Handboek Loonheffingen 2010 - Schouten Enterprises - Welcome
Handboek Loonheffingen 2010 - Schouten Enterprises - Welcome
Handboek Loonheffingen 2010 - Schouten Enterprises - Welcome
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
18 Vervoer en reiskosten<br />
De meeste werknemers reizen voor hun werk. U kunt hierbij denken aan woonwerkverkeer<br />
(bijvoorbeeld naar kantoor), andere zakelijke reizen (bijvoorbeeld<br />
naar klanten) of reizen voor een opleiding die uw werknemer voor zijn werk volgt.<br />
Als werkgever kunt u de kosten voor deze reizen vergoeden. U kunt er ook op een<br />
andere manier voor zorgen dat uw werknemer deze reizen voor zijn werk kan maken,<br />
zoals een auto aan hem ter beschikking stellen of treinkaartjes aan hem verstrekken.<br />
In dit hoofdstuk krijgt u informatie over de belaste en onbelaste vergoedingen of<br />
verstrekkingen voor het reizen door uw werknemer. De volgende onderwerpen<br />
komen aan bod:<br />
– reizen met een eigen auto, motor, (brom)fiets enzovoort (zie paragraaf 18.1)<br />
– reizen met openbaar vervoer (zie paragraaf 18.2)<br />
– reizen met een personenauto van de zaak (zie paragraaf 18.3)<br />
– reizen met een bestelauto van de zaak (zie paragraaf 18.4)<br />
– reizen met een ander vervoermiddel van de zaak (zie paragraaf 18.5)<br />
– reizen met een taxi, boot of vliegtuig (zie paragraaf 18.6)<br />
– fietsregeling (zie paragraaf 18.7)<br />
– carpoolregeling (zie paragraaf 18.8)<br />
– vervoer vanwege de werkgever (zie paragraaf 18.9)<br />
– parkeergelegenheid (zie paragraaf 18.10)<br />
– reiskosten voor periodiek gezinsbezoek (zie paragraaf 18.11)<br />
– tijdelijk ander vervoer door wegwerkzaamheden (zie paragraaf 18.12)<br />
18.1 Reizen met een eigen auto, motor, (brom)fiets enzovoort<br />
Deze paragraaf gaat over de volgende onderwerpen:<br />
– onbelaste vergoeding van maximaal € 0,19 per kilometer (zie paragraaf 18.1.1)<br />
– vaste vergoeding (zie paragraaf 18.1.2)<br />
– vergoeding totale autokosten (zie paragraaf 18.1.3)<br />
– vergoeding hoger dan € 0,19 per kilometer en andere vergoedingen<br />
(zie paragraaf 18.1.4)<br />
– vergoedingen administreren en bewaren (zie paragraaf 18.1.5)<br />
18.1.1 Onbelaste vergoeding van maximaal € 0,19 per kilometer<br />
Uw werknemer gebruikt een eigen vervoermiddel voor reizen voor het werk. U mag<br />
uw werknemer voor deze reizen een onbelaste vergoeding betalen van maximaal<br />
€ 0,19 per kilometer. Het maakt geen verschil of uw werknemer het vervoermiddel<br />
gebruikt voor woon-werkverkeer of ander zakelijk verkeer.<br />
Het is niet van belang met welk privévervoermiddel uw werknemer reist. Als uw<br />
werknemer bijvoorbeeld acht kilometer van zijn werk woont en dagelijks met zijn<br />
fiets of bromfiets naar het werk reist, mag u maximaal € 0,19 per kilometer onbelast<br />
vergoeden. Dat mag alleen voor de zakelijk gereden kilometers. Uit privéoverwegingen<br />
gereden omrijkilometers (bijvoorbeeld om een kind naar de crèche te brengen) mag u<br />
niet onbelast vergoeden. Dat mag ook niet voor kilometers die uw werknemer rijdt<br />
om bijvoorbeeld tussen de middag thuis te eten. Deze kilometers zijn ook niet zakelijk.<br />
U mag ook geen onbelaste vergoeding betalen voor (delen van) reizen waarvoor u<br />
voor vervoer zorgt (zie paragraaf 18.9).<br />
Voorbeeld 1<br />
Uw werknemer reist van maandag tot en met woensdag met uw personeelsbusje vanaf de opstapplaats<br />
tot aan de vaste arbeidsplaats. Hij reist met zijn eigen auto van zijn woning naar de opstapplaats<br />
(afstand 9 kilometer). Op donderdag en vrijdag reist hij met zijn eigen auto van zijn woning<br />
naar de vaste arbeidsplaats (afstand 42 kilometer), omdat op die dagen het personeels busje niet<br />
beschikbaar is. Op vrijdag moet hij 10 kilometer omrijden om zijn kind naar de crèche te brengen.<br />
208 hANdBOEk lOONhEffINGEN <strong>2010</strong>