Chemisch rekenen & zuren en basen - Wisnet
Chemisch rekenen & zuren en basen - Wisnet Chemisch rekenen & zuren en basen - Wisnet
omslagtraject indicator vragen en opgaven amfolyten opgave Chemisch Rekenen & Zuren en Basen Het gebied tussen deze twee pH-waarden noemen we het omslagtraject van de zuur-base indicator. Zo is methylrood beneden pH = 4,4 rood en boven pH = 6,2 geel. Het omslagtraject van methylrood ligt tussen de pH-waarden 4,4 en 6,2. In dit gebied neemt methylrood mengkleuren aan: gaande van pH =4,4 naar pH = 6,2 verandert methylrood geleidelijk van rood via oranje naar geel: pH < 4,4 4,4 - 6,2 > 6,2 kleur rood mengkleur (oranje) geel In de Binas vind je in tabel 52a zuur-base indicatoren, hun kleuren en hun omslagtrajecten. Een universele indicator is een mengsel van indicatoren, dat bij elke pH een andere kleur heeft. Universeel-indicatorpapier heeft deze eigenschap. Als je zo'n papiertje in een oplossing houdt, neemt het een bepaalde kleur aan. Door die kleur te vergelijken met een bijbehorende kleurenschaal kun je de pH van de oplossing tot op een halve pH-eenheid nauwkeurig bepalen. 5.10 Ga na welke kleuren de volgende zuur-base indicatoren in zuiver water bij 298 K hebben. Gebruik daarvoor de Binas. a thymolblauw b Iakmoes c fenolrood 5.11 Aan een onbekende oplossing voeg je enkele druppels fenolftaleienoplossing toe; de oplossing blijft kleurloos. Vervolgens voeg je aan dezelfde oplossing enkele druppels methylroodoplossing toe; de oplossing wordt geel. Beredeneer tussen welke grenzen de pH van de onderzochte oplossing ligt. Uit de autoprotolysereactie van water blijkt, dat water als zuur en als base kan optreden. Er zijn meer deeltjes, die dat kunnen. We noemen ze amfolyten. Een amfolyt is een stof die kan reageren als zuur en als base. Voorbeelden van amfolyten zijn H2PO4 – , HCO3 – . 5.12 Geef de vergelijkingen voor de reactie van bovengenoemde amfolyten met een zuur en met een base. 5.3 pH van sterk zuur en -basische oplossingen In deze paragraaf gaan we de pH berekenen van sterke zuren en basen en van mengsels daarvan. We gaan daarbij niet verder in op het begrip log, dat voor logaritme staat. Zure oplossingen Voorbeeld 1 Wat is de pH van zoutzuur, c(HCl) = 0,020 mol /L? HCl is een sterk zure stof, dus [H3O + ] = 0,020 mol/L De pH = – log [H3O + ] = – log 0,020 = 1,69897. De uitkomst moeten we afronden op het juiste aantal significante cijfers. De significantie bij logwaarden loopt anders dan bij gewone getallen. Alleen de cijfers achter de komma (de decimalen) zeggen iets over de nauwkeurigheid. Het cijfer voor de komma heeft alleen te maken met de grootte-orde van het getal. Hoe dit precies zit is voor de scheikunde niet belangrijk. Het komt erop neer, dat in ons voorbeeld de uitkomst twee cijfers achter de komma moet hebben; pH = 1,70, omdat de concentratie gegeven is in twee significante cijfers. 26
Voorbeeld 2 Chemisch Rekenen & Zuren en Basen Hoe groot is de pH van een salpeterzuuroplossing, c(HNO3) = 5,0 • 10 –3 mol/L? Nu is [H3O + ] = 5,0 • 10 –3 mol/L. De uitkomst is pH = 2,30. Voorbeeld 3 Hoe groot is de pH van een oplossing die 2,00 gram zwavelzuur per liter oplossing bevat? Nu moeten we eerst gram (per liter) omrekenen in mol. Een mol H2SO4 is 98,08 gram. 2,00 g H2SO4 is dus 2,00/98,08 mol = 0,02039 mol. We nemen ter vereenvoudiging aan dat de H2SO4 moleculen hun beide protonen volledig afstaan. Een liter zwavelzuuroplossing bevat dan 2 • 0,02039 mol H3O + (aq), zodat [H3O + ] = 0,04078 mol/L. De uitkomst wordt: pH = 1,390. opgave 5.13 Bereken de pH van de volgende oplossingen: opgave a salpeterzuur, c(HNO3) = 0,015 mol/L b zoutzuur, c(HCI) = 2,00 mol/L c een oplossing die 1,00 gram H2SO4 per liter bevat d een oplossing die ontstaat door 1,00 gram H2SO4 op to Iossen in water tot een volume van 200 mL Nu het omgekeerde: Wat is [H3O + ] in een oplossing als de pH bekend is? Voorbeeld 4 Uit een meting met behulp van een pH-meter blijkt dat de pH van een waterstofchlorideoplossing 2,50 bedraagt. Bereken c(HCI). pH = 2,50 betekent: – log[H3O + ] = 2,50. Dit betekent dat [H3O + ] = 10 –2,50 . De uitkomst is 3,16228 • 10 –3 , afgerond 3,2 • 10 –3 . De concentratie moet opgegeven worden in twee significante cijfers, want bij de gegeven pH staan achter de komma twee cijfers. 5.14 Bereken c(zuur) van: a salpeterzuur met pH = 2,65 b zwavelzuur met pH = 1,28 (neem aan dat zwavelzuur zijn protonen volledig afstaat) c Hoeveel gram H2SO4 is nodig voor de bereiding van 0,50 liter van de onder b bedoelde oplossing? Basische oplossingen We gaan nu berekeningen uitvoeren aan basische oplossingen. Voorbeeld Hoe groot is de pH van natronloog, c(NaOH) = 0,010 mol/L bij 298 K ? In deze oplossing is [OH – ] = 1,0 • 10 –2 mol/L. De pOH = – log 1,0 • 10 –2 = 2,00 Bereken de pH van de oplossing (bij 298 K): pH + pOH = 14,00; pH + 2,00 = 14,00; pH = 12,00. Nu weer het omgekeerde: Wat is [OH – ] als de pH bekend is? 27
- Page 1: Life Sciences Thema Werken in het l
- Page 5 and 6: Inhoudsopgave Chemisch Rekenen & Zu
- Page 7 and 8: eenheid van lading atoommassa atoma
- Page 9 and 10: molaire massa (MW) 1.2 De mol Chemi
- Page 11 and 12: vragen en opgaven Chemisch Rekenen
- Page 13 and 14: molariteit endotherm exotherm opgav
- Page 15 and 16: actuele concentratie opgaven Chemis
- Page 17 and 18: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen I
- Page 19 and 20: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen V
- Page 21 and 22: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen U
- Page 23 and 24: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen S
- Page 25 and 26: waterevenwicht autoprotolyse neutra
- Page 27: vragen en opgaven Voorbeelden Chemi
- Page 31 and 32: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 5
- Page 33 and 34: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 5
- Page 35 and 36: stappenschema Chemisch Rekenen & Zu
- Page 37 and 38: pipetteerfactor titreervloeistof ti
- Page 39 and 40: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 6
- Page 41 and 42: afronden Bijlage 1 Rekenen in de ch
- Page 43 and 44: meetwaarde telwaarde Chemisch Reken
- Page 45 and 46: Bijlage 2 Chemisch Rekenen & Zuren
- Page 47 and 48: Bijlage 3 Omrekenschema mL of cm 3
- Page 49 and 50: Bijlage 4 Antwoorden op de opgaven
- Page 51 and 52: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 2
- Page 53 and 54: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 4
- Page 55 and 56: Chemisch Rekenen & Zuren en Basen 5
- Page 57 and 58: Hoofdstuk 6 Volumetrie Chemisch Rek
omslagtraject<br />
indicator<br />
vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
opgav<strong>en</strong><br />
amfolyt<strong>en</strong><br />
opgave<br />
<strong>Chemisch</strong> Rek<strong>en</strong><strong>en</strong> & Zur<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bas<strong>en</strong><br />
Het gebied tuss<strong>en</strong> deze twee pH-waard<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> we het omslagtraject van de zuur-base<br />
indicator. Zo is methylrood b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> pH = 4,4 rood <strong>en</strong> bov<strong>en</strong> pH = 6,2 geel. Het omslagtraject van<br />
methylrood ligt tuss<strong>en</strong> de pH-waard<strong>en</strong> 4,4 <strong>en</strong> 6,2. In dit gebied neemt methylrood m<strong>en</strong>gkleur<strong>en</strong><br />
aan: gaande van pH =4,4 naar pH = 6,2 verandert methylrood geleidelijk van rood via oranje naar<br />
geel:<br />
pH < 4,4 4,4 - 6,2 > 6,2<br />
kleur rood m<strong>en</strong>gkleur (oranje) geel<br />
In de Binas vind je in tabel 52a zuur-base indicator<strong>en</strong>, hun kleur<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun omslagtraject<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
universele indicator is e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gsel van indicator<strong>en</strong>, dat bij elke pH e<strong>en</strong> andere kleur heeft.<br />
Universeel-indicatorpapier heeft deze eig<strong>en</strong>schap. Als je zo'n papiertje in e<strong>en</strong> oplossing houdt,<br />
neemt het e<strong>en</strong> bepaalde kleur aan. Door die kleur te vergelijk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de<br />
kleur<strong>en</strong>schaal kun je de pH van de oplossing tot op e<strong>en</strong> halve pH-e<strong>en</strong>heid nauwkeurig bepal<strong>en</strong>.<br />
5.10 Ga na welke kleur<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de zuur-base indicator<strong>en</strong> in zuiver water bij 298 K<br />
hebb<strong>en</strong>. Gebruik daarvoor de Binas.<br />
a thymolblauw<br />
b Iakmoes<br />
c f<strong>en</strong>olrood<br />
5.11 Aan e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>de oplossing voeg je <strong>en</strong>kele druppels f<strong>en</strong>olftalei<strong>en</strong>oplossing toe;<br />
de oplossing blijft kleurloos.<br />
Vervolg<strong>en</strong>s voeg je aan dezelfde oplossing <strong>en</strong>kele druppels methylroodoplossing<br />
toe; de oplossing wordt geel.<br />
Bered<strong>en</strong>eer tuss<strong>en</strong> welke gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> de pH van de onderzochte oplossing ligt.<br />
Uit de autoprotolysereactie van water blijkt, dat water als zuur <strong>en</strong> als base kan optred<strong>en</strong>. Er zijn<br />
meer deeltjes, die dat kunn<strong>en</strong>. We noem<strong>en</strong> ze amfolyt<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> amfolyt is e<strong>en</strong> stof die kan reager<strong>en</strong> als zuur <strong>en</strong> als base.<br />
Voorbeeld<strong>en</strong> van amfolyt<strong>en</strong> zijn H2PO4 – , HCO3 – .<br />
5.12 Geef de vergelijking<strong>en</strong> voor de reactie van bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde amfolyt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
zuur <strong>en</strong> met e<strong>en</strong> base.<br />
5.3 pH van sterk zuur <strong>en</strong> -basische oplossing<strong>en</strong><br />
In deze paragraaf gaan we de pH be<strong>rek<strong>en</strong><strong>en</strong></strong> van sterke <strong>zur<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> bas<strong>en</strong> <strong>en</strong> van m<strong>en</strong>gsels<br />
daarvan. We gaan daarbij niet verder in op het begrip log, dat voor logaritme staat.<br />
Zure oplossing<strong>en</strong><br />
Voorbeeld 1<br />
Wat is de pH van zoutzuur, c(HCl) = 0,020 mol /L?<br />
HCl is e<strong>en</strong> sterk zure stof, dus [H3O + ] = 0,020 mol/L<br />
De pH = – log [H3O + ] = – log 0,020 = 1,69897.<br />
De uitkomst moet<strong>en</strong> we afrond<strong>en</strong> op het juiste aantal significante cijfers. De significantie bij logwaard<strong>en</strong><br />
loopt anders dan bij gewone getall<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> de cijfers achter de komma (de<br />
decimal<strong>en</strong>) zegg<strong>en</strong> iets over de nauwkeurigheid. Het cijfer voor de komma heeft alle<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong><br />
met de grootte-orde van het getal. Hoe dit precies zit is voor de scheikunde niet belangrijk. Het<br />
komt erop neer, dat in ons voorbeeld de uitkomst twee cijfers achter de komma moet hebb<strong>en</strong>;<br />
pH = 1,70, omdat de conc<strong>en</strong>tratie gegev<strong>en</strong> is in twee significante cijfers.<br />
26