02.05.2013 Views

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

Numeri - Welkom bij Succat Yeshua

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Numeri</strong> 13<br />

In hoofdstuk 11 zien we <strong>bij</strong> het volk van God een verlangen om naar<br />

Egypte terug te keren. Iemand die terugverlangt naar de wereld (waarvan<br />

Egypte een beeld is), bewijst dat hij het ware karakter van de wereld<br />

niet kent. Nu komt een nieuw probleem naar voren: hoe denkt het volk<br />

over het land. Het zal blijken dat ze, zoals ze Egypte niet kennen, zo<br />

ook het beloofde land niet kennen. Ze zijn net zo ongelovig ten aanzien<br />

van de heerlijkheid die voor hen ligt, dat is van het land Kanaän, als zij<br />

het zijn ten aanzien van Egypte dat ze hebben verlaten. Hetzelfde geldt<br />

ten aanzien van de woestijn waar ze doorheen trekken.<br />

Het kenmerk van Israël is dat ze meer vrezen voor de vijanden dan voor<br />

de HEERE. Dat is er de oorzaak van dat, als ze aan Egypte terugdenken,<br />

ze alleen denken aan de aangename dingen van dat land. Daar stellen<br />

ze de onaangenaamheden van de woestijn tegenover. Daarom verlangen<br />

ze terug naar Egypte. Nu ze voor het beloofde land staan, is het<br />

andersom. Ze zien op tegen de moeilijkheden die de verovering van<br />

het land met zich meebrengt en willen het niet gaan veroveren. Zo<br />

verachten ze de zegeningen ervan die de HEERE aan hen heeft voorgesteld.<br />

Ze zien de zegeningen niet, zijn die vergeten, omdat ze zich<br />

blindstaren op de moeite die het zal kosten die zegeningen in bezit te<br />

nemen.<br />

De twaalf verspieders | verzen 1-16<br />

1 De HEERE sprak tot Mozes: 2 Stuur mannen voor u uit om het<br />

land Kanaän te verkennen, dat Ik aan de Israëlieten geven zal; u moet<br />

één man per stam van zijn vaderen sturen, elk een leider onder hen.<br />

3 Mozes stuurde hen uit de woestijn Paran, op bevel van de HEERE.<br />

Al die mannen waren hoofden van de Israëlieten.<br />

4 Dit nu zijn hun namen: uit de stam Ruben: Sammua, de zoon van<br />

Zakkur. 5 Uit de stam Simeon: Safat, de zoon van Hori. 6 Uit de<br />

stam Juda: Kaleb, de zoon van Jefunne. 7 Uit de stam Issaschar:<br />

Jigeal, de zoon van Jozef. 8 Uit de stam Efraïm: Hosea, de zoon van<br />

Nun. 9 Uit de stam Benjamin: Palti, de zoon van Rafu. 10 Uit de<br />

stam Zebulon: Gaddiël, de zoon van Sodi. 11 Uit de stam Jozef, voor<br />

de stam Manasse: Gaddi, de zoon van Susi. 12 Uit de stam Dan:<br />

137

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!