02.05.2013 Views

handleiding feedback en interactie.pdf - Klare taal rendeert

handleiding feedback en interactie.pdf - Klare taal rendeert

handleiding feedback en interactie.pdf - Klare taal rendeert

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

voor de proeftuin Landelijke Thuiszorg, Her<strong>en</strong>tals, 15 mei 2012<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

WAT?<br />

Sessie van 3 uur door HvN Vlaams Brabant (Sigrid Quintelier) <strong>en</strong> VDAB (Nele Van Mieghem) met informatie over het gev<strong>en</strong> van <strong>feedback</strong> op<br />

mondeling <strong>en</strong> schriftelijk <strong>taal</strong>gebruik <strong>en</strong> toets<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe <strong>interactie</strong> in de les de juiste voorwaard<strong>en</strong> schept voor het gev<strong>en</strong> van <strong>feedback</strong>. De<br />

deelnemers gaan actief aan de slag met voorbeeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> lesonderwerp<strong>en</strong>.<br />

PRAKTISCH<br />

de vakdoc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> met hun <strong>taal</strong>coach om na deze sessie e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> toets met de checklist te bekijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev. aan te pass<strong>en</strong><br />

concreet resultaat = 1 eig<strong>en</strong> les waarop e<strong>en</strong> <strong>interactie</strong>ve werkvorm wordt toegepast <strong>en</strong> 1 lesonderwerp dat in e<strong>en</strong> schrijfkader wordt<br />

gegot<strong>en</strong><br />

DOEL: vakdoc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de principes <strong>en</strong> het belang van <strong>feedback</strong> in e<strong>en</strong> leerproces meegev<strong>en</strong>. De link tuss<strong>en</strong> les- <strong>en</strong> toetspraktijk aanton<strong>en</strong>.<br />

Duidelijk mak<strong>en</strong> welke rol <strong>interactie</strong> daarin speelt. Interactieve werkvorm<strong>en</strong> zijn verwerkt in de sessie, zodat de deelnemers aan d<strong>en</strong> lijve de<br />

aanpak ondervind<strong>en</strong> (zie gro<strong>en</strong>e markering<strong>en</strong>).<br />

PROGRAMMA:<br />

9u30 Intro<br />

toelichting programma; uitdel<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da<br />

Feedback is ess<strong>en</strong>tieel voor anderstalig<strong>en</strong>, anders ler<strong>en</strong> ze niets uit hun fout<strong>en</strong><br />

5’ I. Taalgericht evaluer<strong>en</strong> = 1 vorm van <strong>feedback</strong>:<br />

link tuss<strong>en</strong> cursus <strong>en</strong> exam<strong>en</strong> weerspiegelt de toetsvorm de aanpak in de les?<br />

praktijkgerichte less<strong>en</strong> <strong>en</strong> toets<strong>en</strong>: kan de cursist in de realiteit zijn taak kan waarmak<strong>en</strong>? = stap verder<br />

dan k<strong>en</strong>nis alle<strong>en</strong>! ook toepass<strong>en</strong> van die k<strong>en</strong>nis<br />

cursist vertrouwd met het toetsformaat<br />

duidelijke vraagstelling: checklist → zijn alle items duidelijk?<br />

9u35<br />

10’<br />

Toets<strong>en</strong> bekijk<strong>en</strong> (in groepjes onder begeleiding van de <strong>taal</strong>coach <strong>en</strong> de NodO+-expert)<br />

a) Goede toetsvrag<strong>en</strong> bekijk<strong>en</strong><br />

zie lijst ‘goede voorbeeld<strong>en</strong>’ p.7-8<br />

Nele<br />

kopies met neerslag<br />

uitdel<strong>en</strong><br />

Nele<br />

kopies bundel<br />

‘kijkwijzer’<br />

1


20’<br />

(10’<br />

+ 10’)<br />

10u05<br />

5’<br />

10’<br />

10’<br />

10u30<br />

1 zie <strong>pdf</strong> in bijlage<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Met de hele groep alle vrag<strong>en</strong> overlop<strong>en</strong> aan de hand van de checklist: waarom is dit e<strong>en</strong> goede<br />

vraag? Nadruk op het taakgerichte, toegepaste aspect van de vrag<strong>en</strong>.<br />

→ achteraf: uitdel<strong>en</strong> bundel ‘kijkwijzer’ 1 : nog meer tips <strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> van goede vrag<strong>en</strong><br />

b) Minder goede toetsvrag<strong>en</strong> beoordel<strong>en</strong><br />

Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bekijk<strong>en</strong> in kleine groepjes e<strong>en</strong> toets met minder goede vrag<strong>en</strong> aan de hand van de checklist<br />

(p.4-5; p.6 NIET). Ze do<strong>en</strong> suggesties ter verbetering <strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> na over de <strong>taal</strong>eis<strong>en</strong> van de vraag.<br />

→ bekijk<strong>en</strong> slechte toetsvrag<strong>en</strong>; liefst 1 begeleider per groepje<br />

Groep 1: vraag 1-3<br />

Groep 2: vraag 4-7<br />

Groep 3: vraag 8-10<br />

Elke groep kiest 1 interessante vraag om klassikaal te besprek<strong>en</strong>: wat was wel/niet goed <strong>en</strong> wat is jouw<br />

suggestie ter verbetering?<br />

c) ‘Huiswerk’: de vakdoc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Wijgmaal kunn<strong>en</strong> met Tineke afsprek<strong>en</strong> om 1 eig<strong>en</strong> toets onder de loep<br />

te nem<strong>en</strong><br />

II. Feedback op toets<strong>en</strong> (door <strong>interactie</strong>)<br />

rondvraag: in Wijgmaal bestaat systeem van herkansing: ook in de Her<strong>en</strong>tals <strong>en</strong> Bilz<strong>en</strong>? Is er dan<br />

<strong>feedback</strong> op de eerste toets? Hoe?<br />

e<strong>en</strong> manier van <strong>feedback</strong> op toets<strong>en</strong> = door <strong>interactie</strong> in de les<br />

opdracht per 2: ‘hoe zou je dat in de les kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>?’<br />

klassikale bespreking van de resultat<strong>en</strong><br />

onze suggestie: moeilijkste vrag<strong>en</strong> uit de toets<strong>en</strong> hal<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> les verwerk<strong>en</strong>, bv. toets<strong>en</strong> teruggev<strong>en</strong>,<br />

csn. per 2 lat<strong>en</strong> nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over fout<strong>en</strong>, ... (aan te vull<strong>en</strong>)<br />

m.a.w.: <strong>interactie</strong><br />

III. Interactieve werkvorm<strong>en</strong><br />

woordspin: waaraan d<strong>en</strong>k je bij <strong>interactie</strong>? (ev. woordspin weglat<strong>en</strong>?)<br />

kleurkaartjes of<br />

speelkaart<strong>en</strong> voor<br />

groepsverdeling<br />

(Nele)<br />

Sigrid<br />

(kleurkaartjes voor<br />

groepssam<strong>en</strong>stelling<br />

?)<br />

woordspin op bord<br />

(schrijfbord<br />

2


20’<br />

11u<br />

30’<br />

11u30<br />

10’<br />

10’<br />

12u<br />

30’<br />

5’<br />

20’ (10 +<br />

10’)<br />

5’<br />

(10’ pauze na woordspin?)<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

matching (per 2? nieuwe koppels?) van werkvorm<strong>en</strong> met omschrijving <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lesvoorbeeld: wat hoort<br />

bij elkaar? <strong>feedback</strong> van <strong>taal</strong>coach <strong>en</strong> worshopleiders.<br />

korte terugkoppeling op basis van de <strong>feedback</strong> die in de groepjes gegev<strong>en</strong> werd<br />

filmpje Klasse (Meesterlijk – voedingsdriehoek): via ‘g<strong>en</strong>ummerde hoofd<strong>en</strong>’: welke <strong>interactie</strong>ve<br />

werkvorm<strong>en</strong> zag je in deze les?<br />

IV. Feedback op mondeling <strong>taal</strong>gebruik<br />

oef<strong>en</strong>ing met informatiekloof: ‘het babybadje’: per 3: 1 <strong>feedback</strong>gever, 2 ‘cursist<strong>en</strong>’. De <strong>feedback</strong>gever<br />

kiest e<strong>en</strong> <strong>taal</strong> waarin hij/zij vrij goed is <strong>en</strong> de andere 2 minder goed. Instructie gev<strong>en</strong> bij informatiekloof.<br />

De <strong>feedback</strong>gever observeert <strong>en</strong> geeft <strong>feedback</strong> naar eig<strong>en</strong> goeddunk<strong>en</strong>.<br />

klassikale terugkoppeling: welk soort <strong>feedback</strong> werd gegev<strong>en</strong>? hoe? wanneer? overzicht aan iedere<strong>en</strong><br />

uitdel<strong>en</strong><br />

V. Feedback op schriftelijk <strong>taal</strong>gebruik<br />

<strong>feedback</strong> kan gaan over inhoud <strong>en</strong> vorm. Inhoud primeert: moeilijk om daarop <strong>feedback</strong> te gev<strong>en</strong> als<br />

structuur in het schrijfproduct ontbreekt. Dus beter ‘voorkom<strong>en</strong>’ door structuur te bied<strong>en</strong>: schrijfkader.<br />

Wat is e<strong>en</strong> schrijfkader? Zie vbn. in handout.<br />

opdracht: bed<strong>en</strong>k e<strong>en</strong> lesonderwerp <strong>en</strong> kies het bijhor<strong>en</strong>de schrijfkader (of omgekeerd). Werk sam<strong>en</strong><br />

met 1 collega die e<strong>en</strong> ander vak geeft dan jij. Geef de opdracht om het schrijfkader aan te vull<strong>en</strong> met<br />

wat hij weet over het onderwerp dat jij gekoz<strong>en</strong> hebt. Doe hetzelfde met zijn of haar onderwerp. Wissel<br />

jullie schrijfkaders uit <strong>en</strong> geef er <strong>feedback</strong> over.<br />

klassikaal afrond<strong>en</strong><br />

aanwezig?)<br />

bijlage <strong>interactie</strong>ve<br />

werkvorm<strong>en</strong> nog<br />

toevoeg<strong>en</strong><br />

computer, internet<br />

(of filmpje op<br />

stick!), beamer<br />

Nele<br />

gekleurde kopies: wit<br />

voor 1/3,<br />

geel voor ander 1/3,<br />

neerslag ‘<strong>feedback</strong>’ voor<br />

<strong>feedback</strong>gever (gro<strong>en</strong>?)<br />

+ neerslag <strong>feedback</strong><br />

voor iedere<strong>en</strong><br />

Sigrid<br />

voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

schrijfkaders<br />

3


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

CHECKLIS T VOOR T AAL G ERICH TE TOE TS- EN EX AM ENVRAGEN<br />

Duid met e<strong>en</strong> kruisje aan of de toets- of exam<strong>en</strong>vraag goed is of beter kan.<br />

Geef suggesties hoe het beter kan of geef opmerking<strong>en</strong>.<br />

I FORMULERING VAN DE VRAAG<br />

1 Zijn alle woord<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d voor de cursist<strong>en</strong>?<br />

Gebruik ik alle<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> waarmee cursist<strong>en</strong><br />

vertrouwd zijn uit de less<strong>en</strong>? Bv.:<br />

vakterm<strong>en</strong><br />

school<strong>taal</strong>woord<strong>en</strong> zoals k<strong>en</strong>merk, gebied,<br />

factor, oorzaak, ...<br />

instructiewoord<strong>en</strong> zoals vergelijk, omschrijf,<br />

definieer, ...<br />

2 Gebruik je ge<strong>en</strong> beeldspraak of woordspeling<strong>en</strong>?<br />

3 Zijn de formulering<strong>en</strong> van de vrag<strong>en</strong> niet nodeloos<br />

complex? Bv.:<br />

ge<strong>en</strong> naamwoord<strong>en</strong> maar werkwoord<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> lange constructie maar e<strong>en</strong> imperatief<br />

ge<strong>en</strong> passieve maar actieve zinn<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestelde maar <strong>en</strong>kelvoudige<br />

vrag<strong>en</strong><br />

4 Zijn afkorting<strong>en</strong> voluit geschrev<strong>en</strong>?<br />

5 Zijn de vrag<strong>en</strong> POSITIEF geformuleerd? Als ze<br />

negatief geformuleerd zijn, markeer de negatie dan<br />

zeer duidelijk, bv. ‘Welke shampoo is NIET<br />

verzorg<strong>en</strong>d?’<br />

6 Bevraag je wat je echt wil wet<strong>en</strong>? Gebruik je het<br />

juiste vraagwoord? Bv.: ‘wat?’ voor e<strong>en</strong> definitie,<br />

‘wanneer?’ voor e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t, ‘waardoor?’ voor e<strong>en</strong><br />

oorzaak, ...<br />

7 Past de vraag binn<strong>en</strong> de reële situatie waarin de<br />

verzorg<strong>en</strong>de de k<strong>en</strong>nis zal moet<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong>? Is de<br />

vraag gelinkt aan e<strong>en</strong> situatie in de realiteit?<br />

II LAY-OUT<br />

8 Staat er bij elke nieuwe opdracht 1<br />

voorbeeldantwoord?<br />

9 Is de lay-out duidelijk <strong>en</strong> rustig? (niet teveel op 1<br />

blad, g<strong>en</strong>oeg ruimte om te schrijv<strong>en</strong>)<br />

in<br />

orde<br />

<br />

<br />

<br />

kan<br />

beter<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

suggesties/opmerking<strong>en</strong><br />

4


III GESLOTEN VRAGEN<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

10 Bij waar/niet waar-vrag<strong>en</strong>: is het antwoord in alle<br />

gevall<strong>en</strong> waar of niet waar?<br />

11 Bij meerkeuzevrag<strong>en</strong>:<br />

Zijn alle antwoord<strong>en</strong> plausibel <strong>en</strong> is er maar 1<br />

goed antwoord?<br />

Zijn alle antwoord<strong>en</strong> ongeveer ev<strong>en</strong> lang <strong>en</strong><br />

gelijkaardig geformuleerd?<br />

Zijn alle antwoord<strong>en</strong> logische aanvulling<strong>en</strong> op de<br />

vraag / op het eerste deel van de zin?<br />

Blijft de keuze beperkt tot max. 4 mogelijkhed<strong>en</strong>?<br />

IV OPEN VRAGEN<br />

<br />

12 Is er e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige context bij invulvrag<strong>en</strong>? <br />

13 Gebruik ge<strong>en</strong> vage begripp<strong>en</strong> zoals ‘<strong>en</strong>kele, e<strong>en</strong><br />

paar, verklaar,…’, maar geef concreet aan hoeveel<br />

je verwacht: ‘2 voordel<strong>en</strong> <strong>en</strong> 2 nadel<strong>en</strong>’.<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

14 Zijn de vrag<strong>en</strong> niet dubbelzinnig? <br />

15 Zijn de vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong>kelvoudig; niet sam<strong>en</strong>gesteld? <br />

16 Zijn de vrag<strong>en</strong> zo concreet mogelijk? <br />

V<br />

OPBOUW VAN DE TOETS<br />

17 Is de test logisch opgebouwd? Gaan de vrag<strong>en</strong> van<br />

makkelijk naar moeilijk <strong>en</strong> zijn de vrag<strong>en</strong><br />

onafhankelijk van elkaar?<br />

18 Is er e<strong>en</strong> mix van vraagtypes, die meer of minder<br />

<strong>taal</strong>productie vereis<strong>en</strong>? (bv. op<strong>en</strong> <strong>en</strong> geslot<strong>en</strong><br />

vrag<strong>en</strong>, mondeling <strong>en</strong> schriftelijk)<br />

<br />

<br />

5


HET AFNEMEN VAN DE TOETS<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

19 Heb je de cursist<strong>en</strong> op voorhand geïnformeerd over<br />

de vrag<strong>en</strong>, de punt<strong>en</strong>verdeling, de duur van de<br />

toets, <strong>en</strong>z.?<br />

20 Heb je de meest toepasselijke toetsvorm gekoz<strong>en</strong>?<br />

(e<strong>en</strong> schriftelijke toets als ze schriftelijk geoef<strong>en</strong>d<br />

hebb<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> mondelinge toets als ze mondeling<br />

geoef<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong>?)<br />

21 Zijn de cursist<strong>en</strong> vertrouwd met het toetsformaat?<br />

bv. k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ze het principe van e<strong>en</strong><br />

meerkeuzevraag, wet<strong>en</strong> ze hoe <strong>en</strong> hoeveel ze<br />

moet<strong>en</strong> antwoord<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> vraag?<br />

22 Is de timing realistisch? (truc: maak de test zelf,<br />

verm<strong>en</strong>igvuldig alles met 4, geef nog 10 minut<strong>en</strong><br />

extra om alles te controler<strong>en</strong>)<br />

23 Heb je op voorhand e<strong>en</strong> scorewijzer opgesteld?<br />

Heb je op voorhand de goede antwoord<strong>en</strong><br />

geformuleerd? Staat het verwachte antwoord<br />

uitgeschrev<strong>en</strong>?<br />

Heb je bepaald hoeveel punt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> correct<br />

antwoord oplevert?<br />

Heb je bepaald hoeveel punt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fout<br />

antwoord kost?<br />

24 Heb je eerst de vrag<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de cursist<br />

overlop<strong>en</strong>?<br />

25 Heb je de cursist<strong>en</strong> tijd gegev<strong>en</strong> om vrag<strong>en</strong> te<br />

stell<strong>en</strong>?<br />

26 Heb je meegedeeld na hoeveel tijd de toets moet<br />

afgegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>?<br />

27 Heb je de kans gegev<strong>en</strong> om achteraf de test in te<br />

kijk<strong>en</strong>?<br />

28 Heb je <strong>feedback</strong> <strong>en</strong> werkpunt<strong>en</strong> meegegev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

vrag<strong>en</strong> beantwoord?<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

6


VOEDINGS- EN DIEETLEER<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Voorbeeld<strong>en</strong> goede exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong><br />

1. Mijn lievelingset<strong>en</strong><br />

Sander eet graag lekker. Hij sp<strong>en</strong>deert nogal wat geld aan et<strong>en</strong>.<br />

Wat heeft hij vorige week geget<strong>en</strong> na school?<br />

maandag: 3 bicky cheeseburgers<br />

dinsdag: 1 kebab<br />

wo<strong>en</strong>sdag: twee Margaritapizza’s<br />

donderdag: e<strong>en</strong> broodje club kaas – ham<br />

vrijdag: frietjes<br />

a) Waar situeer je het eetpatroon van Sander in de voedingsdriehoek?<br />

b) Hoe zou je Sander kunn<strong>en</strong> motiver<strong>en</strong> om het anders aan te pakk<strong>en</strong>?<br />

TIP: gebruik de voedingsdriehoek maar zorg ook dat Sander het lekker zal vind<strong>en</strong>.<br />

Waar zou jij beginn<strong>en</strong>? Wat zou je hem aanrad<strong>en</strong>? Mag hij nog iets et<strong>en</strong> van zijn<br />

lievelingset<strong>en</strong>?<br />

2. Jouw cliënt mag <strong>en</strong>kel licht verteerbare voeding et<strong>en</strong>. Hij volgt e<strong>en</strong> dieet.<br />

Welke voedingsmiddel<strong>en</strong> mag hij et<strong>en</strong>? Omcirkel ze.<br />

rauwkost – kabeljauw – doorgestok<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>tesoep- spek – licht gekookt ei – cola -<br />

gekookte aardappel<strong>en</strong> – roomijs - ui – droge koek- mosterd - vermicelli - fruitmoes-<br />

sandwiches<br />

OMGANGSKUNDE<br />

3. Dit zijn fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit het communicatieschrift.<br />

Is dit goede rapportage? Omcirkel.<br />

Waarom wel/niet? Gebruik de regels van rapportage in je argum<strong>en</strong>t(2)<br />

Verander de zinn<strong>en</strong> die niet oké zijn, zodat ze wel beantwoord<strong>en</strong> aan de<br />

regels van e<strong>en</strong> goede rapportage.<br />

Voorbeeld: ...<br />

‘Ella Claerhout eet soms e<strong>en</strong> bord gro<strong>en</strong>tepap leeg’.<br />

Goede rapportage: ja - nee<br />

Waarom wel/niet?<br />

‘Felix Devroey heeft vanmorg<strong>en</strong> rond 7 u e<strong>en</strong> boterham met kaas<br />

opgeget<strong>en</strong>.’<br />

Goede rapportage: ja - nee<br />

Waarom wel/niet?<br />

‘Maria Vercruysse doet niet veel anders dan slap<strong>en</strong>.’<br />

Goede rapportage: ja - nee<br />

Waarom wel/niet?<br />

7


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

4. Lees deze situatie. Welke gegev<strong>en</strong>s zou jij in de zorgmap schrijv<strong>en</strong>? (2)<br />

Je staat met twee verzorg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> mevrouw: jij komt elke maandag, dinsdag <strong>en</strong><br />

wo<strong>en</strong>sdag in de voormiddag, de andere verzorg<strong>en</strong>de elke donderdag -<strong>en</strong> vrijdagvoormiddag<br />

Het gaat om e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>staande hoogbejaarde vrouw (95 jaar) die soms wat verward is.<br />

Mevrouw heeft ge<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong>, <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> neef die op zondag langskomt.<br />

Als verzorg<strong>en</strong>de doe je alle huishoudelijke tak<strong>en</strong>; kok<strong>en</strong>, was, strijk, boodschapp<strong>en</strong> do<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

poets<strong>en</strong>. Je doet ook haar administratie<br />

De laatste tijd is mevrouw stil <strong>en</strong> soms wat afwezig.<br />

Iedere dag komt er e<strong>en</strong> verpleegkundige.<br />

De zorgmap wordt iedere dag ingevuld.<br />

De huisarts komt wekelijks <strong>en</strong> kijkt dan ook ev<strong>en</strong> de zorgmap in.<br />

HUISHOUDKUNDE<br />

5. Je komt bij e<strong>en</strong> cliënt thuis. In de berging staan poets- <strong>en</strong> onderhoudsproduct<strong>en</strong>. Je ziet<br />

deze symbol<strong>en</strong> op de verpakking.<br />

a) Wat betek<strong>en</strong><strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de symbol<strong>en</strong>?<br />

b) Welke veiligheidsmaatregel<strong>en</strong> neem je?<br />

a)<br />

betek<strong>en</strong>is<br />

b)<br />

veiligheidsmaatregel<br />

1<br />

ontvlambaar<br />

2 3 4 5<br />

niet gebruik<strong>en</strong><br />

in de buurt van<br />

vuurt<br />

ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE<br />

6. Lees de situaties.<br />

a) B<strong>en</strong>oem de angst.<br />

b) Hoe reageer je het best?<br />

Voorbeeld: ...<br />

Situatie 1<br />

Katrijn van 4 jaar zegt dat janneke maan altijd boos naar haar kijkt.<br />

a)<br />

b)<br />

Situatie 2<br />

Jan, 3 jaar, gaat voor het eerst naar school <strong>en</strong> we<strong>en</strong>t heel hard wanneer zijn mama<br />

weer naar huis gaat<br />

a)<br />

b)<br />

8


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Minder goede exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> beoordel<strong>en</strong><br />

Dit zijn vrag<strong>en</strong> uit toets<strong>en</strong> <strong>en</strong> exam<strong>en</strong>s uit verschill<strong>en</strong>de opleiding<strong>en</strong> polyval<strong>en</strong>t verzorg<strong>en</strong>de.<br />

1) Leg de vrag<strong>en</strong> naast de checklist voor <strong>taal</strong>gerichte toets- <strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong>.<br />

Wat is in orde, wat kan beter? Heb je ook suggesties voor e<strong>en</strong> betere formulering?<br />

Schrijf telk<strong>en</strong>s het nummer van de vraag in de laatste kolom naast het pass<strong>en</strong>de<br />

aandachtspunt.<br />

2) Wat vereist de vraag op talig vlak van de cursist?<br />

Is de vraag moeilijk of makkelijk te begrijp<strong>en</strong>? Is daar veel <strong>taal</strong> voor nodig?<br />

Is het antwoord moeilijk of makkelijk uit te legg<strong>en</strong>? Is daar veel <strong>taal</strong> voor nodig?<br />

Voorbeeld:<br />

Omcirkel de toegelat<strong>en</strong> voedingsmiddel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> licht verteerbare voeding.<br />

rauwkost – kabeljauw – doorgestok<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>tesoep - spek – licht gekookt ei - cola-<br />

gekookte aardappel<strong>en</strong> – roomijs - ui – droge koek – mosterd – vermicelli - fruitmoes -<br />

sandwiches<br />

VOEDINGSLEER<br />

1. Schets de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van goede voeding.<br />

2. Meerkeuze: juist antwoord = +1p fout antwoord = -2p juist antwoord niet aangeduid<br />

= 0p<br />

Let op !! er kunn<strong>en</strong> meerdere antwoord<strong>en</strong> correct zijn, maar er kan ook ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />

antwoord correct zijn.<br />

Alle correcte antwoord<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> aangekruist word<strong>en</strong> !!<br />

E<strong>en</strong> kind van 11 wek<strong>en</strong> oud dat 7,1 kg weegt heeft e<strong>en</strong> vochtbehoefte van (gebruik<br />

onderstaande tabel)<br />

Leeftijd Behoefte Lichaamsgewicht Behoefte<br />

0 – 4 wek<strong>en</strong> 200 ml/kg/dag 3.5 kg 700 ml<br />

4 tot 12 wek<strong>en</strong> 150 ml/kg/dag 5.1 kg 765 ml<br />

3 tot 6 maand<strong>en</strong> 130 ml/kg/dag 7 kg 910 ml<br />

6 tot 9 maand<strong>en</strong> 125 ml/kg/dag 9 kg 1125 ml<br />

9 maand<strong>en</strong> tot 1 jaar 120 ml/kg/dag 10.5 kg 1260 ml<br />

Antwoord =<br />

0 1065 ml /dag<br />

0 923 ml/dag<br />

0 910 ml/dag<br />

PSYCHOLOGIE<br />

3. Wat weet je over motivatie?<br />

9


VERZORGING<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

4. Wat zijn de belangrijkste voor- <strong>en</strong> nadel<strong>en</strong> van de 3 gezi<strong>en</strong>e techniek<strong>en</strong> voor reiniging<br />

van e<strong>en</strong> kunstgebit?<br />

5. Waaraan is depressie bij bejaard<strong>en</strong> o.a. toe te schrijv<strong>en</strong>?<br />

PARTICIPATIE AAN DE ARBEIDSWERELD<br />

6. Geef de indeling van de soort<strong>en</strong> handicaps <strong>en</strong> beschrijf ze.<br />

7. Wanneer spreekt m<strong>en</strong> van vergrijzing van de bevolking?<br />

8. Wat verstaat m<strong>en</strong> onder de kerntak<strong>en</strong> van het CLB?<br />

9. We lev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving waarin de behoefte aan georganiseerde zorg groot is.<br />

Vergelijk vroeger <strong>en</strong> nu.<br />

PRAKTIJK KOKEN<br />

10. Leg uit hoe je spaghetti bolognaise klaarmaakt.<br />

10


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

FEEDBACK GEVEN OP MONDELING TAALGEBRUIK<br />

• reager<strong>en</strong> of niet?<br />

• wanneer reager<strong>en</strong>?<br />

tijd<strong>en</strong>s of achteraf?<br />

noter<strong>en</strong> of opnem<strong>en</strong><br />

• hoe reager<strong>en</strong>?<br />

verbaal of visueel?<br />

positieve of negatieve <strong>feedback</strong>?<br />

• wat wel, wat niet?<br />

inhoud voor vorm<br />

Bron: http://<strong>taal</strong>uniec<strong>en</strong>trum-nvt.org/material<strong>en</strong>bank/newPackage/opdracht_33.html<br />

11


Interactieve werkvorm<strong>en</strong><br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Opdracht 1 Interactieve werkvorm<strong>en</strong>/ sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d<br />

ler<strong>en</strong><br />

In groep<br />

In <strong>en</strong>veloppe 1 vind<strong>en</strong> jullie e<strong>en</strong> aantal kaartjes met de beschrijving van<br />

werkvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> in <strong>en</strong>veloppe 2 concrete voorbeeld<strong>en</strong>.<br />

Match de werkvorm<strong>en</strong> met de concrete voorbeeld<strong>en</strong>.<br />

Interactieve werkvorm<strong>en</strong><br />

Opdracht 3 Interactieve werkvorm<strong>en</strong>/ sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d<br />

ler<strong>en</strong><br />

• Zoek e<strong>en</strong> lesonderwerp dat je moeilijk vindt om te gev<strong>en</strong> of om interessant<br />

te mak<strong>en</strong> voor cursist<strong>en</strong>.<br />

• Zoek voor dit onderwerp één of meerdere <strong>interactie</strong>ve werkvorm<strong>en</strong> die je<br />

zou kunn<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>. Help elkaar hierbij.<br />

• Hoe ga je deze werkvorm toepass<strong>en</strong>?<br />

• Bekijk de <strong>taal</strong>kaart<strong>en</strong> <strong>en</strong> spreek- <strong>en</strong> schrijfschema. Kies er één of meerdere<br />

uit <strong>en</strong> link deze aan de <strong>interactie</strong>ve werkvorm(<strong>en</strong>) die jij gekoz<strong>en</strong> hebt.<br />

Hoe ga je dit schema inzett<strong>en</strong>?<br />

• Kies één voorbeeld uit je groep <strong>en</strong> pres<strong>en</strong>teer het voor de klas.<br />

(g<strong>en</strong>ummerde hoofd<strong>en</strong>)<br />

12


Interactieve werkvorm<strong>en</strong><br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Opdracht 2 Interactieve werkvorm<strong>en</strong>/ sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d<br />

ler<strong>en</strong><br />

• Kijk naar het filmfragm<strong>en</strong>t over 'gezonde voeding'.<br />

• Hoe zorgt deze leerkracht voor <strong>interactie</strong>? (Welke <strong>interactie</strong>ve werkvorm<strong>en</strong><br />

gebruikt zij?) Schrijf de voorbeeld<strong>en</strong> op. (individueel)<br />

1. ______________________________________________________<br />

2. ______________________________________________________<br />

3. ______________________________________________________<br />

4. ______________________________________________________<br />

5. ______________________________________________________<br />

6. ______________________________________________________<br />

7. ______________________________________________________<br />

8. _______________________________________________________<br />

• Wat zijn de voordel<strong>en</strong>, van deze verschill<strong>en</strong>de <strong>interactie</strong>mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, voor de<br />

cursist<strong>en</strong>? Schrijf per voorbeeld e<strong>en</strong> voordeel op. (per twee)<br />

1. ______________________________________________________<br />

2. ______________________________________________________<br />

3. ______________________________________________________<br />

4. ______________________________________________________<br />

5. ______________________________________________________<br />

6. ______________________________________________________<br />

7. ______________________________________________________<br />

8. _______________________________________________________<br />

13


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

KAARTJES OM TE KNIPPEN = voor <strong>en</strong>veloppe 1<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, del<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitwissel<strong>en</strong>:<br />

Laat de leerling<strong>en</strong> eerst zelf nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> vraag. Daarna vorm<strong>en</strong> de<br />

leerling<strong>en</strong> groepjes <strong>en</strong> wissel<strong>en</strong> ze hun informatie uit.<br />

g<strong>en</strong>ummerde hoofd<strong>en</strong>:<br />

Dit is e<strong>en</strong> manier om ervoor te zorg<strong>en</strong> dat alle leerling<strong>en</strong> zich bemoei<strong>en</strong> met het<br />

overleg in de groep <strong>en</strong> dat moeilijke ding<strong>en</strong> aan zwakkere leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

uitgelegd tot ze het begrijp<strong>en</strong>. Op die manier ler<strong>en</strong> alle leerling<strong>en</strong> bij. Na overleg<br />

wordt aan e<strong>en</strong> willekeurig nummer het antwoord gevraagd. Dat nummer<br />

verteg<strong>en</strong>woordigt de hele groep!<br />

Pars pro toto:<br />

Latijn voor ‘deel voor het geheel’. Bij deze werkvorm lever<strong>en</strong> alle groepsled<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> deel van het to<strong>taal</strong>product. Voor de totale opdracht zijn leerling<strong>en</strong><br />

afhankelijk van mekaar.<br />

Experts:<br />

De klas wordt in groepjes verdeeld. Elk groepje krijgt e<strong>en</strong> deel van de leerstof.<br />

Aan de hand van opdracht<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> de leerstof. Ze zorg<strong>en</strong><br />

ervoor dat ze alles begrijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat ze het ook aan lek<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong>.<br />

Daarna gaan de ‘experts’ naar e<strong>en</strong> andere groep om hun deel van de leerstof uit<br />

te legg<strong>en</strong>. En vice versa.<br />

Resultat<strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> zeer e<strong>en</strong>voudige werkvorm maar wel doeltreff<strong>en</strong>d is dat de leerling<strong>en</strong><br />

mekaars oplossing<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> opdracht vergelijk<strong>en</strong>. Het is niet de bedoeling dat<br />

het bij ‘juist/fout’ blijft, maar dat ze (bij m<strong>en</strong>ingsverschill<strong>en</strong>) aan mekaar<br />

kunn<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong> hoe ze tot die oplossing zijn gekom<strong>en</strong>.<br />

14


Informatiekloof<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Wederzijdse afhankelijkheid is één van de hoofdprincipes van sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>d<br />

ler<strong>en</strong>. Je kan dit stimuler<strong>en</strong> door te werk<strong>en</strong> met informatieklov<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> A<br />

<strong>en</strong> B moet<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opdracht uitvoer<strong>en</strong>. A heeft informatie die B niet heeft<br />

<strong>en</strong> andersom. De leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> elkaar nodig om de opdracht tot e<strong>en</strong> goed<br />

einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Skimm<strong>en</strong><br />

Skimm<strong>en</strong> is globaal lez<strong>en</strong>. De lezer leest de tekst diagonaal om er de<br />

hoofdzak<strong>en</strong> uit te hal<strong>en</strong>. Je wil wet<strong>en</strong> wat er over het c<strong>en</strong>trale thema wordt<br />

gezegd. Je conc<strong>en</strong>treert je voornamelijk op de kernwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> -zinn<strong>en</strong>. Deze<br />

werkvorm is pas <strong>interactie</strong>f wanneer je leerling<strong>en</strong> laat uitwissel<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of de<br />

antwoord<strong>en</strong> nabespreekt tijd<strong>en</strong>s de les.<br />

Scann<strong>en</strong><br />

Scann<strong>en</strong> is zoek<strong>en</strong>d lez<strong>en</strong>. De lezer wil bepaalde informatie uit de tekst hal<strong>en</strong>,<br />

dit wordt ook wel scann<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. Het kan gaan om data, cijfergegev<strong>en</strong>s,<br />

nam<strong>en</strong>, plaats<strong>en</strong>. Tast de tekst vluchtig met je og<strong>en</strong> af, op zoek naar de<br />

gew<strong>en</strong>ste informatie. Daarna lees je die del<strong>en</strong> van de tekst die de gew<strong>en</strong>ste<br />

informatie bevatt<strong>en</strong>. Deze werkvorm is pas <strong>interactie</strong>f wanneer je leerling<strong>en</strong> laat<br />

uitwissel<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of de antwoord<strong>en</strong> nabespreekt tijd<strong>en</strong>s de les.<br />

Placematmethode<br />

De placematmethode oef<strong>en</strong>t het formuler<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor<br />

gebruik in e<strong>en</strong> discussie, met als doel tot e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk standpunt/antwoord<br />

te kom<strong>en</strong>. De groep bestaat steeds uit vier person<strong>en</strong> die hun antwoord<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

vraag of stelling apart neerschrijv<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vak. Nadi<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ze tot e<strong>en</strong><br />

conclusie die ze in het middelste vak neerschrijv<strong>en</strong>. De antwoord<strong>en</strong>/argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> klassikaal besprok<strong>en</strong>.<br />

15


Dictoglos<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Bij deze werkvorm word<strong>en</strong> meerdere vaardighed<strong>en</strong> in combinatie getraind. Je start<br />

met e<strong>en</strong> luisterronde. De leerkracht leest e<strong>en</strong> tekst tweemaal voor. De leerling<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> de tekst zelf opnieuw neerschrijv<strong>en</strong> op basis van de luisterronde <strong>en</strong><br />

onderling overleg. De groepsled<strong>en</strong> onderhandel<strong>en</strong> zowel over de inhoud als over de<br />

grammatica, spelling <strong>en</strong> woord<strong>en</strong>schat. Tegelijkertijd schrijv<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke<br />

tekst. Aan het einde van de oef<strong>en</strong>ing lez<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> elkaars <strong>en</strong> het originele<br />

verhaal. Dictoglos geeft bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de leerkracht e<strong>en</strong> goed zicht op het niveau in de<br />

groep op het gebied van spelling, grammatica <strong>en</strong> tekstopbouw.<br />

Raadspelletje<br />

Bij deze werkvorm gaan leerling<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> omschrijv<strong>en</strong> door gebruik te mak<strong>en</strong> van<br />

synoniem<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> omschrijving<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 1:<br />

Vak: Ik word verpleegkundige.<br />

De leerling<strong>en</strong> noter<strong>en</strong> eerst individueel welke waard<strong>en</strong> ze van hun ouders hebb<strong>en</strong><br />

meegekreg<strong>en</strong>. Daarna wissel<strong>en</strong> ze per twee of drie deze info uit.<br />

Tip: als je verschill<strong>en</strong>de nationaliteit<strong>en</strong> laat sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>, krijg<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong><br />

impliciet inzicht in interculturele verschill<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 2:<br />

Vak: Medicatieleer<br />

De leerling<strong>en</strong> vull<strong>en</strong> per drie sam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> medicatieschema in. Als iemand van de groep<br />

iets niet begrijpt, dan legg<strong>en</strong> de ander<strong>en</strong> het aan hem uit.<br />

16


Voorbeeld 3:<br />

Vak: Voeding<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

De to<strong>taal</strong>opdracht is het cholesterolgehalte van e<strong>en</strong> bepaald gerecht berek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Elke<br />

leerling zoekt eerst individueel het cholesterolgehalte van één deel van het gerecht op.<br />

Daarna gaan ze in groep zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> geeft iedere<strong>en</strong> zijn stukje informatie om tot het<br />

totale cholesterolgehalte te kom<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 4:<br />

Vak: Verzorging<br />

De les gaat over de verschill<strong>en</strong>de ziektes (parkinson, diabetes, MS, …). De leerling<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> in groepjes van 4 person<strong>en</strong> ingedeeld (groep 1,2,3,4). Elk groepje bestudeert<br />

één ziekte: de symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> de behandeling. Hiervoor krijg<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> tekst waar ze<br />

deze informatie uit moet<strong>en</strong> hal<strong>en</strong>. Ze controler<strong>en</strong> of iedere<strong>en</strong> alles goed begrep<strong>en</strong><br />

heeft.<br />

Daarna word<strong>en</strong> er nieuwe groep<strong>en</strong> (A,B,C,D) gevormd. In elke groep zit e<strong>en</strong> lid van<br />

groep 1,2,3,4. Ieder lid legt zijn ziekte aan de andere collega’s uit.<br />

Voorbeeld 5:<br />

Vak: Voeding<br />

Elke leerling zoekt informatie op in de voedingsmiddel<strong>en</strong>tabel. Daarna vergelijkt hij met<br />

zijn rechterbuur of ze hetzelfde resultaat hebb<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 6:<br />

Vak: Categoriale Methodiek<strong>en</strong> E2<br />

Leerling<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tekst over de opvang van bejaard<strong>en</strong> in België <strong>en</strong> Nederland.<br />

De volledige tekst wordt verknipt. In tekst A staat de informatie over de situatie in<br />

België. In tekst B staat de informatie over Nederland. Leerling A krijgt tekst A. Leerling<br />

B tekst B. Het doel van de les is dat de leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vergelijking mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

opvang van bejaard<strong>en</strong> in België <strong>en</strong> Nederland. Ze vull<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> V<strong>en</strong>n-diagram in<br />

wat e<strong>en</strong> handige manier is om verschill<strong>en</strong> <strong>en</strong> gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> te noter<strong>en</strong>. Leerling A geeft<br />

informatie die B niet heeft <strong>en</strong> leerling B geeft informatie die A niet heeft. De g<strong>en</strong>oteerde<br />

informatie kan dan bijvoorbeeld di<strong>en</strong><strong>en</strong> om e<strong>en</strong> tekst te schrijv<strong>en</strong>.<br />

17


Voorbeeld 7:<br />

Vak: /<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Deel e<strong>en</strong> informatieve tekst over je nieuwe onderwerp uit. Geef de leerling<strong>en</strong> 30 à 60<br />

second<strong>en</strong> om de hele tekst voor het eerst te bekijk<strong>en</strong>. Laat ze in tweetall<strong>en</strong> <strong>en</strong> zonder<br />

tekst kort vertell<strong>en</strong> wat ze wet<strong>en</strong> over de tekst. Bespreek na wat de leerling<strong>en</strong><br />

gedaan hebb<strong>en</strong>. Wat hebb<strong>en</strong> ze als eerste gelez<strong>en</strong>? Hebb<strong>en</strong> ze tuss<strong>en</strong>kopjes gezi<strong>en</strong>?<br />

Of eerste regels van elke alinea? Hebb<strong>en</strong> ze gelet op de introductie <strong>en</strong> de conclusie?<br />

Wat viel op aan de tekst? Waar gaan ze in de volg<strong>en</strong>de ronde op lett<strong>en</strong>?<br />

Laat leerling<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> dat ze niet steeds e<strong>en</strong> hele tekst int<strong>en</strong>sief hoev<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong> om<br />

toch te wet<strong>en</strong> waar e<strong>en</strong> tekst over gaat.<br />

Herhaal deze werkvorm meerdere ker<strong>en</strong>. Als je vrag<strong>en</strong> voorziet bij de tekst, kunn<strong>en</strong><br />

de leerling<strong>en</strong> de tekst nu int<strong>en</strong>sief gaan lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vrag<strong>en</strong> beantwoord<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 8:<br />

Vak: geschied<strong>en</strong>is<br />

Geef leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tekst over Napoleon.<br />

Vrag<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> tekst over Napoleon: Hoe heet de vrouw van Napoleon? Waar is hij<br />

gestorv<strong>en</strong>? Hoe is hij gestorv<strong>en</strong>? Hoe lang heeft hij geregeerd?<br />

Schrijf één van de vrag<strong>en</strong> op het bord <strong>en</strong> vraag de leerling<strong>en</strong> om het antwoord snel te<br />

zoek<strong>en</strong>. Afhankelijk van de l<strong>en</strong>gte van de tekst kun je kiez<strong>en</strong> voor 30 à 60 second<strong>en</strong>.<br />

Bespreek het antwoord op de vraag <strong>en</strong> hoe de leerling<strong>en</strong> gezocht hebb<strong>en</strong>. Waar<br />

hebb<strong>en</strong> ze in de tekst op gelet (bijvoorbeeld tuss<strong>en</strong>kopjes, cursieve tekst,<br />

kernwoord<strong>en</strong>)? Hoe wist<strong>en</strong> ze in welke alinea ze moest<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong>?<br />

Voorbeeld 9:<br />

Vak: Categoriale Methodiek<strong>en</strong> E2<br />

Leerling<strong>en</strong> gaan per vier in e<strong>en</strong> groep zitt<strong>en</strong>. Geef h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> A3-vel. Elke leerling<br />

schrijft in e<strong>en</strong> apart vak op het blad zijn antwoord<strong>en</strong> op de vraag: Wat zijn de<br />

oorzak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> depressie bij ouder<strong>en</strong>? Nadi<strong>en</strong> bespreekt de groep de verschill<strong>en</strong>de<br />

oorzak<strong>en</strong> <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ze gezam<strong>en</strong>lijk tot e<strong>en</strong> aantal hoofdoorzak<strong>en</strong>. Deze schrijv<strong>en</strong> ze<br />

in het middelste vak van het blad.<br />

18


Voorbeeld 10:<br />

Vak: Verzorging<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Verdeel leerling<strong>en</strong> in groepjes van drie. De leerkracht kiest e<strong>en</strong> kort verhaal over e<strong>en</strong><br />

bejaarde met parkinson. De leerkracht vertelt waar het verhaal over gaat <strong>en</strong> zet e<strong>en</strong><br />

aantal mogelijks onbek<strong>en</strong>de woord<strong>en</strong> (nam<strong>en</strong>, kernwoord<strong>en</strong>) op het bord. De<br />

leerling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in groepjes van drie verdeeld. De bedoeling van de oef<strong>en</strong>ing is dat<br />

leerling<strong>en</strong> de tekst die de leerkracht zal voorlez<strong>en</strong> gaan reconstruer<strong>en</strong>. De leerkracht<br />

leest de tekst eerst voor op e<strong>en</strong> normaal tempo. De leerling<strong>en</strong> noter<strong>en</strong> nog niets. De<br />

leerkracht leest de tekst opnieuw voor <strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.<br />

De leerling<strong>en</strong> reconstruer<strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> met hun groepjes de tekst in 20 minut<strong>en</strong>. Ze<br />

schrijv<strong>en</strong> hierbij maar één tekst (één leerling schrijft). De tekst moet inhoudelijk <strong>en</strong><br />

grammaticaal klopp<strong>en</strong> maar hoeft ge<strong>en</strong> exacte kopie te zijn. Nadi<strong>en</strong> kan je de<br />

verschill<strong>en</strong>de versies tuss<strong>en</strong> de groepjes uitwissel<strong>en</strong> <strong>en</strong> elkaars werk nakijk<strong>en</strong>.<br />

Voorbeeld 11:<br />

Vak: verzorging (verbandleer)<br />

Noteer vijf à 10 woord<strong>en</strong> die je wilt herhal<strong>en</strong> op blad A <strong>en</strong> vijf à 10 op blad B.<br />

Vb.: snelverband, drukk<strong>en</strong>d verband, zwachtelverband, kruisverband,<br />

scharnierverband, kruisverband, gewricht, etc.<br />

Maak tweetall<strong>en</strong>. Deel blad A uit aan leerling 1 <strong>en</strong> blad B aan leerling 2. De leerling<strong>en</strong><br />

mog<strong>en</strong> elkaars blad niet zi<strong>en</strong>. De leerling<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> om beurt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> woord <strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />

hiervan e<strong>en</strong> omschrijving zonder het woord zelf te noem<strong>en</strong>. De ander probeert het<br />

woord te rad<strong>en</strong>. Bespreek e<strong>en</strong> aantal woord<strong>en</strong> klassikaal na door e<strong>en</strong> paar leerling<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> woord te lat<strong>en</strong> omschrijv<strong>en</strong>. De klas raadt om welk woord het gaat. Leerling<strong>en</strong><br />

die problem<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met <strong>en</strong>kele of alle woord<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> de omschrijving of het<br />

synoniem in hun woord<strong>en</strong>schrift noter<strong>en</strong>.<br />

19


SCHRIJFKADERS<br />

Verslag<br />

Over het onderwerp ....<br />

Wist ik al dat ...<br />

Ik heb nu geleerd dat ...<br />

Ik heb ook geleerd dat ...<br />

Werkwijze<br />

Hoe maak je ...<br />

Je hebt nodig:<br />

-<br />

-<br />

-<br />

-<br />

Eerst ...<br />

Daarna ...<br />

Vervolg<strong>en</strong>s ...<br />

T<strong>en</strong> slotte ...<br />

Oorzakelijke relatie<br />

Ik wil uitlegg<strong>en</strong> hoe het komt dat ...<br />

Als ...<br />

Dan ...<br />

Hierdoor ...<br />

Dan ...<br />

Dit veroorzaakt ...<br />

Dus ...<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Iets anders wat ik te wet<strong>en</strong> b<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> is dat ...<br />

Tot slot heb ik geleerd dat ...<br />

20


Beschrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> tijdsvolgorde<br />

Ik wil uitlegg<strong>en</strong> hoe ...<br />

Eerst ...<br />

Daarna ...<br />

Vervolg<strong>en</strong>s ...<br />

T<strong>en</strong> slotte ...<br />

NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Beschrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> object, persoon, begrip of f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> ... is e<strong>en</strong> ...<br />

E<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk van ... is ...<br />

Dat betek<strong>en</strong>t dat ...<br />

E<strong>en</strong> ander belangrijk k<strong>en</strong>merk is ...<br />

Ook typisch voor e<strong>en</strong> ... is ...<br />

E<strong>en</strong> ... is ge<strong>en</strong> ...<br />

M<strong>en</strong>ing gev<strong>en</strong><br />

Ik wil mijn m<strong>en</strong>ing gev<strong>en</strong> over ...<br />

Ik vind dat ...<br />

Ik heb e<strong>en</strong> aantal argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om mijn m<strong>en</strong>ing te ondersteun<strong>en</strong>.<br />

T<strong>en</strong> eerste ...<br />

Ook ...<br />

E<strong>en</strong> ander argum<strong>en</strong>t is ...<br />

Nu begrijp je waarom in vind dat ...<br />

21


NodO+ Feedback <strong>en</strong> <strong>interactie</strong><br />

Overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong><br />

Hoewel ... <strong>en</strong> ... verschill<strong>en</strong>d zijn, lijk<strong>en</strong> ze op sommige punt<strong>en</strong> op elkaar.<br />

Zo hebb<strong>en</strong> ze allebei ...<br />

E<strong>en</strong> andere overe<strong>en</strong>komst is dat ...<br />

De ... is dezelfde als ...<br />

Ze lijk<strong>en</strong> ook op elkaar omdat ...<br />

T<strong>en</strong> slotte zijn ze allebei ...<br />

Verschill<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong><br />

Hoewel ... <strong>en</strong> ... allebei ... zijn, zijn er ook e<strong>en</strong> heleboel verschill<strong>en</strong>.<br />

De ... is ..., terwijl de ...<br />

Ze zijn ook anders omdat ...<br />

E<strong>en</strong> ander punt waarop ze verschill<strong>en</strong> is ...<br />

T<strong>en</strong> slotte ...<br />

22

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!