02.05.2013 Views

Bijlage: acta-1981.pdf - Kerkrecht

Bijlage: acta-1981.pdf - Kerkrecht

Bijlage: acta-1981.pdf - Kerkrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

zij enkele premies (AWBZ, AAW en AKW) die voor een loontrekkende door hun werkgever<br />

betaald moeten worden, zelf moeten betalen; het gaat daarbij over bedragen tot maximaal f<br />

4.364,- per jaar (1980). De hiervoor genoemde f 64.000,- wordt dus in feite ± f 68.400,-.<br />

Te verwachten is dan ook dat er mettertijd betalingsmoeilijkheden voor een deel van onze<br />

predikanten zullen komen en dat verschillenden van hen zich tot hun kerkeraden zullen wenden<br />

met het verzoek de aflossing van hun schuld geheel of gedeeltelijk te willen overnemen omdat<br />

ze anders niet meer „zonder zorg van het Evangelie kunnen leven". In verband met hetgeen in<br />

art. 11 van de K.O. is overeengekomen zullen die kerkeraden in veel gevallen niet anders<br />

kunnen besluiten dan aan het verzoek gevolg te geven. Ze zijn dan echter niet klaar met het<br />

financieren van de aflossingen want de aldus betaalde bedragen zijn voor de predikanten weer<br />

inkomsten waarover ze inkomstenbelasting en premieheffing volksverzekeringen moeten<br />

betalen. De hoogte daarvan is afhankelijk van het inkomen van de predikanten maar<br />

dooreengenomen kan gesteld worden dat dit tenminste ± 50% zal belopen van de<br />

aflossingsbedragen. Wil men de predikanten toch hun normale (en nodige) netto inkomen laten<br />

behouden dan zal men ook die belasting en heffing dienen te vergoeden. Ook die vergoeding<br />

behoort weer tot hun inkomen zodat het er per saldo op neer zal komen dat men de<br />

predikanten die zulks aangaat tenminste het dubbele bedrag van de af te lossen voorschotten<br />

zal moeten betalen.<br />

Als regel dienen onze predikanten aanvankelijk kleine en kleinere gemeenten die vaak net een<br />

predikant kunnen onderhouden of vaak al steun van het kerkverband nodig hebben. In de<br />

hiervoor geschetste situatie kan verwacht worden dat het aantal hulpbehoevende kerken toe zal<br />

nemen en dat via de kassen art. 11 K.O. de kerken toch de studiekosten van de studenten gaan<br />

betalen, ja zelfs nog meer dan de gehele Rst die de predikant destijds als student genoten<br />

heeft. In het reeds eerder genoemd voorbeeld genoot de predikant als student totaal ± f<br />

90.000,- Rst waarvan ± f 56.000,- terug te betalen is. Inclusief aan hem te vergoeden belasting<br />

en premieheffing daarover zou dat de kerken indien ze die terugbetaling overnemen ± f<br />

112.000,- gaan kosten.<br />

Uw deputaten menen dat op deze wijze door de studenten toekomstige lasten op de kerken<br />

gelegd worden die absoluut onverantwoord zijn. Dit klemt te meer als bedacht wordt dat:<br />

- een deel van die lasten veroorzaakt wordt door het studentenhuwelijk dat tot heden steeds<br />

door de kerken als reden voor verhoging van de studietoelagen is afgewezen. Via de<br />

achterdeur van de Rst en art. 11 K. O. dwingen de studenten nu als het ware de kerken<br />

dat huwelijk toch te financieren;<br />

- bij financiering door middel van de kerkelijke steun er later geen financiële problemen<br />

kunnen ontstaan omdat, het is reeds gezegd, de daardoor ontstane schuld geheel wordt<br />

kwijtgescholden (slechts bij het afbreken van de studie, het zich niet beroepbaar stellen<br />

enz. dient als regel terugbetaald te worden, art. 20 Hoofdstuk 3 van dit rapport).<br />

4.8.12 Overige bezwaren<br />

Als bezwaar tegen het aanvaarden van de Rst voor met name onze theologische studenten zou<br />

ook nog genoemd kunnen worden de daardoor gestimuleerd wordende mindere bereidheid tot<br />

het brengen van offers zowel door de ouders als door de kerkelijke gemeenschap alsmede het<br />

steeds meer aanleunen tegen de overheid ook voor wat betreft de financiering van dit deel van<br />

de opleiding tot de dienst des Woords.<br />

Bij zich wijzigende omstandigheden (ook onder de huidige overheid indien deze de<br />

studiekostenfinanciering dusdanig wijzigt dat ze ofwel absoluut onaanvaardbaar wordt ofwel niet<br />

meer voor onze studenten geldt) zal het moeilijk zijn het geheel weer in het oude spoor te<br />

krijgen.<br />

4.9 Concluderende samenvatting<br />

Concluderend vatten uw deputaten het vorenstaande als volgt samen:<br />

- overheidssteun ten behoeve van onze studenten en meer in het bijzonder van onze<br />

theologische studenten is op principiële gronden in de huidige maatschappelijke structuur<br />

moeilijk in haar algemeenheid af te wijzen;<br />

- noch tegen aanvaarding van Kinderbijslag noch tegen aanvaarding van de fiscale<br />

tegemoetkomingen kunnen doorslaggevende bezwaren aangevoerd worden;<br />

- aanvaarding van Rijksstudietoelagen wordt in het algemeen ook niet in strijd met Gods<br />

Woord gezien;

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!