02.05.2013 Views

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Numeri</strong> 21<br />

Strijd tegen de Kanaäniet | verzen 1-3<br />

1 Toen de Kanaäniet, de koning van Harad, die in het Zuiderland<br />

woonde, hoorde dat Israël langs de weg van Atharim kwam, bond hij<br />

de strijd aan met Israël, en hij voerde enigen uit hen als gevangenen<br />

weg. 2 Toen deed Israël de HEERE een gelofte en zei: Als U dit volk<br />

helemaal in mijn hand geeft, zal ik hun steden met de ban slaan. 3<br />

En de HEERE luisterde naar de stem van Israël en gaf de Kanaänieten<br />

[in zijn hand]. Hij sloeg hen en hun steden met de ban, en hij<br />

gaf die plaats de naam Horma.<br />

Nog voordat het volk het land binnengaat, melden zich vijanden om<br />

dat te verhinderen. De Kanaäniet valt aan en lijkt Israël te verrassen. Ze<br />

nemen enkele Israëlieten gevangen. Ook wij zullen ervaren dat, als we<br />

‘ons land’ willen binnengaan, dat wil zeggen als we ons willen bezighouden<br />

met de hemelse zegeningen, de vijand met alle mogelijke<br />

middelen zal trachten dat te verhinderen. We zullen op onze hoede<br />

moeten zijn dat de vijand niet onverhoeds iets van onze kracht afhandig<br />

maakt.<br />

Het volk vraagt een belofte van de HEERE. De HEERE verwijt deze<br />

vorm van ongeloof niet, maar helpt en geeft een grote overwinning.<br />

Horma betekent ‘banvloek’, ‘gebannen’. Dat houdt in dat zij de buit<br />

helemaal aan de HEERE wijden en Hem daarmee de eer van de<br />

overwinning geven. Maar grote overwinningen worden wel eens gevolgd<br />

door grote nederlagen, zoals ook uit de volgende geschiedenis<br />

blijkt.<br />

De koperen slang | verzen 4-9<br />

4 Toen trokken zij van de berg Hor in de richting van de Schelfzee.<br />

Ze moesten namelijk om het land van Edom heen trekken, maar<br />

onderweg kon de ziel van het volk het niet langer verdragen. 5 Het<br />

volk sprak tot God en tot Mozes: Waarom hebt u ons uit Egypte laten<br />

vertrekken om te sterven in de woestijn? Want [hier] is geen brood,<br />

ook geen water, en onze ziel heeft een afkeer van dit waardeloze<br />

brood. 6 Toen zond de HEERE gifslangen onder het volk; die beten<br />

het volk, en er stierf veel volk uit Israël. 7 En het volk kwam naar<br />

207

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!