re auteurs laten zien dat het <strong>hier</strong> gaat om authentieke ervaringen.<br />

Ik wil <strong>hier</strong> nog een gebeurtenis aan toevoegen die in mijn jeugd een sterke indruk op mij heeft gemaakt. Een<br />

jeugdvriend van mij vertel<strong>de</strong> mij dat hij een pijl en boog in elkaar had geknutseld. Hij kwam op het slechte i<strong>de</strong>e<br />

om binnenshuis <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong>ze boog uit te proberen en schoot daarom een pijl af op een leren bank. Het<br />

leer was echter onverwacht veerkrachtig zodat <strong>de</strong> pijl in een flits terug veer<strong>de</strong> in <strong>de</strong> richting van zijn oog. Op dat<br />

moment vertraag<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd en kon hij in alle rust bekijken hoe <strong>de</strong> pijl op zijn oog af kwam. Na enig wikken en<br />

wegen besloot hij zijn hoofd af te wen<strong>de</strong>n waarna <strong>de</strong> pijl in slow-motion langs zijn hoofd suis<strong>de</strong> en achter hem<br />

tegen <strong>de</strong> muur insloeg. Deze vreem<strong>de</strong> ervaring is mij altijd <strong>bij</strong>gebleven als een soort onopgelost raadsel.<br />

Van Lommel en <strong>de</strong> ervaring van mijn jeugdvriend laten zien dat ons bewustzijn niet zon<strong>de</strong>r meer is gebon<strong>de</strong>n<br />

aan onze (trage) hersenactiviteit. Veel neurologen en artsen ergeren zich overigens mateloos aan zoveel “onzin-<br />

verhalen” en vin<strong>de</strong>n dat Van Lommel na <strong>de</strong> publicatie van zijn boek geen wetenschapper meer is. In <strong>de</strong> alterna-<br />

tieve fysiologie die Rudolf Steiner <strong>voor</strong>stelt, zijn BDE's en <strong>de</strong> tijdvertraging weliswaar uitzon<strong>de</strong>ringen, maar niet<br />

onbegrijpelijk. Van belang is dat we het “Ik”, onze ziel of geest niet in onze hersenen moeten zoeken.<br />

leven en bewustzijn<br />

Onze ziel of geest zit volgens Steiner in eerste instantie niet in ons lichaam. Ons ik is in zekere zin “non-locaal”.<br />

Hoe kunnen we ons daar een <strong>voor</strong>stelling van maken? Wat gebeurt er volgens Steiner als ik met mijn zintuigen<br />

tegenover een roos sta? Als ik mijn aandacht op <strong>de</strong> roos richt, leef ik werkelijk (maar onbewust) in <strong>de</strong> kwaliteiten<br />

van <strong>de</strong> roos zoals <strong>de</strong> vorm, <strong>de</strong> ro<strong>de</strong> kleur en <strong>de</strong> geur van <strong>de</strong> roos. Deze beleving is reëel. De primaire beleving<br />

van <strong>de</strong> roos vindt geheel onbewust plaats, zodat Steiner en Lamme het op <strong>dit</strong> punt met elkaar eens zijn. Het gro-<br />

te verschil is dat in <strong>de</strong> visie van Steiner wij werkelijk met ons hele wezen in <strong>de</strong> roos aanwezig zijn en wij <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

primaire beleving onze zenuwen helemaal niet nodig hebben. De beleving is geen illusie of constructie, maar ik<br />

duik met mijn hele wezen on<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> roos.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Waar hebben we nu onze zenuwen <strong>voor</strong> nodig? Wat is hun rol in het geheel? Ons zenuwgestel heeft <strong>de</strong> <strong>bij</strong>zon-<br />

<strong>de</strong>re eigenschap dat zij het “Ik” als het ware aanzuigt waarna het “Ik” zich binnen ín het lichaam bevindt. Daar-<br />

binnen kan het “Ik” als het ware oplichten aan het zenuwgestel, <strong>de</strong> weerstand waardoor wij ons bewust kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> beleving. In het verworven bewustzijn sta ik nu tegenover <strong>de</strong> roos, alsóf <strong>de</strong>ze absoluut geschei<strong>de</strong>n<br />

6 terug naar boven


Het nucleaire verhaal<br />

<strong>de</strong> kranten van 14 augustus 2012<br />

door Werner Govaerts<br />

In <strong>de</strong> kranten van 14 augustus verschenen drie alarmeren<strong>de</strong> <strong>bericht</strong>en:<br />

- Gemuteer<strong>de</strong> vlin<strong>de</strong>rs ont<strong>de</strong>kt na ramp Fukushima,<br />

- Doel 3 blijft zeker tot eind september dicht,<br />

- Amerikaanse multinational laat nucleair afval achter.<br />

De eerste titel spreekt <strong>voor</strong> zich: <strong>de</strong> vlin<strong>de</strong>rs in Fukushima hebben kleinere<br />

vleugels en vertonen beschadig<strong>de</strong> ogen. Op het moment van <strong>de</strong> ramp wa-<br />

ren <strong>de</strong>ze vlin<strong>de</strong>rs aan het overwinteren als larven. De wetenschappers<br />

voegen eraan toe dat <strong>de</strong>ze bevindingen ‘onverwacht’ zijn omdat ze er tot<br />

nog toe vanuit gingen dat vlin<strong>de</strong>rs goed bestand zijn tegen straling. Nog alarmeren<strong>de</strong>r is dat <strong>de</strong> nakomelingen<br />

van <strong>de</strong>ze vlin<strong>de</strong>rs nog grotere mutaties vertonen, wat betekent dat <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs het besmet genetisch materiaal<br />

doorgeven aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> generatie. Uiteraard wordt er ook sussend aan toegevoegd: “Vlin<strong>de</strong>rs mogen dan<br />

alarmerend snel muteren door <strong>de</strong> straling, het is niet zeker of hetzelf<strong>de</strong> <strong>bij</strong> mensen gebeurt.” Het on<strong>de</strong>rzoek werd<br />

gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Scientific Reports.<br />

De twee<strong>de</strong> titel gaat over <strong>de</strong> kerncentrale van Doel <strong>bij</strong> Antwerpen: een inspectie heeft aangetoond dat er<br />

scheurtjes zijn in het reactorvat. Die scheurtjes zou<strong>de</strong>n te wijten zijn aan een constructiefout en moeten er dus in<br />

aanleg al zijn van in 1982! De reactor van Doel 3 werd daarop stilgelegd* en in Brussel werd in allerijl een inter-<br />

nationale conferentie belegd van experts. Doel is immers niet <strong>de</strong> enige kerncentrale die een reactorvat van <strong>de</strong>ze<br />

makelij benut: ook Tihange in België en Borssele in Ne<strong>de</strong>rland en wereldwijd nog een twintigtal an<strong>de</strong>re kerncen-<br />

trales moeten dringend hun reactorvaten on<strong>de</strong>rzoeken. On<strong>de</strong>rtussen werd Tihange 2 gesloten <strong>voor</strong> inspectie en<br />

merkte ik op internet dat tij<strong>de</strong>ns mijn vakantie-afwezigheid bekend was gewor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> kerncentrale van Tihan-<br />

ge al zes jaar dagelijks radio-actief water lekt. Op <strong>de</strong> website van <strong>de</strong> uitbater van Borssele meldt men dat het<br />

reactorvat van an<strong>de</strong>re materialen is gebouwd dan dat van Doel en dat er dus geen aanleiding is tot een nieuwe<br />

<strong>bij</strong>komen<strong>de</strong> inspectie.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> titel gaat over het meest hallucineren<strong>de</strong> <strong>voor</strong>val. Op <strong>de</strong> nucleaire site van Fleurus liepen twee in-<br />

specteurs van <strong>de</strong> FANC (Belgisch agentschap <strong>voor</strong> nucleaire controle) een nucleaire besmetting op toen ze <strong>de</strong> fail-<br />

liete vestiging van een Amerikaans bedrijf <strong>voor</strong> medische machines on<strong>de</strong>rzochten. Een citaat: “Door <strong>de</strong> lokalen<br />

lijkt een storm gewaaid: <strong>de</strong> grond is bezaaid met papieren, kaften, buizen en flessen gevuld met gevaarlijke,<br />

brandbare vloeistoffen. Elektriciteitskabels hangen los uit het plafond. En in een hoekje, afgeschermd door een<br />

simpel plastieken lint, staan vaten met een dreigend nucleair icoontje. In een krappe opslagplaats vin<strong>de</strong>n <strong>de</strong> twee<br />

inspecteurs een gigantische berg vuilniszakken waarvan achteraf blijkt dat <strong>de</strong> inhoud vervuild is met strontium<br />

90, een radio-isotoop die erge gezondheidsproblemen kan veroorzaken.”<br />

De Morgen, 14 augustus 2012.<br />

De Morgen, 14 augustus 2012.<br />

De Standaard, 14 augustus 2012.<br />

* ‘Stilleggen’ is een relatief begrip<br />

in <strong>de</strong> kernenergiesector. Vooraleer<br />

<strong>de</strong> nucleaire kettingreacties in een<br />

splijtstaaf kunnen wor<strong>de</strong>n stopgezet,<br />

moet men <strong>de</strong> reactor eerst<br />

minstens drie maan<strong>de</strong>n afkoelen.<br />

Pas dan kan men een probleem<br />

dat zich in <strong>de</strong> reactor afspeelt,<br />

beginnen aanpakken!<br />

8 terug naar boven


Hans-Bernd Neumann, Radioaktivität<br />

und die Zukunft <strong>de</strong>s Menschen,<br />

Urachhaus, Stuttgart,<br />

2012.<br />

bewustzijn en fysica<br />

Het is algemeen bekend dat radio-activiteit niet zichtbaar, ruikbaar, voelbaar, kortom zintuiglijk niet waarneem-<br />

baar is. Dat maakt ze ook zo gevaarlijk! In een pas verschenen maar extreem verhel<strong>de</strong>rend boekje – vanwege <strong>de</strong><br />

slechts 109 pagina’s is het verkleinwoord op zijn plaats – legt Hans-Bernd Neumann <strong>de</strong>ze gevaren uit.<br />

Nochtans is het niet via <strong>de</strong>ze weg dat Neumann radio-activiteit met bewustzijn verbindt. Zijn betoog draait<br />

rond <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nering. Om <strong>de</strong> bouw van het atoom te doorgron<strong>de</strong>n had<strong>de</strong>n fysici zoals Einstein, Bohr en<br />

Heisenberg een nieuw soort <strong>de</strong>nken nodig, wat Ken Wilber een ‘transrationeel bewustzijn’ noemt en <strong>voor</strong> wie met<br />

<strong>de</strong> antroposofie vertrouwd is, ligt het <strong>voor</strong> <strong>de</strong> hand <strong>dit</strong> in verband te brengen met <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> bewust-<br />

zijnsziel waarmee ie<strong>de</strong>re individuele mens van <strong>de</strong>ze tijd zich moet uiteenzetten. Voorafgaand aan <strong>de</strong>ze vorm van<br />

<strong>de</strong>nken noemt Ken Wilber het prerationele en het rationele bewustzijn. Het eerste manifesteert zich wanneer ex-<br />

perts en overheidswoordvoer<strong>de</strong>rs <strong>bij</strong> een (<strong>bij</strong>na)kernramp in het buitenland steeds meteen weten te zeggen dat<br />

‘zoiets zich <strong>bij</strong> ons niet kan <strong>voor</strong>doen’ en ‘er geen enkel gevaar is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> volksgezondheid’. Die beweringen zijn<br />

aantoonbaar op geen enkele rationaliteit gebouwd en moeten dus ‘prerationeel’ (of ‘emotioneel’) genoemd wor-<br />

<strong>de</strong>n.<br />

De twee<strong>de</strong> manier van <strong>de</strong>nken, het rationele, is nog steeds <strong>de</strong> meest gebruikte en <strong>de</strong> meest verbrei<strong>de</strong>. Het<br />

omvat <strong>de</strong> re<strong>de</strong>neringen die lei<strong>de</strong>n naar een ‘ofwel <strong>dit</strong> – ofwel dat’, een ‘juist of verkeerd’ of ook ‘objectief – sub-<br />

jectief’. Voor <strong>de</strong>ze vorm van logica bestaat er niets tussen die twee – alles is herleidbaar tot het ene ofwel het<br />

an<strong>de</strong>re. Het is het <strong>de</strong>nken dat tot onze hoogtechnologische beschaving heeft geleid en dat zijn (<strong>voor</strong>lopig) ultieme<br />

manifestatie heeft in het binaire karakter van alles wat aan <strong>de</strong> computer ten grondslag ligt.<br />

In het begin van <strong>de</strong> twintigste eeuw echter stel<strong>de</strong> men op allerlei vlakken vast dat er fundamentele contradic-<br />

ties beston<strong>de</strong>n die men niet tot een ‘juist’ of ‘verkeerd’ kon herlei<strong>de</strong>n. De grote bewijstzijnsontwikkeling die zich<br />

daar <strong>voor</strong><strong>de</strong>ed, was dat meer en meer on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n werd dat <strong>de</strong> waarnemer een existentieel bestand<strong>de</strong>el is van<br />

het systeem dat hij waarneemt. Doordat <strong>de</strong> waarnemer een creatief <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> werkelijkheid werd, moest men<br />

het principe van ‘ofwel <strong>dit</strong> – ofwel dat’ verlaten en komen tot een ‘zowel-<strong>dit</strong>-als-dat’, maar dan zon<strong>de</strong>r het gebied<br />

van het exacte <strong>de</strong>nken te verlaten. Zowel in <strong>de</strong> kunst als in <strong>de</strong> religie en in <strong>de</strong> wetenschap heeft <strong>de</strong>ze ontwikke-<br />

ling zich <strong>voor</strong>gedaan.<br />

In <strong>de</strong> fysica gebeur<strong>de</strong> <strong>dit</strong> toen Niels Bohr in 1927 het begrip complentariteit invoer<strong>de</strong> en zijn leerling Werner<br />

Heisenberg <strong>de</strong> onscherpterelatie ont<strong>de</strong>kte. Hiermee werd het eeuwenou<strong>de</strong> probleem van het licht (bestaat licht uit<br />

golven? of uit <strong>de</strong>eltjes?) op een hoger niveau opgelost. Het bleek namelijk dat het antwoord op <strong>de</strong> vraag afhanke-<br />

lijk was van <strong>de</strong> manier waarop <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeker zijn experiment opzette. De natuur – het licht – bleek ineens twee<br />

polair tegengestel<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n te hebben om in verschijning te tre<strong>de</strong>n. En het is <strong>de</strong> mens – <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeker<br />

met zijn experiment – die bepaalt in welke richting <strong>de</strong> natuur antwoordt, wat meteen wil zeggen dat <strong>de</strong> mens <strong>de</strong><br />

(natuurkundige) werkelijkheid méé creëert! Dit gegeven mee in je bewustzijn opnemen, is ook <strong>voor</strong> eenentwintig-<br />

ste-eeuwse tijdgenoten geen vanzelfsprekendheid.<br />

gevolg<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Als we <strong>hier</strong>over ver<strong>de</strong>r na<strong>de</strong>nken, moeten we noodzakelijkerwijze besluiten dat er geen experimenten kunnen<br />

bestaan die onafhankelijk van <strong>de</strong> ‘rest van <strong>de</strong> wereld’ kunnen wor<strong>de</strong>n uitgevoerd. De hele wereld is continu een<br />

integraal bestand<strong>de</strong>el van elk natuurkundig fenomeen. En <strong>hier</strong> komen we opnieuw <strong>bij</strong> <strong>de</strong> kernenergie terecht.<br />

Het is opvallend dat <strong>de</strong> discussies over (het gebruik van) kernenergie meestal alleen op het niveau van <strong>de</strong><br />

9 terug naar boven


technische maakbaarheid gevoerd wor<strong>de</strong>n en zich dus uitsluitend op <strong>de</strong> verstandslogica baseren. Het punt is nu<br />

dat <strong>de</strong>ze logica ontoereikend is om <strong>de</strong> natuurkrachten die daar werkzaam zijn te kunnen begrijpen. Verstandslogi-<br />

ca is zeer zeker een onmisbare eigenschap die mensen moeten bezitten die zich met kernfysica bezighou<strong>de</strong>n,<br />

maar om <strong>de</strong> mogelijke problemen te begrijpen en in <strong>de</strong> hand te hou<strong>de</strong>n, heeft men het ‘transrationeel bewustzijn’,<br />

of <strong>de</strong> ‘logica achter <strong>de</strong> logica’ nodig.<br />

veiligheid van kerncentrales<br />

Neumann stelt in zijn boekje dat als je <strong>de</strong> beken<strong>de</strong> grote kernrampen analyseert (Windscale, Harrisburg, Tsjerno-<br />

byl), het niet <strong>de</strong> technische systemen zijn, maar wel <strong>de</strong> nalatigheid van mensen die <strong>hier</strong>van oorzaak waren. De<br />

technische systemen zijn blijkbaar nagenoeg perfect, maar er werd geen rekening gehou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> factor ‘mens’.<br />

En dat terwijl kerncentrales juist werken met natuurkun<strong>de</strong> die <strong>de</strong> factor ‘mens’ (en in het <strong>bij</strong>zon<strong>de</strong>r zijn ‘transra-<br />

tioneel bewustzijn’) extreem nodig heeft om nog begrijpelijk te zijn. Wereldwijd reduceren <strong>de</strong> kernspecialisten en<br />

atoomingenieurs <strong>de</strong>ze natuurkrachten, die – nogmaals – alleen met een transrationeel bewustzijn te doorgron<strong>de</strong>n<br />

zijn, tot een zaak van zuivere, zij het complexe logica. Deze loochening van <strong>de</strong> eigenlijk aard van <strong>de</strong> atoomkrach-<br />

ten leidt tot enorme veiligheidsrisico’s, waarvan men zich niet bewust is (beter: ‘wil zijn’).<br />

Neumann vat samen: «Natuurkrachten die gebaseerd zijn op mo<strong>de</strong>rne quantummechanica en chaostheorie,<br />

kunnen alleen begrepen wor<strong>de</strong>n met een logica die boven <strong>de</strong> normale verstandslogica uitstijgt, en die Ken Wilber<br />

translogica noemt. Het gebruik van <strong>de</strong>ze nieuwe technieken wordt problematisch wanneer dat gebeurt door men-<br />

sen die alleen maar een eenvoudige verstandslogica hebben ontwikkeld. Mensen die <strong>de</strong> problemen begrijpen, zul-<br />

len niet met absolute of primitieve uitspraken zoals “zoiets is onmogelijk” of “<strong>bij</strong> ons kan dat niet gebeuren” op <strong>de</strong><br />

risico’s reageren. Mensen die translogisch kunnen <strong>de</strong>nken, wijzen in hun argumentatie steeds ook op <strong>de</strong> morele<br />

dimensie van mo<strong>de</strong>rne technieken. Zij zijn er zich immers van bewust dat <strong>de</strong> mens een wezenlijke factor in het<br />

systeem is en zichzelf niet meer mag beschouwen als een passieve waarnemer aan <strong>de</strong> rand van het gebeuren.»<br />

waar we nog maar staan<br />

Bovenstaan<strong>de</strong> is al lang geen <strong>voor</strong>paginanieuws meer. De afgelopen week <strong>bericht</strong>ten <strong>de</strong> kranten op pagina vijf of<br />

nog ver<strong>de</strong>r dat zowel Doel 3 als Tihange 2 nog <strong>voor</strong> Kerstmis weer zou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n opgestart. Geen mens die nog<br />

wakker ligt van die scheurtjes of hun eventueel gevaar. De mensen die in augustus aan <strong>de</strong> alarmbel hebben ge-<br />

trokken, zijn on<strong>de</strong>rtussen discreet maar professioneel opzij geschoven. The story must go on! En zowel journalis-<br />

ten als publiek en kiesvee vegeteren on<strong>de</strong>rtussen ver<strong>de</strong>r in hun prerationele overtuigingen dat “zoiets <strong>bij</strong> ons niet<br />

zal gebeuren.”<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Werner Govaerts<br />

10 terug naar boven


Kunstspiegel door Evelien Nijeboer<br />

Barnett Newman (1905 – 1970), Who’s Afraid of Red, Yellow and blue (2,45 <strong>bij</strong> 5,43 meter), 1967<br />

rood, geel en blauw<br />

Dit schil<strong>de</strong>rij komt op zo'n fotootje helemaal niet tot z'n recht, om te beginnen omdat het zo groot is (2.45 <strong>bij</strong><br />

5.43 meter), ten twee<strong>de</strong> omdat het schil<strong>de</strong>rij zorgvuldig in lagen is opgebouwd. Waarschijnlijk is eerst een <strong>de</strong>k-<br />

ken<strong>de</strong> laag cadmiumrood aangebracht, daar overheen olieverf van het meer transparante en koele 'permanent<br />

rood'. Hierdoor ontstaat een rood dat gonst en 'zweeft', dat een dieptewerking geeft, wat een overweldigen<strong>de</strong><br />

indruk maakt als je er<strong>voor</strong> staat.<br />

Er was een hoop te doen over <strong>dit</strong> schil<strong>de</strong>rij. Het is vernield met een stanleymes, vervolgens gerestaureerd,<br />

waarop er onenigheid ontstond over <strong>de</strong> restauratie. De restaurator had het doek schijnbaar in z'n geheel óf met<br />

verkeer<strong>de</strong> rollers óf het verkeer<strong>de</strong> soort verf in <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> lagen overgeverfd. Er kwam een rechtszaak met<br />

miljoenenclaims over en weer en een museale/chemische materialenexpert (Pieter Keune) moest uitzoeken of <strong>de</strong><br />

restauratie nu wel of niet <strong>de</strong>ug<strong>de</strong>lijk was uitgevoerd – van hem is ook het bovenstaan<strong>de</strong> informatie (het recept<br />

<strong>voor</strong> een mooi sterk rood).<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Op een foto zie je er niets van, maar een onbe<strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> toeschouwer schijnt aan het schil<strong>de</strong>rij te kunnen<br />

11 terug naar boven


zien dat het nu 'an<strong>de</strong>rs' is dan vóór <strong>de</strong> vernieling. Wat ik zeker wil geloven omdat <strong>de</strong> intensiteit van het rood<br />

sterk afhankelijk is van <strong>de</strong> materiaalkeuze (<strong>de</strong> soorten pigment, dikte van <strong>de</strong> verflaag) en <strong>de</strong> wijze van opbrengen<br />

(stippelen of verfrollen). Het is dus niet zomaar een rood geverfd stuk doek.<br />

het wezen van kleur<br />

Het enige dat Newman in wezen doet, is <strong>de</strong> toeschouwer confronteren met een abstractie van 2.45 x 5.43 meter<br />

– één kleur los gemaakt van ie<strong>de</strong>re natuurlijke context. Eén kleur is op zichzelf genomen een abstractie want<br />

onze eigen waarneming neigt <strong>voor</strong>tdurend ernaar zichzelf te complementeren door mid<strong>de</strong>l van contrast (het na-<br />

beeld op je netvlies) en intervalwerkingen – leven<strong>de</strong>, optische kleuren roepen elkaar op. Bovendien is onze waar-<br />

neming zelf <strong>voor</strong>tdurend in beweging.<br />

De moeilijkste vraag in <strong>de</strong> kleurtheorie is: “Wat is kleur”. Zelf heb ik er nog steeds geen éénslui<strong>de</strong>nd antwoord<br />

op. Kleur is tegelijkertijd zowel een ding-an-sich, als een (zichtbaar gewor<strong>de</strong>n) relatie, een verhouding-tot. Kleur<br />

kan verschijnen in <strong>de</strong> vorm van materie maar ook zuiver optisch en immaterieel, zoals in een regenboog.<br />

Zelfs in <strong>de</strong> manier waarop kleuren optisch-fysisch ontstaan (in een prisma of in <strong>de</strong> atmosfeer), is eigenlijk een<br />

soort 'gekte' te bespeuren, iets dat 'niet klopt'. De kleureffecten in een prisma ontstaan doordat een stuk beeld,<br />

dat wat je normaal ziet met je ogen, verplaatst wordt. Als je door een prisma kijkt, zie je <strong>de</strong> omgeving op een<br />

an<strong>de</strong>re plaats verschijnen (zoals <strong>bij</strong> een periscoop, waarmee je om <strong>de</strong> hoek kunt kijken). Als het beeld helemáál<br />

verplaatst wordt zou je niets merken, maar dat gebeurt dus niet – iets van <strong>de</strong> beweging blijft zichtbaar in <strong>de</strong> ge-<br />

kleur<strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n. Een prisma van glas met lood erin is hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r dan normaal en geeft <strong>de</strong> sterkste kleuren. De<br />

vorm werkt ook mee: een prisma is drie- of zeshoekig en <strong>de</strong> randjes moeten niet heel scherp zijn. Hoe meer <strong>de</strong><br />

ran<strong>de</strong>n zijn afgerond of gesleten, hoe bre<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kleurrand.<br />

Het prisma verplaatst dus het beeld, maar <strong>de</strong> onscherpte van <strong>de</strong> rand maakt dat het beeld niet héél precies<br />

lijkt te kunnen kiezen waar het zichzelf neerzet. Het beeld wordt verplaatst, maar niet héél exact, hij doet het<br />

'ongevéér'. Precies door die onzekerheid of onscherpte verschijnen <strong>de</strong> gekleur<strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het prisma (plaatje<br />

1). Hieraan moest ik <strong>de</strong>nken toen ik via Werners artikel kennis nam van <strong>de</strong> 'onscherpterelatie' (in Ne<strong>de</strong>rland be-<br />

ken<strong>de</strong>r als 'onzekerheidsrelatie') van Heisenberg.<br />

licht, kleur, duisternis<br />

Zo'n gekleur<strong>de</strong> rand wordt zichtbaar op <strong>de</strong> grens van een licht en een donker vlak, en <strong>de</strong> kleuren laten zien in<br />

welke richting het beeld getrokken is: als wit terrein wint op een donker stuk zie je <strong>de</strong> blauwrand, als een donker<br />

stuk terrein wint op wit zie je <strong>de</strong> roodrand. Daar waar <strong>de</strong> donkere kant <strong>de</strong> meeste stuwkracht heeft is hij diep<br />

rood, daar waar hij helemaal doorstoot in het licht is hij geel (plaatje 2). Vergeleken met het mensbeeld kun je<br />

licht zien als een veruiterlijkte vorm van 'bewustzijn', en duisternis als veruiterlijking van 'wil'. In <strong>de</strong> ro<strong>de</strong>n is <strong>de</strong><br />

duisternis actief, in <strong>de</strong> blauwen het licht. Het rood van <strong>dit</strong> schil<strong>de</strong>rij kun je zien als een veruiterlijking van een wil<br />

die in <strong>de</strong> daad schiet en zo aan het licht komt. Waarschijnlijk is het rood van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rlaag meer een in-<strong>de</strong>-daad-<br />

schietend-rood (vermiljoen, gaat richting oranje), en <strong>de</strong> transparante buitenlaag een iets donker<strong>de</strong>r rood (schar-<br />

lakenrood), een beeld van een iets meer teruggehou<strong>de</strong>n wil. Daardoor zou een hoge mate aan stuwing beleefbaar<br />

wor<strong>de</strong>n aan het werk.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

12 terug naar boven


houvast<br />

In een realistisch werk krijgt zowel je verstand als je waarneming een houvast aangebo<strong>de</strong>n. Er is een herkenbare<br />

<strong>voor</strong>stelling die zo geor<strong>de</strong>nd is dat je hem kan 'lezen'. Niet alleen het herkennen van <strong>de</strong> <strong>voor</strong>stelling, ook <strong>de</strong><br />

weergave van ruimte geeft aan <strong>de</strong> toeschouwer een houvast. Je blik wordt geleid van <strong>de</strong>tail naar <strong>de</strong>tail en het<br />

geheel heeft, door <strong>de</strong> perspectivische or<strong>de</strong>ning rond één of meer verdwijnpunten, een beleefbare samenhang. Dit<br />

houvast ontbreekt in het werk van Barnett Newman. Een toeschouwer kan er op geen enkele manier grip op krij-<br />

gen – niet fysiek, niet emotioneel en al helemaal niet met het verstand.<br />

Het is geen vlak geverfd oppervlak - er is een dieptewerking die overeen komt met <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong> kleur zelf:<br />

een in zichzelf gestuwd rood waarin <strong>de</strong> blik, als een gehypnotiseerd konijntje door <strong>de</strong> autolampen, wordt vastge-<br />

hou<strong>de</strong>n en die door <strong>de</strong> grootte van het werk niet kan ontsnappen. De gele en blauwe ran<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> zijkant wer-<br />

ken als technische visuele 'hekken', om je binnen het rood te hou<strong>de</strong>n en het rood als binnenwereld te blijven er-<br />

varen.<br />

Door je aan <strong>dit</strong> schil<strong>de</strong>rij bloot te stellen, wordt je ziel als het ware 'opengemaakt' en direct blootgesteld aan<br />

<strong>de</strong> werking van het rood, zon<strong>de</strong>r dat er een houvast is <strong>voor</strong> het bewuste, rationele 'ik'. Alleen al door <strong>de</strong> aard van<br />

<strong>de</strong> kleur kan dat schrikwekkend zijn, <strong>de</strong> uitdagen<strong>de</strong> titel 'Who's afraid of red, yellow and blue' is geen loze kreet.<br />

In totaal drie werken van Barnett Newman zijn door museumbezoekers grondig vernield, volgens één van <strong>de</strong><br />

vandalen omdat hij bang was <strong>voor</strong> het werk. In ie<strong>de</strong>r geval één van <strong>de</strong> da<strong>de</strong>rs was psychisch niet heel stabiel.<br />

Maar zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> da<strong>de</strong>rs te willen verontschuldigen, meen ik waar te nemen dat er van het werk zelf een zekere<br />

psychotiseren<strong>de</strong> werking uit gaat. Een bezoeker die <strong>voor</strong> het werk ontvankelijk is, wordt tot aan een punt ge-<br />

bracht waar hij iets móet gaan doen om zich staan<strong>de</strong> te hou<strong>de</strong>n: óf zijn 'ik' mobiliseren, of fysiek in <strong>de</strong> actie<br />

schieten (waar<strong>bij</strong> je nog kunt kiezen tussen boos weglopen of je stanleymes pakken). De toeschouwer moet crea-<br />

tief wor<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>rs wordt hij <strong>de</strong>structief. Ook angst en moed blijken in <strong>dit</strong> proces twee uitein<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

stok.<br />

fysica en <strong>de</strong>eltjeson<strong>de</strong>rzoek<br />

Het werk is ontstaan kort nadat in <strong>de</strong> fysica het <strong>de</strong>eltjeson<strong>de</strong>rzoek zich ontwikkel<strong>de</strong>, het is er als het ware een<br />

spiegeling van. Abstract expressionisme en colorfield-painting gaan over <strong>de</strong> directe werking van vorm en kleur<br />

zelf, je zou kunnen zeggen dat die op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier gezocht wordt als in <strong>de</strong> fysica. De zichtbare natuur wordt<br />

expres 'kwijtgemaakt'. Er wordt als het ware één piepklein <strong>de</strong>eltje van <strong>de</strong> werkelijkheid (een stukje van een<br />

bloemblaadje van een ro<strong>de</strong> geranium) op zichzelf gezet en opgeblazen tot gigantische proporties. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

manier poogt men in het <strong>de</strong>eltjeson<strong>de</strong>rzoek als het ware via een holle naald (het meetapparaat) áchter <strong>de</strong> “illu-<br />

sie” van <strong>de</strong> zichtbare werkelijkheid te komen.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Doordat aan <strong>de</strong> zintuigelijke wereld <strong>voor</strong><strong>bij</strong> wordt gegaan, kan <strong>de</strong> zielenwereld niet goed meedoen (die spie-<br />

gelt zich immers aan <strong>de</strong> natuur), maar het losse, kale 'ik' kan zichzelf gek genoeg aan <strong>dit</strong> hele gebeuren wél be-<br />

leven. Hij blijkt zelfs onlosmakelijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el uit te maken van het experiment, zoals <strong>hier</strong>boven geschetst in het<br />

artikel van Werner Govaerts. In het <strong>de</strong>eltjeson<strong>de</strong>rzoek kun je alleen 'waarnemen' door han<strong>de</strong>lend op te tre<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> han<strong>de</strong>ling bepaalt <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong> waarneming. Zolang dat erkend wordt, is er niets aan <strong>de</strong> hand, maar dat<br />

gebeurt dus niet altijd, en dan wordt er “Het” verhaal over “De” werkelijkheid van gemaakt waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> mens zelf<br />

buitenspel staat en <strong>bij</strong>gevolg z'n verantwoor<strong>de</strong>lijkheid niet neemt (zie ook on<strong>de</strong>rstaand artikel van Jac Hielema).<br />

Dit dilemma toont zich tot diep in <strong>de</strong> wetenschapsopvattingen: <strong>de</strong> Kopenhaagse interpretatie (door Bohr, Op-<br />

link:<br />

http://www.eveliennijeboer.nl/kijk<br />

je-perspektief.html<br />

13 terug naar boven


* Visie en gesprek<br />

In ‘visie en gesprek’ wor<strong>de</strong>n<br />

stukken gepubliceerd van mensen<br />

die door <strong>de</strong> antroposofie<br />

geïnspireerd vraagstukken on<strong>de</strong>rzoeken,<br />

maar er een an<strong>de</strong>re<br />

draai aan geven dan De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

zou doen. De teksten in<br />

<strong>de</strong>ze rubriek zullen daarom altijd<br />

wor<strong>de</strong>n begeleid door een redactioneel<br />

commentaar.<br />

penheimer en Heisenberg), waarin <strong>de</strong> menselijke hand <strong>de</strong>el uitmaakt van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekssituatie, is verdrongen<br />

door <strong>de</strong> zogenaamd meer objectieve, want <strong>de</strong> menselijke hand ontkennen<strong>de</strong>, interpretatie van Einstein. Het is<br />

vreemd dat men in <strong>de</strong> wetenschap die verantwoordingsloze objectiviteit zo belangrijk vindt, terwijl mensen in <strong>de</strong><br />

praktijk wél geacht wor<strong>de</strong>n hun verantwoording te nemen.<br />

creativiteit<br />

Net als in het verschijnen van <strong>de</strong> kleuren is in <strong>de</strong> <strong>de</strong>eltjesfysica 'onzekerheid' of 'onscherpte' een wezenlijk on<strong>de</strong>r-<br />

<strong>de</strong>el van een waarnemingssituatie. Waarschijnlijk doordat het waarnemen, zowel in <strong>de</strong> <strong>de</strong>eltjesfysica als in <strong>de</strong><br />

kunst, een creatief proces is, een activiteit die <strong>de</strong> waarneming vormgeeft en bepaalt. In ie<strong>de</strong>r creatief proces is<br />

'onbepaaldheid' een noodzakelijke factor. Creativiteit is: <strong>de</strong> kunst om te weten wat je nog níet vast moet leggen,<br />

hoe je ruimte maakt <strong>voor</strong> dat wat wil ontstaan. In creatieve vormen van on<strong>de</strong>rzoek kan het resultaat niet van<br />

tevoren vast staan en heeft <strong>de</strong> exactheid uitein<strong>de</strong>lijk ook een an<strong>de</strong>r karakter – meer inzichtelijk, kwalitatief en<br />

individueel gedragen.<br />

Als kunstenaar heb je als het goed is een relatie met datgene wat er in je werk wil ontstaan. De wetenschap<br />

laat zien dat je die relatie ook kunt uitsluiten, en <strong>de</strong> kunst heeft daarin lange tijd <strong>de</strong> wetenschap gevolgd. Het<br />

lever<strong>de</strong> soms min<strong>de</strong>r beziel<strong>de</strong> en min<strong>de</strong>r menselijke vormen van kunst op. Maar ook dat is nodig, om in vrijheid<br />

<strong>de</strong> relatie met <strong>de</strong> inhoud aan te kunnen gaan en die vorm te leren geven.<br />

Evelien Nijeboer<br />

Horizontale geld-circulatie en verticale waar<strong>de</strong>-<br />

circulatie door Jan Saal<br />

een geheel<br />

Wanneer we <strong>de</strong> maatschappij als één geheel beschouwen, zon<strong>de</strong>r geledingen, kunnen we nooit tot een goed be-<br />

grip van <strong>de</strong> economie, waar<strong>de</strong> en geld komen. We moeten een on<strong>de</strong>rscheid gaan maken tussen verschillen<strong>de</strong> le-<br />

vensgebie<strong>de</strong>n, zoals: het natuurlijk leven, het economisch leven, het rechtsleven en het culturele leven. Wat in<br />

het ene gebied gezond is en goed werkt, is in het an<strong>de</strong>re gebied vaak ongezond en werkt dan negatief. Het eco-<br />

nomisch leven wordt begrensd door <strong>de</strong> natuur en door het rechtsleven. Mensen maken <strong>de</strong>el uit van alle levensge-<br />

bie<strong>de</strong>n.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Visie en gesprek*<br />

14 terug naar boven


afbeelding 1<br />

!<br />

Samenleving<br />

van mensen<br />

<strong>de</strong> grens tussen het natuurlijk leven en het econo-<br />

misch leven<br />

Het leven in het natuurlijk leven voltrekt zich zon<strong>de</strong>r<br />

toedoen van mensen. Wij kunnen daarin wel regelend<br />

optre<strong>de</strong>n, maar wij kunnen het leven niet scheppen. Een<br />

boom groeit tot boom zon<strong>de</strong>r ons toedoen. Het leven in<br />

het economisch gebied kan zich juist niet zon<strong>de</strong>r het<br />

toedoen van <strong>de</strong> mens voltrekken. Planken wor<strong>de</strong>n nooit<br />

een tafel, wanneer wij <strong>de</strong>ze niet samenvoegen, oftewel<br />

wanneer wij niet han<strong>de</strong>lend, vervaardigend optre<strong>de</strong>n.<br />

Wanneer wij in het economisch leven stoppen met<br />

han<strong>de</strong>len, komt het economisch leven niet tot leven.<br />

Wanneer wij niet han<strong>de</strong>len in het natuurlijk leven, leeft<br />

het natuurlijk leven gewoon ver<strong>de</strong>r. Zo zien we het boe-<br />

renbedrijf op <strong>de</strong> grens tussen het natuurlijk en het eco-<br />

nomisch leven functioneren. Wanneer we het boerenbe-<br />

drijf te veel economisch maken, door te veel in te grijpen<br />

in <strong>de</strong> natuur, ontstaat vervuiling en bio-industrie. Wan-<br />

neer we te weinig economisch han<strong>de</strong>len binnen het boe-<br />

renbedrijf, waardoor “te veel natuurlijk leven” <strong>de</strong> kans krijgt, dan ontstaat een verliesgeven<strong>de</strong> situatie. De boer<br />

bewaakt het evenwicht tussen <strong>de</strong> natuur en <strong>de</strong> economie en is daarmee een soort grenswachter tussen het eco-<br />

nomisch levensgebied en het natuurlijk levensgebied.<br />

Er bestaan nog meer grenswachten aan <strong>de</strong> kant van het economisch leven, die aan het natuurlijk leven<br />

grenst. Wanneer we <strong>de</strong>lfstoffen uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> winnen en/of afvalstoffen in het natuurlijk milieu lozen, wordt even-<br />

eens <strong>de</strong> grens tussen <strong>de</strong>ze twee levensgebie<strong>de</strong>n overschre<strong>de</strong>n. Mensen en bedrijven die zich <strong>hier</strong>mee bezig hou-<br />

<strong>de</strong>n hebben ook een functie als grenswacht tussen natuur en economie. Wanneer <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze processen weinig reke-<br />

ning wordt gehou<strong>de</strong>n met het leven op aar<strong>de</strong> kan veel milieuscha<strong>de</strong> ontstaan.<br />

<strong>de</strong> mens als verbin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factor<br />

De mens is <strong>de</strong> schakel, die het natuurlijk leven met het economisch leven verbindt, door voedingsmid<strong>de</strong>len te<br />

verbouwen en grondstoffen te winnen en die vervolgens te verhan<strong>de</strong>len en te bewerken. Geschiedkundig is <strong>de</strong><br />

ruilhan<strong>de</strong>l <strong>de</strong> vorm waarin een economisch leven <strong>voor</strong> het eerst optreedt. Het is <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l die het mogelijk heeft<br />

gemaakt dat veel later een industrialisatieproces kon optre<strong>de</strong>n, waarmee het economisch leven pas werkelijk<br />

kracht heeft gekregen. Geduren<strong>de</strong> die tijd is het geld ontstaan en heeft <strong>dit</strong> geld steeds meer invloed gekregen op<br />

het economisch leven.<br />

Geestesleven<br />

Cultureel leven<br />

Rechtsleven<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Economisch leven<br />

Natuurlijk leven<br />

Aar<strong>de</strong><br />

Inzien!en!<br />

streven!<br />

Leren en<br />

ontwikkelen<br />

Besturen en<br />

organiseren<br />

Verbin<strong>de</strong>n<br />

In groepen<br />

Produceren en<br />

consumeren<br />

Leven en sterven<br />

Oorspronkelijk is vanuit tempels het geld als goud ingevoerd in <strong>de</strong> samenleving. Later is <strong>dit</strong> goud vervangen<br />

door respectievelijk zilver, brons, ijzer, nikkel en papier. Inmid<strong>de</strong>ls is <strong>bij</strong> het girale geld zelfs het papier verdwenen<br />

en spreken we van plastic geld (betaalpasjes). Door het geld werd een ruilhan<strong>de</strong>l over veel grotere afstand en tijd<br />

mogelijk en kreeg het economisch leven een belangrijke stimulans.<br />

15 terug naar boven


Het economisch leven bestaat uit "Het produceren, verhan<strong>de</strong>len en consumeren van goe<strong>de</strong>ren en diensten".<br />

Wanneer we het hergebruik van grondstoffen <strong>hier</strong><strong>bij</strong> betrekken, kunnen we een cyclisch proces herkennen dat<br />

bestaat uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stappen.<br />

Productie — han<strong>de</strong>l — consumptie — hergebruik — productie — han<strong>de</strong>l enz.<br />

Het geld vormt een tegenstroom in <strong>dit</strong> circulatieproces en kan dan koopgeld wor<strong>de</strong>n genoemd.<br />

De kwaliteit die heerst in het natuurlijk leven kan gekarakteriseerd wor<strong>de</strong>n met groei en verval, met leven en<br />

dood. De kwaliteit van het economisch leven kan gekarakteriseerd wor<strong>de</strong>n met vervaardigen en verbruiken, met<br />

produceren en consumeren. Voedingsmid<strong>de</strong>len en grondstoffen wor<strong>de</strong>n vanuit het natuurlijk leven het econo-<br />

misch leven binnen gebracht, terwijl organisch afval en anorganisch afval, door verrotten, corrosie en slijtage,<br />

vanuit het economisch leven terugvallen in het natuurlijk leven.<br />

het economisch leven na<strong>de</strong>r bekeken<br />

Bij nauwkeurige bestu<strong>de</strong>ring van het economisch leven, kunnen we in <strong>de</strong> geproduceer<strong>de</strong> — verhan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> — gecon-<br />

sumeer<strong>de</strong> goe<strong>de</strong>ren twee belangrijke soorten van elkaar on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n. Aan <strong>de</strong> ene kant voedingsmid<strong>de</strong>len en<br />

grondstoffen, die hun waar<strong>de</strong> ontlenen aan het feit, dat ze geconsumeerd of verbruikt kunnen wor<strong>de</strong>n. Ze wor<strong>de</strong>n<br />

meer waar<strong>de</strong>vol, naarmate ze meer geschikt zijn <strong>voor</strong> consumptie of verbruik. Een klaargemaakte maaltijd is<br />

meer waard dan een kilo ongedopte erwten. Een plaat staal is meer waard dan een berg ijzererts. Een belangrijk<br />

stuk van economische arbeid bestaat dan ook uit het steeds meer consumptie- of verbruiksgeschikt maken van<br />

<strong>de</strong>ze voedingsmid<strong>de</strong>len en grondstoffen. Zodra ze niet meer <strong>voor</strong> consumptie geschikt zijn (be<strong>de</strong>rfelijke waar)<br />

verliezen zij hun waar<strong>de</strong>. Aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant kennen we machines en investeringsgoe<strong>de</strong>ren die hun waar<strong>de</strong> ont-<br />

lenen aan het feit dat ze niet geconsumeerd of fysiek verbruikt kunnen wor<strong>de</strong>n, maar dat ze kunnen wor<strong>de</strong>n in-<br />

gezet <strong>bij</strong> het vervaardigen van an<strong>de</strong>re producten. Het zijn meer gebruiksgoe<strong>de</strong>ren dan verbruiksgoe<strong>de</strong>ren. We<br />

kunnen ook het geld zien als gebruiksmid<strong>de</strong>l. In <strong>de</strong> groep van gebruiksgoe<strong>de</strong>ren is dat geld het minst aan slijtage<br />

of verbruik on<strong>de</strong>rhevig en bevindt zich in het economisch leven qua aard dan ook polair tegenover <strong>de</strong> voedings-<br />

mid<strong>de</strong>len, die daar het meest aan on<strong>de</strong>rhevig zijn.<br />

De bovengrens van het economisch leven wordt aangegeven door het geld (gezien als product), en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r-<br />

grens door voedingsmid<strong>de</strong>len.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Het geld kan daardoor een brugfunctie tussen het economisch leven en het rechtsleven vervullen. Dan veran-<br />

<strong>de</strong>rt het van koopgeld in leengeld of contractgeld. Zolang het geld als koopgeld, als ruilmid<strong>de</strong>l, functioneert,<br />

maakt het nog <strong>de</strong>el uit van het economisch leven. Zodra echter het geld wordt gespaard of uitgeleend, veran<strong>de</strong>rt<br />

het van aard en gaat het <strong>de</strong>el uitmaken van het rechtsleven.<br />

Langzaam maar zeker kunnen we het economisch leven ons steeds hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> <strong>de</strong> geest halen, als proces-<br />

sen die door mensen wor<strong>de</strong>n voltrokken. Vanaf <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wor<strong>de</strong>n grondstoffen en voedingsmid<strong>de</strong>len het econo-<br />

misch leven binnen gevoerd. Economisch werken bestaat uit het omvormen van voedingsmid<strong>de</strong>len en grondstof-<br />

fen, zodanig dat hun waar<strong>de</strong> toeneemt doordat er betere mogelijkhe<strong>de</strong>n ontstaan <strong>voor</strong> verbruik en/of gebruik.<br />

Planken wor<strong>de</strong>n tafels, aardbeien wor<strong>de</strong>n ingeblikt of klaargemaakt. Geduren<strong>de</strong> <strong>dit</strong> omvormingsproces ontstaat<br />

afval, dat weer terugvalt aan <strong>de</strong> natuur en eventueel weer als grondstof kan wor<strong>de</strong>n gebruikt.<br />

16 terug naar boven


koopgeld<br />

Bij elke transactie tussen verkoper en koper wordt <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> vastgesteld en in geld betaald, dat noemen we<br />

koopgeld. Wanneer mensen uit vrije wil aan het economisch proces <strong>de</strong>elnemen en koop/verkoop-transacties uit-<br />

voeren, wordt ook <strong>bij</strong> han<strong>de</strong>lstransacties waar<strong>de</strong> toegevoegd. In verlies- en winstrekeningen wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze proces-<br />

sen precies beschreven. Winst betekent daar<strong>bij</strong> dat er meer geproduceerd dan geconsumeerd of afgebroken<br />

wordt, verlies an<strong>de</strong>rsom. Een verlies- en winstrekening is dus een koopgeld-overzicht.<br />

In het economische circulatieproces krijgt geld zijn waar<strong>de</strong> als koopgeld, doordat het als tegenwaar<strong>de</strong> van<br />

voedingsmid<strong>de</strong>len, producten, diensten en investeringsgoe<strong>de</strong>ren wordt gebruikt. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> koop/verkoop wordt<br />

<strong>de</strong> intrinsieke waar<strong>de</strong> van goe<strong>de</strong>ren en diensten overgedragen op geld. Het geld gaat dus waar<strong>de</strong> dragen, terwijl<br />

<strong>de</strong> oorspronkelijke producten wor<strong>de</strong>n verbruikt of versleten. Daarna kan later <strong>de</strong>ze geldwaar<strong>de</strong> met behulp van<br />

geld overgebracht wor<strong>de</strong>n in het rechtsgebied, als leengeld, of naar het culturele gebied, als schenkgeld.<br />

leengeld<br />

Omdat rechten en plichten van mensen dui<strong>de</strong>lijk te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n zijn van <strong>de</strong> prestaties die economisch relevant<br />

zijn, is <strong>de</strong> grens tussen economisch leven en rechtsleven goed te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n. Het eigendomsrecht op een auto<br />

is <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld eenvoudig te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> auto op zich. Het is interessant dat <strong>de</strong>ze grens tussen het<br />

economisch leven en het rechtsleven <strong>de</strong>els wordt beschreven in een balans, wanneer we tenminste <strong>de</strong> <strong>de</strong>biteuren<br />

en <strong>de</strong>elnemingen op <strong>de</strong> passiva kant van <strong>de</strong> balans plaatsen.<br />

We zien zo het economisch leven geplaatst tussen twee vel<strong>de</strong>n, die elk hun invloed op <strong>dit</strong> economisch leven<br />

uitoefenen. De on<strong>de</strong>rgrens van het economisch leven wordt gevormd door <strong>de</strong> overgang naar <strong>de</strong> natuur. Goe<strong>de</strong>ren<br />

wor<strong>de</strong>n waren, zodra ze <strong>de</strong> grens passeren en in het economisch leven wor<strong>de</strong>n opgenomen.<br />

De bovengrens van het economisch leven wordt gevormd door <strong>de</strong> overgang naar het rechtsleven. Daar waar het<br />

rechtsleven zijn invloed uitoefent, ontstaan eigendomsrechten en 'waar<strong>de</strong>-dragers', zoals geld. Daar waar <strong>de</strong><br />

mens zijn invloed op het economisch leven uitoefent, ontstaan arbeid, consumptie en productie.<br />

Omgekeerd oefent het economisch leven op zijn beurt invloed uit op <strong>de</strong> aangrenzen<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n:<br />

- De invloed van het economisch leven op <strong>de</strong> natuur veroorzaakt afval en grondstoffen.<br />

- De invloed op het rechtsleven veroorzaakt waar<strong>de</strong> en rechten en plichten zoals <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld <strong>bij</strong> leningen.<br />

- De invloed op <strong>de</strong> mens tenslotte veroorzaakt vermoeidheid, zingeving en behoeftebevrediging.<br />

Op <strong>dit</strong> punt is het goed om te wijzen op <strong>de</strong> inzichten en vaardighe<strong>de</strong>n van mensen, die via <strong>de</strong> menselijke arbeid<br />

invloed uitoefenen op het economisch leven. Zon<strong>de</strong>r inzichten en vaardighe<strong>de</strong>n kunnen we niet actief wor<strong>de</strong>n in<br />

het economisch leven. Omgekeerd kunnen ervaringen in het economisch leven invloed uitoefenen op <strong>de</strong> inzichten<br />

en vaardighe<strong>de</strong>n van een mens. We kunnen <strong>de</strong>ze ontwikkeling van vaardighe<strong>de</strong>n en inzichten apart bekijken en<br />

vin<strong>de</strong>n dan het culturele leven.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Wanneer we nu vanuit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gezien <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> levensgebie<strong>de</strong>n in een schema neerzetten, kan daarin<br />

wor<strong>de</strong>n aangegeven dat in het economisch leven grondstoffen wor<strong>de</strong>n omgevormd tot waar<strong>de</strong>. Deze waar<strong>de</strong> kan<br />

via het rechtsleven wor<strong>de</strong>n bewaard en verplaatst. Via kredietverlening en ontsparing kan waar<strong>de</strong> weer terugge-<br />

bracht wor<strong>de</strong>n in het economisch leven. Het is echter ook mogelijk dat waar<strong>de</strong> in het rechtsleven een omvor-<br />

mingsproces doormaakt van materiële waar<strong>de</strong>n in relationele waar<strong>de</strong>n. Het gaat dan om <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van menselij-<br />

17 terug naar boven


afbeelding 2<br />

ke relaties, in verwachtingen die we van elkaar hebben en het vertrouwen dat we in elkaar hebben. In relaties<br />

gaat het ook om zekerhe<strong>de</strong>n en risico's.<br />

<strong>de</strong> versnellingsspiraal<br />

Als leengeld wordt gebruikt om te investeren in gebouwen, machines enz. die zowel gemaakt wor<strong>de</strong>n in het eco-<br />

nomisch leven, alsook weer ingezet wor<strong>de</strong>n in het economisch leven, treedt een versnelling op van het econo-<br />

misch leven. Die versnelling in het economisch leven heeft tot gevolg dat er meer winsten wor<strong>de</strong>n gemaakt. Die<br />

winsten wor<strong>de</strong>n weer afgevoerd, met behulp van geld, naar het rechtsleven, via rente, aflossing en winstuitkerin-<br />

Samenleving<br />

gen. Daarmee wordt meer vermo-<br />

gen gevormd, dat weer geïnves-<br />

teerd wordt, waardoor het econo-<br />

misch leven ver<strong>de</strong>r versneld<br />

wordt. Zo ontstaat een spiraal,<br />

waar<strong>bij</strong> steeds meer waar<strong>de</strong> in het<br />

rechtsleven terecht komt en<br />

steeds meer investeringen in het<br />

economisch leven wor<strong>de</strong>n gedaan.<br />

Door overschot aan vermogen<br />

in het rechtsleven kan zowel <strong>de</strong><br />

han<strong>de</strong>l in aan<strong>de</strong>len en an<strong>de</strong>re<br />

vermogenstitels ontstaan, als ook<br />

het fenomeen dat steeds risicovol-<br />

ler geïnvesteerd zal wor<strong>de</strong>n. Met<br />

<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l in aan<strong>de</strong>len en vermo-<br />

genstitels ontstaat er een soort<br />

economisch leven in het rechtsle-<br />

ven. Deze contracten wor<strong>de</strong>n dan financiële producten genoemd en men maakt winst met <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l in die pro-<br />

ducten. De aard van <strong>de</strong> winst is echter totaal verschillend van <strong>de</strong> winst die in het economisch leven wordt ge-<br />

maakt. Je zou het dan ook schijnwaar<strong>de</strong> kunnen noemen die daar<strong>bij</strong> ontstaat.<br />

Door <strong>dit</strong> ontstaan van schijnwaar<strong>de</strong>n en door het toenemen<strong>de</strong> risicovolle investeren komt <strong>de</strong> waar<strong>de</strong><strong>voor</strong>raad<br />

in het rechtsleven in een soort bubbeltoestand terecht. De waar<strong>de</strong>n in het rechtsleven kunnen daar<strong>bij</strong> zeer snel<br />

toenemen, maar door een crisis vervolgens weer net zo snel verloren gaan. Zon<strong>de</strong>r maatregelen zal <strong>hier</strong>door<br />

vanuit het rechtsleven crisis na crisis ontstaan. Eigenlijk is dus het te veel aan bubbel-waar<strong>de</strong>n in het rechtsleven<br />

een maatschappelijk ziekmakend proces. De waar<strong>de</strong>n kunnen niet terug naar het economisch leven, omdat ze<br />

daar inflatie veroorzaken. Ze kunnen ook niet in het rechtsleven blijven, omdat daar crises veroorzaken. Ze moe-<br />

ten dus als schenkgeld naar het culturele leven.<br />

schenkgeld<br />

!<br />

Cultureel leven<br />

Rechtsleven<br />

Economisch leven<br />

Natuurlijk leven<br />

Aar<strong>de</strong><br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

risico<br />

Verzekerings<br />

maatschappijen<br />

zekerheid<br />

banken<br />

Schenkgeld =<br />

waar<strong>de</strong><br />

consumeren<br />

Leengeld =<br />

waar<strong>de</strong><br />

verplaatsen<br />

Verticale<br />

waar<strong>de</strong>-circulatie<br />

Koopgeld =<br />

waar<strong>de</strong> produceren<br />

Betalen van huur<br />

aflossen leningen<br />

Investeringen<br />

ontsparen<br />

Horizontale<br />

geld-circulatie<br />

Kopen van voedingsmid<strong>de</strong>len<br />

verbruiksproducten<br />

De uiterste grens van risico nemen in het rechtsleven is het wegschenken van geld. Het risico van waar<strong>de</strong>vermin-<br />

<strong>de</strong>ring veran<strong>de</strong>rt dan in <strong>de</strong> zekerheid van waar<strong>de</strong>vermin<strong>de</strong>ring. Schenkgeld vormt <strong>de</strong> basis van het culturele le-<br />

18 terug naar boven


ven. De uiterste grens van risico vermij<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgrens van het rechtsleven, is <strong>de</strong> relatie met een an<strong>de</strong>re<br />

mens vermij<strong>de</strong>n. Dit kunnen we doen door te kopen in plaats van het verstrekken van een lening. Dit uiterste<br />

brengt ons over <strong>de</strong> grens, in het economisch-leven, omdat we daarmee een activa bezitten in plaats van een<br />

vermogens-titel, zoals te zien is <strong>bij</strong> <strong>de</strong> balans.<br />

De ontvanger van het schenkgeld kan zich met an<strong>de</strong>re zaken bezighou<strong>de</strong>n dan het verdienen van geld (eco-<br />

nomisch leven) en het terugbetalen van een lening of het on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n van een relatie (rechtsleven). Met behulp<br />

van het schenkgeld kan hij toch in zijn levenson<strong>de</strong>rhoud <strong>voor</strong>zien. Via het kopen van eten en drinken brengt hij<br />

<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> als tegenwaar<strong>de</strong> in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rste regionen van het economisch leven. Via het betalen van huur brengt<br />

hij <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> in het rechtsleven terug.<br />

verticale waar<strong>de</strong>-circulatie<br />

Gelei<strong>de</strong>lijk hebben we nu een zogenaam<strong>de</strong> verticale waar<strong>de</strong>-circulatie beschreven. Het geld krijgt waar<strong>de</strong> in het<br />

economisch leven. Via het rechtsleven wordt door leningen en <strong>de</strong>elnames, die waar<strong>de</strong> verplaatst naar mensen<br />

met potentiële capaciteiten. Deze mensen krijgen zo <strong>de</strong> gelegenheid om hun capaciteiten toe te passen in het<br />

economisch leven met behulp van investeringen. Het te veel aan leengeld kan als schenkgeld zijn waar<strong>de</strong> verlie-<br />

zen. Met schenkgeld wor<strong>de</strong>n mogelijkhe<strong>de</strong>n van opleiding en ontwikkeling gecreëerd <strong>voor</strong> diegenen die het<br />

schenkgeld ontvangen. Deze laatste brengen het geld weer terug in het economisch leven door het kopen van<br />

voedingsmid<strong>de</strong>len, producten en diensten, waar<strong>bij</strong> het als koopgeld nieuwe waar<strong>de</strong> opneemt in het economisch<br />

leven. Via <strong>de</strong>ze weg vernieuwt <strong>de</strong> geldwaar<strong>de</strong> zich door actualisering in het economisch leven.<br />

Voorzover <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld huur, rente en aflossing wordt betaald vloeit het geld terug in het rechtsleven, hetgeen<br />

feitelijk geen verjonging inhoudt maar een verplaatsing naar <strong>de</strong> eigenaren van vermogens. Daarmee wordt het te<br />

veel aan waar<strong>de</strong> in het rechtsleven niet geconsumeerd en blijft gewoon bestaan of wordt zelfs vermeer<strong>de</strong>rd.<br />

Een gezond maatschappelijk leven komt tot stand wanneer <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> die geproduceerd wordt in het econo-<br />

misch leven uitein<strong>de</strong>lijk via consumptie, verplaatsing en schenkingen weer uit het economisch leven verdwijnt,<br />

waar<strong>bij</strong> het rechtsleven hulpmid<strong>de</strong>l is.<br />

De hoeveelheid waar<strong>de</strong>n die als koopgeld in het economisch leven functioneert, moet in verhouding blijven<br />

met <strong>de</strong> transacties die in het economisch leven wor<strong>de</strong>n afgesloten. Het gaat dan om een stromingsbegrip: geld/<br />

tijdseenheid.<br />

Wanneer waar<strong>de</strong> onvoldoen<strong>de</strong> wordt geconsumeerd, gaat het overschot aan waar<strong>de</strong> storend werken. In het eco-<br />

nomisch leven veroorzaakt ze dan <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld inflatie of slechte product-kwaliteit. In het rechtsleven veroor-<br />

zaakt een overschot schul<strong>de</strong>nproblemen of zeer risicovolle en ethisch aanvechtbare leningen.<br />

tot slot<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Kerngedachte is dus, dat <strong>de</strong> wereld niet gezien moet wor<strong>de</strong>n als een grote soep, waarin zich afzon<strong>de</strong>rlijke proces-<br />

sen afspelen, maar dat er een zekere or<strong>de</strong>ning bestaat, die in lagen en levensgebie<strong>de</strong>n is opgebouwd. Het eco-<br />

nomisch leven vormt een bepaal<strong>de</strong> laag in <strong>de</strong>ze or<strong>de</strong>ning en is begrensd door an<strong>de</strong>re lagen. Elke laag heeft zijn<br />

eigen wetmatighe<strong>de</strong>n en dient afgeschermd te zijn van an<strong>de</strong>re lagen. Geld is <strong>bij</strong> <strong>dit</strong> geheel <strong>de</strong> transporteur van<br />

waar<strong>de</strong>n. Het geld haalt <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n op in het economisch leven, als koopgeld, en transporteert <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> naar<br />

het rechtsleven, als leengeld, en naar het culturele leven, als schenkgeld. De economisch wetenschap zou er<br />

meer op gericht moeten zijn om die geldstromen te on<strong>de</strong>rzoeken en <strong>de</strong> gevolgen in kaart te brengen. Jan Saal<br />

19 terug naar boven


gestol<strong>de</strong> <strong>voor</strong>stellingen, vloeibare i<strong>de</strong>eën door Jac Hielema<br />

botsen<strong>de</strong> <strong>voor</strong>stellingen<br />

Jan Saal begint zijn artikel met <strong>de</strong> bewering: “Wanneer we <strong>de</strong> maatschappij als één geheel beschouwen, zon<strong>de</strong>r<br />

geledingen, kunnen we nooit tot een goed begrip van <strong>de</strong> economie, waar<strong>de</strong> en geld komen.” Daartegenover zou ik<br />

mijn artikel over <strong>dit</strong> on<strong>de</strong>rwerp beginnen met <strong>de</strong> bewering: “Om tot een goed begrip van <strong>de</strong> economie, waar<strong>de</strong> en<br />

geld te komen, moeten we <strong>de</strong> wereldwij<strong>de</strong> samenleving, dat wil zeggen <strong>de</strong> hele aar<strong>de</strong> en alle mensen, als één<br />

zich van binnenuit ontwikkelend levend geheel beschouwen.”<br />

Deze beweringen lijken diametraal tegenover elkaar te staan. Jan Saal lijkt te zeggen: “<strong>de</strong> maatschappij is<br />

geen geheel, maar bestaat uit geledingen.” Hij herkent er vijf: natuurlijk leven, economisch leven, rechtsleven,<br />

cultureel leven en geestesleven (zie <strong>de</strong> eerste afbeelding in zijn artikel). Ik zeg: “<strong>de</strong> maatschappij is één levend<br />

geheel.” En ik begrijp van Rudolf Steiner dat <strong>dit</strong> ‘maatschappelijke organisme’ niet uit vijf, maar uit drie geledin-<br />

gen bestaat: economisch leven, rechtsleven en geestesleven. Op grond van <strong>de</strong>ze uitgangspunten botsten Jan Saal<br />

en ik tij<strong>de</strong>ns een <strong>bij</strong>eenkomst van zogenoem<strong>de</strong> ‘driegele<strong>de</strong>rs’, dat wil zeggen, mensen die zich geïnspireerd voe-<br />

len door <strong>de</strong> maatschappelijke i<strong>de</strong>eën van Rudolf Steiner.* Mijn bewering baseer ik op een citaat van Rudolf Stei-<br />

ner uit <strong>de</strong> eerste <strong>voor</strong>dracht van <strong>de</strong> cursus economie (GA340): “De hele aar<strong>de</strong> vormt, als economisch organisme<br />

gedacht, het maatschappelijke organisme.” Toen ik Jan Saal tij<strong>de</strong>ns die <strong>bij</strong>eenkomst confronteer<strong>de</strong> met <strong>de</strong>ze uit-<br />

spraak van Rudolf Steiner, noem<strong>de</strong> hij die onzin.<br />

Inmid<strong>de</strong>ls heb ik Jan Saal mijn excuses aangebo<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> mijn prerationele (emotionele) reactie op zijn uit-<br />

gangspunten. Inmid<strong>de</strong>ls ben ik er ook achter gekomen dat er veel te zeggen valt <strong>voor</strong> <strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën van Jan Saal<br />

over geld- en waar<strong>de</strong>circulatie ook al verschillen hij en ik van inzicht over <strong>de</strong> uitgangspunten. Geen van bei<strong>de</strong>n<br />

willen we, zoals zoveel driegele<strong>de</strong>rs <strong>voor</strong> ons, rollend over straat gaan. We willen niet ruziën over hoe Rudolf<br />

Steiner het allemaal heeft bedoeld, laat staan dat we elkaar om <strong>de</strong> oren willen slaan met citaten van hem. Maar<br />

als we niet in een strijd om het grote gelijk ten on<strong>de</strong>r willen gaan, moeten we onze verschillen<strong>de</strong> uitgangspunten<br />

op <strong>de</strong> één of an<strong>de</strong>re manier zien te overbruggen. Hoe? Hoe vormt <strong>de</strong> mens überhaupt i<strong>de</strong>eën en begrippen met<br />

betrekking tot sociaal-economische vraagstukken? En: hoe beoor<strong>de</strong>elt hij of <strong>de</strong> door hem ontwikkel<strong>de</strong> begrippen<br />

en i<strong>de</strong>eën vruchtbaar zijn? Immers Goethe schreef: “Alleen wat vruchtbaar is, is waar.” Naar aanleiding van mijn<br />

botsing met Jan Saal ben ik op zoek gegaan naar <strong>de</strong> kentheoretische grondslagen van sociaal-economische vraag-<br />

stukken.<br />

meetkundige <strong>voor</strong>stellingen<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

redactioneel commentaar<br />

Was het maar zo eenvoudig als met meetkundige <strong>voor</strong>stellingen. Die kunnen we namelijk bewijzen, dat wil zeg-<br />

gen meetkundig aanschouwelijk maken. Neem nu <strong>de</strong> stelling van Pythagoras. Die geeft het verband aan tussen <strong>de</strong><br />

lengten van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong>n van een rechthoekige driehoek. In woor<strong>de</strong>n luidt <strong>de</strong> stelling: <strong>de</strong> oppervlakten van <strong>de</strong> vier-<br />

kanten met <strong>de</strong> rechthoekszij<strong>de</strong>n als zij<strong>de</strong> zijn gelijk aan <strong>de</strong> oppervlakte van het vierkant met <strong>de</strong> hypotenusa (<strong>de</strong><br />

schuine zij<strong>de</strong>, die tegenover <strong>de</strong> rechte hoek ligt) als zij<strong>de</strong>.<br />

* Arjen Nijeboer is bezig met een<br />

inlei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> tekst in <strong>de</strong> maatschappelijke<br />

i<strong>de</strong>eën van Rudolf Steiner,<br />

die zal wor<strong>de</strong>n gepubliceerd in het<br />

volgen<strong>de</strong> nummer van De Aar<strong>de</strong>spiegel.<br />

20 terug naar boven


Getekend:<br />

Noemen we <strong>de</strong> rechthoekszij<strong>de</strong>n a en b en <strong>de</strong> hypotenusa c dan luidt <strong>de</strong> stelling in formule: a 2 + b 2 = c 2<br />

Ie<strong>de</strong>reen is het erover eens dat <strong>de</strong> stelling van Pythagoras waar is. Waarom? Omdat die te bewijzen is. Dit is één<br />

van <strong>de</strong> ruim driehon<strong>de</strong>rd bewijzen van <strong>de</strong> stelling van Pythagoras:<br />

Toelichting <strong>bij</strong> <strong>dit</strong> bewijs: bei<strong>de</strong> vierkanten met zij<strong>de</strong> a + b zijn even groot. Het linker vierkant is samengesteld uit<br />

<strong>de</strong> vierkanten a 2 en b 2 en <strong>de</strong> vier driehoeken abc; het rechter vierkant uit het vierkant c 2 en <strong>de</strong> vier driehoeken<br />

abc. Trekken we nu van <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> vierkanten a + b <strong>de</strong> vier driehoeken abc af, dan hou<strong>de</strong>n we links <strong>de</strong> vierkanten<br />

a 2 en b 2 over en rechts het vierkant c 2 . Hieruit volgt dat a 2 + b 2 = c 2 .<br />

Niemand botst meer over <strong>de</strong> waarheid van <strong>de</strong> stelling van Pythagoras, omdat die al lang gele<strong>de</strong>n is bewezen.<br />

Kunnen we het op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier eens wor<strong>de</strong>n over <strong>voor</strong>stellingen met betrekking tot sociaal-economische<br />

vraagstukken?<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

i<strong>de</strong>eën met betrekking tot sociaal-economische vraagstukken<br />

Bij begrippen en i<strong>de</strong>eën met betrekking tot sociaal-economische vraagstukken is het bedui<strong>de</strong>nd moeilijker om<br />

aanschouwelijk te maken of ze waar zijn of niet, of ze vruchtbaar zijn of niet. Neem <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e van <strong>de</strong> driegeleding<br />

van het maatschappelijk leven. Die zegt iets over <strong>de</strong> betrekkingen tussen mensen. In woor<strong>de</strong>n luidt <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e: <strong>de</strong><br />

menselijke samenleving bestaat uit <strong>de</strong> drie geledingen economisch-, rechts- en cultureel leven. Kunnen we <strong>dit</strong><br />

i<strong>de</strong>e net zo bewijzen als <strong>de</strong> stelling van Pythagoras? Dat kunnen we niet. Waarom niet? Omdat <strong>de</strong> mens als ken-<br />

nend subject <strong>de</strong>el uitmaakt van het te kennen object.<br />

Ik bedoel: <strong>de</strong> meetkun<strong>de</strong> bestu<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> betrekkingen tussen punten, lijnen en vlakken in <strong>de</strong> ruimte. Aan <strong>de</strong><br />

21 terug naar boven


hand van <strong>de</strong> stelling van Pythagoras heb ik laten zien dat meetkundige stellingen meetkundig bewezen kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n door ze meetkundig aanschouwelijk te maken. Waarom kan ik <strong>dit</strong>? Omdat ik als kennend subject zelf geen<br />

on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el uitmaak van het te kennen object. Ik ben geen punten, lijnen en/of vlakken in <strong>de</strong> ruimte.<br />

Überhaupt is <strong>de</strong> wetenschappelijke metho<strong>de</strong> van <strong>de</strong> anorganische (<strong>de</strong> do<strong>de</strong>) natuur <strong>de</strong> zogenoem<strong>de</strong> bewijzen-<br />

<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>. In <strong>de</strong> anorganische natuur kan ik <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong> toepassen, omdat ik er zelf geen <strong>de</strong>el van uitmaak.<br />

Voor zover ik een complex van anorganische fysische en chemische processen ben, maak ik natuurlijk wel <strong>de</strong>el<br />

uit van die anorganische natuur. Maar ik ben ook een levend wezen. Ik heb bovendien een innerlijk leven. Ik ben<br />

zelfs in staat om mezelf van binnenuit, dat wil zeggen: zelfbewust om te vormen, te ontwikkelen. Kort gezegd ben<br />

ik een levend mezelf van binnenuit ontwikkelend wezen.<br />

De <strong>voor</strong>stelling van <strong>de</strong> driegele<strong>de</strong> samenleving heeft betrekking op <strong>de</strong> sociale werkelijkheid, dat is <strong>de</strong> werke-<br />

lijkheid van <strong>de</strong> betrekkingen tussen mensen. Ik maak <strong>de</strong>el uit van die werkelijkheid. Omdat mensen leven<strong>de</strong> en<br />

zichzelf van binnenuit ontwikkelen<strong>de</strong> wezens zijn, is <strong>de</strong> sociale werkelijkheid ook een levend en zichzelf van bin-<br />

nenuit ontwikkelend geheel. Dus omdat ik als kennend subject <strong>de</strong>el uitmaak van het te kennen object, kan ik be-<br />

grippen en i<strong>de</strong>eën met betrekking tot sociale vraagstukken niet uiterlijk aanschouwelijk maken om ze te bewijzen.<br />

Wel kan ik ze <strong>voor</strong> mezelf innerlijk aanschouwelijk maken.<br />

Stel dat ik toch uiterlijk aanschouwelijke <strong>voor</strong>stellingen van <strong>de</strong> sociale werkelijkheid maak, wat doe ik dan?<br />

Dan plaats ik mezelf als levend en zichzelf van binnenuit ontwikkelend wezen buiten <strong>de</strong> sociale werkelijkheid. En<br />

dat is nu precies wat <strong>de</strong> huidige sociaal-economische wetenschappen doen, zij plaatsen <strong>de</strong> mens als leven<strong>de</strong> en<br />

zich ontwikkelen<strong>de</strong> wezens buiten <strong>de</strong> sociale or<strong>de</strong> met als gevolg dat er steeds min<strong>de</strong>r ruimte is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> mens als<br />

leven<strong>de</strong> en zichzelf ontwikkelend wezen.<br />

Ook als driegele<strong>de</strong>rs proberen hun driegeledingsi<strong>de</strong>eën uiterlijk aanschouwelijk te maken, plaatsen ze zichzelf<br />

buiten <strong>de</strong> sociale werkelijkheid.<br />

<strong>de</strong> leven<strong>de</strong> en zich van binnenuit ontwikkelen<strong>de</strong> metho<strong>de</strong><br />

Je zou kunnen zeggen dat <strong>de</strong> huidige wereldwij<strong>de</strong> sociaal-economische wanor<strong>de</strong> is ontstaan door een <strong>de</strong>nken dat<br />

legitiem is met betrekking tot <strong>de</strong> anorganische natuur ook toe te passen op <strong>de</strong> sociale werkelijkheid. Ik zou <strong>dit</strong><br />

<strong>de</strong>nken het mechanisch materialistische <strong>de</strong>nken willen noemen, een <strong>de</strong>nken dus dat alleen geschikt is om <strong>de</strong> an-<br />

organische natuur te leren kennen. Dit <strong>de</strong>nken creëert <strong>de</strong> huidige mechanisch materialistische sociaal-economi-<br />

sche or<strong>de</strong>, inclusief het huidige mechanisch materialistische geld- en bankwezen. De weg uit <strong>de</strong> crisis zou dan een<br />

<strong>de</strong>nken moeten zijn dat een leven<strong>de</strong> zich van binnenuit ontwikkelen<strong>de</strong> sociaal-economische or<strong>de</strong> schept. Om<br />

vruchtbare i<strong>de</strong>eën te vormen met betrekking tot <strong>de</strong> sociale werkelijkheid, moet <strong>de</strong> mens dus een leven<strong>de</strong> en zich<br />

van binnenuit ontwikkelen<strong>de</strong> <strong>de</strong>nkmetho<strong>de</strong> ontwikkelen.<br />

Hoe doe ik dat?<br />

Het antwoord lijkt simpel: door op een organische manier het ene innerlijk aanschouwelijke begrip met be-<br />

trekking tot <strong>de</strong> sociale werkelijkheid te ontwikkelen uit het an<strong>de</strong>re innerlijk aanschouwelijke begrip. Zo vormt <strong>de</strong><br />

mens ware sociale i<strong>de</strong>eën. Tegelijkertijd ontwikkelt <strong>de</strong> mens zo een wat Goethe noem<strong>de</strong> ‘aanschouwen<strong>de</strong> oor-<br />

<strong>de</strong>elskracht’. Door mid<strong>de</strong>l van die ‘aanschouwen<strong>de</strong> oor<strong>de</strong>elskracht’ kan hij ware van onware sociale i<strong>de</strong>eën on<strong>de</strong>r-<br />

schei<strong>de</strong>n. Leeft <strong>de</strong> mens vruchtbare sociale i<strong>de</strong>eën, dan gaat er van hem een maatschappelijk or<strong>de</strong>nen<strong>de</strong> en ge-<br />

zond maken<strong>de</strong> werking uit; leeft hij onvruchtbare sociale i<strong>de</strong>eën dan gaat er een maatschappelijk vernietigen<strong>de</strong><br />

en ziekmaken<strong>de</strong> werking van hem uit.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

22 terug naar boven


nogmaals <strong>de</strong> botsen<strong>de</strong> <strong>voor</strong>stellingen<br />

Stel dat Jan Saal en ik onze <strong>voor</strong>stellingen met betrekking tot sociaal-economische vraagstukken innerlijk aan-<br />

schouwelijk zou<strong>de</strong>n maken, dan wor<strong>de</strong>n ze beweeglijk en zijn we misschien in staat om begrip op te brengen <strong>voor</strong><br />

elkaar. Innerlijk aanschouwelijke i<strong>de</strong>eën zijn levendige zichzelf <strong>voor</strong>tdurend omvormen<strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën. Ze stromen. Ze<br />

zijn dus als het ware vloeibaar en stollen pas in concrete situaties on<strong>de</strong>r concrete omstandighe<strong>de</strong>n uit tot vaste<br />

<strong>voor</strong>stellingen. De oerplant van Goethe is zo’n vloeibare <strong>voor</strong>tdurend van vorm veran<strong>de</strong>rend i<strong>de</strong>e, dat in concrete<br />

situaties in concrete planten werkt en tot verschijning komt. Stel dat alle mensen überhaupt begrip zou<strong>de</strong>n op-<br />

brengen <strong>voor</strong> elkaars i<strong>de</strong>eën, stel dat ze met elkaar zou<strong>de</strong>n overleggen over hoe ze het beste hun on<strong>de</strong>rlinge be-<br />

trekkingen kunnen regelen op grond van die vloeibare begrippen en i<strong>de</strong>eën, dan zou alle strijd om het eigen gelijk<br />

gelei<strong>de</strong>lijk aan min<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n en dan zou blijken dat <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën en begrippen van verschillen<strong>de</strong><br />

mensen elkaar aanvullen en elkaar we<strong>de</strong>rzijds on<strong>de</strong>rsteunen en bevestigen.<br />

Vooralsnog neemt Jan Saal een anorganisch standpunt in. Dit blijkt uit een zin als: “Het leven in het natuurlijk<br />

leven voltrekt zich zon<strong>de</strong>r toedoen van mensen. Wij kunnen daarin wel regelend optre<strong>de</strong>n, maar wij kunnen het<br />

leven niet scheppen. Een boom groeit tot boom zon<strong>de</strong>r ons toedoen.” Maar het gaat er niet om of <strong>de</strong> mens een<br />

boom kan scheppen of niet. Het gaat erom in te zien dat wij mensen met die boom ín <strong>de</strong> natuur zitten. Ook is “<strong>de</strong><br />

mens” niet “<strong>de</strong> schakel, die het natuurlijk leven met het economisch leven verbindt”. De mens is juist verbon<strong>de</strong>n<br />

met <strong>de</strong> natuur, één met <strong>de</strong> natuur, en door <strong>de</strong> natuur te misbruiken, wordt <strong>de</strong> verbinding verbroken en komt <strong>de</strong><br />

mens tegenover <strong>de</strong> natuur te staan.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

In een volgend nummer hoop ik te laten zien dat het maatschappelijke organisme driegeleed is en niet vijf-,<br />

zeven- of twaalfgeleed, omdat alle mensen en <strong>de</strong> hele aar<strong>de</strong> één levend en zich ontwikkelend geheel vormen.<br />

Jac Hielema<br />

23 terug naar boven


Column door Werner Govaerts<br />

<strong>de</strong> taal als politieke business<br />

Ie<strong>de</strong>reen had het <strong>voor</strong>speld en het is ook waar gebleken: <strong>de</strong><br />

grote winnaar van <strong>de</strong> Belgische gemeenteraadsverkiezingen<br />

van 14 oktober is <strong>de</strong> N-VA (Nieuw-Vlaamse Alliantie). In<br />

nauwelijks enige gemeente heeft <strong>de</strong> N-VA een lokale cam-<br />

pagne gevoerd – overal te lan<strong>de</strong> was nationaal <strong>voor</strong>zitter<br />

Bart De Wever prominent in het straatbeeld aanwezig, met<br />

<strong>de</strong> nationale slogan ‘De kracht van veran<strong>de</strong>ring’. En het eer-<br />

ste wat hij na zijn verkiezingsoverwinning in Antwerpen zei,<br />

was gericht aan premier Di Rupo en ging over <strong>de</strong> eis van N-<br />

VA om België tot een confe<strong>de</strong>ratie te maken.<br />

Ik zal kort zijn: ik heb geen greintje sympathie of begrip<br />

<strong>voor</strong> <strong>de</strong>ze partij. Het enige <strong>voor</strong><strong>de</strong>el van hun bestaan en hun<br />

succes is dat ze die an<strong>de</strong>re nationalistische partij (het<br />

Vlaams Belang), die niet alleen nationalistisch is, maar bovendien ook nog bol staat van <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>lingenhaat,<br />

stilaan leegzuigt. Voor het overige zijn <strong>de</strong> twee partijen even rechts, dat wil zeggen protofascistisch, met stand-<br />

punten als ‘meer blauw op straat’, ‘vrouw <strong>bij</strong> <strong>de</strong> haard’ enzo<strong>voor</strong>ts.<br />

Ik zit echter met een onopgeloste vraag. Het is algemeen bekend dat Vlaan<strong>de</strong>ren geduren<strong>de</strong> eeuwen an<strong>de</strong>r-<br />

stalige voogdijmeesters heeft gekend (afwisselend Spanjolen, Fransozen en Franstalige Brusselaars) en het is<br />

waar dat <strong>dit</strong> fenomeen geduren<strong>de</strong> diezelf<strong>de</strong> eeuwen heeft geleid tot een culturele en economische achterstand.<br />

Even waar is dat <strong>hier</strong>tegen terecht geprotesteerd is en dat <strong>de</strong>ze scheefgetrokken toestand sinds <strong>de</strong> jaren zestig<br />

langzaam maar zeker is rechtgetrokken (en momenteel in zijn tegen<strong>de</strong>el is omgekeerd). Dat is in die mate waar<br />

dat <strong>voor</strong> mijn leerlingen in het secundair het Frans een even exotische taal is als pakweg het Chinees of het Rus-<br />

sisch – die twee horen ze namelijk in hun dagelijks leven ook nooit op straat, op televisie of op <strong>de</strong> radio.<br />

Mijn vraag is nu hoe het mogelijk is dat partijen (ik scheer heel bewust Vlaams Belang en N-VA over <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

kam) die zo sterk focussen op dat onrecht uit het verle<strong>de</strong>n, dat thema zo kunnen opblazen en in het mid<strong>de</strong>lpunt<br />

van <strong>de</strong> (pers)belangstelling brengen dat al het an<strong>de</strong>re er – tenminste in <strong>de</strong> ogen van <strong>de</strong> kiezers – <strong>bij</strong> verbleekt.<br />

Taal als politieke business! Die vraag wordt dubbel zo pregnant als we ze situeren op lokaal (gemeentelijk) ni-<br />

veau: behalve in een min<strong>de</strong>rheid van gemeenten rond Brussel en rond <strong>de</strong> taalgrens speelt die taalproblematiek<br />

immers nergens nog een rol van enige betekenis. Toch zijn er hon<strong>de</strong>rdduizen<strong>de</strong>n kiezers die <strong>bij</strong> het stemmen <strong>de</strong>ze<br />

nationale kwestie (het “teveel aan macht” van <strong>de</strong> Franstaligen binnen <strong>de</strong> Belgische constructie) laten <strong>voor</strong>gaan op<br />

lokale problemen (mobiliteit, huisvesting, armoe<strong>de</strong>bestrijding enzo<strong>voor</strong>ts.).<br />

Sommige analisten beweren dat al die mensen <strong>de</strong> talrijke politieke brochures die <strong>de</strong> afgelopen weken wer<strong>de</strong>n<br />

rondge<strong>de</strong>eld, niet eens lezen. An<strong>de</strong>ren zeggen dat al die mensen opkijken naar <strong>de</strong> nieuwe ‘sterke man’ (in casu<br />

Bart De Wever) en er via een of an<strong>de</strong>re hersenkronkel van uitgaan dat <strong>de</strong>ze man ook in hún gemeente – via <strong>de</strong><br />

talrijke nobele onbeken<strong>de</strong>n die momenteel op <strong>de</strong> N-VA-lijsten verkozen zijn – zijn weldadige veran<strong>de</strong>ringen zal<br />

kunnen bewerkstelligen.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

24 terug naar boven


Wat ik – met <strong>de</strong> nodige <strong>voor</strong>zichtigheid – waarneem, is een overstelpen<strong>de</strong> behoefte van mensen aan een gro-<br />

ter gevoel van gemeenschappelijkheid. Of gemeenzaamheid. Dat vin<strong>de</strong>n ze in <strong>de</strong>ze tijd blijkbaar niet meer in hun<br />

religie, noch in <strong>de</strong> politieke strekking waarin ze zijn opgevoed. In het Belg-zijn hebben Belgen dat sowieso nooit<br />

kunnen vin<strong>de</strong>n. Wellicht is <strong>de</strong> taal en <strong>de</strong> focus op het gemeenschapsvormen<strong>de</strong> aspect van taal een ersatz-ant-<br />

woord op <strong>de</strong>ze behoefte. Ik noem het ‘ersatz’ omdat het uitgaat van een negativiteit, namelijk het anti-Waals,<br />

anti-Frans en anti-Brussels zijn. Tot nog toe is er immers nog geen enkele nationalist in geslaagd om het Vla-<br />

ming-zijn positief inhou<strong>de</strong>lijk te <strong>de</strong>finiëren!<br />

Dit leidt ons natuurlijk naar <strong>de</strong> vraag wat dan wél gemeenschapsvormend zou kunnen zijn in <strong>de</strong> eenentwintig-<br />

ste eeuw. Op welke manier kunnen we er<strong>voor</strong> zorgen dat die behoefte van mensen om méér te zijn dan een onbe-<br />

tekenend individu in een onbetekenend leven op een onbetekenen<strong>de</strong> planeet au sérieux wordt genomen én be-<br />

antwoord wordt? Het is mijn expliciete overtuiging dat het niet voldoen<strong>de</strong> is om zelf alvast op een an<strong>de</strong>re manier<br />

te leven, namelijk in bewuste verbinding met omgeving, familie, collega’s en buren. Er is méér nodig!<br />

een vraag van een lezer<br />

Beste redactie,<br />

Werner Govaerts<br />

Sinds ik het ont<strong>de</strong>kt heb, lees ik <strong>de</strong> eerste <strong>de</strong>len van De weg tot inzicht in hogere werel<strong>de</strong>n van Rudolf Steiner als<br />

een concrete uitwerking van <strong>de</strong> aanwijzingen die ik in <strong>de</strong> evangeliën lees (ik ben van huis uit katholiek). Met grote<br />

dankbaarheid!<br />

Af en toe blijf ik met een vraag zitten, en ik was dan ook enthousiast toen ik van De Aar<strong>de</strong>spiegel hoor<strong>de</strong>,<br />

waar ik mijn vraag kan stellen.<br />

De vraag betreft pagina 27 (Ik ga uit van <strong>de</strong> nieuwste druk, 2007).<br />

“Iemand die alleen maar indrukken wil opdoen om ervan te genieten, stompt zijn kenvermogen af. Iemand<br />

daarentegen die van een indruk geniet en zich daarna iets door die indruk laat openbaren, die voedt en ontwikkelt<br />

zijn kenvermogen.”<br />

Ik heb behoefte aan een concreet alledaags <strong>voor</strong>beeld van wat <strong>hier</strong> beschreven staat.<br />

Mijn gedachtengang: <strong>de</strong> aanwijzing gaat over “belevingen”; en “genot” heeft een centrale plaats.<br />

Staat genot <strong>hier</strong> gelijk met wat ontstaat als je <strong>de</strong> “<strong>de</strong>votie” toepast, het in alle dingen het goe<strong>de</strong> zien (p.24)?<br />

Dat lijkt me zo, als ik p.27 (mid<strong>de</strong>n) vergelijk met p.25 (mid<strong>de</strong>n).<br />

Maar waar <strong>de</strong> raad op p.25 me heel concreet is (ik kan die direct meenemen in mijn dagelijkse dingen), krijg<br />

ik op p.27 niet te pakken waar <strong>dit</strong> nou echt over gaat. Bovenaan staat: elke bloem, ie<strong>de</strong>r dier, ie<strong>de</strong>re han<strong>de</strong>ling….<br />

Maar ik maak eigenlijk niet mee dat ik het genot over een dier (of bloem of han<strong>de</strong>ling) “nogmaals tot op <strong>de</strong> bo-<br />

<strong>de</strong>m wil beleven”, laat staan dat “een schare verlei<strong>de</strong>rs” mij daartoe aanzet als ik probeer om <strong>de</strong> ervaring niet te<br />

genieten maar te verwerken.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

De volgen<strong>de</strong> Aar<strong>de</strong>spiegel:<br />

Het volgen<strong>de</strong> nummer verschijnt op<br />

don<strong>de</strong>rdag 15 november. Regelmatig<br />

krijgen we artikelen aangebo<strong>de</strong>n<br />

over vormen van samenhang in <strong>de</strong><br />

wereldgebeurtenissen - over loges,<br />

geheime genootschappen, Bil<strong>de</strong>rberg,<br />

Gladio of an<strong>de</strong>re organisaties<br />

en personen die <strong>de</strong> wereld in hun<br />

greep willen krijgen. Vaak komt het<br />

in <strong>de</strong>ze gevallen niet tot publicatie,<br />

ondanks dat we altijd het gesprek<br />

aangaan met <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> auteur.<br />

Uit allerlei reacties en e-mails over<br />

en weer is nu kennelijk het beeld<br />

ontstaan dat De Aar<strong>de</strong>spiegel het<br />

bestaan van complotten of loges op<br />

<strong>voor</strong>hand afwijst. Dat is niet zo. Dat<br />

er in <strong>de</strong>ze wereld boze machten in<br />

het spel zijn, lijkt ons zeker niet uit<br />

te sluiten. Het proces van redigeren<br />

blijft <strong>voor</strong>al hangen op <strong>de</strong> manier<br />

waaróp er over complotten wordt<br />

geschreven. We willen nu eenmaal<br />

vasthou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> eisen van <strong>de</strong><br />

journalistiek: bronnen en re<strong>de</strong>neringen<br />

moeten navolgbaar zijn,<br />

waar <strong>de</strong> schrijver zijn eigen mening<br />

vertolkt moet die als zodanig te<br />

herkennen zijn. Een oor<strong>de</strong>el kan<br />

geen uitgangspunt zijn van een<br />

artikel, hooguit een conclusie, en<br />

die moet dan ook te volgen zijn.<br />

Volgens ons is het heus mogelijk<br />

om je onbe<strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>eld af te vragen:<br />

bestaat er zoiets als loges of<br />

geheime occulte genootschappen?<br />

En hoe bewijs je hun invloed als die<br />

er al is? Waar moet je dan op letten?<br />

In mijn stu<strong>de</strong>ntentijd ontving ik<br />

ie<strong>de</strong>re dag <strong>de</strong> Volkskrant. Ik vond<br />

<strong>de</strong> krant erg eenzijdig in haar <strong>bericht</strong>geving,<br />

toch leek die mij naast<br />

het NRC en Trouw re<strong>de</strong>lijk betrouwbaar.<br />

Maar op een ochtend ergens<br />

in 1991, toen ik <strong>de</strong> krant wil<strong>de</strong> lezen,<br />

zag ik dat een groot <strong>bericht</strong> op<br />

<strong>de</strong> <strong>voor</strong>pagina dat enkele centimeters<br />

boven het papier leek te zweven.<br />

Het bestond uit een onbegrijpelijke<br />

scheldkanonna<strong>de</strong> ===><br />

25 terug naar boven


Ik <strong>de</strong>nk dat ik iets over het hoofd zie, en daarom zou ik blij zijn met een concrete toepassing op een <strong>voor</strong>beeld,<br />

van wat <strong>hier</strong> staat.<br />

hartelijke groet,<br />

Monique Verhoeven<br />

een antwoord:<br />

Als je een wan<strong>de</strong>ling maakt door <strong>de</strong> natuur, kan <strong>de</strong> schoonheid van <strong>de</strong> natuur je opvallen. De prachtig kleuren<strong>de</strong><br />

herfstbla<strong>de</strong>ren <strong>bij</strong><strong>voor</strong>beeld. Of <strong>de</strong> wolkenlucht, <strong>de</strong> vogels … Zo’n waarneming of ontmoeting met <strong>de</strong> natuur wekt<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> meesten van ons positieve gevoelens. Je geniet ervan. Het ‘genot’ waar Steiner het over heeft, wordt in ons<br />

gewekt.<br />

Als je je daarvan bewust wordt, van <strong>de</strong> positieve ervaring en het daarin werken<strong>de</strong> genot, dan staan er, <strong>de</strong><br />

tekst van Steiner volgend, verschillen<strong>de</strong> wegen <strong>voor</strong> je open.<br />

1. Je kunt zeggen: morgen ga ik <strong>hier</strong> weer wan<strong>de</strong>len, dan kan ik nog een keer van <strong>de</strong>ze omgeving genieten.<br />

Ja, fijn! Als je <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> dag je schoenen aantrekt om naar buiten te gaan, zweeft je <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong> ogen, hoe fijn<br />

het hopelijk weer gaat wor<strong>de</strong>n. Dat hoop je. Steiner lijkt daarover te zeggen, in mijn woor<strong>de</strong>n: als je zo naar bui-<br />

ten gaat, dan ben je met jezelf bezig. Je bent bezig met een ‘je prettig voelen’. Je zoekt naar <strong>de</strong> herhaling van het<br />

genot.<br />

2. Je kunt ook een an<strong>de</strong>re weg inslaan. Je loopt <strong>de</strong> eerste keer door <strong>de</strong> natuur en je geniet. En je <strong>de</strong>nkt: hoe<br />

groots is <strong>de</strong> natuur, dat <strong>de</strong>ze zo sterk in mijn werkt! Nu is het herfst, straks wordt het winter en daarna <strong>voor</strong>jaar<br />

… Ik neem me <strong>voor</strong> <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ringen in <strong>de</strong> natuur in <strong>de</strong> loop van het jaar te gaan volgen. Ik ga mij verdiepen in<br />

het jaarritme in <strong>de</strong> natuur. Misschien ga ik wel tekeningen maken of foto’s maken, of er iets over opschrijven. Ja<br />

leuk! – Het eerste ‘genot’ leidt jou nu naar datgene wat het genot in jou heeft veroorzaakt: <strong>de</strong> natuur. Je bent nu<br />

echt <strong>bij</strong> <strong>de</strong> natuur zelf aangekomen. Vragen over <strong>de</strong> natuur en <strong>de</strong> schepping doemen in je op, en het <strong>voor</strong>nemen<br />

<strong>de</strong> natuur zelf nog beter te leren kennen.<br />

www.aar<strong>de</strong>spiegel.nu - don<strong>de</strong>rdag 18 oktober 2012 - twee<strong>de</strong> jaargang Nr. 27<br />

Zon<strong>de</strong>r het eerste genot maak je geen contact, je ‘droogt uit’. Niet willen of durven genieten is <strong>de</strong> ene klip die<br />

omzeild moet wor<strong>de</strong>n. De an<strong>de</strong>re klip is dat je door te zoeken naar <strong>de</strong> herhaling en intensivering van het genot, je<br />

in jezelf opgesloten raakt. Dan sluit je je tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>ling af <strong>voor</strong> alles wat <strong>bij</strong> na<strong>de</strong>r inzien niet zo groots is.<br />

Je zoekt: waar was het ook al weer op z’n mooist? Daar wil ik heen! Je kunt dan ingekapseld raken in je eigen<br />

zoeken naar wat je <strong>de</strong> eerste keer als vanzelf beleef<strong>de</strong>: <strong>de</strong> schoonheid van <strong>de</strong> natuur.<br />

De tip van Steiner lijkt te zijn: geniet, maar laat vervolgens het genot een voertuig zijn naar datgene wat jou<br />

zo positief heeft geraakt. Dan open je je <strong>voor</strong> <strong>de</strong> wereld, <strong>de</strong>ze zal zich wellicht nog rijker aan je tonen. Dat levert<br />

nieuwe ervaringen op, nieuwe gevoelens, … Je wordt innerlijk rijker.<br />

Auke van <strong>de</strong>r Meij<br />

===>over dissi<strong>de</strong>nt Sviad Gamsachoerdia,<br />

die tot presi<strong>de</strong>nt van<br />

Georgië was gekozen. Het was zeg<br />

maar gewoon een krant onwaardig<br />

om op <strong>de</strong>ze manier tegen hem te<br />

keer te gaan. Op ou<strong>de</strong>jaarsavond<br />

1993 werd hij vermoord - <strong>de</strong> da<strong>de</strong>rs<br />

zijn nooit gevon<strong>de</strong>n - en opgevolgd<br />

door Edouard Sjevardnadze.<br />

Rudolf Steiner schrijft dat bepaal<strong>de</strong><br />

genootschappen soms gebruik<br />

maken van publicaties die 'occult'<br />

bewerkt zijn, geprepareerd om <strong>de</strong><br />

publieke opinie te beïnvloe<strong>de</strong>n. Dat<br />

is met zo'n bewering nog geen vaststaand<br />

feit, maar ik vermoed dat ik<br />

toen toch zo'n bewerkte publicatie<br />

heb gezien. Ik herinner mij dat ik<br />

geschokt was en woe<strong>de</strong>nd toen ik<br />

dat artikel boven het blad zag zweven<br />

en hoe <strong>de</strong> lading zich letterlijk<br />

aan <strong>de</strong> lezer opdrong. Maar je kan<br />

zoiets niet aan je me<strong>de</strong>stu<strong>de</strong>nten<br />

vertellen. Ze zien je al aankomen<br />

met onzin over magie en 'complottheorieën'.<br />

Ik zei dus niets, maar<br />

<strong>voor</strong> mij was <strong>de</strong>ze waarneming wel<br />

een re<strong>de</strong>n om meer teruggehou<strong>de</strong>n<br />

en kritisch dat artikel te lezen.<br />

Het probleem blijft dat ook een<br />

hel<strong>de</strong>rzien<strong>de</strong> waarneming op zichzelf<br />

niets bewijst – het was <strong>voor</strong> mij<br />

alleen maar een aanzet om <strong>voor</strong>taan<br />

beter te kijken naar het overige<br />

nieuws en altijd <strong>voor</strong>zichtig te zijn<br />

met mijn oor<strong>de</strong>el. Dat laatste is precies<br />

waar <strong>de</strong> redactie mee zit. Je<br />

mag alles schrijven en beweren.<br />

Over spoken, <strong>de</strong>monen en trollen en<br />

ook over geheime genootschappen.<br />

Je mag ook altijd je intuïtie volgen.<br />

Maar als je iets schrijft <strong>voor</strong> De Aar<strong>de</strong>spiegel<br />

wil <strong>de</strong> redactie nu eenmaal<br />

graag dat het voldoet aan <strong>de</strong><br />

journalistieke eisen en dat <strong>de</strong> bewijsvoering<br />

te volgen is vanuit het<br />

normale logische <strong>de</strong>nken, of het<br />

logisch-literaire gevoel. Die houding<br />

maakt ons soms onbemind, maar<br />

aan <strong>de</strong>ze kwaliteitseisen willen we<br />

tóch vasthou<strong>de</strong>n.<br />

Stephan Geuljans<br />

26 terug naar boven

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!