Koppelingsversterkers - INFORM - WABCO

Koppelingsversterkers - INFORM - WABCO Koppelingsversterkers - INFORM - WABCO

inform.wabco.auto.com
from inform.wabco.auto.com More from this publisher
02.05.2013 Views

Aanhangwagen-stuurklep voor één- en tweeleidingaanhangwagen-remsystemen 470 015 5.. 0 Luchtdruk-remsystemen in landbouwvoertuigen Doel: Sturing van het één- of tweeleiding-aanhangwagen-remsysteem in combinatie met de hydrauliek-hoofdcilinder of de hydraulische gever van de landbouwtrekker. Werkwijze: In de losstand duwt drukveer (e) klephuls (d) op inlaat (c). De voorraadlucht die afkomstig is van aansluiting 1, stroomt via boring A naar ruimte B en tilt zuiger (h) op. Deze neemt daarbij zuiger (k) en klep (i) mee. Inlaat (l) wordt geopend, waardoor de voorraadlucht via aansluiting Z naar de aanhangwagenleiding (invoering) stroomt. Bij een krachtevenwicht tussen de zuigers (h en k) wordt inlaat (l) gesloten en wordt de druk in aansluiting Z begrensd tot 5,2 bar. Aansluiting 2 is via uitlaat (b) en ontluchting 31 ontlucht. Als het rempedaal wordt bediend, werkt de hydraulische stuurdruk via aansluiting 4 op zuiger (m) en verschuift deze samen met regelzuiger (a) naar rechts. Uitlaat (b) wordt gesloten en inlaat (c) geopend. De luchtdruk kan nu via aansluiting 2 naar de aanhangwagen-commandoleiding van het tweeleidingremsysteem stromen. De druk die op regelzuiger (a) inwerkt, verschuift deze tegen de hydraulische stuurdruk en inlaat (c) wordt gesloten. Een remafsluitstand is bereikt. Tegelijk wordt ook zuiger (h), 8. die onder druk staat, omlaag verschoven. Uitlaat (j) wordt geopend en aansluiting Z wordt via ontluchting 32 gedeeltelijk ontlucht. Een remafsluitstand is bereikt als de kracht die in ruimte B op de onderzijde van zuiger (h) inwerkt, groter is dan de kracht die op de bovenzijde van de zuigers (h en k) inwerkt. Zuiger (h) wordt opgetild tot uitlaat (j) en inlaat (l) gesloten zijn. Bij een verhoging van de hydraulische stuurdruk vindt ook een verhoging van de druk in aansluiting 2 of een daling in aansluiting Z plaats. Door het rempedaal te lossen wordt aansluiting 4 drukloos, zodat de druk in aansluiting 2 regelzuiger (a) weer naar zijn uitgangspositie schuift en uitlaat (b) opengaat. Via ontluchting 31 wordt aansluiting 2 ontlucht. Tegelijk wordt de druk via zuiger (h) afgebouwd en verschuift de voorraaddruk in ruimte B hem naar zijn bovenste eindstand. Via geopende inlaat (l) wordt aansluiting Z weer tot 5,2 bar belucht. Op de aanhangwagen-stuurklep is ook een handremhefboom (f) voorzien, die bij het aantrekken van de handrem zuiger (a) tegen klephuls (d) trekt en door het openen van inlaat (c) een volledige afremming van de aanhangwagen veroorzaakt. 133

8. Aanhangwagen-stuurklep met drukbegrenzing 471 200 ... 0 134 Luchtdruk-remsystemen in landbouwvoertuigen Doel: Sturing van het éénleiding-aanhangwagen-remsysteem in combinatie met de op de voetremhefboom aangebrachte aanhangwagen-stuurklep voor het tweeleiding-aanhangwagen-remsysteem bij de trekker, en begrenzing van de uitgestuurde druk tot 5,2 bar. Werkwijze: In de losstand houdt drukveer (a) membraanzuiger (b) met klephuls (c) in zijn onderste eindpositie. Uitlaat (d) is gesloten en inlaat (e) geopend. De luchtdruk van de voorraadketel van de trekker stroomt via aansluiting 1 naar aansluiting 2 en komt via de koppelingsstukken bij de aanhangwagen-remklep. Tegelijk stroomt de luchtdruk via boring C naar ruimte D onder zuiger (h) en via boring A naar ruimte E boven zuiger (h). Zodra de druk 5,2 bar in ruimte B en in de leiding naar de aanhangwagen heeft bereikt, wordt klep (g) tegen de kracht van drukveer (f) omlaag verplaatst tot inlaat (e) sluit. Als de voetremhefboom van de trekker wordt bediend, stroomt de druk die door de op de voetremhefboom aangebrachte aanhangwagen-stuurklep voor het tweeleiding-aanhangwagen-remsysteem wordt uitgestuurd, via aansluiting 4 naar ruimte F. Hier wordt nu onder de cupmanchet een druk opgebouwd die membraanzuiger (b) met klephuls (c) tegen de kracht van drukveer (a) omhoog verplaatst. Uitlaat (d) gaat open. Via klephuls (c) en ontluchtingsboring 3 ontsnapt nu zo veel luchtdruk naar de buitenlucht, dat de voor de voorijling van de aanhangwagen vereiste, schoksgewijze daling van de druk in de aanhangwagenleiding wordt bereikt. Tegelijk daalt de druk in ruimte D en wordt zuiger (h) door de op zijn bovenzijde in ruimte E inwerkende voorraaddruk omlaag verplaatst. Daarbij neemt hij klephuls (c) mee, die door het contact met de dubbele ketelklep uitlaat (d) sluit. Een versterking van de remming van de trekker veroorzaakt een verdere daling van de aanhangwagen-leidingdruk, waarbij de voorijling van de aanhangwagen - zoals hierboven beschreven - in stand wordt gehouden. Als het remsysteem van de trekker wordt gelost, wordt ruimte F weer ontlucht, zodat membraanzuiger (b) en klephuls (c) door de kracht van drukveer (a) omlaag gaan. Inlaat (e) gaat open en de voorraadlucht op aansluiting 1 gaat via aansluiting 2 naar de aanhangwagenleiding.

8.<br />

Aanhangwagen-stuurklep<br />

met drukbegrenzing<br />

471 200 ... 0<br />

134<br />

Luchtdruk-remsystemen in<br />

landbouwvoertuigen<br />

Doel:<br />

Sturing van het éénleiding-aanhangwagen-remsysteem<br />

in combinatie met de<br />

op de voetremhefboom aangebrachte<br />

aanhangwagen-stuurklep voor het tweeleiding-aanhangwagen-remsysteem<br />

bij<br />

de trekker, en begrenzing van de uitgestuurde<br />

druk tot 5,2 bar.<br />

Werkwijze:<br />

In de losstand houdt drukveer (a) membraanzuiger<br />

(b) met klephuls (c) in zijn<br />

onderste eindpositie. Uitlaat (d) is gesloten<br />

en inlaat (e) geopend. De luchtdruk<br />

van de voorraadketel van de trekker<br />

stroomt via aansluiting 1 naar aansluiting<br />

2 en komt via de koppelingsstukken bij<br />

de aanhangwagen-remklep. Tegelijk<br />

stroomt de luchtdruk via boring C naar<br />

ruimte D onder zuiger (h) en via boring A<br />

naar ruimte E boven zuiger (h). Zodra de<br />

druk 5,2 bar in ruimte B en in de leiding<br />

naar de aanhangwagen heeft bereikt,<br />

wordt klep (g) tegen de kracht van drukveer<br />

(f) omlaag verplaatst tot inlaat (e)<br />

sluit.<br />

Als de voetremhefboom van de trekker<br />

wordt bediend, stroomt de druk die door<br />

de op de voetremhefboom aangebrachte<br />

aanhangwagen-stuurklep voor het tweeleiding-aanhangwagen-remsysteem<br />

wordt uitgestuurd, via aansluiting 4 naar<br />

ruimte F. Hier wordt nu onder de cupmanchet<br />

een druk opgebouwd die membraanzuiger<br />

(b) met klephuls (c) tegen<br />

de kracht van drukveer (a) omhoog verplaatst.<br />

Uitlaat (d) gaat open. Via klephuls<br />

(c) en ontluchtingsboring 3 ontsnapt<br />

nu zo veel luchtdruk naar de buitenlucht,<br />

dat de voor de voorijling van de aanhangwagen<br />

vereiste, schoksgewijze daling<br />

van de druk in de<br />

aanhangwagenleiding wordt bereikt.<br />

Tegelijk daalt de druk in ruimte D en<br />

wordt zuiger (h) door de op zijn bovenzijde<br />

in ruimte E inwerkende voorraaddruk<br />

omlaag verplaatst. Daarbij neemt hij<br />

klephuls (c) mee, die door het contact<br />

met de dubbele ketelklep uitlaat (d) sluit.<br />

Een versterking van de remming van de<br />

trekker veroorzaakt een verdere daling<br />

van de aanhangwagen-leidingdruk,<br />

waarbij de voorijling van de aanhangwagen<br />

- zoals hierboven beschreven - in<br />

stand wordt gehouden. Als het remsysteem<br />

van de trekker wordt gelost, wordt<br />

ruimte F weer ontlucht, zodat membraanzuiger<br />

(b) en klephuls (c) door de<br />

kracht van drukveer (a) omlaag gaan. Inlaat<br />

(e) gaat open en de voorraadlucht<br />

op aansluiting 1 gaat via aansluiting 2<br />

naar de aanhangwagenleiding.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!